m soehl ^o. 10. Woensdag 9 1906. Jani'g. Nieuws- en Advertentieblad voor Zee uwsch-Vlaa li deren. F. DIELEMAV, Buitenhuid. F EUILLETON. COURANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. DUITSCHLAXD. De Hamburgsche reeders nemen veel vreemd volk aan, om de uitge sloten havenarbeiders te vervangen. In het geheel moeten zich reeds 2000 werklieden uit heel Duitschland voor de open plaatsen hebben aangeboden. Z\j worden voorloopig in loodsen en op schepen ondergebracht. De Hamburg-Amerika-lijn heeft 160 processen wegens contractbreuk tegen werklieden die op 1 Mei verlet hebben, aangespannen. De uitgestotenen zullen op 11 Mei slechts in zoover worden aangenomen, als er nog plaatsen open zijn. Het Duitsche verbond van fabrikanten in de metaalnijverheid heeft Vrijdag voorgoed besloten, zijne 300,000 ar bei ders uit te sluiten, indien het werk in de steden waar gestaakt wordt, niet voor 10 Mei hervat is. Bij de jongste relletjes te Breslau waarbij de politie een charge uitvoerde, heeft een vreedzaam arbeider, genaamd Biewald, zijn hand verloren. De soci alistische Volkswacht had naar aanlei ding van het gebeurde verteld dat de afgehouwen hand door andere arbeiders opgeraapt en op hare redactie gebracht was. De Konservative Korrespondenz ver klaarde dit voor een leugen en nam een lezing op, volgens welke Biewald wel een houw over zijn hand had ge had, maar zij pas later door de dokters was afgezet. Het verhaal van de af gehouwen hand die naar de redactie van het socialistische blad was gebracht, was dus, volgens haar, een boerenbe drog, door het blad rondverteld, om de werklui op te hitsen. De lezing in de Volkswacht is in- tusschen door een onverdacht getuige, Justizrat Mamroth, een geacht inwoner van Breslau, in een ingezonden stuk in de vrijzinnige Breslauer Zeitung ten volle bevestigd. Wat hij mededeelt is weer een ergerlijk staaltje van het vaak onbekookte en onmenschelijke optreden van de Pruisische politie Biewald stond aan de deur van het huis waarin hij woont, toen hij een aantal agenten zag aankomen die blijk baar van plan waren, de straat af te patrouilleeren. Daarom trok hij zich met al de overige menschen die aan de huisdeur stonden, naar binnen terug en een van de bewoners trok de huis deur van binnen dicht.' Dadelijk daarop werd zij echter door een paar agenten van buiten af opengeduwd en stormden de agenten met getrokken sabel het huis binnen. De meeste menschen die in de gang waren, vluchtten verschrikt naar achteren, naar de binnenplaats. Biewald liep naar den anderen kant van de gang. Voor hij nog de trap had bereikt, kreeg hij van een van de agenten van achteren een sabelhouw over den schouder en dadelijk daarna een tweeden over het achterhoofd, zoo dat het bloed er langs liep. Hij hief smeekend de handen omhoog en riep den agent toe, dat hij werkman bij Mende was en alleen naar zijn ver dieping toe wilde. De agent maakte En nu moest Alida vertellen. Honderde kleinigheden over den makelaar en zijn gezin, die te nietig schenen om per brief te behandelen, werden opgehaald. Daar was stof tot discours genoeg, want me vrouw Valmer wilde toonen, dat men zich eens recht goed amuseeren zou, en vertelde van opera's, concerten, enz. „Ja," zei de vrouw, hedenavond hadden wij al kunnen uitgaan, maar ik heb gemeend, dat je nu misschien liever rustig thuis zoudt willen blijven. Denk-je er anders over dan. //Neen, nicht, u hebt het goed begrepen, Maar ik hoop toch niet dat u. h Volstrekt niet. Het tegendeel is waar. Je moet begrijpen, er is hier altijd wat, men kan er niet buiten blijven als men eenmaal in de roes