Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen, No. 33. DINSDAG 26 JULI 1932. 48e Jaarg. J. C. VINK - Axel. De koopkracht beslist. FEUILLETON. Een moeilijke taak. Buitenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-UITGEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56 - Postrek. 60263. 1 tot 5 regels 60 Centvoor Groote letters werden naar ADVERTENT1ËN van eiken regel meer 12 Cent, plaatsruimte berekend. AévertentiSn werden f r a n e e ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagveormiddag 11 ure. De vorige week werd te Am sterdam een congres gehouden voor wetenschappelijke bedrijfs organisatie. Dit congres nu is Donderdag gesloten met een rede van dr. H. Colijn, die daarin een bizonder licht werpt op de op lossing van het werkloozenpro- bleem. Daar dit probleem aller gedachten bezig houdt, en het voorzeker van bslang is, als groote mannen zich daarover uit spreken, geven ook wij aan de hand van een dagbladverslag hier in beknopten vorm weer, hetgeen dr. Colijn reide. Sprekend over het algemeen karakter van de beweging, die door het congres is bestudeerd, zeide hij, dat het streven naar wetenschappelijke organisatie niet overal met instemming begroet wordt. De beweging, die spr. op het oog had, is de beschuldiging, dat rationalisatie leidt tot werkloos heid. Deze oppervlakkige maar tegelijkertijd verbreide meening kan maar niet met een enkel ge baar genegeerd worden. De kwestie is, dat het congres streeft naar meer volmaakte productie methoden, wat beteekent öf groo- tere productie met dezelfde ar beidskrachten öf en dat wordt gevreesd dezelfde productie met minder arbeidskrachten. Men kan dit niet ontkennen. Het is een voldongen feit. En een treurig feit tevens, als men in het oog houdt, dat millioenen menschen, die bereid zijn te wer ken, reeds geen emplooi kunnen vinden. Zou men dan nog meer menschen het brood kunnen ont nemen Dat is de brandende kwestie. Maar daarmede is zeker geen definitief vonnis uitgesproken over het werk van het Congres. Juist nu is er reden te over, om door te gaan in de eenmaal genomen richting, met uit zondering wellicht van de groote openbare werken mits er maat regelen worden genomen, om 53) Als o me een beetje terwille is, zoo zei ik tegen den maai schalk provoost, dan zal ik morgen uw partij opnemen, want u zult zonder twijfel in moeilijkheden komen. De heer de Retz, op wiens aandringen het bevel tot inhechtenisneming gegeven werd, is weg, zooals u weet. De heer de Viliequier zal er morgen wel van door gaan, maar de heer de Rambonillet komt zonder twijfel terug. Daar kunt u verzekerd van wezen. Deze opmerking miste zijn uitwer king niet. Hij scheen een oogenblik van zijn stuk te raken. Zonder iets te antwoorden beval hij de mannen om naar de trap te gaan. Ik deed de grendels van de deur. De mannen van de Brühl verzetten zich eerst heftig tegen het bevel van den maarschalk, provoost en hij moest ze door zijn hellebaardiers van de deur laten drijven Ik ging nu naar buiten, terwtjl S mon achter mij de grendels weder dichtschoof. De maarschalk-provoost had op dat oogenblik een woorden wisseling met Fresnoy, wiens leelijk gezicht ik bij het licht van een toorts ■ontdekte. In een opzicht was de ellen deling door de bescherming die hem ten deel viel, er op vooruit gegaan Hij was veel beter gekleed en droeg zelfs een rijk versierde jas, maar he laas kwam zijn gezicht nog onvoor- deeliger uit tegen al dat fraais. Toen hij me zag kwam er zoo'n helsche Uitdrukking op zijn gezicht, dat zelfs plotselinge groote veranderingen te voorkomen. Dat moet ieder duidelijk zijn, die de moeite neemt, dieper op het werk van het con gres in te gaan. Overprodnetie. Allereerst: wat is de eigenlijke beteekenis van de overproductie, waaronder de wereld lijdt? On getwijfeld een teveel aan arbeids krachten en hier en daar ook een teveel aan producties. Machines en werktuigen worden in het ge heel niet of hoogstens nu en dan gebruikt; fabrieken zijn gesloten, evenals talrijke plantages in de tropische gewesten. Dat alles zijn feiten, die niet genegeerd kunnen worden. Maar