\o. 49.
Zaterdag 23 September 1916
32e «laarg»
Nieuws
- en Advertentieblad
voor Zeeuwscli-Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
Binnenland.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 60 Centfranco per post 70 Cent.
Voor Bklgië 80 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groeta letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden fr*noo ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag EEN are.
Vereenigde vergadering der beide
Kamers der Staten-Generaal.
De heer Van Voofst tot Voorst, die
den voorzitterstoei bekleedt, opent, na
dat de leden zich naar de Ridderzaal
begeven hebben, te half één de ver
gadering en laat door den griffier der
Eerste Kamer voorlezen een Kon. Besl.
ran 5 Sept., houdende zijn benoeming
tot voorzitter van de Eerste Kamer
gedurende de zitting van Dinsdag.
De Voorzitter benoemt een commissie,
die H. M. de Koningin in het gebouw
tal ontvangen en uitleiden.
De Ministers en de leden van den
Raad van State vereenigen zich te één
uur mede ia de Ridderzaal.
H. M. de Koningin, vergezeld van
Prins Hendrik, kort daarna in de Rid
derzaal aangekomen, wordt door de
commissie in de vergaderzaal binnen
geleid, neemt plaats op den Troon en
houdt, terwijl de Prins naast Haar ge
zeten is, de volgende
TROONREDE:
„Mijne Heeren
Ten derden male sedert de rampzalige
oorlog uitbrak, die Europa verscheurt,
ben ik in uw midden, vervuld door de
zorg voor de hoogste belangen van ons
vaderland.
Dat voor mijn volk tot dusver de
vrede behouden kon blijven, stemt mij
tot dankbaarheid. Gelukkig bleven onze
betrekkingen met alle mogendheden van
vriendschappelijken aard.
Ik zal ook in het vervolg de plichten
nakomen, die een neutrale natie door
het volkenrecht zijn opgelegd. Maar ik
ben vast besloten onze onafhankelijkheid
te verdedigen en naar vermogen,
tegenover wien het ook zij, onze rechten
te handhaven.
Bij de vervulling van die taak steun
ik, behalve op ons goed recht en de
eensgezindheid der natie,' op onze zee en
landmacht, die op alleszins lofwaardige
wijze den haar opgelegden last blijven
dragen.
De aflossing van onder de wapenen
staande dienstplichtigen door nieuw
opgeleide manschappen en de daaraan
gepaarde belangrijke uitbreiding onzer
levende strijdkrachten, worden geregeld
voortgezet. De voorraden wapenen,
munitie en ander materiaal worden,
ondanks te overwinnen moeilijkheden,
voortdurend vermeerderd.
De mogelijkheid om, met handhaving
onzer weerbaarheid, den druk der
mobilisatie te verlichten, wordt door mij
opnieuw overwogen.
Het economische leven van ons land
ondervindt meer en meer den invloed
van de omstandigheden, welke door den
oorlog zijn in het leven geroepen. De
toestand van land- en tuinbouw is
over het geheel nog niet ongunstig.
Toch worden de moeilijkheden, bij
de uitoefening van deze juist in de
tegenwoordige omstandigheden voor
de volkshuishouding zoo belangrijke
bedrijven ondervonden, steeds grooter
en is bij enkele onderdeelen reeds een
remmende invloed op de productie
merkbaar.
Op het gebied van handel en nijverheid
trachten zoowel de regeering als de
belanghebbenden de nadeelige gevolgen
te beperken van de moelijkheden, die,
maatregelen, in het buitenland genomen
in verband met den oorlogstoestand,
voor onzen uitvoerhandel medebrengen.
In toenemende mate was de regeering
genoodzaakt maatregelen te nemen
in i het belang van de volksvoeding.
In verband daarmede was beperking
van den uitvoer en ingrijpen in het
binnenlandsch economisch leven nood
zakelijk.
Het scheepvaartverkeer in de Neder-
landsche havens bleef gering. De
groote vrachtvaart leverde bij voortdu
ring gunstige uitkomsten op, terwijl
ook de toestand der kleine vaart eenige
verbetering vertoonde.v Ook de zeevis-
scherij gaf gunstige resultaten, doch
ondervond in den laatsten tijd ernstige
moeilijkheden naar welker oplossing
wordt gestreefd. De andere takken van
visscherij gaven met enkele uitzonde
ringen ook betere uitkomsten.
