fffl Alkmaar begint de Victorie.
\o. 4*»
Woensdag 9 September I1MI8. 24e «laar
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. IMIiJJ
AA,
Buitenland.
FEL'II. I. E T O N
Binnenland.
irm
190&
uOLIRAIVT.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrydagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent.
Voor Bilgië 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrydagnamiddag TWEE uren.
DUITSCHLAND.
Er is in de Duitsche pers veel to
doen over den zelfmoord van Dieterioi,
den burgemeester van Roda, in Alten
burg.
De burgemeester, die reserve-officier
was, had woorden gehad met een majoor
in actieven dienst. Hij liet zich daarbij
»en uitdrukking ontvallen, die hij naar
de meening van een raad van eer niet
ten aanzien van een kameraad had
mogen gebruiken, en daarom werd hem
rijn uniform ontnomen. Van hooger
hand werd Dieterici nu ook in een brief
te verstaan gegeven, dat hij moeielijk
[als burgemeester den hertog van Alten
burg, die een bezoek aan Roda zou
brengen, kon ontvangen, en hem den
raad gegeven, in dien tijd een paar
dagen verlof te nemen. Die brief schijnt
i zoo wanhopig gemaakt te hebben,
dat hy zich voor het hoofd schoot.
Men vertelt er bij, dat de burge
meester daarvoor vergeefs moeite had
gedaan, om bij den hertog in gehoor
ontvangen te worden en dat de chef
van de officieren van de landweer te
Roda dezen verzocht had, Dieterici te
mijden. Met dat al was Dieterici een
zeer verdienstelijk en bemind burge
meester.
Naar den maatstaf van Duitsche op
vattingen en toestanden is de zelfmoord
van Dieterici geen buitengewoon geval.
Maar het geeft allen, die tegen de over-
heersching en overschatting van de
militaire kaste en de geestesverwarring,
i)
i.
De meiren waarmede de aloude Ken-
nemerstad Alkmaar voor de bedijking
i:>in onzer Noordelijke binnenwateren is om-
ermi 'ingd geweest, en waaraan zij ten deele
baren naam, die »eeu Heiligdom aan
'tmeir" beteekent, ontleent heeft, worden
in 't bijschrift der grondteekening, die
de vermaarde natuurfilosoof Cornelis
Drebbel ten jare 1597 van zijne geboor-
eplaats ontwierp, als »seer pleijsantc
[eroemd, Zij verdienden die aanbeveling.
tWa8 immers een lust hunne boorden
te bewandelen, 'tzij het oog zich daar
terineidde aan de vroolijke golving van
uitgestrekte groenende rietbosschen. of
lat een vrije, gladde waterspiegel schniteu
M booten op haren rug droeg'tzij ook,
pat de blauwe stroomiug langs een
pet etruweelen begroeid overblijfsel der
voormalige wildernis heen schuurde, of
dat hare zoomen, als meestendeels 't geval
Wae, reeds van overlang in lustige hoven
bo boomgaarden, in welige wei- en zaai
landen herschapen waren. Geen wonder
dat de Alkmaarsche jeugd, zoo meis-
,3ö. Ges als knechtjes, wanneer zij, bij de
meerdere ongedwongenheid van den
,25.
welke daar ook in het burgerlijke leven
het gevolg van is, te velde trekken,
nog eens aanleiding, om hun ergernis
te luchten.
MAROKKO.
Het nieuws uit Marakesj is nog on
zeker, zoo kreeg de Temps Vrijdag uit
Taudzjer geseind. Den 29en is er ge
vochten tusschen M'toegi en Glaui.
De troepen van den laatste zijn terug
geslagen. Een broeder van den caïd
Moehami is gesneuveld. De Hafidistische
troepen zijn naar Marakesj terugge
trokken. De stammen beginnen onder
den indruk te raken van M'toegi's
succes.
En Abd el Azis blijft onder dien indruk
aarzelen zoo leert een ander tele
gram. Tazi weet zich te Mogador te
handhaven en stuurt optimistische be
richten, welke, met de tijdingen van
M'toegi, Abd el Azis in een stage weife
ling houden van hoop en van neer
slachtigheid.