is, en zie je, zoo heel jong ben ik ook niet meer om altijd vol te houden. Och, Eduard gaat nog al graag uit, en dan is hij niet in zijn humeur, als ik niet meê ga. Men moet dan ook maar zoo lang als men kan levenslust behouden, niet waar, men kan daar zelf veel aan doen." Zoo werden de dames zeer spoedig vertrouwelijk en Alida waagde reeds denzelfden avond te vragen: vertel mij eens iets, u gaat met zoovele menschen om, kent u mijnheer Rentinck ook?" Mevrouw Valmer keek Alida met een eenigszins verwonderd gelaat aan, wachtte een oogenblik, en antwoordde toen kortaf //wel zeker." Daarop volgde eene kleine pausering, de eerste wellicht sinds Alida's komst. Dat er achter dien verwonderden blik en dal korte: //wel zeker" iets schuilen moest, was duidelijk. Zou Rentinck wellicht haar hospita ten huwelijk hebben gevraagd? Onmogelijk was het wel niet toch moest zij glimlachen bij die gedachte. Eindelijk nam de vrouw het woord weêr op. n Waarom vraag-je zoo naar Rentinck, ken jij hem dan „Neen, nicht, ik heb hem nooit gezien." tfKen je zijn dochter misschien //Neen, nicht, die heb ik ook nooit gezien." Ze bloosde een beetje ze was dan ook een weinig verlegen. Ze begreep immers dat ze voorzichtig moest gaan worden, en het werd nu uiterst moeielijk op te geven, waarom die man haar belang inboezemde. Ze redde zich zoo goed zij kon. ffU zult wel zeggen, hoe interesseert je dien mijnheer Rentinck dan zoo, maar weet u, hij heeft vroeger op Bo3ch-en-beek gewoond, eu toen kwam oom Ottewal er ook en die heeft me dikwijls van hem verteld. Zijn dochter Agnes moeteen mooi meisjezijn, niet waar?" zich niettemin gereed, om hem een nieuwen houw toe te brengen. Biewald wilde daarom de trap opvluchten. Nau welijks was hij de eerste treden op, of hij kreeg van den agent, weer van achteren een sabelhouw die de linker hand waarmee hij de leuning wilde vatten, glad van den arm afsloeg. De spoedig te hulp geroepen brandweer legde den gewonde een behoorlijk ver band aan, bracht hem naar het Aller heiligen-gasthuis en nam ook de in de gang liggende hand mee." Justizrat Mamroth zal namens Bie wald van de gemeente Breslau in rechte schadevergoeding voor de afgehouwen hand eischen. Hij heeft het dagelijksch bestuur reeds met dezen eisch in kennis gesteld. Een proces tegen den agent of tegen de politieoverheid zou, naar hij vreesde, niet veel uitwerken. In Mecklenburg-Schwerin is groot opzien gewekt door een huiszoeking die de justitie op het kasteel van de Basedows tusschen Malchin en Teterow dat aan prins Wrede verhuurd is, ge daan heeft. Een door den prins ont slagen bediende, die uit Spanje, waar zijn heer nog vertoeft, terug is gekeerd, moet verteld hebben dat er onder het zilvergoed van de Wredes heel wat stukken waren die elders buitgemaakt waren. Op grond van deze geruchten heeft de ambtenaar van het O. M. te Giistrow op hét kasteel een onderzoek ingesteld. Hierbij moet, goed wegge sloten, allerlei tafelgerei ontdekt zijn, dat uit verschillende hotels afkomstig was. Welke kleptomaan dat zilver in z/Mooi, nog al elegant te minste. Velen vinden haar mooi, ik kan het niet zeggen.' Weder pausering en deze duurde langer dan de vorige. Alida begreep zeer goed, waarom zij dat punt niet verder aan raakte, ze was echter volstrekt niet op de hoogte, waarom mevrouw Valmer ook zulk een diep stilzwijgen bewaarde. Eiudelijk begon deze toch weder, met wat meer deftigheid dan vroeger //Nichtje, ik zal je nu maar eens wat in vertrouwen vertellen, want het lijdt geen twijfel, of je zoudt het anders in dien tijd, datje hier verkeert, toch wel merken. Dat 's gracieus, zal