11
LAATSTE LIEFDE.
\o. 52.
Zaterdag 3 October 1914.
3Öe Janrg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwscli-Vlaanderen.
F. Dl KLEM AN,
Buitenland.
FEUILLETON.
AXELSCH
COURANT
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groot» letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
DE OORLOG.
Hoe een Duitsch viieger zijn tocht
boven Parijs beschrijft.
Dat het vooral tegenwoordig voor de
vliegeniers geen pretje is om een tocht
door het luchtruim te maken, blijkt wel
uit de volgende beschrijving van een
Duitsch vliegenier, die daarin verhaalt
hoe hy een tocht naar Parijs en terug
ondernam, en die we lazen in „Het
laatste Nieuws" uit Antwerpen.
„Op den 6en Sept. was ik 's morgens
te D. opgestegen met de opdracht, de
vijandelijke stellingen bij S. en F. te
rerkennen, en schetsen daarvan te
maken. Eerste luitenant K. vloog mee
als waarnemer, en mijn tweedekker
droeg ons spoedig op ongeveer 800 M.
over de vyandelijke stellingen.
Zooals wij verwacht hadden, werd er
al spoedig druk op ons gepaft en een
paar malen nam ik het mij reeds be
kende trillen in het toestel waar, een
teeken, dat er een kogel door de draag-
vlakte was gegaan. Na een vlucht van
drie uur, kohden we ons rapport bij
den generalen staf te M. indienen, en
kregen daarvoor warmen dank. Toen
ik 's middags met behulp van een paar
chauffeurs mijn „kast" weer vliagklaar
maakte, deelde een Beiersch officier van
den generalen staf mij mede, dat hij
gaarne den tocht der Engelschen op den
grooten straatweg naar M. zou wiilen
waarnemen.
Zoo steeg ik dan 's middags om 4 uur
weder met majoor M. op en
Roman van George Ohnet.
(Nadruk verboden.)
»Oordeel niet naar de zwakheid, die
ik tegenover u toonde, uw goedheid heeft
de veerkracht van mijn karakter ontspan
nen, maar ik bezit wilskracht en energie
ik heb dat getoond en zal dat nog meer
toonen. Het komt omdat ik het belang
van den strijd, door mij begonnen, be
grijp en weet wat er het gevolg van kan
«jn. Gij hebt mij dat gezegd de eerste
maal toen ik u raad vroegik zou mis
schien voorzichtiger hebben gehandeld als
ik de oogen had gesloten, doch dat was
mij onmogelijkik heb den toestand
thans tot klaarheid gebracht. Op dit
oogenblik bestaat er voor geen der par
tijen twijfel en het is thans onmogelijk
terug te treden al kon dat, ik zou het
Diet meer willen. Gij ziet, dus dat ik
vast besloten ben ik heb u dat reeds
gezegd als antwoord op uw wijze woorden
>Voor mij geen schikking alles of niets.*
Ik ben niet meer op een leeftijd dat een
V» vrouw haar leven begint en zich 07er
een verloren liefde troost in het vooruit
zicht van eeu andere. Armand kan,
m*g voor my niet anders zijp dan een
bleek ons, dat de Engelschen zich op
Parijs terugtrokken.
Op Parijs! Myn vlieggast schreeuwde
mij iets toe. Ofschoon ik niet verstond
wat hy riep, door het geraas van den
motor, geloofde ik hem toch te begrijpen.
Ik keek op den benzinemeter en zag,
dat ik nog voldoende brandstof had.
Daarop hield ik zuiver zuidwaarts aan,
en na ongeveer een halt uur zagen wij
diep, diep onder ons de grijze, onmete
lijke huizenzee van de Fransche hoofd
stad. Met een vaart van 100 K.M. per
uur stoven wij er op toe, en.spoedig
zweefden wij boven de metropool.
Weerloos lag daar het hart van den
vijand, het trotsche lichtende „Babel
der Seine" onder my.
Iu groote kringen cirkelde ik boven
de huizen. In de straten een opgewon
den menschenmenigte. Bijna een uur
hadden wij zoo rondgevlogen en waren
van tijd tot tyd beschoten geworden,
toen van Juvisy met de grootste snel
heid een Fransche ééndekker naderde.
