54e Jaarg. Kermiste Axel Het kruis van Innesmore. \o. 16. Woensdag 57 Mei 1608. Nieuws- en Advertentieblad Zeeuwse h- Vlaanderen voor F. ÜIKLKMAX, AXEL. van MAANDAG 8 tot en met DONDERDAG 11 Juni 1908. Bekendmaking. Buitenland. FEUILLETON. vin. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Yrydasarond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor Bïlgiï 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AÜVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentièn worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrydagnamiddag TWEE uren. Burgemeester en Wethouders van AXEL doen te weten, dat te rekenen van heden af, door hen geen ver gunning meer xal worden verleend tot het bouwen van woningen op het terrein genaamd het .Plaatje" in de gemeente Axel, bewoond door D. Buijze en anderen, alvorens door belangheb benden eene straat is aangelegd, die aan de eischen der bouwverordening voldoet. Axel, den 13 Mei 1908. Burgemeester en Wethouders voornoemd, D. J. OGGEL. De Secretaris, J. A. VAN VESSEM. RUSLAND. Nog steeda komen nieuwe bijzonder heden los over de schandalige manier waarop de gevangenen te Astrakan behandeld zijn en de wreedheden van den directeur Scheffer, O. a. was er indertijd een zekere gevangene, Iwanof genaamd. Dien Iwanof wilde men door 22) NOVELLE. Op eene steile rots, die in de Hoog landen uitsteekt boven een helder meer, verhief zich een slot met hooge tinnen en grauwe muren, maar dat, hoe oud ook, nog nooit door eenigen vijand be klommen was. De omstreek was stout en romanesk. Tegeü het Noorden zag het oog vreeselijke bergen, op wier toppan dennen groeiden, zwart en gekromd door den gedurigen ea hevigen stormin het dal vertoonde zich het meer, stil en on bewogen als een rustig hart en aan de overzijde lag eene zachtgroene weide, waarop verschillende planten en kruiden tusschen het groen, een bevallige men geling van kleuren deden te voorschijn komen. Gewoonlijk was het stil en eenzaam op deze afgelegen plaats het gezang der vogelen, het geschreeuw van den adelaar of somtijds de jachtkreet van den zwer venden Hooglander, waren de eenige geluiden, die de stilte afwisselden, zoo liefelijk en zoet voor het gemoed, dat ■oede is geworden van de zwarigheden martelingen brengen tot de bekentenis van iets wat hij niet gedaan had. Eerst werd hij met vuistslagen bewerkt, zoo dat de gemartelde bijna neerviel. Dat hielp echter niet. Toen gelastte man hem met het hoofd tegen den muur te loopen. De arme man werd gedwongen dat herhaalde malen te doen en daarna drukte men zijn hoofd nog eens tegen de steenen vloer. De mar telingen duurden net zoo lang tot de ongelukkige bezweek. Toen de ge vangenisdokter kwam, werd hem gezegd dat Iwanof aan longaandoening over leden was en de dokter legde zich een voudig bij die uitspraak neer en tee- kende een verklaring in dien ziu. Deze zaak was bijna in den doofpot gegaan, maar juist in de dagen van Iwanof's dood lekte het naar buiten uit, dat in de gevangenis te Astrakan zoo gemar teld werd. De justitie bemoeide zich er mee en Iwanof's lijk werd geschouwd. Het bleek toen, dat hij tengevolge van geweldpleging bezweken was. De zaak kwam voor het gerecht en de gevan genisdirecteur en zijn adjunct zijn ver oordeeld tot 8 jaren dwangarbeid, terwijl de dokter ontslagen werd. Er hebben op verschillende plaatsen weder arrestaties en terechtstellingen op groote schaal plaats gehad. De politie heeft te Odessa, Kiëf en Charkof tal van personen in hechtenis genomen, die opzettelijk uit Frankrijk, Italië en Zwitserland naar Rusland waren gekomen om revolutionnaire gewelddaden te begaan. Twintig boeren, die zich schuldig- des levens. Een verfoeid hart had op die rots, waar jaren geleden een hoofd man van Innismore dat slot had gebouwd, langen tijd vergeefs naar rust gezocht voor zich zei ven nu had het opgehouden te slaan, daarom deden de wilde klanken, die thans de gewone stilte verbraken, geen pijn meer aan het hart. En het was haar goed, der ontslapene, dat zp bij haar leven niet had vernomen wien dat krijgsgeschreeuw, die woeste drift voor heden gelden moest. Boven op de rots scheen alles uitgestorven, slechts de vrouwen zaten daar in eenen kring en zongen den treurzang, die als coronack in de Schotsché Hooglanden bekend was. Maar op de weide verdrongen elkander de wilde scharen, in den plaid gewikkeld en uitgerust tot een' verderen tocht. De hoofdman had gesproken en waren zijne woorden ook weggestorven, hunne echo had een levendige geestdrift ontstoken op het gebergte en klouk nog in aller hart. De zon was opgegaan, eu haar licht verspreidde vroolijkheid en leven in den ganschen omtrek, terwijl zij het gelaat bestraalde dier maunen, die nu reeds van strijdzucht gloeiden, hoe ver de vij and ook nog afwezig was, tegen wien zij heden zouden worden aangevoerd, Bleek eu treurig ging de hoofdman voort, aan de spits zijner vasallen. Was dat de vroolijke, levendige jongeling, die nog zoo kort geleden, gelukkig door eene hadden gemaakt aan een aanval op een landgoed in de buurt van Chorion, zijn buiten de stad opgehangen. Dertien bannelingen, die wanorde lijkheden