Het kruis van Innesmore. No. 3 Woensdag 8 April 1008. *2i1' Jaai'g IJ U \J R I U Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwseh-Vlaanderen. F. ÖIELEMA3, Buitenland. FEUILLETON. Dit blad verschijnt elkea Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. DUITSCHLAND. Aan de nieuwe visschershaven te Hamburg zijn Vrijdagochtend 150 M. kademuur plotseling onder den water spiegel verdwenen. Kort te voren had er een zandtrein gestaan. De schade is aanzienlijk, maar menschen zijn er niet by omgekomen. De zelfmoorden van scholieren nemen schrikbarend toe in Duitschland. Te Bielefeld heeft zich Vrijdag weer een jongen van het gymnasium, die was blijven zitten, aan een boom in het bosch opgehangen. ENGELAND. Het ongeluk met den torpedojager Tiger is gebeurd in de buurt van St. Catherine's Point, op het eiland Wight. Donderdagavond vertrok het Portsmouth- amaldeel van de Engelsche kustvloot zes groote oorlogsschepen, waarvan de kruiser Berwick er een was uaar Portland. Eenigen tijd daarna stoomden zeven of acht torpedojagers de haven uit. Zij hadden in opdracht de groote schepen in te halen en aan te vallen. Toen dat omtrent 8 uur 's avonds gebeurde was het zeer donker, en de groote schepen hadden alle vuren be dekt. Toen deze de torpedojagers ge waar werden, trachtten zij den aanval te ontkomen door den steven af te wenden, steeds op de torpedojagers vurende. De Tiger trachtte toen de Berwick voor den boeg heen te varen, maar kwam er onder. De kruiser had op dat oogenblik een vaart van 12 NOVELLE. 11) VI. De lente was teruggekeerd met hare heldere dagen, hare knoppen en hare bloemen. De jeugdige planten groenden en groeiden, de leeuwerik zong haar vroolijk lied in de blauwe lucht, de wouden verspreidden eenen aangenamen geur, al wat leven ontvangen had, moest wel blijde om dat leven zijn, omdat het zulk eene lieve lente was. Een heldere morgen was het aan de oevers van de Tweed. De zon scheen liefelijk op den klaren vloed, die, nu eens met groote snelheid, dan weêr langzamer, zijnen weg baan de langs de menigvuldige krommingen, die de vooruitstekende hoogten hadden gevormd. Op den top van eene der henvelsn, die men alleen langs eene donkere kloof naderen kon, had men een heerlijk uitzicht over het omliggen de land, een uitzicht, dat nu alleen ge noten werd dooreen hert dat als in een oogwenk op den top verscheen, scherp en voorzichtig rondzag en toen, met zijn trotsche horens, op eens weêr in het bosch verdween. knoop, de Tiger ongeveer van 22 knoop. De Berwick meet 9800 ton, de Tiger 400. De torpedojager werd in tweeën ge sneden en zonk dadelijk. Van de manschappen in het voorschip is er waarschijnlijk niemand gered. Dadelijk werden er sloepen te water gelaten, zoowel van de Berwick als van andere schepen, en 23 man werden nog uit het water gered, van wie er echter een spoedig bezweek35 verdronken er, onder hen de gezagvoerder. RUSLAND. De Petersburgsche correspondent van de N. R. Ct. schrijft naar aanleiding van de jongste arrestaties De geheime politie heeft dezer dagen, zooals men weet, weer een massa huis zoekingen gedaan en een hoop menschen in hechtenis genomen, van wie het meer of min bewezen is, dat ze tot revolutionnaire organisaties behoorden. Vooral veel studenten en koerdistka's zijn weer gevangen genomen. Men kan zich, bij het lezen van dergelijke be richten, niet onthouden van een zeker wantrouwen jegens die geheime politie, die zoo geweldig haar best doet, om maar voortdurend nieuwe politieke misdadige vereenigingen te ontdekken. Wie zoekt, die vindt. Wie wat vinden wil, die vindt het ook, al bestaat het zelfs nog niet. Het merkwaardigste is, dat de officieele berichten over nieuwe ontdekkingen van revolutionnaire orga nisaties altijd zulk een ophef maken van de bijzonder gelukkige en gunstige resultaten der huiszoekingen. Telkens kunt ge hooren, dat nu de leiders van Terstond daarop klom een man, lang zaam door de kloof naar boven eQ bleef, toen hij de hoogte bereikt had, als in gepeins verzonken staan. En vreemd was zijne verschijning, schoon ze wel voegde bij de eenzame wildschoone plaats. De plaid, met hare roode, witte en zwarte ruiten, door den eenvoudigen, zilveren haak op den linkerschouder vastgebonden, verried op het eerste ge zicht, den Schot. Het was een Hooglan der, in de schilderachtige kleeding van den Gallischen stam de rijke gordel, die zijn midden omsloot, de plaid in rijke plooien over de borst geslagen, de kuns tige greep van zijn claymore, gelijk de Hooglanders hun zwaard noemeu, maar vooral de adelaarsveer op de muts, die het lange, krullende haar bedekt, deden den hoofdman in hem zien. Nog jong was hij en mond en kin hadden iets zachts en weekelijks, maar zijne boven lip werd overschaduwd door eenen dich ten knevel en de uitdrukking van geheel zijn gelaat, het hooge voorhoofd, de trot sche, vrije blik, gétuigden van eene on beschrijfelijke stoutmoedigheid. Zoo als de jeugdige hoofdman daar stond, in eene houding, die hem het beeld der onver saagdheid deed voorstellen, terwijl zijn oog nu eens in de diepte uederzag dan weder op het oude Gothische kasteel zich vestigde, dat in de verte zichtbaar was, geleek hij eenen adelaar, die zijn buit bespiedt. de heele revolutionnaire