Zaterdag 10 Augustus 1916
32e «laai
xl BJ ÉJ
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeenwsch-\ ia an der en.
F* 'DIELEMAft,
Buitenland.
e| la
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 60 Cent; franco per post 70 Cent.
Voor België 80 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regelmeer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag EEN nrc.
DE OORLOG.
Een officieel Duitsch bericht van 3
dezer maakte gewag van een vlieger
aanval op Meirelbeke, een voorstad van
Gent, waarbij zestien inwoners, o. a.
negen vrouwen en kinderen, werden
gedood ot zwaar gewond. Een corres
poudent van de Strassbürger Post geeft
yan dien aanval een beschrijving.
Het was een drukkend heete Augus
tusmiddag; In de kleine straten van
de Gentsche voorstad Meirelbeke, be
roemd om zijn bloemkweekerijen, vooral
Oü door haar azalea's, araucaria's eD lau
rieren, heerscht diepe vrede. Plotseling
het geroepde Eugelschen komen
Er is haast gejuich in die stemmen.
De hoop spreekt er uit, maar het blijken
Eagelscbe vliegers. Het zijn er een
dozijn, die hoog vliegen. Reeds vallen
de bommen. Een geloop en gejammer.
Een soldaat roeptIn de kelders
Een jong meisje roept lachende terug
We hebben er geen 1
Aan de wacht treden de manschappen
aan. Het bevel klinktLaden met
vliegerpatronenIn twee gelederen
aantreden 1 Een pas tusschenruimte
Vuur op de vliegers! Vizier 700!
Salvo's op salvo's kraken. Daartus-
schen bom na bom. De vliegers stijgen
hooger.
Op een weg liggen reeds vrouwen
en kinderen te bloeden. Naast de villa
van een Hollander, een grooten kwee-
ker, wordt in een huis een dood kind
gedragen. De vrouw des huizes heelt
een granaatschert door de borst gekre
gen, door en door
Bijna veertig huizen, eenvoudige ar
beidershuizen, zijn min of meer be
schadigd. Enkele daken zijn wegge
slagen. De Duitsche officieren van ge
zondheid helpen de gewonden. „Daar
kunnen jullie de Engelschen voor dan
ken De Belgen halen de schouders op
Na een kwartier is het afgeloopen.
Er is geen militaire schade aangericht,
maar wel groote vernieling op de
kweekerijen. Vermoedelijk hebben de
vliegers de kassen voor kazernes aan
gezien.
De bommen hadden een vreeselijke
uitwerking. De huizen zien er uit
alsof ze de mazelen hebben getrad
Duizenden granaatscherven hebben
gaten in de muren geslagen.
A. R. CH.
Een bijzondere correspondent van
Reuter in Frankrijk beschrijft het be
zoek van koning George aan Frankrijk
Hij deelt mede De Koning deed een
auto tocht door de gevaarlyke zone
waarbij hij vergezeld was van zijn staf
en den prins van Wales. De Koning
sloeg het barsten van de grauaten boven
beide Unies gade. Uitgaande van een
punt in het vroegere Britsche front
wandelde hij dwars over het midden
van het terrein, waar begiu Juli was
gevochten. Daarop doorschreed hij het
terrein tusschen de oude Britsche en
Duitsche loopgraven, welk terrein vol
(jrauaatkuilen zat en dat bedekt was
door puin en de overblijfselen van ver
nielde voorwerpen. De Koning zeide,
er over verbaasd te zijn, dat mensche
lijke wezens daar hadden kunnen leven.
Handig klauterde de Koning op de
borstweringen en liep verscheidene
meters ver over wat indertijd Duitsche
verschansingen waren geweesthij
tooude zich zeer voldaan over de uit
werking van het Britsche geschut. Ook
begaf de Koning zich in de op de
Duitschers veroverde, diep uitgegraven
holen, waarbij hij de opmerking maakte,
dat de Duitschers klaarblijkei k hadden
gedacht, er nog lang in te kunnen
blijven. „Maar thans gaat het hun zoo
goed niet."
Ook sloeg de Koning het bombarde
ment van Pozières gade hij was daar
te midden van de bedrijvigheid, op een
plaats, waar de granaten over hem
heen gierden.
