29e «liarg.
No. 79.
Zaterdag 10 Januari 19141.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. Dl EL EM AN,
Buitenland.
FEJJ1LLETON.
Ds dochter van den Spion.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groet» letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing S/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en VrQdagnamiddag TWEE uren.
DUITSCHLAND.
By de opening van de Tweede Kamer
te Straatsburg heeft Bourger, het oudste
lid in jaren, als tijdelijk voorzitter, een
politieke rede gehouden, waarin hij uit
voerig over Zabern handelde. Hij ge
vaagde van den moeielijken toestand
van het rijksland, 43 jaar na de inlijving.
Elzas Lotharingen is en blijft een ge
meenschappelijk „object" van het Duit-
iche ryk, voor velen nauwelijks meer
dan een glacis. De rijkslanders willen
uit dien onwaardigen toestand geraken.
Sedert een reeks van jaren is in de
volksvertegenwoordiging geklaagd over
de in Elzas-Lotharingen bestaande mili
taire byregeeringen en over de ongun-
itige gevolgen daarvan voor allen, die
er mee te maken hebben. By de be
raadslagingen in den Rijksdag is uitge
maakt, dat militairen zich bevoegdheden
van de burgerlyke overheid hebben
aangematigd. Als iemand ongeschikt
is, om over de politieke aangelegenheden
in het ryksland te oordeelen, zyn dat
stellig bevelvoerende generaals. Zy zyn
van eenzydige opvattingen doordrongen
en hebben geen aanraking met de volks-
ïiel. Een politiek ambtenaar (v. Jagow)
heeft onlangs nog verklaard, dat zij zich
.bijna in vyandelyk land" voelen. De
keizer wordt door militairen jeenzijdig
ingelicht. De militairen moeten zich
echter buiten de politiek houden, welke
voor de menschen die er toe geroepen
zyn, toch al moeielijke beslissingen
meebrengt. By de kwestie van Zabern
Roman van E. von Wald Zedwitz.
(Nadruk verboden.)
78)
»Wat zouden zij ons Dog kostbaars
kunnen ontnemen Wanneer zij begee-
rig zijn naar ons leven c
Zij bleef stekenlag er reeds diepe
imart in hare woorden, meei nog lag
die in den toon, waarop deze geuit
werden.
»Maar wanneer u dat gerust kan stel
len, wil ik wel eens zien I* Zij stond
op, om met vasten stap naar de deur te
gaan.
Blijf I Ge zult niet alleen gaan, ik
zal eerst een paar personen van ons die
nend personeel roepen,* antwoordde de
oude dame.
Marie Esther lachte droevig.
»Wat zou mij kunnen overkomeD
Hare woorden klonken smartelijk
scheen als kwamen zij over de lippen
eener stervende, die niets meer aan het
leven op aarde hecht.
Eer mevrouw Hessenstein was opge
staan, bevond Marie Esther zich reeds
aan de deur en een oogenblik later op den
weg. Daar zag zy eene gestalte. Het
was die van een knaap, die schuw, als
had hij iets misdreven, naar alle kanten
hebben de Duitschers die zich in Elzas-
Lotharingen gevestigd hebben, aan den
kant vau en achter de oorspronkelijke
bevolking gestaan. Gebeurtenissen als
van Zabern zouden in geen anderen
bondsstaat zulk een omvang kunnen
krijgen, omdat het staatshoofd dadelijk
en rechtstreeks doorgetast zou hebben.
Dat zoo iets alleen in Elzas-Lotharingen
heeft kunnen voorkomen, is het beste
bewys ervoor dat de constitutioneele
toestand onvoldoende is.
Goed geordende toestanden besloot
spr. zullen we dan pas in ons land
hebben, als wij met de andere bonds
staten gelykgesteld en door een souve-
rein geregeerd worden. N. R. Ct.
omkeek. De vermoedens van mevrouw
Hessenstein schenen bewaarheid te zullen
worden.
»Wat wijt ge hier?* vroeg Marie
Esther. De knaap zweeg. Eerst toen
de gedane vraag nog eenmaal herhaald
werd, zeide hij
»Is dit het landgoed van mevrouw von
Hessenstein
Marie Esther aarzelde hem een toe
stemmend antwoord te geveneindelijk
antwoordde zij
»Welk belang hebt ge er bij dit te
weten
»Ik moet haar spreken, maarHij
keek weder overal rond, en toen hij een
man zag, die, naar zijne kleeding te
oordeelen, een bewoner der bergen was
zweeg hij en kroop als een aal door de
deur in den tuin. Marie Esther volgde
hem en sloot de deur. Eerst toen de
voetstappen van den man zich niet meer
deden hooren kwam de knaap uit zijn
schuilplaats. Juist kwam nu mevrouw
von Hessenstein met hare dienstboden
ter plaatse.
»Beloof mij, dat gij mij niet aan mijne
landslieden zult verraden, anders ben ik
een kind des doods.*
De kuaap sprak op angstigen toon
Marie Esther geraakte al meer en meer
iD spanning.
>Spreek slechts, spreek
Hy bracht zyn mond vlak aan haar oor.
»Ik breng een brief van een verwonden
FRANKRIJK.