Anfloes blijkt vermoord door een
slaai van M'toegi, die den laatste eenige
maanden geleden heeft verlaten en
Anfloes gevleid met te zeggen, dat hij
hem wilde helpen om zich op M'toegi
te wreken, 's Nachts is de neger door
een venster in Anfloes' vertrek ge
drongen en heeft hem het hoofd afge
slagen.
Ziedaar een reeks berichten uit Fran-
sche bron.
In Duitsche bladén leest men, dat
M'toegi den pasja van Marakesj ziju
onderwerp heeft aangeboden, maar dat
dit aanbod is afgeslagen. Verder zou
goeden ouden tijd. het genot van eikaars
gezelschap tegelijk met dat van 't vrije
veld zochten, de meiroevers daartoe
gemeenlijk bij voorkeur uitkipten.
Dus plachten zij dan ook te doen op
den bij onze voorvaders zoo geliefden
eersten Meidag, wies tegenwoordige guur
heid, evenzeer als de nooit meer aan
hun naam beantwoordende Meikersen,
van een aanmerkelijke verandering iu
ons klimaat schijnt te getuigen. Zoo
als hij nu is, zou, dunkt ons, niemand
licht op de eerste gedachte zijn gekomen,
om, als oulings, ter zijner eer in ieder
dorp en stad een of meer Meiboomen te
planten, en de jonkheid daarbij uit te
noodigen tot rondedans en reigezang.
Ten jare 1573 echter was de weersge-
steldhèid met die verkeerde nukken van
later nog niet voor den dag gekomen
en waar, buiten de oude Ken nemerpoort,
niet verre bezijden den Heiloer weg, de
Achtermeir met tal van schoone weiden
was afgezet, had men eene der scboonsten
gekozen, om er een Meiboom op te
richten. Een hooge steng hebben we ons
daarbij voor te stellen, waar van boven
een in zijn sneeuwwit bloeiselkleed
prykeude Meiboom aan werd vastgehecht
terwijl deze op zijne beurt was uitgedost
met velerlei ander voorjaarsgebloemte
en loover, met welbewaarde roodwangige
appels, met bontgeverwde eieren, met
hoogkleurige fladderende wimpels. En,
had de beemd zelve ziek onbewust met
Anfloes niet door een slaaf van M'toegi
zijn vermoord maar op aanstichting van
Hafidisten, die den vermoorde wan
trouwden.
Ook melden Duitsche bladen, dat
Moelai Hafid reeds den 25en Juli in
een schrijven aan de mogendheden
zich bereid heeft verklaard, het ver
drag van Algecira8 te erkennen.
Moelai Hafid heeft te Fez drie afge
zanten ontvangen, die van Berlijn
kwamen.
CHINA.
Sir Robert Hart, het hoofd van den
douane-dienst in China, die met verlof
in Engeland vertoeft, heeft zich laten
interviewen over de vermoedelijke be-
teekenis van het bericht uit Peking,
dat China een grondwet zal krijgen.
„Een Chineesch Parlement zoo
verklaarde de eminente kenner van
China en de Chineesche toestanden aan
een medewerker van de Daily News
zal natuurlijk meer het volk ver
tegenwoordigen maar ik geloof niet
dat de Keizerlijke macht er door zal
worden verminderd. Het eigenlijke
China bestaat uit 18 provinciën, waarbij
nog de 3 provinciën van Mantsjoerije
komen. Indien nu morgen een edict
Werd uitgevaardigd, waarbij een parle
ment werd in het leven geroepen, dan
zouden diegenen onder de bevolking,
die bekend zijn geworden met de vormen
der westersche beschaving, dit onge
twijfeld beschouwen als een vooruit
gang. Maar de bevolking van het
binnenlandde vierhonderd millioen,
die het Chineesche ras vormen Ik
hare eerste madelieren en gele boter
bloemen getooid, meer opzettelijk gaven
de jonge vrijsters door haar helderwit
gewaad en bloemkrans in de lokken het
feest zijne verschuldigde eer, in bereid
willige overeenstemming uiet hare vrijers,
die bij deze gelegenheid hun besten
Zondagspronk mede niet spaarden. Zoo
zwierden ze, op de maat van trom en
trompet, en onder 't zingen van meni
gerlei vroolyke meideunen, waaronder
alleen »Hei'twas in de Meizich tot
op onze dagen heeft staande gehouden,
met oogverblindende gezwindheid om
den boom rond, tot dat zoo de vermoeie
nis als de meer en meer invallende
schemer want het meifeest was een
avondfeest hen naar in een anderen
hoek der weide ruw opgeslagene tafels
en banken riepen, om zich daar aan bier,
brood en kaas te vergasten.
