Binnenland.
Landbouw.
do outvlucbtiDg. Te meer nog daar ze
het volgende verhaal verjonnen, om hun
fout te dekken.
Boulain zou te zes uur, toen de agen
ten op een aangeroepen huurrijtuig wacht
ten, in een ander rijtuig gesprongen zijn,
waarop hij het portier dichtsloeg en er
voor de oogen van de verbaasde agenten
vandoor ging. Deze ontsnapping was
dan natuurlijk volgens hen behoorlijk voor
bereid.
Boulaine is ondertusschen nog niet ge
snapt.
LONDEN, 26 Oct. Officieel wordt ge
meld, dat de Minister Chamberlain in de
laatste heltt van November naar Zuid-
Afrika zal gaan, om zich op de hoogte
te stellen van de problemen, gerezen door
het beëindigen van den oorlog en de za
ken van de nieuwe Koloniën te regelen.
Hij hoopt te kunnen spreken met ver
tegenwoordigers van alle betrokken be
langen en hun inzichten te vernemen
omtrent de te volgen staatkunde.
De Minister zal de Kaapkolonie, Natal,
de Oranje-kolonie en Transvaal bezoeken,
en is voornemens in het begin van Maart
terug te keeren.
Reuter verneemt, dat bet plan van be
zoek door den Koning en den eerste-
Minister ten volle wordt goedgekeurd en
hartelijk ontvangen is door Milner.
De Kon. familie zal na haar te
rugkeer uit het buitenland, dat vermoe
delijk 3 December plaats zal hebben, Het
Loo weer betrekken.
H. M. de Koningin Moeder keert 16
November niet naar den Haag terug maar
moet van plan zjjn eenigen tijd buitens
lands te gaan.
De Minister van Koloniën, de heer
Idenburg begaf zich Zaterdag naar het
Loo ter audiëntie by H. M. de Koningin
die, niet meer zooals vroeger, twee der
Ministers op éen dag ontving.
EE.\ GESPREK OVER SUIKER-
Het Hbld. heelt naar aanleiding van
de geruchten dat een surtaxe op de sui
ker zou geheven werden eenige vragen
gericht aan een suikerfabrikant, die ook
bij uitstek op de hoogte van de theo
retische zijde van het suikervraagstuk is.
Hij laat deze vragen, vergezeld van de
antwooiden, zooals die later met behulp
ven weiden en de direkteur zeide:» Eer
ste, Augustinus Margueritte,* dacht ik
niet aan mijn buisje en mijn schoenen.
Lang heb ik dat arm buisje gedrageB, en
't is misschien daarom, dat ik mij zoo
even overgaf, aan dit gevoel van onnoo-
zele ijdelbeid die mij dit kostum deed
aaDtrekken, kortom, de slechte dagen zijn
voorbij, de goede beginnen.*
Er was een gedachte die tante Tout-
cba kwelde, sinds zij de levering van ver
schillende artikelen op zich genomen had-
In hoe veire was haar neef solied Hoe
zou zij betaald woiden?... mijnbeer de
direkteui, 't is goed en wèlmaar kon
tanten of zekerheid is beter. Zij meende
het oogenblik gunstig om een vraag te
doen, die baar reeds meermalen op de
lippen was gekomen.
De zaken zjjn dus goed vooruitgegaan
neef?"
„Zij zullen vooruitgaan.*
»Ik wil zeggen ge bebt geld gaspaard.
„Ik beb geleefd en mijn huisgezin on
der houden."
>En niets gespaard
„Niets-*
„Zoo 1
En eon schaduw rimpelde haar vrooljjk
gezicht.
>Ik heb niets kunnen sparen, tante,
want wat onderwijzers verdienen betee
kent niet veel.*
„O! neef, 't is niet om u te blamee-
ren, maar uit vriendschapik vraag niet
van de aanteekeningen door den mede
werker van het UUd. werden neergeschre
ven, volgen.
Wij ontleenec daaraan een en ander:
Vr. Waarom is het overgangstijdperk,
de tjjd die ons nu nog scheidt van hei
in werking treden der conventie, vooi
de Nederl. fabrikanten zoo moeilijk?
