LAATSTE LIEFDE.
Ao. 29.
oensdaq 15 Juli 1914.
50' Jiiarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
Buitenland.
FEUILLETON.
AXELSCHEffl COURANT.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 8/2 maal.
AdvertentiÖD worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
ALBANIË.
De regeering heeft een telegram ont
vangen van den prefect van Koritsa,
die de wijk heeft genomen naar Berat.
De prefect geeft de regeering officieel
kennis, dat Koritsa, na een verbitterden
strijd van drie dagen, in h'anden der
krieken (Epiroten) is gevallen. De op
standelingen hadden de stad vanStarowo
uit aangevallen.
Geregelde Grieksche troepen hebben
na een verschrikkelijk bombardement
trots den wanhopigen tegenstand van
de Albaneesche bezetting ten slotte de
stad veroverd.
Ongeveer 50.000 inwoners zijn uit
vrees voor de wreedheid der Grieken,
met achterlating van hun bezittingen,
naar alle richtingen gevlucht.
De prefect verzoekt de regeering
Idringend om hulp. Het Grieksche leger
dringt moordend, brandend en plun
derend voorwaarts.
Zoodra dit telegram was aangekomen,
heeft de Mbret de gezanten van de
groote mogendheden tot zich laten
komen om hen met den ernstigen toe
stand iD Epirus in kennis te stellen
en met hen over de te nemen maat
regelen overleg te plegen.
N. R. Crt.
Een door de opstandelingen naar
Durazzo gezonden parlementair deelde
Vrijdagmiddag der regeering mede, dat
de beide in El Bassan zich bevindende
gevangen Hollaudsche officieren naar
Sjiak teruggebracht zijn en aah de
Roman van George Ohnkt.
Nadruk verboden
In het rijtuig gezeten had Armand zijn
nieuwsgierigheid niet kunnen bedwingen
en zyn vader gevraagd
»Wat heeft tante toch gedaan, dat
grootpa zoo boos op haar is
»Zij is tegen zijn wil getrouwd.*
*0! Waarom?*
»Omdat zij iemand beminde, die groot
pa mishaagde.*
I »En waarom mishaagde hij hem
»Omdat hij niet uit onzen stand was.*
»0 Uit welken stand was hij dan
Hij behoorde tot de bourgoisie hij was
een iudu3triëel.«
»Wat is dat een industrieel?*
»Dat is iemand die in zaken is
»Is het dan slecht in zaken te zijn
»Och kom, je verveelt mij met je
vrageD 1*
Met dat »je verveelt mij* was het
onderhoud gesloten, maar in Armand's
geest had zich de overtuiging gevormd,
dat zijn tante Laurenc: iemand van slecht
&Uooi had getrouwd en dat dit minder
allooi daarin bestond dat hij zaken deed,
dus werkte.
controle commissie wordenovergegeven.
Het bericht van den val vau Koritsa,
dat levendige ontroering en bezorgdheid
heeft naar voren geroepen, is bij hèr
haling bevestigd.
Groote opwinding heeft het bericht
veroorzaakt, dat de Epiroten en de
opstandelingen een overeenkomst ge
troffen zouden hebben. Men gelooft in
een Grieksch Mohammedaansch samen
gaan met een politieken achtergrond.
Toch heeft deze veronderstelling niet
een sterken grond, omdat de overeen
komst tusschen de Epiroten en de op
standelingen hootdzakelyk naar voren
wordt geroepen doordat zij den gemeen-
schappelyken vijand bestrijden.
Avp.
DUITSCHLAND.
De keten van de Noordwestelijke
Karpathen in Galicië, Beskidengeheeten,
is een geliefkoosd doel van toeristen
uit het Zuidoosten van Duitschland.
