Gemengd Nieuws. AXEL, 13 Februari 1906. In eene Vrijdagavond alhier bij den heer S. Dieleman gehouden vergade ring werd besloten tot ontbinding van het muziekgezelschap „Axels Werk manskring". De instrumenten, alsook de muzieklessenaars werden voor f70 gekocht door den heer Massa van Ber gen op Zoom. De vereeniging heeft ongeveer 8 jaren bestaan en leidde meermalen een kwij nend leven. Met ingang van 16 dezer is tot brievenbesteller alhier benoemd D. van Doeselaar Jz. Te Amsterdam is bevorderd tot arts de heer P. H. G. de Ridder, geb. te Ter Neuzen. Door Ged. Staten is aan P. Wau- ters te Hulst eervol ontslag verleend als plaatsvervangend lid-werkman van den Raad van Beroep (Ongevallenver zekering) te Middelburg. Zondagnamiddag kantelde te Ter Neuzen eene kraan, terwijl deze op een waggon werd overgeladen. Onge lukkigerwijze geraakte een spoorwegbe ambte met het linkerbeen eronder be kneld, met het gevolg, dat hij naar huis vervoerd moest worden, waar een intusschen te hulp geroepen genees heer scheenbreuk constateerde. HET ONWEDER. Het onweder en de hevige wind hebben Donderdagavond hier en daar vrij wat ongelukken veroorzaakt. Te Sluis is de bliksem in een der hoektorentjes van het stadhuis geslagen, alleen werden eenige leien verbrijzeld en een balk versplinterd te Waterland kerkje werd een molenaarsknecht en een molenmaker van Nieuwvliet door den bliksem getroffen, waarvan de eerste overleden is en de andere ernstig werd gewond. In het hötel „De Zwaan" te Schoondijke zijn een paar binnen muren weggeslagen, onder Biervliet is een landbouwschuur afgebrand en werd door het hemelvuur groote schade ver oorzaakt aan de zoogenaamde heeren- keet. Te Breskens viel een vuurbol op de ponton en verder over de aldaar liggende vaartuigen het water in, zonder echter schade te veroorzaken. Even voorbij het Zoutelandsche vroon werd een ingezetene van Westkapelle met zijn fiets door een windhoos opgenomen en een eind verder in een sloot ge slingerd. Met veel moeite werd hij door zijn metgezel op het droge ge trokken. Ook werd onder Westkapelle de schoorsteen van het tolhuis afgerukt en op het dak gesmeten. Donderdagavond, even na half vijf, werd te Zierikzee zeer duidelijk een aardschok gevoeld, die vergezeld ging van een onderaardsch gerommel, dat geleek op een ver verwijderd onweêr of op het instorten van èen groot gebouw. Overal trilden en rommelden ramen en deuren. Kort daarna werden weêrlicht en donder waargenomen, vergezeld van Dit is, voor zoover wij weten, de zevende maal dat te Zierikzee een aardbeving is gevoeld. De oudste mede- deeling dateert van 1449. In 1692 duurden de schokken 2 minuten, waar door de groote toren eenige scheuren bekwam. Bij de later aldaar gevoelde aardbevingen werd geen schade toe gebracht. Van een onderaardsch gerommel, als nu gehoord is, wordt bij de vroeger aldaar waargenomen aardbevingen geen melding gemaakt. (Zz A b.) Bij het hevig onweer, dat, ver gezeld van hagel en sneeuw. Donderdag namiddag omstreeks half vijf ook boven Schouwen woedde, werd te Noordwelle de molenaar J. S., bezig zijnde de zeilen weg te nemen, door den bliksem ge troffen en bewusteloos in zijn woning gebracht. Zijn toestand schijnt voor 'toogenblik bevredigend te zijn. Het HandelsbL van Antwerpen meldt nog over het ouweêr Wat wij te Antwerpen hoorden en zagen is klein-bier geweest tegen hetgeen men in Oost- en West-Vlaanderen, vooral in het Noordelijk gedeelte, tegen en zelfs over de Hollandsche grens, te verduren heeft gehad. Een bloote opsomming van de voor gevallen onheilen geeft reeds een droe vig denkbeeld van wrat er gebeurd is. Te Wachtebeke viel de bliksem op den molen der weduwe David en de twee werkliê, die zich daarbinnen bevonden, werden tegen den grond geslagen. Hunne kleeren zijn tot polver verbrand en een hunner, Jan van Puyvelde stond op met ernstige brandwonden. In de zelfde gemeente werd nog een andere molen, die van Beule, door den bliksem getroffen. De storm, die het onweer vergezelde, was te Lootenhulle tot een waren cycloon aangewassen en op het gehucht Molenhoek bleef geen enkel huis onge schonden. Te Basse velde werd het dak van toren en kerk erg beschadigd. Erger was het te West-Roosebeke.. Daar viel de bliksem op de kerk en deze brandde geheel at, ondanks de moeite, door de pompiers van Roeselare aangewend, om het vuur te keer te gaan. De brand duurde tot Vrijdag voort. Te Gheluwe zijn twee schuren, toehoorende aan den landbouwer Jules Marescoux, door den bliksem in brand gestoken en gansch vernield. Te Elsendamme werd eene schuur door een rukwind in puin gelegd, en