Daar hij vael vlugger was dan mijn
dubbel-dekker, moest ik rechtsomkeer
maken en trachten te ontkomen terwijl
de majoor myn karabijn nakeek en naar
zijn repeteerpistool greep. De eendek
ker kwam nader en naderik trachte
op 2000 meters te komen, om de 'be
schermende wolken te bereiken, maar
mijn achtervolger steeg sneller dan wij.
En plotseling zie ik op slechts 500 meters
afstauds voor ons nog een tweeden
ééndekker, die mij den weg wil af
snijden.
Nu komt het op snel handelen aan.
Onmiddellijk heeft myn vliegmakker
laatste liefde en die liefde zal ik verdedigen
als mijn leven. Dit verontschuldigt, niet
waar, de tranen die ik zooeven vergoot,
want ik weende over mij zelve.»
»Gij zult niet behoeven te weeneD,
mijn lieve Mina,* zeide de markies, »gij
hebt te doen met een man van eer. Het
zal voldoende zijn Armand te toonen dat
hij zich op een verkeerden weg begeven
heeft om hem van dien weg te doen
terugkeeren. Hij zal zelf aan zyn redding
moeten betalen en daardoor zal uw geluk
nog meer verzekerd worden.*
»Ik hoop het,* zeide mevrouw de Fon*
tenay glimlachend, »doch ik geloof dat
gij te optimistisch zijtgij weet hoe moei
lijk ik te voldoen ben 1*
De markies de Villeuoisy stond op en
de giavin eerbiedig de hand kussende,
sprak hij
Wanneer ik u zie en hoor, hoe zou
ik dan anders kunnen dan goeden moed
hebben Gij zult zegevieren en ik her
haal dat gij mij steeds gereed zult vinden
n op alle wijze ter zijde te staan.*
Zij dankte hem door een beweging
met het hoofd en toen hij weg was, trok
zij zich in haar kamer terug, 't Eerst
keek zij op de pendule, 't Was twee
'uur. Mina's hart kromp ineen. Zonder
dat Armand het had gezégd, was zij zeker,
dat hij naar juffrouw Andrimout was
gegaan; bovendien, had hij haar van dit
plan mededeeling gedaan, zij zou er niet
over gedacht hebben hem daarvan af te
den toestand overzien. Ik schiet op
den vlieger voor ons tóede majoor
legt den karabyn aan. Hy schiet drie
maal. Daar suist de vijandelyke ma
chine, die naast ons en nauwelijks 50
meters van on» verwijderd is, eerst een
eind schuin opwaarts en ploft dan als
een steen naar beneden. Onze andere
vervolger is intusschen bijna vlak boven
ons gekomen en beschiet ons met repe-
teerpistolen. Vlak naast mijn gasregu-
lator slaat een kogel in het lichaam
van mijn vogel. Dan omringt ons een
beschermende, ondoordringbare wolk,
die ons aan 't gezicht van den vijand
onttrekt. Steeds verder klinkt zijn
motorgedaver.
Toen wij weder uit de nevelzee op
doken, liep het naar zevenen. Om ons
te oriënteeren, daalden wij, maar plot
seling doken voor, naast en achter ons,
gryze rookslierten opspringende gra
naatkartetsen. Ik bevond mij dus nog
steeds boven vijandelijke stellingen en
bleek te zijn blootgesteld aan het vuur
van een afdeeling Fransche artillerie.
Steeds sneller werd er gevuurdIk
bemerkte, dat de machine treffer op
treffer kreeg, maar bleef koers houden.
Plotseling laait vlak voor mij een
wit-gele vlam op, de machine steigert
als een gewond paard, en ik zie den
majoor ineenkrimpen. Er druipt bloed
van zijn schouder. De bovenste span
draden van een der draagvlakken zijn
geknapt. De motor raast en knettert
nog wel, maar de schroef is verdwenen.
Een springende granaat, had onze
schroef weggemaaid, een der vier draag
vlakken vol gaten geslagen en den
brengen. Na het onderhoud van den
vorigen dag, was het noo'dig dat hij Lucie
terugzag. Ernstige vragen moesten hem
thans bezig houden en de ernstigste dier
vragen was die, welke Mina had geopperd,
dat het jonge meisje zou ophouden zich
terug te trekken uit de wereld.