Zondag 28 Juni en Maandag 29 Juni
hadden verschillende Opper-Silezische
afdeelingen vandeBeskiden-vereeniging
een pleizierreis ^oor hare leden op touw
gezet, waaraan velen deelnamen. Maar
de Duitschers hebben van die reis
weinig aangename herinneringen thuis
gebracht. In de bu urt van Bielitz-Biala
en Saybusch nam de bevolking, die,
naar het heet, door Poolscbe sokol-ver-
eenigingen was opgehitst, een vyandige
houding tegen de Duitsche toeristen
aan. Op verschillende plaatsen werden
argelooze wandelaars, zelfs vrouwen
en kinderen, zonder reden door een
menigte Polen aangerand, gesteenigd,
En daar noch zijn vader, noch zijn
grootvader werkteo, was hij door den
eerbied, dien hij voor hen gevoelde, tot
de overtuiging gekomen dat degenen,
die niet handelden als zij, kwaad deden.
Hij had dientengevolge een slechten
indruk behouden van dit incident en de
naam zijner tante Laurence was in zijn
gedachten altijd verbonden geweest aan
iets slechts Over den man, noch de
vrouw was meer gesproken.
Armand had op jeugdigen leeftijd zyn
moeder verloren, en niemand in zijn om
geving had ooit reden gehad over de
ongehoorzame dochter te spreken. Hij
was dus opgegroeid zonder zich ooit af
te vragen wat er van die tante Laurence
was geworden.
En thans dwoDg hem die brief van
deu notaris een blik te.slaan op het ver-
ledene. Een bloedverwantdat kon niet
anders zijn dan het kind zijuer tante.
Zij kwam uit de Engelsche koloniën die
afwezigheid verklaarde dus waarom haar
bloedverwanten nooit iets van haarhadden
gehoord. Mejuffrouw Andrimontdat
waS dus de naam van den industriël,
om wiens liefde de schoone tapte Lau
rence haar vader ongehoorzaam was ge
weest, haar stand had verloochend en een
eenvoudige burgeres was geworden.
Armand herinnerde zich thans deu dag,
toen zijn grootvader in zyn treurigen
toorn, de schuldige byna had vervloekt.
De tijd was voortgegaan, ook de
met stokken geslagen en op andere
wijze mishandeld. In vele gevallen
verkeerden de Duitschers in het grootste
levensgevaar, daar er maar weinig gen
darmen en politieagenten by de hand
waren, om hen te beschermen. Vele
honderden aanvallers vervolgden de
toeristen tot in den Pruisischen extra-
trein. De vervolgers bleven demenschen
in den trein met steenen bestoken, zoo
dat zij plat op den vloer moesten gaan
liggen, om niet door steenen en glas
scherven gewond te worden.
De besturen van alle Opper Silezische
afdeelingen van deBeskiden vereeniging
en van de Oostenri iksche Alpen ver
eeniging hebben nu het departement
van buitenlandsche zaken te Berlyn
met het gebeurde in kennis gesteld,
bescherming tegen een herhaling van
dergelijke voofvallen verzocht en aan
gedrongen opeen voorbeeldige bestraffing
van* de aanvallers en hun ophitsers.
N. R. Crt.
ENGELAND.
In het Lagerhuis heeft Sir Edward
Grey, de minister van buitenlandsche
zaken, Vrijdag, ten vervolge op zyn
mededeelingen over de voorbereiding
van de aanstaande Haagsche vredes
conferentie, verklaard, dat hij over de
kwestie van de vermeerderde wapening
niets nieuws te zeggen had. Ik heb
mij, zeide hij, zoo goed mogelijk over
deze kwestie uitgedrukt, maar er is
van de andere groote mogendheden in
Europa geen antwoord gekomen. Telkens
als Engeland getracht heeft om bij een
ander land een beperking van de krijgs-
denkbeelden waren veranderd sedert
dien eersten Januari en de haatdragend
heid van den ouden aristocraat was niet
meer van dezen tijd. Dat eene dame
van adel een gewoon burgerman huwde
gebeurde thans alle dagen, mits de bur
german zeer rijk was en de dame van
adel geen bruidschat had aan te bieden.
