Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuw sell - Vla an deren
Het Geheim.
No. 7.
DINSDAG 23 APRIL 1929.
45e Jaarg.
V
J. C. VINK - Axel.
Binnenland.
FEUILLETON.
Landbouw.
Sj
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Centfranco per post 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-U1TGEVER
Bureau Markt C 4.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENT1ËN van 1 tot 5 regels 60 Centvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
Kameroverzicht.
De behandeling van de be
grooting van Koloniën heeft dit
jaar zeer geruimen tijd gevor
derd, doordien de Eerste Kamer
tegelijk daarmede het wetsont
werp aan de 'orde had gesteld
tot wijziging van de zetelver
houding in den Volksraad. Dat
dit voorstel niet zonder krachtig
verzet zou worden aangenomen,
was te voorzien. De heer De
Savornin Lohman moest er niets
van hebben. Hij beschouwt het
streven om aan de inlandsche
bevolking geleidelijk meer recht
van medezeggenschap te geven
als eene liquidatiepolitiek en
stelde daartegenover zijn con-
solidatie-stelsel. Van eene wijzi
ging van de zetelverhouding
vreest hij eene vervreemding van
de inheemsche bevolking van
ons bestuur.
Ook de heer Blomjous deed
zich als een beslist tegenstander
kennen. Hij beschouwt de ge-
heele instelling van den Volks
raad als eene principieele fout
Hiertegenover beriep de heer
Mendels zich op de velen, zoo
wel in ons land als in Indië, die
zich voor de wijziging van de
zetelverhouding hebben uitge
sproken. Tot dezen behooren
ook mr. Heemskerk a.r. en de
Chr. hist. Indische specialisten
van Boetzelaer van Dubbeldam
en Bijleveld. De heer Janssen
acht de politiek, die onze Re
geering heeft gevolgd, een van
vertrouwen. Dat aanneming van
het voorstel gevaren zou mee
brengen, is ondenkbaar, aange
zien de Volksraad niet in staat
is om de Regeeringspolitiek plot
seling te wijzigen. Men moet dit
wetsontwerp aannemen en daar
door trachten de Inlandsche be
volking vertrouwen in te boe
zemen.
Met veel belangstelling werd
de rede van den heer Colijn
tegemoet gezien. Hij heeft in zijn
bekend boek het denkbeeld ont
wikkeld van de vorming van
eilandprovincies van groote zelf-
Helaas heel weinig.
standigheid en wenscht nu een
Staatscommissie om dit denk
beeld aan een nader onderzoek
te onderwerpen. Aangezien de
Regeering daarvoor niets gevoelt,
is de heer Colijn in de oppositie
gegaan. Hij acht de centralisatie
van het Staatsgezag in Indië een
gevaar en wenscht daarom zijn
eilandprovincies.
Een tweede bezwaar van den
heer Colijn was. dat de aanne
ming van het amendement-Feber
als een compromis moet wor
den beschouwd tusschen Regee
ring en Staten-Generaa! en dat
men hierop niet zoo spoedig
terug mag komen. Terecht heeft
mr. Slingenberg hier tege over
gesteld, dat elke wet het teeken
van een compromis draagt, zoo
dat in deze gedachtengang elke
wetswijziging vrijwel uitgesloten
zou moeten worden geacht.
Minister Koningsberger heeft
het voorstel met groot talent ver
dedigd. Hij wees op de veran
derde omstandigheden van de
laatste 30 jaren. Bij de Ooster-
sche volken is het zelfbewustzijn
ontwaakt, de overwinning van
Japan op Rusland gaf den stoot,
het aandeel van de Oostersche
volken in den wereldoorlog deed
de rest. Zulk een ontwaken is
niet met bepalingen tegen te
houden en de instelling van den
Volksraad was daarom een nood
zakelijkheid geworden. De Volks
raad is thans een onmisbaar
orgaan in de Indische maat
schappij geworden, aan welks
ontwikkeling men moet voort-
werken.
De Kamer nam met 29 tegen
15 stemmen de wijziging van de
Indische Staatsregeling aan, nadat
de begrooting van het Dep. van
Koloniën was goedgekeurd.
Tweede Kamer.
Hoewel Minister de Geer had
te verstaan gegeven, dat de schat
kist de voorgestelde last van 4
millioen per jaar zonder belas-
tingverhooging niet kan dragen
en dat wij voorloopig nog naar
verlaging van lasten moeten stre
ven, vond de meerderheid van
Hoeveel moeite Hempel en een aar.»
de Kamer vrijheid het wetsvoor
stel met 47 tegen 43 stemmen
aan te nemen.
