Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch- Vlaanderen, No. 31. DINSDAG 19 JULI 1932. 48e Jaarg. j. c. VINK - Axol. Buitenland. FEUILLETON. Een moeilijke taak. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Cent; franco per poet 1 Quieten. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TQEVER Bureau Markt C 4. Telef. 56. - Postrek. 60263. ADVERTENTIËN van 1 t«t 5 regels §0 Cent; voor eiken regel me&r 12 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. AdvertentiëH worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Daitsehlaud moet kieeen. Ondanks de belangrijke be slissing op internationaal gebied, is de binnenlandsche politieke toestand er bij onze Oostelijke naburen niet op verbeterd. Von Papen en v. Gayll blijven zonde bok. Socialisten en centrum staan sceptisch tegenover de huidige bewindslieden, omdat hun „nati onale" interventie weinig ten goede heeft veranderd. Had men Rijkskanselier Dr. Brüning niet ontijdig als algemeen politiek leider aan den dijk gezet dan was het resultaat te Lausanne er zeker niet minder om geworden. De groote groep nationaal-so- cialisten, die zich in de eerste regeeringsperiode-von Papen ver school achter enkele algemeene uitspraken, die geen uitspraken bleken te zijn, komt thans op doemen als een evenzeer te duchten oppositiegroep. Dr. Frick, een der vazallen van het Bruine Huis, heeft nauw lettend naar zijn fascistischen meester geluisterd en zeide op een vergadering van Nazi's o.m. „Wij nationaal socialisten verkla ren reeds vandaag, dat wij den wissel van drie milliard, welke de heer von Papen te Lausanne heeft geteekend, niet zullen in lossen". De Rijksdagverkiezingen staan voor de deur en het Duitsche volk zal hebben te kiezen tus- schen het practisch heden of een zeer onzekere toekomst. De Nazi's hebben de toekomst reeds voor zich opgeëischt. Daar om zal de keuze voor vele Duit- schers, die nog willen doorden ken, moeilijk zijn. Ze moeten dan namelijk vragen naar de daden der nationaal-socialisten. Het ant woord moet erg mager zijn. Om de twee dagen een politieke donderrede met als voornaamste strekking „we zijn er tegen" en verder een serie min of meer geslaagde parades. Dit is tot heden het program geweest, waarvoor de nationaal- socialisten zich verantwoordelijk stellen. Wel heeft Hitier tijdens Brüning's bewind even achter de schermen meegeregeerd, getuige Dr. Brüning's „non possumus" ten aanzien van de betalingen aan het buitenland. Doch Hitler's steun was slechts van korten duur en veranderde weer snel in tegenstand. Het ligt voor de hand, dat de binnenlandsche politieke toestand, vooral bij een bewind der nazi's, nog nadrukkelijkei dan tot heden het geval is geweest, de buiten- landsche politiek zal beïnvloeden, en o.i. verscherpen. Intusschen blijkt wel, dat het geen in Lausanne bereikt is achteraf geheel op losse schroe ven staat. De beslissing omtrent de gemaakte afspraken ligt in handen van de regeering te Was hington. Alleen dan bezit de overeenkomst van Lausanne prac tisch waarde, wanneer Amerika zich bereid verklaart een streep te halen door de rekening nopens de oorlogsschulden. Gebeurt dat niet, dan blijft alles zooals het was en hernemen de thans bui ten werking gestelde bepalingen van het Youngplan hun vroegere kracht. De Europeesche crediteur-mo- gendheden hebben zich gedekt tegen alle eventualiteiten door een „gentlemen agreement," waar door alle aan Duitschland ver leende faciliteit met inbegrip van van de schuldvermindering tot een totaal bedrag van 3 milliard Mark worden teniet gedaan, in dien de Amerikanen weigeren af te zien van hun vorderingen uit hoofde van de oorlogsschulden. Hiermee wordt het succes, waarop de Duitsche rijkskanse lier von Papen zoo prat ging, vrijwel tot nul gereduceerd. En dat zal hem tijdens den verkie zingsveldtocht ongetwijfeld van alle kanten onder den neus wor den gewreven. Voor het Duit sche kabinet beteekent de publi catie van dit „gentleemen agree ment" een pijnlijke verrassing, waardoor zijn toch al wankele positie nog aanzienlijk wordt verzwakt. Da „geheime" overeenkomst. Het reeds zoo veel besproken „gentlemen's agreement" is offi ciéél aan de orde gesteld in het Engelsche Lagerhuis. Daar heeft nl. de voorzitter van de Herstel conferentie, minister-president Mac Donald, een rede gehouden. De eerste moeilijkheid te Lau sanne was, aldus de premier, dat Duitschland herstelbetalingen deed, maar dan ook alleen her stelbetalingen. Frankrijk, Groot-Brittannië en anderen betaalden en ontvingen eveneens oorlogsschulden. Ieder dezer drie groepen weigerde zijn contractueele verplichtingen na te komen. Er is, zoo vervolgde Mac Donald, veel geschreven over gentlemen's agreement. Het schijnt, dat zulks is voortgespro ten uit het antwoord, dat spreker in de plenaire zitting heeft ge geven naar aanleiding van een vraag van rijkskanselier von Papen of, indien hun plan zou mislukken, gegarandeerd kon worden, dat een andere confe rentie zou volgen. Spreker ant woordde toen, dat zulks zeer zeker het geval zou zijn. In plaats van Duitschland tot het Youngplan terug te doen vallen, stemde men er in toe, dat in een dergelijk geval de aange legenheid opnieuw zou worden ter hand genomen. Men was er evenwel van overtuigd, dat het plan niet zou mislukken. De inhoud van het gentlemen's agree ment is bekend gemaakt. Zonder deze overeenkomst zouden de Britsche gedelegeerden in een moeilijke positie zijn geraakt, indien de Italiaansche en Fransche vertegenwoordigers zouden zeg gen „Jullie zult je overeenkomst hebben, indien je ons al onze schulden kwijt scheldt". De Britsche premier zeide nog veel meer, maar het onaangename in zijn rede was, dat de belang stellende schare moest bemerken, dat er veel om de besproken overeenkomst werd heen gerede neerd, doch wat er eigenlijk precies met het „gentlemen's agreement" aan de hand was, is niet duidelijk geworden. Daarom was een heftige aanval van den liberalen staatsman Lloyd George hier wel begrijpelijk. Het doel van Lausanne is een volledige zuivering geweest. Wat beiicht werd is onvoldoende. Met een exemplaar van de gepubliceerde onderhandelingen te Lausanne in de hand, riep hij uit: „En dat is nu alles, water op de conferentie bereikt is. En dan staat er nog niet eens in, wat iedereen er graag in had gezien. Het Parlement heeft er recht op te weten wat het gentlemen's agreement inhoudt. Mac Donald heeft gezegd dat na de confe rentie met een nieuw boek be gonnen werd. Wij hebben alleen nog maar het voorwoord gehad. Een nieuwe periode is bij lange na nog niet ingezet". „Onbekend maakt onbemind". Dit is ongetwijfeld een der rede nen, waarom reeds zoovele poli tici in Amerika en thans enkele in Europa, hun ergernis niet onder stoelen en banken steken. Onze landbouw en Lausanne. Er bestaat ongetwijfeld een groote band tusschen het resul taat van Lausanne en de uitvoer- mogelijkheden van onzen land bouw. Op het eerste gezicht zal men dit niet vermoeden en toch is hij aanwezig. Wij geloo- ven daarom niet, dat wij zullen profiteeren van hetgeen er met de herstelbetalingen is geschied. Immers Duitschland heeft een belangrijke reductie der Young- schulden gekregen, er bestaat echter één groot verschil en wel, dat de Young-betalingen niet meer zouden worden hervat, al zou Frankrijk er op blijven staan terwijl de nieuwe regeiing onge twijfeld van kracht zal worden, zoodra de nieuwe Rijksdag haar zal hebben geratificeerd, hetgeen natuurlijk nog lang niet zeker is. Hoe het ook zij, in de practijk zal Duitschland méér te betalen hebben dan vroeger onder het Dawes-plan, want toen bestonden de reusachtige particuliere ver plichtingen nog niet. Wij hebben berekend, dat Duitschland naar het buitenland Mk. 2milliard jaarlijks te remitteeren zal hebben, inclusief rente en aflossing op de nieuwe obligatieieeningen van Mk. 3 milliard (die niet behoeven te worden uitgegeven zoolang de koers van 90 pet. resp. 95 pet. niet te maken is) den dienst op de bestaande Dawes en Young- leeningen, de betalingen aan Amerika, de rente en aflossing op de particuliere schulden en de verschuldigde sommen aan België inzake de oorlogsmark- biljetten. Het bestaande surplus op de betalingsbalans is daartoe niet voldoendemen zal dus trachten méér