Nieuws- en Advertentieblad SS voor Zeeu wsch- VI aan deren. No. 78. VRIJDAG 8 JANUARI 1932 47e Jaarg. J. C. VINK - Axel. Nög Nieuwjaar. FEUILLETON. Een moeilijke taak. Buitenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER-U1TGEVER Bureau Markt C 4. Telef. Sé. - Postrek. 60263. ADVERTENTIËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor eiken regel meer 12 Cent. Greote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franc» ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure. Het klinkt een beetje raar, maar in onze gemeente wordt nog steeds iederen dag nieuwjaar ge- wenscht. Nu ja, niet in den vorm zooals dat in familie- en vrienden kringen gebruikelijk is op Nieuw jaarsdag. Neen, in den vorm van kaartjes. Dank zij den slakken gang, die er hier in de bestelling van de nieuwjaarskaartjes zit, krijgen we de geheele week, iederen dag een of twee kaartjes. Nu eens van Neef hier, dan weer van Oom daar en voorts van Nichte ginds, Tante verder, Buur man vroeger en Vriend heden, enz. tot we misschien dan eind Januari de geheele zending kun nen verzamelen en dan eens na zien, of er ook nog onder zijn, die beantwoord dienen te worden. Wel aardig, dat Tante Pos er zoo de gang in houdt anders zaten we misschien op 4 Januari weer al zóó in de zaken, dat we ver geten waren, dat het Nieuwjaar geweest was. Het zou echter ook kunnen, dat de kaartjes intusschen wegens verandering van adres naar wie weet waarheen onbestelbaar wer den. En wat dan Misschien verhuisden de kaartjes dan wel naar een of ander crematorium, want als men de verwenschingen hoort, die ter plaatse over die kaartjes worden geuit, dan stroo- ken die allerminst met de goede bedoelingen, waarmede de af zenders hunne familie, vrienden en kennissen een nieuwjaarsgroet trachtten over te brengen. En toch gelooven we, dat die beweging over het geheele land nog een aardige opbrengst aan postzegels geeft. Maar ja, men is nu eenmaal niet meer gewoon om op de kleintjes te passen en daarom wat geef ik om Het is jammer, want velen zijn nu ontstemd over de wijze, waar op de felicitatie's voor 1932 nu binnen komen. We weten de tolk te zijn van zeer velen, als we de hoop uit spreken, dat vol gende jaren daarom een vlugger werkende methode wordt gekozen. 2) Hij heeft al tweemaal naar u ge vraagd, heer, zeide de page met een gewichtig gezicht, terwijl de veer van zijn barret bijna den grond raakte. Ik dacht dat de koning in zijn brief van twaalf uur sprak, antwoord de ik, als ik werkelijk te laat ben, dan Spijt het me. Kom, kom, zeide hij, pedant met zijn hand wuivend, het doet er niet toe. De een kan een paard stelen, zonder dat er iets van gezegd wordt, en een ander mag nog niet over een muur kijken. Dit antwoord, dat ik opvatte als een toespeling van de goede gezindheid van den koning voor mij, vervulde mij van dankbaarheid. Ik vroeg mij af, wie er toch wel in mijn oordeel over mij gesproken zou hebben. Zeker een of andere onbekende vriend, die van mijn leven en moeilijkheden op de hoogte was. Hoe het ook zij, ik stipte met een gevoel van vertrouwen de brug over, en volgde mijn gids, die me op de binnenplaats bracht. Een menigte van bedienden en rij knechten waren hier bezig met paar den te zadelen of maakten gekheid met meisjes, die uit de ramen hingen. Ze gingen allen eerbiedig voor mij op zijde en ik kon niet nalaten om met lichte ironie op te merken, dat de ge voelens wel veranderen, als men zich in de gunst van den koning mag ver heugen, In dezen vorm uit zich de klacht van een onzer lezers over de Nieuwjaarsbestellingen. We hebben ter plaatse eens geïnfor meerd en vernamen dan, dat het personeel was beperkt door ziekte van twee bestellers. En nu is het juist in drukken tijd buiten gewoon lastig om ongeschoolde hulpkrachten te nemen, omdat men meestal met het leiding en instructie geven van onbekenden nog meer tijd verliest, dan dat men winnen moet. Daar komt bij, dat er een Zaterdag- en Zondagdienst volgde op 1 Janu ari en alzoo heeft men naar ons van bevoegde zijde wordt medegedeeld