De maatregelen tot handhaving van
de neutraliteit en tot tempering van de
nadeelige gevolgen van de crisis voor
de economisch zwakkeren blijven bij
voortduring zeer hooge eischen aan de
schatkist stellen.
Voorhands zal kunnen worden afge
wacht in hoeverre de opbrengst der
bereids tot stand gekomen buitengewone
belastingen inde daardoor ontstane
behoeften voorziet.
Een wetsontwerp tot nadere regeling
en versterking der inkomsten van het
leeningfonds 1914 zal U worden aange
boden.
De voorstellen tot versterking der
middelen ten einde, afgezien van de
uitgaven in verband met den buitenge
wonen toestand, het tiaaucieele even
wicht te herstellen zullen uwe aandacht
blijven vragen, evenals die tot verrui
ming van het belastinggebied der ge
meenten en tot heffing van opcenten
ten behoeve der gemeenten op de be
lasting der naamlooze vennootschappen.
Ook in Nederlandsch Indië wordt veel
ongemak ondervondén van de belem
meringen in het overzeesch verkeer als
gevolg van den in Europa woedenden
oorlog. De uitkomsten van handel en
scheepvaart in alle koloniën geven
niettemin reden tot tevredenheid.
In Suriname mocht zoowel het klem
als het groot-landbouwbedrijf op nipt
onbevredigenden uitslag wijzen. De
weldra verwachte voltooiïng der haven
verbetering op Curasao en de vestiging
op het eiland van groote w%rken tot
opslag en bereiding van aardolie-voort
brengselen, die aan honderden arbeid
zullen verschaffin, rechtvaardigen de
hoop op betere toekomst.
Het stemt mij tot erkentelijkheid, dat
op tal van plaatsen in Nederlaudsch-
Indië door ingezetenen van allerlei
landaarden betoogingeu zijn gehouden
om gehechtheid te betuigen aan het
Nederlandsch gezag en bereidvaardig
heid om daarvoor persoonlijke en gel
delijke offers te brengen.
De'regeering zal niet nalaten harer-
zjjds datgene te doen wat gedaan kan
worden tot versterking der levende
strijdkrachten in Nederlandsch-Indië,
en, voor zoover de uiterst bezwarende
omstandigheden het gedogen, voortgaan
met de uitbreiding der vloot en verdere
toerusting tot krachtige verdediging ter
zee. De te Tandjong Priok, Soerabaj'a
en Makassar aangelegde havenwerken
zullen weldra in gebruik kunnen worden
gesteld.
Veel zal opnieuw van uwe toewijding
worden gevraagd. Belangrijke wetsont
werpen zullen ook in dit zittingsjaar
uwe aandacht vorderen.
Ik verklaar, met de bede dat God ons
ook in detfen zorg vollen tijd moge bij
staan, de gewone zitting der Staten
Generaal geopend."
H. M. de Koningin, vergezeld van
Prins Hendrik, en voorafgegaan door de
commissie, verlaat daarop de vergade
ring.
De Voorzitter sluit, nadat de commis
sie in de zaal is teruggekeerd, de
Vereenigde Vergadering.
TWEEDE KAMER.
In de Woensdag gehouden vergade
ring der Tweede Kamer deelde dhr. Lief-
tiuck, wnd. voorzitter, mede, dat H.M. de
Koningin mr. Borgesius weder tot voor
zitter heett benoemd. Spr. wenschte
mr. Borgesius geluk en hoopt dat de
Kamer hem zijn zware taak zoo licht
mogelijk zal maken.
Mr. Borgesius dankt voor het hem
geschonken vertrouwen en rekent op
den steun der Kamer, bij de vervulling
van een taak welke zeker zwaar is.
Ingekomen is de mededeeling dat mr.
Schim van der Loeff als lid heeft bedankt
terwijl de heer Engels, als lid voor
Almelo, den eed heett afgelegd.
De millioenennota.
Zooals ook het vorige jaar maakt
de splitsing in gewone en crisisuitgaven
het overzicht van de financiën zeer
ingewikkeld.