De Kamer heeft hierna in be
handeling genomen het wetsont
werp tot regeling van de finan-
cieele verhouding tusschen Rijk
en gemeenten. Dat dit voorstel
onverdeelde instemming zou vin
den zal niemand hebben ver
wacht. Daarvoor was reeds al te
veel critiek gehoord.
De heer Schouten achtte blijk
baar het ontwerp van niet over-
groote beteekenis, aangezien de
gemeenten ook in de toe
komst zullen blijven belast met
uitgaven, waartoe de wet haar
noopt, hetgeen toch immers een
van de grootste grieven is ge
weest. De heer Van den Tempel
juichte het toe, dat het wets
ontwerp een einde zal maken
aan de schrijnende ongelijkheid
van belastingdruk, maar kan zich
niet vereenigen met de voorge
stelde beperking van de bewe
gingsvrijheid op dit gebied. Hij
zou daarom het aantal opcenten,
die op de fondsbelasting mogen
worden geheven, niet beperkt
willen zien. De beperking tot
80 pCt. is juist voor den heer
Van Gijn een groote aanbeve
ling, aangezien daardoor zal
kunnen worden voorkomen,, dat
men de kip met gouden eieren
slacht.
Het Suikerwetje.
Ook het initiatief-ontwerp van
den heer Van den Heuvel c.s.
tot steunverleening van den beet
wortelsuiker-verbouw is door de
Kamer goedgekeurd, zij het ook
met een kleine meerderheid. Hoe
veel die dan jaarlijks kan kos
ten, was niet nagegaan, later
werd berekend, dat de kosten
op ongeveer 4 millioen per jaar
zullen komen.
Nieuwe Hofprediker.
De Koningin heeft met ingang
van 16 September a.s. op diens
verzoek op de meest eervolle
wiize verleend aan den hofpre
diker ds. W. L, Welter en met
gelijken datum tot hofprediker
benoemd prof. dr. H. Th. Obbink,
hoogleeraar aan de Rijksuniversi
teit te Utrecht. Zooals men weet,
was grof. Obbink vroegere pre
dikant te 's-Gravenhage.
Stygende Spoorweginkomsten.
De totale ontvangsten der Ned.
Spoorwegen hebben in totaal in
1928 bedragen f 173 667 467 48.
In het jaar 1927 waren de
totale ontvangsten f 162.216 728-
53. d.i. f 11.450 738 02. minder.
De Antwerpschc wereldtentoon
stelling.
Naar de Msb. verneemt, staat
de deelneming van Nederland
aan de Antwerpsche wereld-ten
toonstelling thans definitief vast.
De plannen voor het Neder-
landsche paviljoen dat, gelijk
men weet, op een der prachtig
ste punten van het terrein zal
worden opgericht, zijn gereed.
Het paviljoen, gereserveerd
voor deelneming der Nederland-
sche regeering en Nederl. steden,
zal een zuiver administratieve
tentoonstelling bevatten.
De stands der Nederlansche
firma's zullen in de internationale
hallen worden ondergebracht.
Schadevergoeding van een mil
lioen.
Door de Britsche Regeering
zal, wegens schadevergoeding
van verbeurdverklaring en schade
van schepen, want, lading en net
ten door de Nederlandsche ha-
ringvisschers en IJslandvis-
schers gedurende den oorlog
ondervonden, een bedrag worden
betaald van een millioen gulden,
waarmee dan alle hangende re
clamatie 's uit den oorlog datee-
rende als afgedaan beschouwd
worden.
De Nederl. Regeering heeft
dat aanbod aanvaard.
Gift van H.M. de Koningin-
Moeder
Als blijk van sympajhie met
het door Diakenen der Ned.
Herv. Gemeente te Bergen op
Zoom beoogde doel, mochten
dezen van H.M. de Koningin-
Moeder een aanzienlijke bijdrage
Arme vrouw, dacht hij vol me* 1
ontvangen ten behoeze van het
Bouwfonds voor het te bouwen
Rusthuis voor Ouden van dagen.
Vrijdag jl. vergaderden de
leden der op te richten room
boterfabriek te ljzendijke. De
voorz., de heer Arn. van Waes,
zei dat nu de taak van het
voorloopig bestuur afgeloopeu is.
De statuten zijn opgemaakt, de
geldleening is geregeld, de water
voorziening en de bouw der
fabriek verzekerd. De heer Zwa
german gaf toelichting op de
voornaamste artikels der statu
ten. Aanwezig was de notaris A.