Moest zij jaloersch zijn nu zij wist
dat haar man bij het jonge meisje was
Zekerlijk, als ooit een onderhoud aanlei
ding kou geven tot verliefde uitiDgen,
was het dit en het was niet zonder vol
doening dat de gravin thans dacht aan
de moeilijkheid, waarin Armand zich
thans moest bevinden om juffrouw An-
drimont te naderen. Die vernedering
van den echtgenoot was een« begin der
wraak van de vrouw. Doch mevrouw
de Fontenay was niet in eeu stemming
om zich bezig te houden met dergelijke
kleinigheden, zij dacht slechts aan den
uitslag en wachtte dien met ongeduld.
Onderwijl was Armand naar Neuvilly
gegaan. De weg, dien hij anders zoo
vreugdevol aflegde scheen hem thans
onaangenaam. Hij dacht er, terwijl zijn
rijtuig voortrolde, over, wat hij Lucie zou
moeten zeggen en zijn ongerustheid was
groot. Hij vreesde de ontevredenheid van
het jonge meisje en haar verwijten. Al
had hij geweten wat zijn vrouw te ant
woorden, Tiij was niet even zeker dat
hem dat zot» gemakkelijk zou vallen
tegenover juffrouw Andrimont. Dat was
heel iets andershij werd bemind door
schouder van den majoor verbrijzeld.
Bijna rechtstandig schiet mijn toestel
ter aarde. Maar met inspanning van
alle krachten gelukt het my, ingly vlucht
over te gaan, en ik wierp den twee
dekker in de toppen van een woud
onder mij. Krakend splinteren takken.
Dan smak ik tegen een zy wand en weet
verder van niets meer.
„Als ik weer tot bewustzijn kom,
bevind ik mij naast majoor G. op het
zachte mos uitgestrekt, te midden van
een groep Duitsche landweermannen.
Duitsche voorposten hadden mijn val
waargenomen en waren het bosch bin
nengedrongen, om mij te redden. Majoor
G. bleek zwaar aan den schouder ge
wond te zijn en werd naar het naburige
lazaret vervoerd. Ik had mijn been
gekwetst, maar kon mij met een nood
verband om, met alle mogelijke en
onmogelijke transportmiddelen weer
naar mijn troep begeven."
We meldden dit ter illustratie en om
een beeld te geven van de doodsver
achting, waarmede de verschillende
partijen elkaar besfryden.
De strtyd in België.
Ook in België woedt de oorlogsfakkel
nog met onbeschrijfelijke felheid.
Vooral de laatste dagen en nachten
dringt het kanongebulder bijna onop
houdelijk tot ons oor door.
Wat de resultaten ervan zullen zijn
moet natuurlijk de tyd leeren en daar
om wenschen we even te waarschuwen
voor allerlei geruchten, die het praat
grage publiek verspreidt en doorlicht-
geloovigen worden aangenomen.
Mina en hij beminde Lucie. Sterk tegen
over de eene, moest hij zwak zyn tegen
over de andere. Hij hield voor zich zelf
allerlei redeueeringen, trachtende zijn
argumenten zoo te vormen, dat hij op
alle kritiek en vertoogen zou kunnen
antwoorden, doch hij slaagde daarin
slechts gedeeltelijk.
Toen het rijtuig voor het hek stil hield
maakte hij voor de eerste maal geen
haast om uit te stappen. Hij duwde het
kleine hek open en trad den tuin binnen.
Langzaam en met gebogen hoofd liep hij
de laan af. Wie hem zoo gezien had
zou hem niet aangezien hebben voor een
verliefd man, die zyn schooue ging be
zoeken, doch eerder voor een schuldenaar
geroepen door zijn scbuldeischer.
Hij vroeg omzichtig aan de kamenier
of haar meesteres thuis was zonderlinge
vraag want Lucie ging nooit uit op dien
tijdDe deur van den kleinen salon
werd hem geopeud. Hij bleef voor het
venster staan, in spanning de eerste ont
moeting afwachtend en tot zich zelf zeg
gende»Als ik maar eenmaal weet in
welke stemming zij verkeert, zal ik meer
op mijn gemak zijn.* Hij had niet lang
den tijd na te denken, want een portière
werd op zijde geschoven en juffrouw
Andrimont trad binnen.
Wordt vervolgd.)