A. Die tjjd is niet moeilijk, omdat tiet
een »overgangs"-tijdperk is, maar omdat
geheel afgescheiden van de te Brussel
gevallen besluiten de suikerfabrikanten
een crisis doormaken. Er heerscht over
productie, d. w. z doordat de productie
kunstmatig is opgedievoD, zijn de suiker
prijzen gedaald en worden de productie
kosten door den verkoopprijs van d« sui
ker en de premies niet overal gedekt.
Daardooi staan overal fabrieken stil. in
Nederland alleen 7. Daarom is dit jaar
belangrijk minder land bebouwd. In de
voornaamste suikerbouwende landen in
Holland, vooral daar schat men dat 35
pCt. minder land behouwd is roet bieten.
Nu komt daarbij, dat dit jaar de bieten-
oogst buitengewoon ongunstig is Men
schat dat de oog.-thoeveelheid per zelfde
oppervlakte land gemiddeld 85 pCt. is
van het gemiddelde. Daartegenover staat,
dat de bieten van goed gehalte zijn, zoo
dat het suikerrendament wel 6 pCt. boven
de normaal zal zijn. Door een zeer een
voudige vermenigvuldiging (0,85 X 0,825
X 1,06) komt men tot het resultaat dat
dus de oogst ongeveer 75 pCt. van den
oogst van h6t vorig jaar zal zijn Id Hol
land zijn alweer de cijfers nog minder
gunstig en zijn er fabrieken die maar 50
pCt. pioduceeren van wal zij het vorig
jaar leverden. Er zyn mi) dan ook fa
brieken beken 1 die een paar weken later
dan het vorige jaar zijn begonnen te wer
ken on een drietal weken eerder de machi
nes stop zullen zetten.
Vr. Meent gij, dat een eventueele
surtaxe geldelijk voordeel moet brengeB
aan dep fabrikant, den landeigenaar of
dep landbouwer
A. In elk geval vooiloopig alleen of
voornamelijk aan den fabrikant. Misschien
in mindere mate aan den landbouwer en
landeigenaar.
Vr. Toch wordt ook van de zijde van
den landbouw groote pressie op dit Mi
nisterie geoefend en hebben, meen ik, in
Zeeland en Groningen Landbouwvereeni-
gingen zich voor verdere bescherming der
suikerindustrie verklaard
A. Vaak zjjn die belangen één, nl.
waar de landbouwers de coöpereerende
eigenaars zijn van eeD suikerfabriek. Zulk
een coöperatieve fabriek heeft men bijv.
in Zeeuwsch-Vlaanderen, aan welks hoofd
qaar uwe zakeo, dat weet ge.«
Zij zijo zeer eenvoudig en ik heb geen
reden om ze te verbloemen, vooral niet
voor u. Ik heb niets, want zooals ik u
ïeide, is wat ik tot heden verdiend heb
door ons gebruikt om van te leven. Ik
bad de plats van direkteur te €ondé,
waarnaar mijn eerzucht streefde, zelfs
niet kunnen erlangen, indien een mijner
vrienden mij niet te hulp was gekomen. De
onderwijzer nehoeft slechts waardig te zijn
voor de betrekking welke hij vervullen
wilM iar 't is niet hetzelfde met den
direkteur, don administrateur die bijge
volg zekeren geldelijken waarborg moet
geven.
>Dut is zeer billijk, zei de tante, aan
baar leveraotiën denkendeals men koopt
moet men kun- en betalen."
„Het zijn juist deze waarborgen wel
ke mijn vriend wei heeft willen geven
voer mij, die ze Biet had, en het is aan
hem dat ik mijne betrekking te danken
beb, zooals ik het aan bem te danken
zal hehben, ais ik fortain maak.*
*Ge hoopt dus foituin temaken, neef
vroeg de tante, bij haai denkbe ld blij
vend en precies willende weteu met wieD
zjj te doen zou hebben.
>OoeD bescheiden fortuin. Immers ik
kan, indien alles bljjft zooals het thans
is, jaarlijks zes of acht duizend frank
overleggen. Als ik, zoo ik hoop, mijn toe
stand kan verbeteren, zal ik er twaalf of
vijftienduizend kunnen overleggen.*
barin CoUot d'Escury staat, die in deze
beweging zeer o,p den voorgrond is ge
treden.
