So. 3. 32-' Jaar» r Zaterdag 8 1916. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen, F. DIELEMAft Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent DRUKKER UITG EVER A X L. ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Graote letters worden naar plaatsruimte berekend, Advertentiëc worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag EEN are. De Crisis. De Regeering heelt de volgende ver klaring afgelegd „De Regeering stelt er prijs op, in aansluiting met het medegedeelde in comité-generaal openlijk te verklaren, dat het schorsen van het verleenen van periodieke verloven een maatregel ii van voorzorg, in verband met het onwrikbaar besluit om onze neutrali teit strikt te handhaven. Die maatregel is niet het gevolg van bestaande politieke verwikkelingen, maar berust op gegevens, welke een toenemen der gevaren, waaraan ons land blootstaat, doen duchten. Het zoude niet in 's lands belang zijn omtrent den inhoud dezer gegevens eenige mededeeling te doen." Het comité generaal van de Tweede Kamer is Dinsdagochtend te 11,45 uur aangevangen. Het voorstel daartoe werd bij den aanvang der vergaderiug door den voorzitter gedaan. Met het oog op de omstandigheid, dat de vergadering aizoo onmiddellijk na den aanvang overging in eene met gesloten deuren, bleven de toegang tot de publieke tribune en de gewone jour nalistenkamer gesloten. Naar gemeld wordt, waren in de vergadering in comité generaal alle ministers tegenwoordig. Het comité generaal duurde tot half- twee. Slechts anderhalf uur heeft dus de geheime vergadering geduurd. De Kamer overzichtschrijver van de A. Ro't. Crt. ziet hierin eenige gerust stelling. Er schijnt niet veel verschil van gevoelens te hebben geheerscht, meent hij en geeft dan de volgende beschouwing. Geen conflict, geen onmiddellijk drei gend oorlogsgevaar, geen ultimatum of oninwilligba're eisch, niets van dat al is er er is niet gedreigd en er werd niets geëischter is een maatregel van voorzorg genomen in verband met he onwrikbare besluit om onze neutrali teit stipt te handhaven. Voor een paniek bestaat dus geen aauleiding. Evenwel blijve het besef levendig, dat wij er nog niet zijn, dat in de toekomst alles mogelijk, blijft. Voor optimisme hoede men zich even zeer als voor ontmoedigend pessimisme! Nog steeds zijn wij niet voorgoed aan den oorlog ontkomen de maatregel, in het laatst van de vorige week genomen „berust op gegevens, welke een toene ming der gevaren, waaraan ons land bloot staat, doet duchten". Het moge niet in 's lands belang geacht worden, „omtrent den inhoud dezer gegevens eenige mededeeiiug te doen", dat de regeering niet uit grilligheid of uit zenu wachtigheid voorzorgsmaatregelen getroffen heeft, is n.u wel duidelijk. De algemeene toestand (waarover reeds eenigen tyd geleden de heer Colijn in de Eerste Kamer met zekere ongerust- heid sprak, en waarover hij nog pas een interessant tijdschriftartikel schreef) is er niet beter op trewordeu. Waak zaamheid en doorzicht, paraatheid en vastberadenheid echter kunnen ook ditmaal ten bate van ons land hare krachtige preventieve werking uitoefe nen Naarmate wij ons meer van den ernst van den toestand bewust zijn, is de kans om buiten schot te blijven arooter. Alle noodelooze opwinding blijve echter achterwege. Had zij niet de jongste dagen menigeen parten ge speeld de plotselinge waakzaamheid van den Nederlandscben leeuw ware voor velen eer een geruststelling dan het tegendeel geweest. Over de vraag, of ten aanzien van de ofïicieuse en oföcieele berichtgeving in het jongste verleden fouten zijn begaan, kan men natuurlijk in dit ver band breed uitweiden. Liever consta