met werkdagen van 12 en 13 uren gezorgd, dat op 5 Januari al wat voer 1 Janu ari was bestemd, was opgeruimd. Wij zullen onzerzijds geen oor deel over den gang van zaken uitspreken gedurende die dagen, maar voorzoover we den post dienst hier ter plaatse kunnen nagaan, kunnen we zeker consta- teeren, dat we in de laatste twee jaren hier heel wat opgeschoten zijn met verbetering in het post wezen, ondanks beperking van personeel. De leiding zit in goede handen. Japan—China. De Japansche generaal Honjo heeft medegedeeld, dat hij een nieuwen veldtocht tegen het ban dietenwezen in Mantsjoerije zal aanvangen en daarbij gesteund wordt door de onafhankelijke re geeringen der provincies Kirin en Moekden. Aan de bandietenlei ders is een vrijgeleide verzekerd voor het geval dat zij zich over geven. Te Hsinminfoe is het tot een ernstige botsing gekomen tusschen Japansche en Chineesche troepen, r.adat de plaats door Chineezen was geplunderd. Er werden 5 Japanners en 8 Chineezen gedood. De Japansche ambassadeur te Washington heeft na een bezoek aan staatssecretaris Stimson ver- De page, die me in het slot had ge bracht, opende de deur van een anti chambre en verzocht mij binnen te gaan. Aldus deed ik en ik hoorde de deur achter mij sluiten. Een oogenblik gevoelde ik me zeer verlegen. Het scheen wel als bevon den zich honderd menschen in die ka mer, en of bijna alle oogen op mij ge richt waren. Ofschoon ik wel eenigszins op de hoogte was van den staat der hofhou ding van den koning, was ik toch vei- baasd om zooveel menschen in die kamer te vinden. Wel is waar overtrof de rijkdom van diamanten, zijde en fluweel alles wat ik tot nu toe gezien had, maar ik dacht er aan, dat het vroeger in het huis van mijn vader op dezelfde wijze toeging en ik herstelde me dus en trad met een glimlach naar voren. De jonkheer de Marsac, kondig de de page aan op een toon, die me vreemd in de ooren klonk, zoodat ik me snel omkeerde om hem aan te zien. Hij was echter weg en ik keek weer naar al die oogen, die mij glimlachend opnamen. Een jongmeisje, dat naast me stond, begon te gichelen. Door dit alles van mijn stuk gebracht, keek ik in mijn verlegenheid rond naar Iemand, tot wien ik het woord zou kunnen rich ten. De kamer was lang en smal met hooge ramen en eikenhouten paneelen. In het midden brandden twee reus achtige vuren, waarin groote blokken hout lagen. Rond deze haarden ston den groerjes pages, in dezelfde klee ding als degene, die me binnen had ge* bracht en met deze waren verscheiden jonge vrouwen in gesprek. Een van de pages kwam nu naar klaard, dat hij, overeenkomstig de instructies zijner regeering, het Amerikaansche Staatssecretariaat het oprechte leedwezen der Ja pansche regeering heeft betuigd wegens den overval op den Ame- rikaanschen vice-consul te Moek den. Naar uit Moekden wordt ge meld, zijn de beide Japansche soldaten, die den overval op den consul hebben gepleegd, weer bij den troep ingedeeld. De Japan sche consul daar ter stede heeft verklaard dat hij Maandag den Amerikaanschen consul-generaal zijn diep leedwezen heeft betuigd voor het incident. Dit zou als een verontschuldiging kunnen worden beschouwd of niet. Het onderzoek wordt overigens niet geleid door de Japansche mili taire autoriteiten, doch door de gendarmerie. De Amerikaansche minister van Buitenlandsche Zaken heeft be sprekingen gevoerd, met de ge zanten van Frankrijk en Engeland over eventueele samenwerking inzake Mantsjoerije. Stimson heeft voorts den Ja- panschen ambassadeur medege deeld, dat het departement het rapport van den diplomatieken vertegenwoordiger der Vereenigde Staten in Mantsjoerije betreffende het incident te Moekden afwacht. In tegenstelling met het Japansche ministerie van Buitenlandsche Zaken beschouwt het Amerikaan sche departement van Staat het incident derhalve niet als be ëindigd. Naar in verband met hetAme- rikaansch-Japansche incident te Moekden verluidt, heeft de Ame rikaansche staatssecretaris Stim son, nogmaals geëischt, dat de daders zullen worden gestraft. Op het