beteekent dat nu, dat wij de goederen, die vervaardigd zouden kunnen wor den als de fabrieken worden heropend, niet noodig hebben Voor bepaalde producten moet wellicht bevestigend worden ge antwoord, maar in het algemeen moet het antwoord luiden neen, wij hebben die goederen noodig, vele menschen hebben ze zelfs bitter noodig. En toch worden ze niet vervaardigd. Waarom Omdat onze maatschappij zóó verarmd is dat zij de noodige koopkracht mist, om zich de goederen te verschaffen. En der halve blijven fabriek en plantage gesloten. Te vaak wordt over het hoofd gezien, dat de welvaart niet wordt bepaald door de hoeveelheid van goederen, die binnen het bereik van het volk kan worden gebracht. En die is beperkt door de koop kracht van de massa. De maat schappij kan niet meer consu- meeren dan zij kan betalen. Lagere productiekosten. Dat is één kant van het vraag stuk. Maar er is nog een andere. De productiekosten vormen een belangrijken factor in de verhou ding tusschen productie en con sumptiekracht. Hoe lager de productiekosten, des te grooter de hoeveelheid goederen, die binnen het bereik van het volk kunnen worden gebracht op het- de maarschalk-provoost er van scheen te schrikken. Deze laatste beheerschte zich en begroette mij op vormelijke wijze. Ik zeide hierop, dat ik me aan hem overgaf en voegde er bij, dat hij op de toorts zou letten, die nog brandde. Ik vreesde namelijk dat, als deze uit mocht gaan, wij geen van beiden ons leven zeker zouden zijn. Hij scheen deze bedoeling te begrij pen en verzocht aan Fiesnoy en zijn mannen om ons door te laten. Ze schenen hier echter niet veel last in te hebben en de maarschalk-provoost, die veel ontzag had voor de Biiihl, riep diens hulp in. De Brühl stond op de bovenste trap en nam mij met een minachtenden glimlach op. Wat voor plannen zou hij hebben, om mede te gaan of om te blijven Als hij eens ontdekt had dat zijn vrouw er was? Mijn ongeduld om te weten wat hij in zijn schild voerde, bracht mij er toe om hem toe te spreken. Ik kan u tot mijn spijt geen gastvrijheid aanbieden mijnheer de Brühl, maar dat komt omdat uw vriend, de Vilie quier, zich met mijn zaken bemoeid heeft. Ik ben u «eer verplicht, zeide hij met een duivelschen lach. Maar maak u daar niet bezorgd over. Ah u weg bent, zal ik meself wel weten te helpen, beste vriend, aan hetgeen het best in mijn smaak valt. Kom, kom, zeide ik op koelen toon, alsof ik de bedoeling van zijn woorden niet begreep, en nadat ik een schril gefluit liet hooren, ripp ik mer heldere stem Maignan, Maignan 1 Ik behoefde niet voor de derde maal te roepen, want voor de maarschalk- provoost er iets tegen kon doen, werd er boven een deur opengegooid en zelfde niveau van de koopkracht. De vrees voor rationalisatie is een gevolg van de huidige econo mische depressie. Men deinst terug voor een grootere productie, maar verliest uit het oog, dat de fout schuilt in een te groote pro ductie-capaciteit in vergelijking met de koopkracht. Indien voor dezelfde koopkracht meer goede ren zouden kunnen worden ver kregen, dan zou het resultaat zijn grootere welvaart. Zelfs in onze verarmde maatschappij. Ja, speciaal in onze verarmde maat schappij, want een vermeerdering van de goederen, die binnen ons bereik liggen, beteekent een zegen voor de menschheid, en die zegen zal te grooter zijn, naarmate de maatschappij armer is. De Staatsdiensten. Wat spr. hier had uiteengezet, heeft ook betrekking op de staats diensten. Hij legde daarop den nadruk omdat velen geneigd zijn, den arbeid van 't congres tot de particuliere ondernemingen te be perken. Daaraan heeft het con gres geen schuld. Het Neder- landsche Instituut voor efficiency heeft vanaf den aanvang een groote belangstelling gehad voor de organisatie van publieke dien sten en dit congres heeft bewe zen, dat de internationale effi- ciency-beweging hetzelfde stand punt inneemt. En terecht. Want deze diensten hebben niet minder dan particu liere ondernemingen behoefte aan gezond advies. Wellicht zelfs meer. Want het is een bekend feit, dat gouvernementen, uiterst conservatief zijn in zaken van ad