\o. 61. Zaterdag November 1916 32® 4aair A d v e r t e n t i e b 1 ad oor Zeeuwseh-Vlaanderen. N i e ii w s- F. DIELEMA.V Een waarschuwing. Buitenland. Binnenland. O' Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en N rij dagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 60 Cent franco per post 70 Cent. Voor België 80 'Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. DVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Centvoor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag EEN ure. Prof. J. de Louter heeft in de N. crt. een drietal artikelen gewijd aan „een gevaarlijk boek", nl. bet dezen zomer verschenen en reeds door luit.-gen. De Bas en dr. N. Japikse bestreden werk van den Belgischen schrijver Pierre Nothomb „La Barrière beige". Ook prof. De Louter wijst op diens pleit voor een heerschappij van België over de Schelde en althans één harer oevers, de inlijving van Brabant, Lim burg, W. Duitschland tot aan den Edel in Luxemburg. Maar de reden waarom wij op Uit artikel de aandacht vestigen, is speciaal gelegen in de opmerkingen van den Utrechtschen hoogleeraar in ïuternatio naai recht over den chaos van onrecht en willekeur die Europa thans vertoont. Hij zegt met den meesten nadruk te willen waarschuwen tegen een blind vertrouwen zelfs op de eenvoudigste en meest fundamenteele rechtsbeginselen. Vergete men toch niet, dat het neutra- liteitsrecht een der jongste loten is van het jongste volkenrecht en blootstaat zoowel aan theoretische bedenkingen als aan de brutaalste aanslagen, lu dezen rampzaligen krijg voert de neu traliteit meer dau eenig oorlogvoerende een kamp om het bestaan en dreigt haar bvenals ruim een eeuw geledeu, een smadelijke ondergang. De neutrale staten van het begin van den oorlog zijn achtereenvolgens vrij willig ot huns ondanks, daarin medegesleept of wel het doelwit geworden van wantrouwen naijver, minachting en willekeur. Het zwakke Griekenland is zeker het meest treffend voorbeeld, maar zelfs de mach tige Unie der Vereenigde Staten van Noord-Amerika moest zich menige on rechtmatige daad laten welgevallen. Nederland, van hoe dichtbij ook be stookt en hoe hardhandig ook bejegend, kan tot dusver tamelijk tevreden zijn. Dit mag echter niet verleiden tot gerust heid. Let op het toenemend wantrou wen in de eerlijkheid onzer maatregelen en bedoelingen, op den klimmendeu naijver op onzen voorspoed, die zelfs een zware belasting op onze oorlogswin sten toelaat, op de kwalijk verholen geringschatting, waarmede onze gemo tiveerde protesten tegen de meest on dubbelzinnige schennis onzer rechten geruimen tijd onbeantwoord blijven oi met drogredenen en ironie worden op zijde geschoven op de willekeur jegens Nederlandscbe onderdanen op de open zee en zelfs op eigen grondgebied ge pleegd en ook zonder bet afschrik kend voorbeeld van Griekenland moet men ziende blind zijn om niet bekom merd gade te slaan, zoowel de gestadige uitbreiding van het oorlogstooneel en het oorlogsgeweld, als de nadering van den vrede. Indien de oorlog ons spaart dreigt bij den vrede des te grooter gevaar. Wanneer straks de afgevaar digden der uitgeputte belligerenteu bijeenkomen om een nieuwe rechtsorde te stichten, duiken talrijke vragen op, waarin de meest tegenstrijdige belaDgeu en aanspraken tegenover elkander staan. Dan is voor de betrekkelijk zwakke staten, die onzijdig bleven en nog niet ^verbloedden in den wereldkrijg, het hachelijk oogenblik daar om in geldof grondgebied het gelag te betalen van den twist der machtigen. Late niemand zicb in slaap sussen door de tweejarige rust, die ons vader land werd geschonken. De onzijdigheid was tot dusver een gemeenschappelijk belang der felle vijanden. Het oogenblik kan aanbreken