Als we de crisiscijters afzonderlijk
nemen dan geeft 1914 een eindcijfer van
90 millioen; eh 1915 van 218 millioeu.
Voor die uitgaven dienen echter
ook weer de crisis-inkomsten van
de leeningen en de speciale belastingen.
We zullen die nu in deze samenvatting
buiten beschouwing laten.
Op den gewonen dienst wijst 1914
peu tekort aan vau 9 millioen en 1915
van 22 millioen.
Voor het laastgenoemde jaar was de
ramiug van het tekort 18.5 millioen.
Niettegenstaande de invoering van de
inkomstenbelasting kwam daar dus nog
3.5 millioen bij. Reden daarvan zijn
vooral de ruim drie millioen voor
nieuwen vlootbouw zeven millioen voor
bestrijding van mond- en klauwzeer,
en 21/, millioen voor waterstaatswerken
in veroaud met het voorkomen van
werkeloosheid.
Omtrent de vermoedelijke uitkomsten
van 1916 kunnen geen voorspellingen
worden gedaan. De suppletoire begroo
tingen zijn hooger dan andere jaren,
waar tegenover staat, dat tot dusver
verschillende middelen eenige millioe-
nen meer opbrachten dan de raming.
Wat de begrooting voor 1917 betreft
deze wijst als totaal eindcijfer een
bedrag aan van 264 millioen, dat is 19
millioen hooger dan het vorig jaar.
De voornaamste oorzaken van die
aanzienlijke stijging zijn de volgende:
ruim 7 millioen wordt aangevraagd
voor nieuwen vlootbouw, waarvan 4
millioen door Indië zal worden betaald
ruim 4 millioen meer door hoogere
exploitatie-kosten der staatsmijnen
1.5 millioen door stijging van de rente
voor vlottende schuld.
De overige verhoogingen ontstaan
door tractementsverhoogingen, onder-
wijs-subsidies, aanschaffing van oorlogs
materiaal enz. M. crt.
De tiende penning.
Het tekort wordt voor 1917 geraamd
op 21 millioen, waartegenover staat de
opbrengst van de nieuwe belastingen
geschat op 17 millioen; blijlt over 4
millioen.
Tot dekking daarvan stelt de Minister
voor tien opcenten op de inkomstenbe
lasting te heffen.
Uit de staatsbegrooting voor 1917.
Havens in Zeeland. Voor den aauleg
van een tweede havenkom te Breskens
werd ƒ20,000 als eerste termijn toege
staan voor 1916. Een voor 1917 ge
vraagd bedrag van 125,000 is bestemd
voor den aanleg van den nieuwen
oostelijken havendam en de verlenging
van de beschoeiing met de daarachter
gelegen opslagplaats aan de oostzijde
van de bestaande haven.
Kanaal van Ter Neuzen. Met de
uitvoering van de havenwerken en
kaaimuren zal nog in dit jaar worden
begonnen door den aanleg van de noor
delijke haven. Met inbegrip van den
bouw van een baanwachterswoning en
een post voor onvoorzien, ziju de kosten
van de werken te Ter Neuzen nog te
stellen op 475,000. Van dit bedrag
zal rond 75,000 .ten laste komen van
den dienst van 1916, terwijl het res-
teerend bedrag van 400,000 over de
dienstjaren 1917 en 1918 zal kunnen
worden verdeeld.
Voor de verbetering van de wegen
langs het kanaal Gent—Ter Neuzen
van Sluiskil naar de Axelsche Sassing
en van Sluiskil naar Ter Neuzen is
25,000 geraamd.
Voorts worden gelden aangevraagd
o. a. voor den verderen bouw van
derde schutsluizen voor het kanaal
door Zuid-Beveland te Hausweert en
Wemeldinge en voor eene inrichting
voor bronnenbemaling.
Een bijdrage is uitgetrokken voor de
provincie Zeeland iu de kosten van
aanleg van een verbindingsweg tusschen
Oost- en West Zeeuwsch Vlaanderen, en
wel van 10;000 als eerste termijn in
de helft der kosten van 240,000, dus
120,000. N. R. Crt