te Lapscheure brandde er eene af. Nabij Ieperen, te Brielen namelijk, sloeg de bliksem den maalder Verriest in zijnen molen dood. Nabij Brugge heeft de bliksem twee molens getroffen. Van een van beiden werd eene wiek afgerukt en weggeslingerd. Te Eecloo is eene vlasmijt afgebrand. Te Maldegem is een gendarm van Etterbeek, die hier bezoek was komen afleggen, door den bliksem tegen den trein geslagen en gewond. Te Moer- kerke deed de bliksem brand ontstaan in de schuur vap landbouwer Jules Claeys. Dit gebouw, evenals al de landbouw vruchten en 3 verkens werden de prooi der vlammen. De schade is zeer aanzienlijk doch alles is verzekerd. Nabij Flipiue is eene groote hofstede door den bliksem in brand gestoken en gansch door het vuur vernield. Op de reede van Vlissingen is Vrijdagnamiddag een ernstig ongeluk gebeurd. Bij het bemannen van het stoomschip Barnesmore werd de Bel gische loodsboot doormidden gevaren. Toen men aan boord van het stoomschip zag, dat de sloep begon te zinken, werd een touwladder neergelaten waarlangs de bemanning zich redden kon. De Belgische, rivierloods Blij, te Antwerpen woonachtig, viel van de ladder te water en, hoewel hij spoedig-gered werd, was hij toen men hem aan boord van het stoomschip gebracht had, reeds over leden. Hij laat een weduwe met een talrijk gezin achter. Zijn lijk is met een Belgisch politievaartuig naar Antwerpen overgebracht. Aan de M. Ort. wordt uit Hein- kenszand gemeld Toen vrijdagavond omstreeks half tien de koopman in goud en zilver, L. de G., met zijn gerijtje uit 's-Heeren- hoek hier kwam, liet hij dit een oogenblik onbeheerd staan. In het gerij was een kast geborgen, waarin zich, naar men zegt, een waarde van f 600 a f 700 bevond. Toen de koopman terug kwam, was de kast op raadselachtige wijze verdwenen. De politie hield zich den ganschen nacht met het onderzoek bezig, doch vond geen spoor noch van de kast noch van den inhoud. Bij een paar personen is door de politie een onderzoek ingesteld doch zonder gevolg. In een zgn. slop zijn een paar toeren bloedkoralen gevonden, die bij de politie gedeponeerd zijn. Maandagmiddag is door de politie in de gemeente-vuilnisbak de verdwenen kist gevonden met een deel der er zich in bevonden hebbende gouden en zil veren voorwerpen. De vondst werd gedaan nabij de plaats waar de bloedkoralen zijn te voorschijn gekomen. Het onderzoek naar het nog ontbre kende duurt voort. Een eigenaardig geval vermeldde de Dev. Cour. Een huwelijk was eenige jaren geleden wegens kwaad willige verlating verbroken. De man wilde na verloop van den wettigen termijn een tweede huwelijk aangaan met de vrouw, die de zorg voor zijn kinderen heeft op zich genomen. Thans is echter gebleken, dat de rechtsgeleerde raadsman verzuimd had het vonnis, waarbij de echtscheiding was uitgesproken, binnen den wettigen termijn in de registers van den burger lijken stand te doen inschrijven. De kracht van dat vonnis is alsnu vervallen en zelfs kan geen nieuwe vordering tegen de echtgenoote wegens kwaad willige verlating worden ingesteld. Te Nieuw-Buinen geraakte een stukje afgekapt gloeiend ijzer in de kleeren van een kind, dat in een grof smederij aan 't spelen was. Het werd niet dadelijk opgemerkt. Toen de klee ren vlam vatten, werd het kind in een koelbak met water gehouden. Eenige uren later is het aan de brandwonden overleden. Blijkens meedeeling in de Kampi oen heeft de minister van Waterstaat, naar aanleiding van het adres van den Alg. Ned. Wielr. Bond om vergunning tot het plaatsen van een wegwijzer op den Westelijken dijk van het kanaal van Gent naar Neuzen, eenalgemeene vergunning verleend tot het plaatsen van wegwijzers en waarschuwings borden, op de tot de Rijkskanalen behoorende wegen in de provincie Zeeland onder zekere voorwaarden, die in het besluit worden opgenoemd. Een kwajongen. Omtrent den jongen uit Den Haag, die naar een tuchtschool moest gezonden worden en daar ook thans is, omdat hij zich weer barstig en onhandelbaar toonde, wijl zijne ouders een vak voor hem gekozen hadden, waarin hij geen zin had, wordt door de N. Ct. nader gemeldt dat hij achttien jaar is en weigerde absoluut iets uit te voeren. Op de ambachtsschool maakte hij zich voortdurend schuldig aan spijbelen en werd ten slotte weggezonden. Daar na kreeg hij werk op een fabriek, doch ook daar werd hij weggezonden, omdat hij zijn plichten niet vervulde. De vader, wien het werkelijk niet aan een ruimen blik ontbrak, sloofde zich daarna uit om hem geplaatst te krijgen als lichtmatroos op een koopvaardijschip. Nadat voor plaatsing en uitrusting eenige honderden