dat bun gemeenschap pelijk belang het tegendeel schijnt te vorderen en Nederland een welkome prooi wordt geacht om den honger te stillen en de ouverzoenlijken te verzoe nen. En mocht die pijulijke ure komen, waarin een aanslag wordt voorbereid of beproefd op ons grondgebied, eer of aanzien, wie zal ons dau bijstaan tegen den gezamenlijken druk der ons omrin- I gende kolossen De bevriende repu bliek in Amerika of een bond der neutralen Het zou voorbarig zijn, kan zelfs onvoorzichtig schijnen, thans hierop dieper in te gaan geenszins echter een qpen oog te hebben voor het naderend gevaar, noch voorzorgen te nemen tegen een der meest voor de hand liggende kansen. En na er op gewezen te hebben dat de Belgische begeerten naar staats Vlaanderen en den mond der Wester - Schelde niet door commercieele maar door politieke en strategische redenen worden gemotiveerd, zegt prof. De Louter dat men in Nederland van dat dreigende gevaar niet algemeen over tuigd is. Men vindt het ongerijmd dat België, thans nagenoeg geheel in de macht vau den veroveraar, straks zelt op roof zal uitgaan ten koste van een bevrienden buurman. Maar men vergeet de lessen der ge schiedenis (1831), de blakende gunst waarin België zich doorgaans van de zijde der Westersche mogendheden mocht verheugen. Men verouachtzaamt eveneens de eigenaardigheden van het Belgische volkskarakter, de tweeslachtige samen stelling der bevolking, het staatkundig streven eener eerzuchtige minderheid, den grooten invloed der R.-Katholieke geestelijkheid, de overwegend Pransche sympathieën der Walen, en de ver deeldheid der Vlamen, van wie de meesten wel een oprechte vriendschap koesteren vaor het stamverwant Neder landsche volk, maar anderen met zekere afguust d'eu Nederlandschen staat be schouwen en niet ongaarne aithans Zeeuwseh-Vlaanderen aan hun eigen provinciën zouden zien toegevoegd. De artikelen van prot. De Louter gaven aan de N. Crt. aanleiding tot een hoofdartikel onder het opschrift „Sta vast!" waarvan de kern ligt in dezen zin „Het oogenblik kan komen waarop met na,me ten aanzien van deelen van ons grondgebied, eischen aan ons ge steld'"worden, waarop wij op strafte van nationalen ondergang niet anders zou den mogen antwoorden dau met een DE OORLOG. Uit Bukarest wordt dd. 29 October geseind De Rumeniërs hervatten met succes het offensief over het geheele front der Karpathen. Het communiqué van den 28sten toont aan, dat de vijand verslagen is in het dal van Trotus. Evenzeer is hij geslagen in het dal van Usui, waar de Rumeniërs 900 ge vangenen maakten, mitrailleurs en ge weren veroverden, en ook in de Kar pathen en in Transylvanië, waar de vijand 1000 dooden en 450 gevangenen verloor. Men kondigt nieuwe succes sen aan in de streek van Dragosloff- Rucar, waar een vijandel ike divisie groote verliezen leed en 500 gevange nen met 20 mitrailleurs en kanonnen verloor. Deze successen bevestigen hetgeen generaal Berthelot voorzien heeft, toen hij zeide, dat de Rumeensche troepen en officieren verrast waren door de nieuwe oorlogsmethoden, maar spoedig ondervinding verkregen, waarvan de resultaten spoedig zouden blijken. Noordelijk en Noord-Westelijk, van Tulghes tot Bicaz wordt de toestand op het "Rumeensche front onveranderd ge noemd. Bij Bratocea heeft een kleine afdee- ling den vijand op den berg Rosea over rompeld, hem zware verliezen toege bracht en hem teruggedreven. In één loopgraat zijn de lijken van 2 officieren en 70 soldaten gevonden. Wij hebben den Rosea bezet, gevangenen gemaakt, 1 machinegeweer en 1 zoeklicht ver- meesterd. Bij Predelus is de wederzijdsche be schieting verflauwd. In het Prahova dal en in de streek van Dragoslavele hebben we verschei dene aanvallen afgeslagen. Ten