Wie de nu wat meer geordende groep
met eenige oplettendheid beschouwde,
kon het de jongelieden kennelijk genoeg
aanzien, dat geeir hunner onder de
heffe des volks - die zich elders om
andere meiboomen vermaakte mocht
worden gerangschikt. Zoo al niet uit
den meer aanzienlijken, altegaer waren
ze uit den weieerlijken burgerstand.
Kinderlijk, voor onze overbeschaving
misschien te kinderachtig, uitgelaten,
voor ons misschien te luidruchtig, mocht
alzoo hunne feestvroolijkheid wezen, totze-
delooze ongebondenheid sloeg ze nietover.
vree» dat zij lijdzaam zouden blijven."
Verder sprak Hart over de commis
sies, die door China naar verschillende
landen waren gestuurd om de verschil
lende regeeringsvormen ter plaatse te
bestudeeren. Sommigen dier commis
sarissen hadden rapport uitgebracht van
hun bevindingen. „Of' zooals Hart
het uitdrukte „tot dusver hebben
wij in China op den tast gezocht naar
den juisten weg maar de nieuwe gene
ratie zal een aanvang maken met op-
bouwenden-arbeid. China's pagode zal
als een hooge toren verrijzen te midden
der volken."
De ontwaking van China zou
meende Hart een blijvënden vrede
iu het V erre Oosten verzekeren en een
uitbreiding van den handel teweeg
brengen. „De wereld zal getuige zijn
van een toeneming van den handel
zooals de geschiedenis er nog nooit te
voren een heeft aanschouwd; en die
handel zal een waarborg zijn in het
belang van den wereldvrede."
Nederland en Venezuela.
Het Haagsche Correspondentiebureau
meldt
Naar wij vernemen, is Vrijdag de
tweede nota onzer regeering aan die
van Venezuela verzonden, inhoudende
een antwoord op het schrijven van
den minister van buitenlandsche zaken
te Caracas van 28 Juli aan den minis
ter van buitenlandsche zaken te 's-Gra-
venhage. De strekking van het ant-
»Wel, Geerte Louwen wat zegdij nu
van onzen Meidag riep de koperslager
Ariaen Fianssen, een echte Alkmaarder,
wien zijne geboortestad alles was, op
triomfantelijken toon eene frissche deerne
toe, die, tegenover hem aan een anderen
disch gezeten, zich door een wat boer-
scher dracht van hare gezellinnen onder
scheidde. »Zeg vrij uit, zou 't van daag
te Egmond aan Zee o«k zoo jent en zoo
lastelijk wezen
»Ja nu, dat een dorp niet tegen een
stad opmag, is zoo bijster vreemd niet,"
antwoordde het meisje, een weinig be
deesd, omdat zoovelen naar haar luis
terden, maar toch zonder haperen
»alevel, op de dorpen weet men ook
wel vreugd te hanteren".
»Dat 's wel zeker,* zei haar vrijer
Clae3 Aimers, die, als de gezetenste on
der de Alkmaarder visschers, tot dezen
kring, waaruit anders zijne beroepsgenoo-
ten allengs verdrongen waren, alleen
nog toegang had behouden. »'t Is huiden
net een jaar, dat ik door Geerte's vader,
wien 'k toen nog enkel als een kloek
visscherman kende, verzocht was den
Mei te Egmond te komen houën, en
bijlol mijn jonk harte verdaagde daar
niet minder dan hier."
»0, maar toen zaagt ge uw zoetelief
voor 't eerst, en om haar vondt ge al de
rest mooi. En zoo mooi toch ook nog
niet eens dat ge er van dit jaar weer
naar toe woudtneen, neen, ge deedt