Ten slotte vertrok de Koning
hoewol met tegenzin na langer te
zijn gebleven, dan aanvankelijk zijn
plan was. TV. R. Crt.
Botha is van een bezoek aan Smuts
uit Oost Afrika teruggekeerd. In een
persgesprek weidde hij met voldoening
uit over den voortuitgang in Oost-Alrika.
Jij sprak geestdriftig over de samen
werking van alle troepen, hetzij Boeren
of Britten en hun aanhankelijkheid aan
Smuts. Een waarlijk bewondererrswaar
dige geest bezielde het geheel. Groote
moeilijkheden was men te bovengeko
men. Bij de moeilijkheid van het
opereeren in haast ontoegankelijke
bosscheu kwam de ziekte mensch en
dier belagen. De afstanden waren ont
zaglijk. De inlandsche Duitsche troepen
verstonden het vechten zeer goed en
worden bewonderenswaardig aange
voerd. De Duitsche atdeelingen machi-
kanonnen verdienden alle achting en
de vijand was knap in het maken vau
versterkte stellingen. Daarvan waren
verscheiden onder zeer ongunstige om
standigheden bestormd. Niettegenstaan
de de hinderpalen was de vooruitgang
van de strijdkrachten van Smuts ver
bazingwekkend geweest; het overblijf
sel van de Duitschers wordt snel om
singeld.
Aangezien de meeste zwarte Duitsche
troepen van de streken bij het Tanga-
jikameer kwamen, die reeds alle meer
ot min in ons bezit zijn, was hun neiging
om te vechten bepaald verminderd.
Daarom had Botha een optimistischen
kijk op de zaak en vermoedde hij dat
het einde nabij was. N. R. crt.
mengd.
niet geweest
Onlangs heette het in een officieel
Duitsch bericht, dat ter vergelding van
vliegeraanvallen op onverdedigde Duit-,
sche steden, de stad Belfort met ver
dragend geschut onder vuur was ge
nomen.
Volgens de Basler Nachrichten is uit
de berichten over het bezoek van presi
dent Poincaré aan Belfort gebleken, dat
die beschieting zware schade heeft
aangericht. Er zijn eenige straten in
het midden der stad genoemd, waar
die schade het grootst was. Poincaré
dei tot den burgemeester, dat hij de
deelneming der regeering met de zwaar
beproefde stad overbracht. Hij ge
waagde ook van een vliegeraanval.
N. R. Crt.
Over de gevechten aan het Somme-
front schrijtt majoor Morath in het
Berl. Tageblatt
Op 1 Juli begon de infanterieaanval
van het versche, zeer sterke leger van
generaal Haig. Thans zijn er ander
halve maand verloopen en de groote
poging tot doorbraak der Engelschen
is uitgeloopen op e'en heen en weer
golvenden positjestrijd. Deze uitslag
bevredigt de legerbesturen der gealli
eerden in geenen deele en als op bevel
trachten de Engelschen den 3tilstand
van het offensief verklaarbaar te maken.
Zoo schreef de Moruingpost een dag of
tien geleden: „Al melden de officieele
berichten der laatste dagen geen grooten
vooruitgang, toch mag men niet aan
nemen dat wij door den vijand worden
tegengehouden of dat wij een politiek
van werkeloosheid volgen." Waarheid
en onwaarheid zijn Ijiier dooreenge-
Werkeloos ziju de Engelschen
De aanvallen op de ge
vechtsterreinen lahgs den belangrijken
weg AlbertBapaume waren op 12,
13 en 14 Augustus met grooten druk
ingezet. Het gelukte den Engelschen
echter niet hun front in noordoostelijke
oostelijke richting uit te breiden.
Sedert de eerste Engelsche aanval tot
staan kwam, hebben wij ongeveer de
zelfde linie behouden en het is mis
leidend wanneer de Londensche be
richten beweren, dat de groote tweede
Duitsche linie zou zijn genomen. Deze
linie is ongeveer gelegen op het front
Graadcour t CourceletteMarlinquich
Guille'mont en aangezien wij veel tijd
hadden om ons op de komende gebeur
teuissen voor te bereiden, hebben wij
langs en achter deze linie meer dan
één versterkt frontzoodat thans na
45 dagen de Engelschen precies voor
hetzelfde werk staan als bij het begin,
maar met dit onderscheid, dat het
groote Britsche leger zware verliezen
heeft geleden en dat tallooze tegenaan
vallen zijn innerlijke kracht tot op zijn
grondvesten hebben geschokt.