M. Corthals tot vaststelling der
statuten, welke artikelsgewijze
werden voorgelezen. Hierna volg
de teekening der leden, waardoor
de vereeniging definitief is opge
richt. Aantal leden 93 met 312
aandeelen. Het bestuur werd
als volgt gekozen A. van Waes,
ïjzendijke, voorz., Em. Haver-
beke, IJz Seer., A. H. van Waes,
Schoondijke, A. J. Dees, P. L.
Magnus, J. P. van Hoeve, allen
Biervliet, Abr. Leenhouts, Eug.
Wijffels, C Doens, allen te ljzen
dijke, Cl. Bonte, St. Kruis en
E. Thomaes, Hoofdplaat.
Aan het bestuur werd mach
tiging verleend tot aankoop van
pl. m. 800 M3 terrein. Besloten
werd de fabriek publiek aan te
besteden op 2 Mei en ook de
aankoop van machinerieën.
Midd. Crt.
De bietenkirestie.
De door den Franschen land
bouwminister ingestelde commis
sie voor de bestudeering van het
suikervraagstuk, heeft zich met
beslistheid tegen de wederinstel
ling van een internationale con
ventie uitgesproken Voorts sprak
zij zich uit, dat Frankrijk niet zal
kunnen medewerken aan een
beperking der productie.
Het Verbond van Bietenteiers
vraagt: le verlaging der binnen-
landsche rechten op suiker; 2e
verhooging van het invoerrecht
op suiker (thans 1 franc per kilo)
AXELSCHE
ij
COURANT
14;
Weet uw tante, dat u heimelijk
het ouderlijk huis verliet, en waarom?
Neen I Ze mag papa wel niet,
maar ik ben er toch niet zeker van,
hoe ze mijn stap zou opvatten. Ove
rigens zal ik haar gastvrijheid niet
lang vragen, ik zal een betrekking
als juffrouw van gezelschap zien te
krijgen.
U???
Ja, ik. Gelooft u, dat ik daartoe
te trotsch ben Ik zal het dan niet
meer zijn. Ik wil vrij en onafhanke
lijk worden
Als Juffrouw van gezelschap
wierp Hempel twijfelend tegen.
ja, innerlijk tegen mijn familie.
Want zoo alleen kan ik openlijk
Felix's zijde kiezen. Ben ik eerst met
hem getrouwd, dan zal papa wel
weer vrede maken, daarvoor ben ik niet
bevreesd.
Met hem getrouwd I De detective
zag het jonge meisje met een menge
ling van verwondering, ontroering en
medelijden aan. Alleen een vrouw, die
innig lief had, kan zulk een moed
toonen.
Ik vrees, dat de weg daarheen
lang zal duren, juffrouw.
Ik ben pas achttien en hij vier»
en-twintig, wij kunnen dus wachten.
De hoofdzaak is, dat hij spoedig vrij
komt. Hoe staat zijn zaak? Hebt u
tilets nieuws ontdekt?
En hij vertelde punt voor punt, wat
hij wist.
Melitta luisterde opmerkzaam toe.
Dat is inderdaad alles zeer
vreemd. Maar we mogen den moed
niet verliezen. Ik wil alles eerst kalm
overleggen en dan zien, hoe men verder
kan komen.
Hempel glimlachte.
U spreekt bijna als een detective,
Waarom zou ik het ook niet een
weinig worden, om zijnentwil Vrou
wen zijn toch ook zoo dom niet en
de liefde maakt iemand dikwijls helder
ziend.
Ik heb niet het minste tegen uw
hulp, integendeel. Schrijf me steeds
elke 'gedachte, die in u opkomt. Men
kan niet weten bij de dichte dui
sternis, die ons omringt, kan één
enkele gedachte het licht doen door
stralen.
U moet me echter ook van alles
op de hoogte houdenDit verzoek
was de tweede reden, die mij noopte,
persoonlijk afscheid van u te komen
nemen. Mijn adres is voorloopig 3e
Reisnerstraat 15, bij juffrouw Annau.
Ik heb het hierop geschreven.
Goed, ik zal schrijven, zoo vaak
zich wat nieuws voordoet.
Ze nam afscheid en Hempel zag
haar met schitterende oogen na.
Onder de vrouwen waren toch
prachtexemplaren en deze Melitta was
er een van i
Nu was hij geheel zeker van de
zaakt de man, dien zoo iemand lief
had, kon geen misdadiger zijn.
Het scheen hem, alsof plotseling een
goede ster boven den gevangene was
opgegaan,
tal politiebeambten zich ook gaven,
de woonplaats van den grijs gebaarden
man, voor hij in het hotel „Steyerhof"
was gelogeerd, uit te vinden, het was
vergeefs.