Oosten van de Olt is een ge- vecht gaande. In het Jiuldal blijven wij den vijand vervolgen, öij Orsova matig geschut vuur. Op het Zuidelijk front toestand onveranderd. waarts terugtrok. Daardoor konden de onzen dieper in het land doordringen en zich vastzetten in de dalen van de Dambovita, aan welke rivier verder zuidodstelijk Bukarest is gelegen. Thans wordt voortdurend gestreden op het gebergte ten N. van KampoluDg waarbij de Rumeniërs den hevigsten tegenstand bieden en het dikwijls tot verbitterde infanterie-gevechten komt. Ook ten Z. van Predeal hadden de Rumeniërs zich geducht versterkt. Aan weerszijden van den pas naar Sinaia waren op alle hoogten stellingen ingericht, gedeeltelijk van batterijen voorzien terwijl tusschen de hoogten colonnewegen waren aangelegd om troepen te kunnen zenden naar be dreigde punten. Den 28eD werd bier een aanval gedaan, weder gepaard met eene omvattende beweging over het gebergtewaardoor eene hoogte ge nomen werd, die het dal der Parazuga beheerscht, welke bij Azoga in de Pra hova uitmondt. Nadien zijn verdere vorderingen ge maakt en is Azuga bereikt door de Duitsche troepen, 10 K.M. ten N. van Sinaia gelegen. Uit Rome wordt gemeld, dat volgens inlichtingen uit Petrogad de strijdkrach ten, die Rumeaië aanvallen, ongeveer 600.000 man bedragen, waarvan 250 duizend in Transsylvanië strijden onder bevel van Von Falkenhayn, en 220 in de Dobroedsja onder Mackensen Het derde Duitsche Oostenrijksche leger, onder Aartshertog Carl gesteld, bevindt zich in de omstreken van Orsova en telt 150.000 man. De 220.000 mau van Mackensen vormen 10 divisies, waarvan 1 Duitsche 6 Bulgaarsche en 3 Turksche. Op het Westelijk front is het belang I rijkste nieuws de ontruiming van het fort Vaux, waardoor de Franschen weer in het volledig bezit zijn van de zóne der permanente verdedigingswerken vau Verdun. De Franschen en Eugelschen hebben ten Noorden van de Som me in loop graafgevechten weer winst behaald. dreigend kom en haal ze Uit het Oostenrijksch oorlogskwartier wordt omtrent den strijd in Zevenburgen geseind: De Duitsche en Oostenrijk sche troepen winnen steeds meer terrein bij de Rumeensche bergpassen, ofschoon dit door den harduekkigen weerstand der Rumeniërs en de moeilijke gesteld heid van het terrein niet geschiedt dan na aanhoudende gevechten. De Törzburger-pas, die voor troepen bewegingen het meest bezwaarlijk is en over hoogtsu van soms 1300 M. voert, was door de Rumeniërs beveiligd door versterking van alle hoogteD, terwyl hij verder was geflankeerd door loop graven, rijeu wolfskuilen en draadver sperringen. Een steile hoogte ten Z. van den pas was voorzien van vier pantsertorens. De Duitsche troepen deden op deze stellingen een trontaan- val, terwijl Oostenrijksch Hongaarsche i troepen omvattend over de hoogten uitrukten en den vijand in flank en rug bedreigden, waarna hij zich zuid- De visscherykwcstie te IJmuiden. Men meldt uit IJ muiden aan het Hbld. De stoomkorder „Hercules", die na vrijlating uit Engeland is gaan visschen eu die behalve de twee vermiste schepen „Zaanstroom III" en „J. T. Cremer" de laatste stoomkorder van de IJmuidervloot is, die uog op zee is, wordt te IJmuiden aan de markt ver wacht. Er was geen aanvoer van visch slechts een tweetai botters brachten een weinig visch aau, terwijl nog eenige kleine cousignatie-zeudingen van de omliggende plaatsen verkocht werden. De anders' zoo vol beweging zijnde vischhal leverde nu een treurigen aan blik, daar es?- een groot aantal kisten stonden opgestapeld, doch zonder visch. Intusschea ligt de geheele IJmuider stoomvisschersvloot werkloos in de V3» COURANT i i 11 jTJ/-.t- nn.YünKliIr

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1916 | | pagina 1