teeren wij met voldoening, dat althans heden ook voor het ganscbe volk van de regeeriugstatel eenige rustige en sobere woorden gesproken zijn, woorden die veel dwaze fantaisieëu zullen hebben weggevaagd. Eu de omstaudigheid, dat voortaan de regeeriugscommuniqué's van het Haagscbe Correspondentiebu reau als „offici el" zullen worden be stempeld en dus onmiddellijk zullen kunnen worden onderscheiden van audere mededeeliugen van dezelfdezijde kan in de toekomst veel misverstand voorkomen. Dit nieuwe systeem is al dadelijk toegepast bij het bericht betref fende de torpedeering van de Elsiua Helena, een leit, waarover men na andere soortgelijke gewelddaden stellig een woord uit den mond van een Kamerlid verwacht zou hebben, ware het niet, dat men rekening had te houden met de mogelijkheid, dat ook dit punt in de vergadering met gesloten deuren was ter sprake gekomen. Officieel wordt uit Louden gemeld dat op de conferentie der geallieerden te Parijs geen besprekingen zijn gehou den tegeu de belangen van Nederland ingaande. Het gerucht, dat de geallieerden van plan zijn of van plan waren een ge wapende macht op Nederlandsch grond gebied te ontschepen is volkomen on juist. Deze berichten, die van Duitsche zijde werden verspreid, zijn volkomen verzoüuen. De Londensche correspondent van het Hhld. meldde aau zijn blad „De geruchten uit Nederlaud hebben hier grooteopgewoudenheid veroorzaakt. Zaterdag en Zondag vroegen mij her haaldelijk Engelscheu naar nieuws uit Nederland. De Nederlandsphe kolonie wist echter niets. De meeste Nederlan ders waren overtuigd, dat de geruchten zeer overdreven waren, .siemand ge loofde ook slechts een oogenblik, dat Holland ooit in moeilijkheden met de geallieerden zou komeu. De „Times" en de „Daily News" verklaarden op grond vau mededeelin gen uit bevoegde bron, dat de bewering dat het zou komen tot een actie tegen Nederland naar aanleiding van vertoo- gen als gevolg van de conferentie van Pat ijs, totaal ongegrond was. Er is naar aauleiding van die conferentie niets gebeurd, dat aan de vriendschappelijke betrekkingen tusschen Nederland en Engeland afbreuk kan doen. De „Times zegt, dat in den bevredi genden toestand van de diplomatieke betrekkingen tusschen Nederland en Engeland sedert maanden geen wijziging is gekomen. De Daily News" verklaart in een hoofdartikel, dat de Nederlandsche Regeering vermoedelijk van meening is, dat er ernstige gebeurtenissen te wachten zijn, waardoor de toestand van Nederland moeilijker wordt. Zij neemt daarom voorzorgsmaatregelen. De Parijsc+ie correspondent van bet blad meldde „In hunne beschouwin gen over de voorzorgsmaatregelen, ge nomen door de Nederlandsche Regee ring, houden de bladen zich vooral bezig met de verklaringen in de Duitsche pers, die het geloof trachten te wekken dat die maatregelen tegen Engeland aericht zijn. Zij wijzen erop, dat de betrekkingen tusschen Nederland en Eugeland van uitstekenden aard zijn en dat de onderhandelingen tusschen de N. O. T. en de Eugelsche Regeering betreffende het (invoer-) verbod van sommige nieuwe artikelen op bevredi gende wijze verloopon. De „Petit Pa- risieu" spreekt de meening uit, dat er in Holland geen politiek man is, die gelooven zal, dat Eugeland de al-Duit- sche methodes zal toepassen en de neutraliteit van Nederland schenden volgens een zoogenaamd offensief plan, dat te Parijs opgemaakt zou zijn. Duitschland, dat meent zeer handig te zijn geweest door de uitvinding van dit verhaal, zou wel eens spoedig van dien waan verlost kunnen worden en de „Tubautia" zaak in haar vollen om vang tegen zich gekeerd zien. De Regeering neemt geenerlei ver antwoordelijkheid