Den Franschen is het niet beter ge
gaan hun in de laatste dagen tusschen
Maurepas en Hem ondernomen aan
vallen ziju zonder succes gebleven, ten
koste van talrijke offers. Ook deze
tegenstander heeft ondanks ziju dapper
heid, zijn doelden straatweg Péronne-
Bapaume, niet bereikt.
Derhalve is de toestand van even
wicht hersteld en het stoute plan van
den Engelschen legeraanvoerder om
ouze doorbraak tusschen Tarnow en
Gorlice na te doen mislukt, want wat
ook moge gebeuren en hoe vaak de
Engelschen hun divisies laten storm-
loopen, wij mogen niet vergeten, dat
gindsche doorbraak zich na weinige
dagen tot een grooten veldslag ontwik
kelde, terwijl de Engelsche doorbraak
poging in anderhalve maand nog geen
ruimte heeft kunnen vinden om zich
te ontwikkelen. Het is lot op zekere
hoogte gelukt om den sterken druk op
de Franschen bij Verdun te verlichten,
maar de slag aan de Somme heeft ons
ook daar niet achterwaarts doen gaan.
N. R. Crt.
Het Fransche avondbericht van
Woensdag meldde de volgende voor-
deelenAan het Sommefront deden
wij na een hevige artillerievoorberei
ding, aanvallen welke ons belangrijke
terreinwinst opleverden. Ten N. van
Maurepas veroverden onze troepen in
samenwerking met de Engelschen een
geheele linie Duitsche loopgraven over
een front van ongeveer 1500 M. Op
sommige plaatsen bereikten zij den weg
GuillemontMaurepas. Ten Z. van
Maurepas, over een front van 2 K.M.
breedte en een diepte van 300 tot 500
Meter werden de vijandelijke stellingen
ten O. van den weg Maurepas-Cléry
3ur Somme door onze infanterie bezet,
waarbij de vijand zeer zware verliezen
leed. Talrijke krijgsgevangenen maak
ten wij. Ten Z. van de Somme ver
overden onze troepen een krachtig
versterkte loopgraaf over een lengte
van ongeveer 1200 Meter ten Z. van
Belloy en-Santerre en maakten ongeveer
60 krijgsgevangenen.
Voor het Oostelijk gevechtsterrein
geven de centralen on, in hun nieuwe
linie alle aanvallen der Russen te heb
ben afgeslagen, en door tegenaanvallen
het op één punt behaalde voordeel den
vijand weer te hebben ontrukt.
De Russen geven te kennen, dat zij
tusschen Zlota Lipa en Dujestr al vech
tend vooruitkomen. Maar zij geven
daarbij te kennen, dar, de tegenstand
des vijands verwoed is en een topo
grafische bepaling van den vooruitgang
blijft achterwege.
Voor de gevechten ten Z. van den
Dnjestr, aan de Bystrzyca, zijnde dat
de Zuidelijke zijrivier van den Dujestr,
waarachter zich de centralen hebben
moeten terugtrekken, ontbreken in het
Russische bericht de topografische op-
gaven niet. Zij deelen m )de, dat zij
Zolotwina en Mariana hebben genomen.
Tusschen de Bystrzyca en de boven-
Pruth, ziet de toestand er voor de cen
tralen nog allerminst rooskl urig uit.
Verder naar het Z.-O., bij de grens
tusscheD Hongarije en de Boekowiua,
gaan de centralen in de bergen nog
telkens een weinig vooruit.
N. R. Crt.
Verschillende berichten.
De voorzitter van de commissie uit
het Lagerhuis voor het aanleggen van
een tunnel onder het Kanaal, heeft een
brief gericht tot den eerste-minister,
waarin hij het belang bepleit vau den
onmiddellijk na het beëindigen, van den
oorlog aan te leggen tunnel. De Fran
schen zijn ven hun kant bereid het
werk onmiddellijk ter hand te nemen.
A'. R. Crt.
De bladen publiceeron sensatióneele
bijzonderheden over het iucideut te
Sjengsjiatoeng. Zij beweren, dat een
Chineesche soldaat een Japanner aan
viel, waarop de eenige Japansche politie-