je denken, alsof ik het je anders niet zou willen vertrouwen, maar dan zou je er immers ook niets aan hebben, om het te weten. Eduard is verliefd op Agnes, smoorlijk verliefd, tot mijn spijt, maar 'tis nu eenmaal zoo. Vraag je waarom het mij spijt, wel, ik geloof dat iemand als Eduard een beter huwelijk kon doen. Rentinck bevalt me volstrekt niet. Zijn tamilie is goed ge noeg, maar hij zelf is commun, ik weet niet, een raar mensch. En zij Wat zal ik je zeggen, men begrijpt niet wat men aan haar heeft, dan zou ik deuken dat zij van hem hield, dan weêr niet, ofschoon ik dat vreemd zou vinden. Zie je, van zulke menscheu houd ik niet. Buitendien vind ik haar volstrekt met mooi. We geven over een paar dagen een bal, dan zal je wel kemus met haar maken." de zilverkast van de Wredes heeft ge bracht, blijkt nog niet. Een rechter van instructie uit Güstrow heeft ook een bezoek op het kasteel gebracht. FRANKRIJK. Vrijdagmorgen om 7 uur zag een luitenant, die bezig was zijn soldaten te oefenen op het exercitieterrein van Graville dicht bij Parijs op het gras tegen een heg iemand liggen. Hij ging er heen en vond het lijk van een man die zich doodgeschoten had. Het was iemand van om en bij de dertig, naar het uiterlijk te oordeelen een Rus. Hij had zich een kogel door den slaap ge jaagd, en hield de revolver nog in de hand. Men vraagt aanstonds, of deze zelfmoordenaar, ook de „derde" is, de persoon, die met de twee anarchisten meeliep, die den vorigen dag zoo on gelukkig terecht zijn gekomen met hun eigen bom. De derde man, heette het, had dadelijk de vlucht genomen. Heeft hij zich uit angst, dat hij gevangen genomen zou worden, doodgeschoten V Wat deze onderstelling waarschijnlijk maakt, is, dat de man niets bij zich droeg, wat aanwijzing kan geven om trent wie hij is. Brieven en dergelijke heeft hij blijkbaar verstopt, voor hij de daad volbracht. De staking der mijnwerkers in Noord- Frankrijk neemt sterk af. Uit Lens komt het bericht, dat er Vrijdag nog ruim 15,000 staken de m ij n werkers ware n, tegen 38,000 die aan het werk zijn. Te Montpellier zijn Vrijdag katholieke jongelieden, die uit een vergadering kwamen, aangevallen door een bende Mevrouw Valmer had het om meer dan eene reden wenschelijk gevonden, deze confidence te maken. Hoeveel zij ook van Alida mocht houden, ze zou niet licht besloten hebben, haar te logeeren te Vragen, zoo lang Eduard zijne keuze niet had bepaald. Een huwelijk tusschen deze jonge lieden kou haar immers vol strekt niet wenschelijk voorkomen. Daar zij echter meende/iat het voor een meisje bijna onmogelijk moest wezen voor haar zoon geen sympathie te gevoelen, meende zij verplicht te ziju, haar logé dadelijk alle teleurstelling te besparen. Het was wel geen wonder, dat Alida peusif werd. Ze had er niet op gerekend, dat hare wel wat al te spoedig aanvaarde taak zóó gemakkelijk zou gaan, dat zij Agues in het huis waar zij verkeerde, zelve zou te spreken krijgen, maar toch was er iets in deu toestand wat haar zeer hinderde. Lag er niet iets valsch in, om in het huis, waar zij met open armen ontvangen was, te intrigeren tegen den zoon harer gastvrouwWaarlijk, had zij het zich niet zoo gemakkelijk gedacht, zij. had het ook niet zoo ge makkelijk gewenscht. Juist die gemak kelijkheid maakte de zaak in haar gevoel zoo moeielijk, dat zij veel zou hebben willen geveu om van de onaangename taak bevrijd te ziju. Hugo echter was in Petersburg, en de arme jongen had reeds weken ge wacnt naar eenige tijding. Was het wonder dat de pauseringen

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1906 | | pagina 1