te exporteeren en minder te importeeren. Onze landbouw zal dus opnieuw een krachtig halt vernemen, wanneer hij zijn producten op de Duit sche markt zal willen brengen. In dit verband is het belang wekkend een artikel te lezen in het Algemeen Nederlandsch Land bouwblad, dat wij hieronder laten volgen „Wij hebben nimmer verwacht, dat de verandering in regeering in Duitschland ook een verande ring in de handelspolitiek zou teweegbrengen, met name minder bemoeilijking van den invoer. Dat deze veronderstelling juist is, blijkt ook uit hetgeen de nieuwe Duitsche ministers in redevoe ringen omtrent hunne plannen mededeelen. Hieronder volgt een samenvat ting van hetgeen de nieuwe minister van landbouw von Braun in een rede ontvouwde De opbrengst van de verede lingsproducten bedraagt in het loopende bedrijfsjaar naar schat ting anderhalf milliard mark minder dan het vorige jaar. Dit groote verlies moet volgens hem worden toegeschreven aan het teit, dat men op dit gebied te zeer aan de wereldmarkt en haar catastrophale prijzen gebonden is. Hoewel de vee-import belangrijk is achteruitgegaan, zoo heeft op dit gebied nog altijd een over- AXELSCHE COURANT 51) Mevr. Brühl lachte hitter. De ongeluk- kigen zija overal veilig, antwoordde ze op 'n wijze, die mijn hart deed breken. Het was nog kort geleden, dat ik haar zoo gelukkig had aange troffen, hoe was alles sinds dien tijd veranderd. Gaarne had ik haar zelf naar huis gebracht, indien ik niet ver plicht was geweest om, wegens het bezoek van den koning thuis te blij ven. Ik dacht erover om haar een van de mannen van Maignan mede te g ven, toen er met veel lawaai op mijn deur werd geklopt. Haar beduidende om stil te blijven staan, luisterde ik. Het kloppen werd herhaald. Ik opende het luikje, dat zich in de deur bevond en hoorde nu, dat Simon buiten stonden mij smeekte om zoo pauw mogelijk de deur te openen. Terwijl ik hem binnenliet, riep hij dat ik de deur moest grende len. Door de reet zag ik op de trap een toorts, die een paar mannenge zichten verlichtte. Zij sprongen haastig naar boven, maar net bijtijds had ik de deur gegrendeld. Er ging nn een luid gerucht van stemmen op. Me vrouw de Brühl zag spierwit en Simon beefde op zijn beenen Op mün vraag wat dat allemaal beteekende, kon hij eerst niet ant woorden en ik had hem juist bij zijn kraag gegrepen, als om een antwoord uit hem te schudden, toen de koning met 'n opgewekt gezicht uit het andere vertrek kwam. Hij scheen seer voldaan te zijn over wat hij van de freule gehoord had. Toen hij mevrouw de Brühl daar met 'n doodsbleek gezicht tegen den muur zag leunen, vroeg hij wat er gaande was. Ik vrees dat we omsingeld zijn» sire, antwoordde ik, nog wanhopiger door zijn tegenwoordigheid, maar door wie, dat weet ik niet. Deze jongen weet het, ging ik voort, en hem aanstootend beval ik Vooruit lafaard, vertel wat je gezien hebt. De maarschalk-provoost, stamel de hij nog verschrikter door de tegen woordigheid van den koning. Ik stond beneden op wacht maar was juist even naar binnen gegaan omdat het zoo koud was, toen ik hen hoorde binnen komen. Ik vroeg waarom hij niet naar boven was gegaan om Maignan te waarschuwen, die nu van ons afge sneden was. Dwaas schreeuwde ik, als je niet zoo stom was geweest, dan zou hij nu voor de deur op wacht staan. En wat is dat nu voor onrin met dien maarschalk-provoost Die is buiten, antwoordde Simon met verschrikte oogen. Ik dacht dat hij maar wat vertelde, maar de mannen begonnen nu op de deur te slaan en te roepen, dat <k open zou doen. De vrouwen beefden van ontzetting en het werd zoo'n leven, dat zelfs de koning een stap achteruit deed. Ik hoorde duidelijk roepen„In naam van den koning". Simon had dus de waarheid gesprokendit stelde mij echter gerust, want het was op het oogenblik minder erg, dat we met de wet te doen hadden, nu de kening bij ons wa9. Ik geloof dat de jongen gelijk heeft, gire, zeide ik op koelen toon. Het is maar de maarschalk-provoost. Het ergste is, dat hij u hier zal aan treffen, dat is natuurlijk heel verve lend, maar als we hem het zwijgen opleggen, zal hij het wel laten om er met