Caillaux, de Fransche minister van
financiën, heett in een brief aan de
begrootings-commissie meegedeeld, dat
er in het ontwerp der begrooting voor
1914 voor ongeveer vijftig millioen
bezuinigingen aangebracht zyn, zonder
dat de uitvoering van de verschillende
takken van dienst daarvan nadeelen
zal ondervinden.
N. R. Crt.
RUSLAND.
Doordien de lichting, die met Januari
zou heengaan, tot April onder de
wapenen wordt gehouden (dit zal, naar
gemeld, voortaan telken jare geschieden)
/heeft Rusland thans 1.600.000 man
onder de wapenen.
De manschappen, die nu onder de
wapenen worden gehouden zijn, naar
de Neue Freie Presse verneemt, bestemd
tot versterking van de troepen aan de
Armenische grens.
Daar trekt Rusland, naar het blad
verder meldt, in alle stilte een groote
troepenmacht samen, die het in verband
met de mogelykheid van een oorlog
tusschen Griekenland en Turkije gereed
wil houden. N. R. Ct.
AMERIKA.
Een commissie uit den Senaat van
West-Virginië heeft een onderzoek in
gesteld naar den aard en den omvaug
van de stakingsonlusten, die in dien
staat hebben plaats gevonden. De resul
taten van dat onderzoek zijn neergelegd
in een rapport. Maar nu is de minder
heid der commissie voor den dag ge
komen met een contra-rapport, dat ge
steld is door senator Borah. In dat
contra-rapport wordt scherp te velde
getrokken tegen het beweerde militaire
despotisme dat in het stakingsgebied
fend is. Er zijn burgers gearres
teerd, die werden berecht en veroor.
deeld door krijgsraden, hetgeen in strijd
is met de Grondwet. Het recht om ten
overstaan van een jury te worden be
recht, was dezen lieden onthouden. De
bewering, dat de stakers getracht hadden
door bedreigingen de rechters te intimi-
deeren, was volgens het rapport-Borah
ongegrond. Voorts wordt in dat rapport
datgene gestaafd, dat in verscheiden
bladen en door een aautal politiöi be
toogd was, dat nl. de autoriteiten de
officier, dien ik verpleeg
Twee zachte vrouwenhanden omklem
den de armen van den knaap. Marie
Esther wankelde, onbewust er van zond
zij een gebed ten hemel, waarbij zij
smeekte haar nog gedurende een seconde
kracht te scheuken, totdat zij alles gehoord
zou hebben.
»Van van -3«
Het was haar niet mogelijk nog een
woord te spreken.
»Van den luitenant von Hessenstein
hoorde zij nog dof in haar oor klinken
doch langzaam verloor zij het bewustzyn
Zij scheen van geluk te zullen sterven
Hij leeft. Moeder, hij leeft
Buiten zichzelven zonk zij in de
armen van Jusu en mevrouw von Hes
senstein.
Zorka en Frans waren alleen. Op
een rotsblok, door lappen en kleeding-
stukken tot een gemakkelyke zitplaats
ingericht, zat de officier nabij den uitgang
der kloof. Met welbehagen genoot hij
de frissche morgenlucht, die door de
bergen woei. Hij zag er nog lijdend
uit zijne gestalte was gebogen, de won
den deden nog pijn, maar een noggrooter
smart, dan hem zijne lichaamspijnen
veroorzaakten, sprak uit zijne oogen
Welk een tegenstelling van die oogen
met de zielespiegels der jonge vrouw
die aan zijne voeten zat. Leven, geluk
gezondheid spraken daaruit als een on-
uitputbare bron. Maar juist deze bron
was het, die het hart van den jongen
krijgsman folterde. Zij beminde hem,
beminde hem woest, hartstochtelijk, haar
gevoel brak zich baan als de stroom die
van de bergen valt. Wanneer de sneeuw
door de eerste zonnestralen der ontwa
kende lente in vloeistof wordt omgezet,
zoekt die zich bruisend eeu uitweg naar
de dalen. Hij had dien stroom niet doen
ontstaan; hij was als een natuurverschyn-
sel vanzelf gekomen, als een noodzakelijk
gevolg der omstandighedenin zijne
macht lag het niet daartegen een dam
op te werpen, heoi in een andere bedding,
te voeren. Trouwens hij wendde daartoe
ook geen pogingen aan, wel wetende dat
de springvloed der liefde met alle belet
selen spot, dat hij des te krachtiger zich
baan breekt hoe meer men hem tracht
in bedwang te houden. Hessenstein zelf
ging het niet andershij moest, moest
Marie Esther liefnebben mocht hij som
wijlen ook al gedacht hebben de liefde
voor haar te kunnen overwinnen, die in
den stroom des levens te kunnen vergeten,
thans lachte hij weemoedig over 'tgeen
hij vermeend had te kunnen doen, overal
zag hij haar beeld, waarheen hij zijne
blikken ook wendde. Zijn' hart klopte
onstuimig; hoe wreed, hoe ondankbaar
moest het Zorka voorkomen, wanneer
hij hare opofferende liefde met snooden
oudank beloonde. (Wordt vervolgd.)