guldens waren ge offerd, maakte de knaap zich reeds den tweeden dag schuldig aan desertie. Sedert hield dit jeugdige „mauvais sujet" zich onledig met straatslijpen en lanterfanten, kroegbezoeken en het terroriseeren van de jongere gezins leden. De zeer energieke vader liet den knaap door een zenuwarts onder zoeken, die hem drie maanden lang dagelijks observeerde, doch den knaap normaal en voldoénde ontwikkeld vond, en eenvoudig onwil constateerde slechts werd nog heil verwacht van een plaat sing onder strenge tucht. Thuis was de jongen niet te regeeren heele nachten bleef hij uit en hij verzette zich feitelijk tegen zijne ouders. Ten einde raad werd voor hem, die voor Mettray te oud was en zich niet bepaald aan een strafbaar feit had schuldig gemaakt, krachtens de nieuwe bepa lingen van het Burg. Wetboek, opzen ding gelast, voor den tijd van 1 jaar, in de hoop, dat de moreele indruk en de deskundige tuch fop voeding nog iets goeds zouden mogen uitwerken. Een hevig verzet tegen de politie van den ook lichamelijk goed ontwikkelden knaap, volgde, zoodat hij ten slotte geboeid moest worden weggeleid. Een afschuwelijke misdaad. In de Zwaluwenitraat te Brussel is Woens dag te middernacht op het trottoir een pakje gevonden waar in het verminkte lijk van een meisje van acht jaar lag. Het kind, het dochtertje van een fabriekarbeidster, was Woensdagavond om zeven uur de straat opgegaaD, om te spelen. De dader is, naar men vermoedt, een kerel, die in de laatste avonden gezien was achter de schutting van een bouwterrein en toen reeds door de politie nagegaan was, omdat hij verdacht deed. Het pak van grof papier, waarin het lijk was geborgen, was zeer zorgvuldig met een touw dichtgemaakt, en had een lus als om het gemakkelijk te dragen. Toen men het openmaakte vond men het lijkje nog gekleed maar de beenen ontbraken. Bij de lijkschouwing bleek dat het kind eerst geworgd was. De beentjes heeft men nog niet terug gevonden. De moord wekt ontzaglijke sensatie in Brussel. De Rue des hirondelles wordt voortdurend door een groote menigte bezocht. Een bakkersvrouw in de Laekenstraat heeft de politie meegedeeld dat er Woensdagavond tegen half elf een man bij haar is geweest, zichtbaar bevend, en met moeite de woorden uitstootend. Hij vroeg om een broodje, maar was zoo zenuwachtig dat hij vergat het hem terug gegeven geld mee te nemen. En toen de vrouw hem terug riep, zei hij, steeds harder bevend, dat hij vervolgd werd door een meisje, dat vergezeld werd door haar vriendinnetjes. Er waren er wel een vijftig maar hij zou het ef wel mee klaar spelen. En tege lijkertijd haalde hij een revolver uit zijn zak. Blijkbaar was hij dol van angst. De moeder weet nog niets van de wijze waarop haar kind den dood heeft gevonden. Men heeft haar verteld dat het door een tram is overreden. De vogel was gevlogen. Rudolf Hen- nig, een zadelmakersgezel, die verdacht wordt een koffiehuisbediende te hebben vermoord, werd Dinsdag door de politie te Berlijn in een slaapstee ontdekt. Twee agenten namen hem mee en hy volgde hen gewillig tot vlak bij de deur van den politie-post, waar hij een hunner met een revolver in het gezicht sloeg en wist te ontkomen. Met de revolver in de hand, liep hij een huis van de Schönhauser Allee binnen. Een post bode die hem wilde pakken, had hy een kogel toegedacht. Hij gaf ook vuur, maar het schot miste zijn doel. Hij stormde de achtertrap op en belde op de derde verdieping heftig aan. Toen de deur op den ketting gedaan was en op een kier geopend werd, stak hij er zijn revolver tusschen en zeide op barschen toon dat men hem, als ambte naar van de crimineele politie, binnen moest laten. De vrouw achter de deur verzocht hem dan de revolver eerst weg te halen, wat hij deed, maar in hetzelfde oogenblik viel de deur in het slot. De misleide boef liep nu naar de vierde verdieping, klopte en belde daar vergeefs en vluchtte vervolgens naar den zolder. Daar wierp hij zijn jas uit, wrong zich door een luikje en begon toen een vlucht over de daken. Zijne vervolgers waren intusschen op de binnenplaats van het huis aan gekomen en werden van het dak af door hem beschoten. Niemand werd gelukkig geraakt, de kogels sloegen plat tegen de steenen. Met ongeloofe lij ke rapheid begaf hij zich over de daken naar de Wörther Strasse, waar hij van den zolder at binnenkwam by een schoenmaker op de benedenste verdieping. Met de grootste kalmte bestelde hij daar een paar schoenen en nam de pet van den baas in de hand, daarbij de opmerking makende dat zoo'n

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1906 | | pagina 2