Dat was eigenlijk het geval geweest met
Laurence de Pont Croix toen zij in kennis
kwam met dat »monster«, want Armand
wist wel hoe het met het fortuin gestaan
had dat de markies had nagelaten
veel kwartieren in het wapen, maar geen
geld, en nie.t alle dagen ontmoette een
jong meisje, dat niets bezat dan haar
schoonheid, een Pontenay Cravant, jong
en millionair, die voor haar toekomst kon
zorgen. Het leven met dien grootvader
moest niet benijdenswaard zijn geweest;
Armand tenminste had van de feestdagen
waarop hij zijn grootvader bezocht, geen
aangename herinneringen bewaard. De
daad van zijn tante Laurence was dus
best te verontschuldigen. Zij zag een
oude-vrijster-leven in 't verschiet en be
greep dat dit treurig zou wezen en van
die gedachte voor de toekomst tot een
huwelijk met een man, dien zij liefhad,
was maar een stap. Had zij geen gelijk
dien slap te zetten
Mooi ja, dat was tante Laurence en
het miniatuurportret, dat de indirecte
oorzaak van de scène was geweest, die
als kind zulk een indruk op hem had
toerustingen te berde te brengen, heeft
dat land het voorstel beschouwd als
een poging tot belemmering van zijn
vrijheid van handelen. Men heeft het
ongunstig ontvangen. Men moet dus
van de directe methode afzien. Indirect
kan men werkzaam zijn door de be
trekkingen tusschen de verschillende
landen te verbeteren. Die betrekkingen
zijn sedert eenige jaren verbeterd. Dat
heeft de groote mogendheden in staat
gesteld om de Balkan-crisis te boven
te komen, maar belet niet, dat de
wapeningen steeds toenemen. Engeland
is er niet verantwoordelijk voor.
Om de beweging te stuiten, moet men
vertrouwen op de openbare meening,
die, als de uitgaven overal ondraaglijk
geworden zijn, tusschenbeide zal komen,
om aan de toeneming van de krijgstoe
rustingen een einde te maken. Het
voorstel van Churchill, om de uitgaven
voor de marine te beperken, had niets
beleedigends voor vreemde natiën.
Engeland zal al zijn best doen, om alle
maatregelen die een beperking van de
krijgstoerustingen ten doel hebben, aan
te moedigen. N. R. Crt.
MEXICO.
Generaal Villa, omtrent wien dezer
dagen geruchten gingen, dat hij ver
moord zou zijn, maakt het goed en heeft
zich te Washington uitgesproken inzake
een officieuse bijeenkomst tot sluiting
van den vrede tusschen de constitutio-
nalisten en de aanhangers van Huerta.
Hij is vierkant tegen die conferentie.
Ook de generaals Gonzales, Qbregon en
Carranza zijn van dezelfde meening.
gemaakt, bewees dit. Hij had het, de
papieren uit eene lade eener kast, na den
dood zijns vaders schikkende, daar terug
gevonden in denzelfden toestand als het
was, toen hij het vond in het album
zijns grootouders, zonder lystje, als een
voorwerp dat men niet durft vernietigen,
doch niettemin veracht. Armand had
het in een kistje gelegd bij de souvenirs
van zijn moeder afkomstig. En thans
kwamen hem de trekken der jonge vrouw
weergegeven op dit dunne blad ivoor,
duidelijk, bijna als levend voor de oogen.
De oogen hadden een liefelijken opslag,
om den mond was een glimlach en langs
het gladde voorhoofd, vielen de kastanje
bruine lokken in fraaie krullen neder.
Geleek zij op haar moeder, die bloedver
wante, die uit verre landen kwam en
was zij een Pont Croix of een Andrimont?
Hij werd uit zyn overpeinzingen gewekt
door het geblaf der honden, die in den
hof hem mat de knechts wachtten. Haas
tig legde hij den brief van Bernard Pellier
iD een lade en voegde zich bij zijn vrien
den. Toch hield deze zaak hem steeds
bezig. Hij was van plan geweest niet voor
het begin der volgende maand naar Parijs
te gaan, opdat de gravin niet alleen op
het kasteel zou zijn om de eer aan de
gasten te bewijzen, maar toen een week
was voorbijgegaan werd hij ongeduldig en
schreef hij zijn notaris dat hij 's Maandags
om een uur op zijn kantoor zou komen.
Wordt vervolgd.)