ministerie van Buiten landsche Zaken is men van mee ning, dat het incident ernstige gevolgen kan hebben, indien niet spoedig genoegdoening wordt ge geven. De Japansche officieren, die te Moekden een onderzoek naar het incident instellen, hebben ver mij toe en vroeg, wien ik wenschte te spreken. Den koning van Navarre, ant woordde ik. Hij keerde zich naar de groep pages en zeide heel rustig Hij wenscht den koning van Navarre te spreken, vervolgens na een plechtige stilte boog hij weder voor mij en ging naar zijn vrienden terug. Nog voordat ik wist hoe ik dit op moest vatter, kwam een tweede page naar voren en groetende, zeide hij Als ik mij niet vergis, de heer de Marsac Tot uw dienst, mijnheer, ant woordde ik. In mijn haast om aan het staren van al die spottende oogen en het gegrinnik te ontkomen, deed ik een stap voorwaarts om hem te vol gen, maar hij gaf geen teekenDe heer de Marsac, die den koning van Navarre komt opzoeken, was al wat hij antwoordde op den toon van zijn voorganger. Met deze woorden draaide hij zich schouderophalend om en keerde naar het haardvuur terug. Ik staarde hem verstomd na, terwijl achterdocht in mijn denken opflitste. Voordat ik echter in de gelegenheid was, om te handelen, kwam zoowaar een derde met strak gezicht en afge meten stappen op mij af: U bent zeker ontboden, mijnheer vroeg hij, nog dieper buigend dan de anderen. J antwoordde ik scherp, ik ben om twaalf uur ontboden. De jonkheer de Marsac, kondig de hij op zangerigen toon aan, is door den koning van Navarre om twaalf uur ontboden en met een nieuwe bui ging ging hij eveneens naar den haard klaard, dat de Amerikaansche vlag het vertrouwen der Japanners niet had, omdat zij misbruikt werd tot bescherming van Chineesche soldaten in burgerkleeding. Over ste Matsoei verklaarde, dat de Japansche soldaten uit noodweer hadden gehandeld, aangezien de consul een revolver uit zijn auto had gehaald. De consul ontkent een revolver in zijn bezit te heb ben gehad. Bij botsingen tusschen Chinee zen en Witgardistische Russen te Charbin zijn vier personen ge dood. Chineesche nationalisten vielen de Russen aan. Alle win kelzaken zijn gedurende eenige uren gesloten geweest. De Rus sische consul heelt de autoriteiten er van op de hoogte gesteld, dat hij zonder pardon zal optreden tegen alle personen, die vaische- lijk voorgeven Sovjet-Russische onderdanen te zijn en zich schul dig maken aan ordeverstoringen. De Japansche troepen hebben van Kirin uit een opmarsch be gonnen in Zuidelijke richting. Zij zijn voornemens zich te vereeni gen met de troepen die te Sjan- haikwan gelegerd zijn. Deze zijn na aankomst der Japansche oor logsschepen aanzienlijk versterkt. De berichten uit het Verre Oosten geven uitdrukking aan de vrees voor nieuwe gevechten. Een botsing van Japanners met sterke Chineesche troepenafdee- lingen in de buurt van Sjanhai- kwan wordt als onvermijdelijk beschouwd. De Amerikaansche regeering heeft generaal Mac Coy aange wezen als lid der commissie van onderzoek in Mantsjoerije. Nu hebben nog slechts de Chi neesche en de japansche regee ring toestemming te geven, opdat de Volkenbondscommissie naar het Verre Oosten kan vertrekken. De Chineesche regeering heeft Briand een memorandum over handigd, waarin op ongewoon scherpen toon ernstige verwijten tegen Japan worden gericht. Het Japansche leger heeft, on der voorwendsel van strijd tegen terug. Ik zag dat weer een ander klaar stend om naar mij foe te komen hij kwam te laat. Of ik er wat al te ver ward uitzag, of dat iemand in het ver trek het geduld ontbrak om de grap t >t het einde door te zetten, weet ik niet, maar een plotselinge luide lach, waar allen mede instemden, maakte aan het spelle'je een einde. Ik werd bleek, keek van den eenen naar den anderen kant, maar het scheen wel alsof allen mij voor den 'mal hiel den. Ik zag slechts wreede, spottende gezichten. Iemand riep achter mij: „Oudeklee- ren te koop en terwijl ik me om draaide werd het aan de andere zijde herhaald. Het maakte me hoe langer hoe wanhopiger. Eén