anderen over te spreken. Zal ik dus maar het luikje open doen en hem te woord staan De koning, die geheel van zijn stuk scheen door dat plotselinge vooival, knikte van ja Ik wilde dus het luikje openen, toen mevrouw de Brühl mij bij den arm pakte. Wat wilt u beginnen riep ze ontzet. Hoort u dan n et, dat hij er bij is? Wie vroeg ik verbaasd Wie? wel mijn man. Ik hoor zijn stem. Hij heeft ontdekt waar ik ben en zal mij dooden. Ach, dat verbeeldt u zich maar, zeide ik, terwijl ik me tot Simon wendde om te vragen of het waar was. Mijn hart zonk me in de schoe nen, toen ik hoorde dat de Brühl er bij was en nu drong voor 't eerst tot mij door in welken gevaarlijken toe stand wij ons bevonden. Ik keek rond in de slecht verlichte kamer en zag naar de ontdane gezichten van de vrouwen en naar de zenuwachtige houding van den koning. Ik begreep dat we er leeltik aan toe waren- Het geluk had de Brühl wel gediend om ons nu allen tegelijk te pakken te krijgen. De koning, dien hij nu kon compromiteeren, zijn vrouw, die hi) i haatte, de freule, die hem al een keer ontsnapt was, en- mij, die hem twei» maal een hak had gezet. Het was geen wonder dat het hart mij in de schoenen zonk en met angst naar de krakende deur luisterde. Mijn eerste plicht was den koning in veiligheid te brengen, maar hoe moest ik de freule en mevrouw de Brühl bescher men Wat den maarschalk-provoost betrof, dien behoefde ik voor het oogenblik het minste te vreezen. Ik wendde mij snel tot den koning en verzocht hem om met de vrouwen in een hoek te gaan staan, die vanaf de deur niet zichtbaar was. Ze deden dit en ik opende het luikje. Toen de bende my zag, ging er op de trap een geweldig geschreeuw op, vervolgens was er een oogenblik stilte en trad de maarschalk-provoost met veel drukte naar voren. In naam van den koning, doe open, her haalde hij. Wat beteekent dat vroeg ik, naar de verhitte gezichten kijkend. Wat wilt u eigenlijk Waarom komt u op dit uur mijn huis bestormen? Ik heb een bevelschrift om u in hechtenis te nemen, zeide hij bot. Tegenstand zal vergeefsch zijn. Ais u zich niet overgeeft, dan zal ik de deur oz>en laten treken. Waar is dat bevelschrift Dat van vanmorgen is op order van den koning zelf vernietigd. Alleen maar tijdelijk geschorst, antwoordde hij. Ze hebben het mij vanavond weer gegeven om het on middellijk ten uitvoer te brengen. En nu verzoek ik u u over te geven. Wie heeft het u gegeven Mijnheer de Viiiequier. Hier Is het. Kom mijnheer, doe nu open. Voor ik dat doe, zeide ik droog, zou ik wel eens willen weten wat de heer de Brühl met daze geschiedenis te maken heeft. F.n daar heb ja warempel mijn ouden vriend Fresnoy ook al En dan zijn er nog meer ge zichten bij, die mij bekend voorkomen. Wat voeren die hier allemaal uit? Het is de plicht van ieder eerlijken man om toe te zien dat de orders van den koning worden uitgevoerd, ant woordde de maarschalk-provoost op waardigen toon. U hebt u maar over te geven, dan zal ik een onder dak voor u zoeken in het kasteel. Maar ik heb nu genoeg van al die praatjes. Ik zal u tijd geven tot deze toorts is opgebrand. Ik had mijn hand nog aan het luikje, toen ik bij den schouder werd gegre pen. Het was de koning. Hij had zijn masker afgenomen en een enkele blik op zijn gelaat deed mij begrijpen, dat er van zijn kant nieuw gevaar dreigde. Zijn oogen toonden buiten gewone opwinding, zijn wit gezicht was overdekt met angstzweet. Het gevaar, de afwezigheid van zijn ho velingen en de bekende gezichten, de hem dagelijks omringden, het late uur, het armoedige huis, dat alles was te veel voor zijn zenuwen. Of schoon hij moeite deed om zich te beheerschen, zag ik wel, dat hij alle macht over zichzelf verloren had. Doe die deur open, mompelde hij tusschen zijn tanden. Ik staarde hem onthutst aan. Maar Uwe Majesteit vergeet, dat ik nog niet... Doe open, seg ik u, herhaalde hij hartstochtelijk, hebt u me nog niet verstaan mijnheer. Ik wil dat die deur geopend wordt. Zijn slanke hand schudde zoo, dat de diamanten van zijn armband ratelden, terwijl hij sprak. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1932 | | pagina 1