op zich voor eenig bericht, dat niet uitdrukkelijk als „officieel" is gewaarmerkt. De „Tubantia". Het Departement van Marine deelt mede, dat het onderzoek naar het wrak van de „Tubantia", waarvoor aanvan kelijk door den Koninklijken Holland- schen Lloyd maatregelen waren getrof fen, door de regeering is overgenomen. Tengevolge van het ongunstige weer kon uiet voor de afgeloopen week met bet onderzoek worden begonnen. Het is Maandag gelukt de juiste plaats van het wrak te bepalen en met het stoom schip Wodan een eerste onderzoek door duikers te laten instellen. Dinsdag morgen zou met duiken worden voort gegaan er werd echter bericht ont- vangen, dat het wéder daarvoor te on gunstig was. Avp. Blijkens bij het dep. van Marine ont vangen bericht, is deNederlandsche schoener „Elzina Helena" Maandagna middag 3 uur in de Noordzee getorpe deerd. De bemanning ia met een sloep op het lichtschip „Noord Hinder" aange bracht en Maandagavond door het red- dingsscbip „Atlas" overgenomen, van waar zij Dinsdag werd afgehaald. Nader wordt nog gemeld, dat de schoener 121 ton meet en afkomstig is uit Oude-Pekela. Avp. Het telegrafisch verkeer met Engeland is nog steeds niet normaal. Wel zijn er thans drie draden in gebruik, maar met Londen kan nog altijd geen reeht- streeksche verbinding worden verkregen waardoor de telegrammen uit en naar Engeland en Frankrijk zeer veel ver traging ondervinden. Avp. De Arena. De stoomtreiler Clara Nico, YM. 108 is te IJmuiden met de 14 opvarenden van het in de Noordzee in den grond geboorde Noorsche stoomschip Arena aangekomen. Kapitein Grodness, de gezagvoerder van de Arena, deelt in zijn rapport over 't verlies van zijn schip mede: De Arena behoort thuis te Kristiania, meet 604 ton netto en was den 31 sten Maart van Frederiksstad naar Huil vertrokken, beladen met 434 standaard gezaagd hout en 79 ton ferresolution. 't Was Zondag 2 April, des avonds te half zes, dat de eerste stuurman, die de wacht aan dek had, twee schoten hoorde en op korten afstand een duikboot ont waarde. Onmiddellijk stopte de Arena de duikboot heesch de seinen I A, waarop de Arena de reis in Westelijke richting voortzette. Kort daarna werd weder een schot op de Arena gelost. Het stoomschip keerde terug, waarop de duikboot nog een seinletter F heesch, waarop de kapitein van de Arena met enkele manschappen in een gestreken boot aan den .dnikboot-commandant de scheepspapieren ter inzage ging bren gen. Op de vraag van den duikboot commandant, hoeveel vaart de Arena liep, antwoordde de gezagvoerder „Ze ven mijl". „Dat is te weinig", ant woordde de duikboot commandant. „We zullen uw schip in den grond boren. We geven nog 5 minuten", en naar de Arena werden de letters A B geseind, waarop de overige opvarenden onmid dellijk in de 2de boot het schip verlie ten'. Daarna loste de duikboot aan bak boord van de Arena 5 schoten, draaide om het schip heen en loste aan stuui boord 4 schoten, waarop de Arena zonk tot aau het bovengedeelte van de com mandobrug. De duikboot-commandant deelde den Noorschen zeelieden mede, dat een stoom visschersvaartuig op kor ten afstand lag en dat men daarheen met de twee scheepsbooten kon roeien. Het visschersvaartuig was de iJmuider stoomtreiler Clara Nicol, die reeds op het hooren der schoten te hulp kwam snellen en de opvarenden van de Arena uit de twee scheepsbooten opnam. Aan boord van den treiler, rappor-, teert de kapitein verder, vonden we een behandeling zoo goed, als we dat slechts van Nederlandsche schepen ken nen en gewend zyn. We hadden na tuurlijk niets kunnen redden en ik bad

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1916 | | pagina 1