gelach maakte zelfs zoo'n indruk op me, dat ik het nooit vergeten zal. Het was een fijn, smal gezichtje van een heel jong meisje, dat met iets uit- dagens tegen den schoorsteen stond geleund. Het was een mooi, trotsch gezichtje, waarop een uitdrukking van verachting lag, die het tij na weerhield om mede te lachen. Het spelletje zou nog langer zijn vooitgezet, had ik niet aan het einde van de kamer een deur ontdekt, die toegaan moest geven tot het studeer vertrek van den koning. Mijn wan hoop was zoo groot, dat ik er zonder plichtplegingen naar toe liep. Op het zelfde oogenblik ging er een luid ge lach in de kamer op, en verscheidene stemmen riepen me toe, hem niet te openen. Ik ben hier gekomen, omdat de koning mij ontboden heeft, antwoord de ik. en nu wil ik ook bij hem toe* gelaten worden, het bandietenwezen, groote ge bieden in Zuid-Mantsjoerije bezet. Dit is een duidelijke schending van de souvereine rechten van China en een inbreuk op het Internationale reeht, het Volken bondsverdrag, het Kellogg-pact en het Negenmogendhedenverdrag. Door de voortgezette verster king derJapanschetroepen is een buitengewoon ernstige toestand geschapen. De Japansche regee ring moet voor alle maatregelen verantwoordelijk worden gesteld. Den Raad wordt verzocht, ter stond krachtige maatregelen te nemen om een verdere verscher ping van den toestand te voor komen, en een uitvoering van het Raadsbesluit van 10 September te verzekeren. In een nota deelt de Chinee sche regeering mede dat tot dus ver geen overeenkomst tusschen generaal Ma en het Japansche opperbevel is tot stand gekomen. De Japansche troepen zijn in het geheel niet in staat de rust en orde in de door hen bezette ge bieden te handhaven. Het is on juist, dat de benden in nauwe relatie met de Chineesche troepen zouden staan. De Japansche troepen ondersteunen eerder de benden en leveren dezen wapens. De gevechten van den laatsten tijd zouden uitsluitend terug te voeren zijn tot provocatie en aan vallen van Japansche zijde. Britsck Indië. De Britsche militairen ontwik kelen in Indië met het oog op den gespannen toestand een ver scherpte bedrijvigheid ten einde excessen reeds bij voorbaat te verhinderen. Het vlaggeschip „Effingham" heeft te Chittagong een afd. matrozen en scheepsge schut aan wal gezet. Een marsch door de straten der stad volgde, waaraan ook werd deelgenomen door de manschappen van het Britsch-lndische leger en de po litie. Een Schotsch bataljon is Dinsdagavond van Poona naar Sholapoer vertrokken, om van daar uit een groote marsch te maken door het zeer dichtbevolkte gebied ter zake van vlagvertoon. Hij is op de jacht 1 riepen allen in koor uit, en wezen gebiedend in de richting van waar ik gekomen was. Daar ik echter den brief van den koning veilig en wel in mijn zak had, vond ik geen aanleiding om geloof te slaan aan heigeen zij zeiden. Ik open de dus de deur en trad binnen. Twee mannen zaten in de venster bank; ze keken om en zagen me mtt verontwaardigde oogen aan. Een van hen kwam naar me toe en vroeg op geprikkelden taon wie mij verlof had gegeven binnen te komen. Ik was reeds begonnen uit te leg gen, dat de koning mij wenschte te zien, maar voordat ik kon uitspreken, werd mij scherp geantwoord De koning is op jacht. Hebben ze u dat in de antichambre niet ver teld? Ik dacht dat ik den spreker herkende. Het was een ernstig, eenvoudig ge kleed man, van mijn leeftijd. Zonder op de vraag te antwoorden, vroeg ik of ik de eer had, met mijn heer Plessis Mornay te spreken, want dere wijze en begaafde staatsman, die een van de vertrouwden van den ko ning van Navarre was, stond inderdaad voor mij. Zeker, mijnheer, zeide hij kert- af, zonder zijn oogen van mij af te wenden. Ik ben Mornay, maar wat wilt u daarvan. Ik ben de Marsac, legde ik uit, Hiepbij hield ik op, veronderstellende dat hij in het vertrouwen des koningj was en het dus wel zou begrijpen, Welnu mijnheer, zeide hij onge« duldig. (Wordt Vervolgd,) AXELSCHEffiCOURANT.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1932 | | pagina 1