ministratie. Nu is dat dan ook in de private ondernemingen, vooral in de groote geen onge kend verschijnsel, maar het staatsbedrijf spant toch de kroon. Om de eenvoudige reden, dat het nooit door concurrenten be dreigd wordt. Daarom is zijn administratie zoo snel verouderd en versteend. Bezuiniging noodzakeltyk. Vooral in dezen tijd eischt de weerklonk een zware stap op de trap pen. De man, dien ik geroepen had, stond nu vlak voor de Brühl, die een nijdige vloek uitstootte en een stap achteruit deed. Maignan was wel altijd een moedig persoon geweest, maar nit had hij zoo iets ontzagwekkends over zich, dat alle aanwezigen voor hem op zijde gingen. Zooals hij daar glimlachend naast de Brühl stond en achteloos met zijn zwaard speelde, wist ik dat hij tegen ai de mannen van Fresnoy was ongewassen. Maignan, zeide ik rustig, ik ga vannacht ergens anders logeerer. Als ik weg ben, ga je je mannen halen en bewaak deze deur. Als iemand soms het slot wil forceeren, dan weet je wat je te doen staat. Daar kur.t u op rekenen, kapitein, zeide hij. Zelfs als het de heer de Brü'il was, voegde ik er bij. Natuurlijk. Je moet tot morgen of overmor gen op wacht blijven staan, tenminste als mijnheer de Brühl zoo lang blijft, maar als hij weg gaa', dan moet je de bevelen opvolgen van de personen die binnen zijn. Mijnheer de Marsac kan er op rekenen, zeide hij zijn zwaard in de hand nemend. Met een glimlach wendde ik me nu tot de Biühl, die met een woedend gezicht had staan luisteren. Dat is dus in orde, mijnheer de Brühl, zeide ik op opgewekter, toon. Ik wensch u goeden nacht en hoop u morgen bij de brug van Chaverr.y te vinden, maar voor we ons duel be ginnen zal ik Maignan even onder de brug laten kijken organisatie van de staatshuishou ding de grootst mogelijke bezui niging. Het is noodzakelijk, dat het mes in de uitgaven wordt ge zet ook kleine bezuinigingen mogen niet verwaarloosd worden. Gedreven door een schijnwel vaart, hebben de regeeringen van alle landen dezelfde fouten ge maakt als vele private onderne mingen. Uitbreiding en een bijna ongelimiteerde expansie waren de gevolgen van den overvloed van geld, die de schatkisten vulde, terwijl tegelijkertijd de prijsstijging de uitgaven tot e«n ongekende hoogte opdreef. Een hoogte, die nu door een onrust barende vermindering der inkom sten, onmogelijk kan gehandhaafd blijven. Overal bedreigt de fi- nanciëele crisis de welvaart en soms zelfs het bestaan der bur gers. En hoe zullen de regeerin gen reageeren op dit gevaar? Hoe zullen zij evenwicht in de begrootingen brengen Samen trekking van hun werkzaamhe den zal vaak onvermijdelijk zijn. De salarissen zullen moeten worden verlaagd en zijn reeds gereduceerd. Maar dat is alleen gerechtvaardigd als geen moeite gespaard is om op andere wijze te bezuinigen. En hier komt de arbeid van het Congres te pas. Maar hier ook zal de taak het moeilijkst zijn, want administratief conser vatisme is stoutmoedig als een leeuw en koppig als een muil ezel. Daarom zijn geduld en vol harding noodig. Maar als daarmee succes behaald wordt, dan zal het congres den dank oogsten van ieder, en dat zal geen min dere belooning zijn dan het re sultaat in geldsommen, bij de op lossing van het probleem der wetenschappelijke organisatie in een private onderneming. Spr. besloot met zijn overtui ging uit te spreken, dat het congres heeft bijgedragen tot de vermeerdering van de kennis en het inzicht in de op te lossen problemen. HOOFDSTUK XXIV. Alles wat er gebeurd was scheen zoo'n indruk op den maarschalk-pro voost te hebben gemaakt, dat hij me buitengewoon beleefd behandelde. Hij liet me mijn zwaard behouden en in plaats van mij naar de gevangenis te brengen verzocht hij me om dien nacht in zijn huis door te brengen. Ik wilde al die voorkomendheid niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Ik gaf zijn mannen een fooi en vroeg hem om een flesch wijn met mij te drinken. Hij nam dit gretig aan en zoo zaten we nog langen tijd met el kander te praten en namen eindelijk op gemoedelijke wijze afscheid, want het was nacht geworden. De gebeurtenissen van dien dag