beweging in handen der politie zijn gevallen en tevens alle geheime correspondenties, die nu tot een algeheele liquidatie der samenzweringen moeten leiden. Maar nauwelijks zijn er weer een week of wat voorbij, of ge leest weer berichten van zulke allergewichtigste ontdek kingen, en met zooveel ophef alaof al die vroegere ontdekkingen, daarbij ver geleken, eigenlijk niets te beteekenen hadden gehad. De geheime politie is een geweldig groot, zich zelfs telkens nog uitbreidend kader, dat toch vooral niet mag laten blijken dat het weinig te doen heeft, en daarom misschien voor onnoodig zou kunnen worden ge houden. Daarom moet er altijd werk worden gezocht en wordt er ook altijd werk gevonden. In provocatie zijn de speurders zeer sterk. Men herinnert zich zeker wel, toen eenigen tijd ge leden de samenzwering tegen grootvorst Nikolaas Nikolajewitsj ontdekt werd, het sprookje van den gendarme Rokofski die vijftien jaar lang in dienst was geweest, en die ten slotte toch als revo- lutionnair gevangen werd genomen. Onder de ongelukkigen, die in verband met den aanslag onlangs ter dood wer den gebracht, ontbrak Rokofski's naam. Later werd droogweg bericht, dat Rokofski's arrestatie achteraf een ver gissing was gebleken. De Petersburgsche politie heeft Vrij dag een inval gedaan in de woning van een zekeren dr. Frendel. Deze en verscheidene andere personen, die zich in zijn huis bevonden, zijn in hecht. Het begon levendig te worden in het dal, dat aan zijne voeten lag. Gewapen de mannen, op kleine paarden, kwamen te voorschijn uit de bergpassen, die naar het dal henen leiddenwilde vermetele krijgslieden waren het, in onaanzienlijke dracht, die meer tot den atDval dan tot de verdediging geschikt was; hier en daar slechts ontwaarde men de schitte ring van helm of pantser, de meesten droegen lederen wambuizen en groote handschoenen van dezelfde stof, maar allen hadden zij speren en zwaarden en den Schotschen strijdbijl, waaraan Locha- ber zijnen naam gegeven had. Daar was veel getwist en gekrakeel onder hen, hunne kleine paarden woelden, als mie ren door elkander en de hoofdman zag een oogenblik op dien wilden zwerm, maar wendde het hoofd onverschillig van hen af, want zij waren het niet, die hij zocht. Nu maakten zij ruimte voor twee ruiters, die klaarblijkelijk van hoogeren rang waren, want op eens nam hun ge twist een einde. Waar zijn de roodbeeuen vroeg de eene, die eene ridderlijke wapenrus ting droeg, aan eenen der naastbij hem staanden. Nog niet bij de handwas het antwoord. »Wij hebben het hun, met onze paarden afgewonnen, c »Staat daar boven hun verheven aan voerder niet vroeg de tweede der laatst gekomeue ruiters. genomen en naar de Peter en Paulus- vesting gebracht. Frendel moet be trokken zijn geweest in de jongste samenzwering van militairen. AMERIKA. In den loop van dit jaar valt een toeneming te verwachten van de land verhuizing uit de Vereenigde Staten naar Canada. Sinds 1900 dus in zeven jaar tyds heeft de landver huizingsbeweging uit de Unie naar Canada ongeveer 300,000 personen be dragen. De meesten gingen naar de Noord-Westelijke provincies. De uit tocht van deze landverhuizers wordt door de Vereenigde Staten gevoeld als een verlies. De emigranten toch zijn voor het meerendeel lieden met eenig kapitaal en veel landbouwkennis en geestkracht. Zij verlaten de Vereen. Staten niet, omdat zij het daar slecht hebbenmaar enkel omdat zij hopen het in Canada nog beter te zullen krijgen. Voor de ware Amerikanen is het daarbij een bitter ding, te moeten er varen, dat er landgenooten b.estaan, die kunnen 'denken, het ergêns buiten de Amerikaansche grens nog beter te zul len hebben dan daarbinnen. Donderdag 1.1. heeft zich in het ge rechtsgebouw te Terre Haute, in den staat Indiana (V. St.), een schokkende gebeurtenis afgespeeld. Zekere Henry M'Donald stond terecht wegens brand stichting. De jury had hem schuldig verklaard en de rechter was juist bezig, het vonnis uit te spreken toen M'Do nald een revolver te voorschijn haalde Waarachtig hij, daar staat hij! Zijne bonte lappen worden door de zon beschenen, of hij een seinvuur was,* sprak de eerste op ontevreden toon. »Het was verkeerd vau ons, William dat wy ons, met de hongerige raven van het Hoogland inlieten. Wij hadden hen im mers niet noodig »0, zij zullen ods van grooten dienst wezen, Robin!* zei de andere: »Hunne woestheid zet het geheele land in schrik eu verzwakt allen tegenstand. Onze grenslieden zijn wilde knapen, maar deze halfnaakte wilden van de bergen zijn ware duivels. Zij mogen voor ons de kastanjes uit het vuur ha len, als het op deelen aankomt zullen wij toonen, dat wij er ook zyn »Maar de hoofdman?* vroeg de eerste. >Die heeft zijne eigene bedoeling,* was het antwoord. »Hij heeft nog eene oude bloedschuld af te maken. Maar waar is zij geble ven De hoofdman was verdwenen van de hoogte en in de verte lieten zich de, toonen vernemen van eene vreemde mu ziek. »Daar is de geheele familie van deD grooten heer!* riep William lachend uit. »De pijper verwelkomt hem met den doedelzak »Spot niet, William antwoordde de ander, »het is de krijgsmuziek van hunnen stam, die ons toch ook wel eens

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1908 | | pagina 1