gepleegd hadden, zijn in de gevangenis te Tobolsk (Siberië) gefu silleerd. De boeren in een dorp bij Tiflis hadden geweigerd twee revolutionnairen aan de overheid uit te leveren. De kozakken voerden daarop een charge uit, waarbij twaalf personen gedood werden. De boeren schoten terug twee kozakken werden gedood en drie ;ewond. ROEMENIE. Opnieuw komen berichten over joden vervolgingen. Ditmaal via Weenen. Tal van joodsche families worden vor- dreven. In Bivolari kregen bijna alle joden, die geen onroerende goederen bezitten, een uitwijzingsbevel en ze bevinden zich dientengevolge in een wanhopigen toestand. Door invloedrijke tusschenkomst is het gelukt voorloopig een korten termijn van uitstal voor de uitgewezenen te verkrijgen. Maar wanneer niet spoedig van gezagheb bende zijde zeer nadrukkelijke vertoo- gen ter bevoegde plaatse worden inge diend, dan worden tal van families met den ondergang bedreigd. BULGARIJE. Naar uit Saloniki gemeld wordt, hebben Bulgaarsche grenswachters een groote bom geworpen tegen het Turk- sche wachthuis van Karatasj Karakal. De bom ontplofte echter niet. De Tur ken vuurden op de Bulgaren en namen de bom mee. BELGIÈ. De spoorwegramp in België. Het schijnt te zijn gebleken dat de wisselhefboomen overgehaald zijn; het parket deed echter toch den wissel wachter in hechtenis nemen. Deze was eerst in wanhoop op da vlucht gegaan, maar is gevat. In den trein bevonden zich voor namelijk bedevaartgangers, soldaten en werklieden. Een 40-tal gewonden wor den in de ziekenhuizen te Brussel ver pleegd 3 gewonden waren bij aankomst te Antwerpen reeds overleden. Vol gens de laatste berichten uit Contich werden er 38 personen gedood en 79 gewond. Aan een lang verslag van het Hbld. v. Antw. ontleenen we het velgende ,De express van Antwerpen, instee van door te rijden op de baan waar hij blijven moest, is de zijlijn opgereden en met redelijk snelle vaart terecht gekomen op den stilstaandeD trein van Lier-Turnhout. Deze was goed gevuld al de rijtuigen waren bezet. Welnu, de geheele trein werd om zoo te zeggen getelescopeerd, d. is. geheel in malkaar gereden. De wagons schoven in el kander, werden van de baan gedrukt en allen, tot den laatste toe, beschadigd drie werden geheel vernield. En 't is vooral onder de inzittenden, dezer drie rijtuigen, dat eene ware slachting werd aangericht, een bloedblad, dat geen pen kan beschrijven. Deze inzittenden waren meestendeels werklieden, vrou- eerste liefde in jeugdigen overmoed het lot durfde tarten Waarlijk het was wel eene groote verandering, die met Archi bald had plaats gehad. Hij stond voor taan alleen op de wereldhet trouwe moederhart was eindelijk gebroken wellicht, dat de zoon zelf ar den laatsten slag aan had toegebracht, toen hij het heillooze kleinood dat hem tot wraak verplichtte, onder het oog der moeder bracht. Tot wraak, en jegens wien Jegens den vader zijner geliefde Maar heilig was die wraak in de oogen der Hooglandersschande en smaad waren over zijn hoofd gekomen' als hij er zich aan onttrokken had. En toch daarmee was ook het geluk van zijn leven ver dwenen niets dan treurigheid toonde hem de donkere toekomst. Voor ditmaal had de hoofdman vaa Innismore zich niet verbonden met de bewoners der Laaglanden, die nem auders bereidwillig ter zijde zouden gestaan hebben bij eenen inval in Engeland. Hij wilde zijne wraak alleen, en vast be paald was het doel zijner tocht; En zoo toog de bende van Innismore langs berg eu dal van het Hoogland, tot aan de plaats, waar de Tweed de grensscheiding daar stelde tusschen de beide vijandig» volken. Wel werden op dien tocht da poorten der steden voor de geduchte krijgslieden gesloten, wel vluchtten de landlieden bij hunne nadering, en vonden zij nergens een herbergzaam dak, maar zij zochten het ook niet, en als de avond viel, legerde zich de menigte onder den vrijen, en helderen hemel. Dan klonken hunne wilde, welluidende gezangen om het wachtvuur, tot laat in den nacht, terwijl de hoofdman eenzaam en stil daar neder zat en het kruis van Innismore, dat hij aan een zilveren keten op den boezem droeg, zuchtend, maar met vlam mende oogen beschouwde. In zijne prille jeugd reeds was hem de saga meegedeeld, die op dat kruis betrekking had een der eerste heeren van Innis more had na lang vruchteloos pogen, eindelijk eene hem aangedane beleedi- ging, door deu dood des beleedigers ge wroken en het zilveren kruis dat hij om den hals had, in diens bloed gedoopt. Ter plaatse waar de bloeddroppel op droogde, had hij in het kruis eenen roodeu steen doen zetten, opdat die zij nen nakomelingen tot een teeken wezen mocht, dat zij nooit eenig# beleedigiug ongewroken zouden laten. De vader van Archibald had dat heilig pand ver loren ;de hand die hem doodde moest het hem hebban afgerukt, en het bleef verloren tot Archibald het ter kwader ure wedervond, als het kruis, waaraan al zijne hoop en verwachting sterven zou. En hoe verdroeg Anna het besluit, dat haar vader haar niet verzweeg Ziet, de moeder had ham gebeden, om toch door zijue woorden deu storm niet

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1908 | | pagina 1