mGÜML GOED. \o. 16. Woensdag 30 1006. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. IHELEMW, Buitenland. FEUILLETO N AXELSCIÏE Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Yrydagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. van MAANDAG 4 tot en met DONDERDAG 7 JUNI 1906. DUITSCHLAND. Bij Wengry trachtten twee Russen over de Pruisische grens te vluchten. Toen zij reeds op Pruisisch gebiëd waren, schoot een Russisch grenssoldaat op hen en kwetste een hunner zwaar. De gewonde werd over de grens terug gesleept. De ander ontkwam. De Keizer die op het oogenblik te Prökelwitz bij prins Eulenburg te waard schap is en zich daar aan het jacht vermaak overgeeft, heeft een Röntgen toestel laten komen, om bij het door hem geschoten wild na te gaan, welken weg de kogels hebben genomen. Een aantal reebokken zijn reeds op die manier onderzocht. Een officier van gezondheid bedient het toestel. Woensdagavond zijn de leden van den Rijksdag en de vertegenwoordigers van de regeering in ongewoon grooten getale in het parlementsgebouw bijeen geweest, om een wijngelag te houden. Bij vroegere gelegenheden zijn de ge wassen van den Rijn en de Moezel gekeurd, nu was Elzas-Lotharingen aan de orde. De afgevaardigden van het rijksland ontvingen en onthaalden hun Eindelijk toch kwam de koopman zelf hem opzoeken, maakte op gefallige Duit. sche wijze vele verontschuldigingen en verzocht hem te volgen naar zijn kantoor- vertrek. ,0 mijn lieber Herr van Waren, u kunt u moeielijk begrijpen, hoe druk wij het hier in de zomermaanden hebber. Niet zelden schrijf ik mijn brieven tot 's nachts vier uur. Zoo vele maanden is hier de navigatie gesloten, dat wij het gedurende den korten tijd, die ons ge gund is, waarlijk volhandig hebben. Thans is het bij half vijf, den tijd om naar de beurs te gaan. Wees zoo vrien delijk en kom heden bij mij eten, dan kunt ge meteen kennis maken diet een mijner bedienden, ook een Hollander, een zeer wel opgevoed jong mensch. Maar wat zult u in dien tusschentijd doen Hebt u reeds bepaald waar u logeeren zult? Decideer u anders nog niet. Mijnheer Stade, mijn Hollander, is op de hoogte waar u wezen moet en dat I is waarlijk hier niet hetzelfde. Zoo u niet vermoeid waart, zou ik propoueereu om meê naar de beurs te gaan, mijn rijtuigje wacht mij reeds, en ik heb er andere ambtgenooten. Alle partijen waren in drommen opgekomen. Ook ministers, staatssecretarissen, leden van den Bondsraad en rijksambtenaren, het geheele bureau enz. Zij zaten aan lange tafels de edelste voortbrengselen van het rijksland te proeven en te prijzen, bij de muziek van een orkest. Preiss uit Kolmar hield een daverend toege juichte begroetingstoespraak. Het was een opgewekte bijeenkomst en de wyn verbroederde de elkaar vijandige par tijen zoozeer dat een groep sociaal-de mocraten met welluidende zangstemmen onder leiding van Geck vroolijke liede ren zongen zooals men er bij de wijn gaardeniersfeesten aan den Boven-Rijn te hooren krijgt. Gröber, lid van het centrum, wekte ook veel geestdrift, toen hij in enkele woorden gewaagde van het bijzonder heuglijke feit dat dit feest aangericht was door Elzas-Lotha- ringsche afgevaardigden in den Duit- schen Rijksdag. Ten slotte barstte het geheele gezelschap los in de liederen Deutschland, Deutschland über alles en de Wacht am Rhein. Marengo, het Hottentotsche höofd dat de Kaapsche grens over is gestoken om aan de Duitsche troepen te ont komen, is door een afdeeling Kaapsche politie te Prieska aangebracht. Hij stofte erop dat zijn inhechtenis neming geen invloed op den loop van den oorlog zou hebben, maar verklaarde zich bereid om zich in de voorwaarden van de Engelschen te schikken. SPANJE. Het moet te Irun een spannend oogen niet veel te doen. Misschien kan ik u dan nog van dienst zijn met u aan dezen of genen voor te stellen.* Hugo verklaarde zich bereid om mede te gaan. Ze stapten dus beiden in een droschkie en reden langs de prachtige Neva naar het beursgebouw. De heer Schölle, dus was de naam van den Duit- schen handelaar, maakte hem met veel welwillendheid, op alles wat beziens waardig was opmerkzaam, en bood hem zijne diensten aan bij elke gelegenheid; zich slechts verontschuldigende, dat hij zelf geen tijd had om in persoon van Waren al de schoonheden van Ruslands hoofdstad te doen zien. De Peter8burgsche beurs, die reeds door hare schilderachtige ligging en haar praebtigen bouw uitwendig de bewoude- ring van den vreemdeling moet opwekken, verdient ook inwendig wel de belang stelling, niet zoo zeer door de ruimte, ofschoon die voor den Petersburgschen handel voldoende is, dan wel door de doelmatige inrichting. Het gebouw is geheel overdekt, en bevat, behalve het middenruim, dat de eigenlijke beurs vormt, nog drie kleinere vertrekken in een der vleugels, waarvan het grootste de plaats is waar de zeekapiteins zich verzamelen, terwijl in een kleiner eenige ververschiugen te verkrijgen zijn en het andere met lessenaars voorzien en tot algemeen kantoor is ingericht. De af zonderlijke plaats voor de kapiteins zou blik geweest zijn, toen de trein het station binnenreed, de trein die Spanje's aanstaande Koningin over de grens ge bracht had. Het station daverde van de juichkreten. De trein moest heel langzaam