Niemand wist iets van hem.
Daarentegen vond men een smid,
die beslist beweerde, voor drie weken
een sleutel te hebben gemaakt, precies
gelijk aan dengene, die hem werd
voorgelegd.
Een ongeveer tienjarige knaap had
dezen besteld en er bij gevoegd, dat
er haast bij was, daar zijn vader den
tweeden.sleutel verloren had en daarom
direct een nieuwen noodig had.
Gevraagd, wat zijn vader deed,ant-
woorde hijmelkboer.
Daar hij vooruit betaalde en een
sleutel als proef meebracht, had de
smid geen enkele reden hem te wan
trouwen en voerde de opdracht terstond
uit.
Welke sleutel was als proef gegeven
en wie was de lastgever?
Vrouw Moser had haar sleutel nooit
gemist en beweerde hetzelfde van
moeder Rabl en dr. Richter, die het
haar anders t">ch wel gezegd zouden
hebben 'i
Er blijft dus alleen Eisler over,
zeide Wasmut triumfeerend.
Hempel zweeg en vroeg naar den
knaap, die de opdracht bracht.
Eindelijk gelukte het hem, dezen te
vinden.
Het was de zoon van een arme
weduwe aan het uiterste eind der
stad. Op zekeren dag, toen hij op
straat met tnder knapen speelde, had
hem een man aangeroepen en hem
deze boodschap laten doen.
Hij gaf hem een sleutel mee als
model en twee kronen ter betaling, 1
Wat er over bleef, was voor hem.
Hoe zag de man er uit? vroeg
Hempel.
Bijna als een arbeider.
Groot of klein
Ik geloof nog al groot.
Droeg hij een baard Was hij
oud of jong
Dat weet ik niet. Zoo precies
heb ik hem niet bekeken, Wel droeg
hij een doek voor 't gezicht.
Een doek
Ja, hij zeide dat hij last van
neusbloeden had.
Hempel schrikte hevig.
Neusbloeden I Hij zag in den
geest Wasmut's spottend gezicht ai en
hoorde hem zeggenZoo, zoo.
Neusbloeden I Het schijnt, dat som
mige lui vaak daar last van hebben.
Waarom heb je gelogen en ge
zegd, dat je vader melkboer was
het was de sleutel van zijn huis, dien
je bracht?
Dat had de man mij zoo gezegd.
Meer was er uit den jongen niet te
krijgen.
Weer die muur, die eiken weg in
deze aangelegenheid verspert' dacht
Hempel woedend.
Zijn weg naar huis voerde hem
langs het huis der Brankows. Moeder
Rabi's goed was reeds lang verkocht
alleen de oude oorbellen had dr.
Wasmut in bewaring genomen, daar
de eigenaar daarvan niet bekend was
en het dakkamertje had een nieu»
wen huurder gekregen.
De eerste étage had nu bloemen
voor de ramen en tusschen twee
sneeuwwitte gordijnen tig Hempel een
fijnbesneden, vermoeid vrouwengelaat
uitzien,
delijden. Ze verlangt zoo naar haar
dochter, dat ze er wel ziek van zou
kunnen worden. Hoe moe z;et ze er
uit.
Iets andets trok dan zijn opmerk
zaamheid.
De vier rolluiken voor dr. Richter's
vensterramen waren nog altijd ge
sloten.
Hij zrg vrouw Moser in den tuin
bloemen opbinden en kioopte een ge
sprek met haar aan.
Met gedempte stem begon ze hem
te klagen, hoe vreemd en onpleizierig
het nu wel in huis was. Op de ka
mers van moeder Rabl woonde nu
een kleermaker, die iederen avond
dronken was en zijn vrouw ranselde
de majoor wilde hem zelfs met ge
weld het huis al doen uitzetten, had
hij gedreigd.
En de majoor was toch zoo boos
tegenwoordig. Om iedere kleinigheid
gaf het groot lawaai. Lina, die er
drie jaar als meid gediend had, had
op staanden voet moeten heengaan,
Niemand bleef langer dan een paar
dagen.
De arme mevrouw had het evenmin
rooskleurig, hoewel ze haar man nooit
tegensprak.
En dat al'es, omdat de juffrouw
weg was. Die was zijn lieveling!
Het heette nu, dat deze ziek was en
met een tante naar het zuiden was,
om de baden te gebruiken,
Maar en vrouw Moser zag
Hempel vertrouwelijk aan ik geloof
het niet. Daar steekt wat anders
achter. Men heeft toch ook oogen in
het h< ofd.
(Wordt vervolgdi)