hadden me zóó opgewonden, dat ik geen oog dicht kon doen. Vanaf het bezoek van Francois tot de komst van den maarschalk-provoost was de eene gebeurtenis op de andere gevolgd en wat zou mij nu verder wachten? Tot nu toe was alles betrekkelijk goed af- geloopen. Ik had het grootste ver trouwen in Maignan en twijfelde er niet aaR of de Brühl zou er gauw genoeg van krijgen om doelloos op de trappen te zitten. De koning zou misschien al binnen een uur naar huis kunnen gaan en daarmede zou de opdracht geëindigd zün, waarvoor ik naar Blois was gestuurd. Het besluit dat de koning ten opzichte van den I koning van Navarre zou nemen, zou zonder twijfel door de Rambouiliet worden overgebracht. Misschien zou den er nu voor Frankrijk betere dagen aanbreken. Terwijl ik hier zoo over nadacht, had ik een gevoel van vol doening. dat ik één van degenen zou Pruisen. Rijkscommissaris Dr. Bracht heeft Vrijdagavond voor de radio een redevoering gehouden, waar in hij o.a. zeide Het lag niet in de bedoeling der Rijksregeering met de ont heffing uit hun functies van den premier en den minister van Bin- nenlandsche Zaken van Pruisen den militairen uitzonderingstoe stand af te kondigen. Eerst de verklaring van staatsminister Se vering, dat hij zich niet zou schik ken naar de verordening van den Rijkspresident en slechts voor geweld zou wijken, maakte een beperkte gebruikmaking der machtsmiddelen van het Rijk noodzakelijk. Deze is plaatselijk tot de hoofdstad van het Rijk en haar naaste omgeving en zakelijk beperkt tot die maatregelen, welke vereischt zijn voor de verzekering van de ordelijke overneming der ambtsbezigheden. Wie in de hoofdstad van het Rijk het ver loop der gebeurtenissen van de laatste drie dagen heeft gadege slagen, heeft zich kunnen over tuigen van de volkomen orde waarmede de vereischte over gangsmaatregelen zijn afgewik keld. Ik wil hiertoe in alle openlijkheid allen danken die hiertoe hebben medegewerkt. Dit optreden heeft er wezenlijk toe bijgedragen de autoriteit van den staat Pruisen te versterken en de beweringen te weerleggen dat het bij de maatregelen gaat om een door willekeurige politieke ge zichtspunten bepaalde actie van het Rijk tegen het land Pruisen. Daarom heb ik er ook waarde aan gehecht aan de bekende verklaringen slechts voor geweld te zullen wijken tegemoet te ko men in een vorm, welke over eenkomt met de persoonlijke waardigheid der afzonderlijke functionarissen. De taak welke de Rijkskanse lier mij, in zijn hoedanigheid van Rijkscommissaris, heeft opgedra gen, heeft niets te maken met een of andere politieke manoeu- zijn, die krachtig hadden medegewerkt aan de voorbereidende maatregelen van dit herstel. Ik wist echter dat ik van den kant van den koning van Navarre op geen bescherming be hoefde te rekenen en ik was zeer be nieuwd hoe het nu verder met mij zou afloopen. Ook dacht ik aan freule de la Vire. Het was of ik nu pas begreep, waarom ze z!ch zoo zonderlidg tegen over mQ gedragen had en zich tus schen mij en den koning had gedron gen om diens zwaard af te weren. Ik dacht na over alles wat gebeurd was sinds we elkander kenden. Eerst aan de toespeling van den nar toen ik aan het hof fe St. Angely zoo'n dwaas figuur had geslager, toen aan wat er bq mijn moeder was voorgevallen en aan haar houding ten huize van de Rosny. Alles verscheen me in een gansch ander licht. Reeds op middelbaren leeftijd en half grijs had ik nooit aan zootets durven denken en nog kwam me het als iets wonderlqks voor. Het was reeds morgen en ik had nog geen oog dicht gedaan. Met ge noegen zag ik de zon in een wolke- loozen hemel opkomen. Ik warmde mij in die zachte stralen, die mg met nieuwe hoop vervulden. Buiten hoorde ik een klok acht uuf slaan en opeens hoorde ik in de gang een geratel van kettingen. Ik wachtte met angst af wat dat kon beteekenen, toen de deur van mgn kamer geopend werd en tot mijn groote verbazing de doove knecht van Fresnoy. die ik in het huis aan de d'Arcy zoo had toegetakeld, naaf binnen kwam. (Wordt vervolgd) AXELSCHE COURANT

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1932 | | pagina 1