rijden, omdat er anders on gelukken zouden kunnen komen op het volgepropte perron. Juist waar koning Alfonso stond te wachten kwam de waggon van Ena te staan. De Koning was diep geroerd, toen zyn bruid uit den trein stapte en hem tegemoet kwam. Vreugdeschoten knalden, de muziek speelde Engelsche en Spaansche volksliederen en de menschen waren dol van opgewondenheid. De prinses Stapte over in den koninklijken spoor trein, die haar naar Madrid zou brengen. Maar eerst ontving zij in het salonrijtuig huldegroeten van jonge meisjes uit de grensplaatsen, die haar welkom heetten op Spaauschen bodem. Het aantal ruikers was niet te tellen. Toen de trein naar Madrid vertrok was het kwart na vijf in den morgen. Nog lang kon het bruidspaar het gejuich hooren van de menschenmassa aan het station, die niet ophielden den trein na fe roepen Viva la reina, viva la reina. O OSTENRIJ K-HONGAR IJ E. Aan de officieren in de legerplaats van Bruck is medegedeeld, dat noch de Keizer noch Molkte de aangekondigde wapenschouwing komen houden. De Keizer is van Boedapest in eens naar Weenen doorgereisd. Natuurlijk leidt deze onverwachte verandering tot aller lei gissingen naar de oorzaak. Volgens sommigen ligt die in het voorkomen wellicht in onze handelsteden minder aan te bevelen zijn in Petersburg echter, waar de kapiteins of schippers (meestal gezagvoerders van koffen of andere kleinere koopvaardijschepen, ook wel van stoomschepen, die aan de handelshuizen zijn geadresseerd, want reederijen bezit Petersburg niet veel) heeft die maatregel een dubbel voordeel. Vooreerst behoudt ae groote beurs daardoor een zeer fat soenlijk aanzien, en ten tweede is het beursuur voor de zeelieden zeiven, die nu vrijer elkanders gezelschap kunnen opzoeken en keuvelen, veel minder ver velend, terwijl zij er dadelijk te vinden zijn, wanneer deze of gene koopman een der schippers spreken wil, want de vertrekken hebben allen gemeenschap tot elkander, en het staat iedereen vrij overal heen te gaanalleen het eigen belang en het decorum wijzen de plaatsen aan, waar men zich in den regel ophoudt. Het eenvoudige maar smaakvol ingerichte middenruim vertoont aan de voor- en achterzijde, de fraai bewerkte marmeren bustes van keizer Nicolaas en keizer Alexander II. De heer Schölle werd door bijna iedereen met een zekeren eerbied ge groet het werd duidelijk, dat hij een voornaam man aan de beurs was. Toen hij aan zijne plaats gekomen was, had hij slechts even den tijd, een zijner be dienden, die hem reeds stonden op te wachten, toe te spreken mijn heer Stade, van hersenvlies-ruggemergontsteking in het kamp van Bruck. Maar dat is slechts één geval op 13 dezer geweest. Niemand gelooft aan deze reden. Nu praten anderen van een oritdekt kom- plotmoeilijkheden aan de spoorwegen ernstige politieke verwikkelingen; on gesteldheid des Keizers. Op één na kan men al die gissingen voor beslist onjuist verklaren. De oorzaak schijnt in werkelijkheid in politieke moeilijk heden te zictende weigering der Tsjechen om met prins Hohenlohe een Vergelijk over het algemeen stemrecht aan te gaan. Hoe verrast men te Weenen en te Bruck was over de plotselinge veran dering, laat zich denken. Alles was klaar voor de reis des Keizers naar de legerplaats en von Moltke kreeg eerst Woensdagavond na tienen bericht van het niet doorgaan van den tocht op Donderdagochtend. De troepen te Bruck hadden last gekregen den 28 na de inspectie ter parade op 30 dezer op te rukken naar Weenen. Dat bevel is niet ingetrokken. RUSLAND. Vrijdagmiddag om half een, dus op klaarlichten dag, heeft er te Warschau weer eens een van die brutale aanvallen op een bank plaats gehad, die bij de Russische revolutionaire beweging even regelmatig terugkeeren als de moorden op hooggeplaatste personen en andere misdaden. Een bende anarchisten drong Vrijdag de Nijverheidsbank binnen met revol vers, waarmee zij de beambten be- ik heb het genoegen u een landgenoot voor te stellen, de heer van Waren, die van middag bij ons eten blijft. Wees zoo goed en wandel eens met hem rond, stel hem aan dezen of genen voor, enfin, Wees hem van dienst zooveel u kunt." Oogenblikkelijk werd de heer Schölle aangesproken door allerhande personen, zoodat hij het hier althans niet minder druk scheen te hebben, dan op het kantoor. Stade was een man van een geestig en levendig voorkomen. Hij zou ongeveer dertig jaren oud zijn, en met zeer veel gemakkelijkheid verzocht hij van Waren om dan maar eens mede te gaan. Zij kwamen dan ook in de schippers- beurs, alwaar Hugo zéér spoedig een Rotterdammer kennis ontwaarde, en daar Stade met dien man, zoowel als met verscheiden andere Hollandsche kapiteins, fideel was, gaf het aanleididg tot een levendig gesprek, waarin van Waren opmerken kon, hoe los en prettig zijn geleider met die soort vad menschen wist om te springen. Daarbij viel dan zeker nog al het een en ander voor, wat een Duitscher nicht anstandig* noemen zou, maar dat kan men immers bij zee lieden zoo nauw niet nemen, en daarbij, ofechoon het niet ontkend icon worden, dat Stade, als hij wilde, meer zeeman dan een zeeman (plus royaliste que le roi) wezen kon, zag men het hein altoos aan, dat hij de fatsoenlijke man bleef,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1906 | | pagina 1