Vr. Aoht gij de invoering van een
surtaxe, mits beneden het maximum van
6 fr., blijvende in strijd met den geest
zoo met met do letter van de overeen
komst var; Brussel, waar men toch bijeen
is gekomen om maatregelen te nemen tot
vormindeling van premiën en surlaxen,
maatregelen waartoe Nederland in Daam
zoo hartelijk heelt medegewerkt?
A. Zeer zeker. Ten eerste hebben wij
artikel 1 van de conventie.
Men kan h't toch niet een loyile op
volging van do bepaling, in dat artikel
vervat, noemen een surtaxe in te voeren
M iar er is nog een ernstiger bezwaar
Men wilde in Biussel het maximum van
de surtaxe zoo laag mogelijk maken, zóó
laag dat het voor de suikerfabrikanten
niet meer de moeite waard zou zijn een
kartel te vormen. Zulk een kartel is
zeer moeilijk lot stand te brengen, maar
in ons land is dit alles geheel verschillend.
Waar de samenwerking en de winstver-
deeiing tusschec de 406 fabrikanten in
Duitscbiand, de 217 in Oostenrijk of de
328 in Frankrijk heel moeilijk is, staan
wij in Nederland er geheel anders voor.
Op bet oogenblik werken 24 fabrieken.
Doob de coramercieele belangen van die
fabrieken worden niet door 24 verschil
lende fabrikanten behartigd, doch door een
veel kleiner getal, wat samenwerking tot
prijsopdrijving veel gemakkelijker maakt.
Verschillende fabrikanten zorgen voorden
verkoop van twee, diie, ja ju één geval
van vjj' fabrieken. Hel spreekt dus van
zelf dat het in Nederland al zeer gemak
kelijk zou ziju om met die maximum
suitaxa te doen wat de conventie heeft
willen beletten, d. w. z. een kartel vormen
en den prijs van de suiker in het binnen
land verhoogen met een deel der surtaxe.
Door een eenigszins aanzienlijke surtaxe
te heffen zou dus de Nederlandscbe Re
geering deloyaal handelen en in strijd met
den geest van de Brusselache conventie.
Vr. Gij hebt verklaard dat een surtaxe
onmiddellijk geldelijk voordeel aan dan
suikei fabrikant brengt, doch is bet uw
meaning als suikerfabrikant, niet als Ne-
derlandei, dat de surtaxe weBschelijk is,
wenscheljjk voor de suikerindustrie?
A. Neen, een groote surtaxe, een sur
taxe zoo groot dat de fabrikaoten in staat
zijn den bir.nenlandsc.h9n prijs daarmede
te verhoogen acht ik ooa voor de suiker
industrie op den duui niet wenschelyk.
Elke kunstmatige opdrijving van een in
dustrie acht ik op den duur niet in bet
belang van die industrie. Door opofferingen
„Dat is zeer fraai neef; wy die het
land bebouwen, verdienen zooveel niet.*
>lk ben vijftig jaar oud. Indien ik nog
vijftien jaar voortwerk, kan ik met een
kapitaal van tweemaal honderd frank mijn
ontslag nemen. Honderdduizend er van
zal ik aan miju geliefde dochter gaveD
en met de mij overblijvende honderddui
zend zal ik volkomen gelukkig leven tot
don dag wanneer ik niets meer behoeven
zal.*
»Ge zijt een goede jongen," zei de oude
moeder.
»Een goede jongen, mamaatje, omdat
ik zeg dat ik Helena honderdduizend lrank
zal geven't is geen goedheid iets aan
zyn kinderen te geven, men doet zich
zeiven plezier, 't Is zeer natuurlijk En
ik wilde juist iots buitengewoons voor
haar doen een opoffering, iets groots dat
haar waardig is.*
Haastig opstaande trad Helena op haai
vader toe en hem teederljjk omarmende,
legde zy, als een bedorven kind, hemde
hand op de mond, zeggende
»Spieek t ch zooniet!" m ar dat deed
bem niet zwijgen.
»Ge kent mijne dierbare dochter niet,
zeide hij, „ge weet niet hoe goed, bemin
nend, teeder, opofferend, zachtmoedig en
gehooizaam zy is*
»Misscliien met u,« zei Hdena glim
lachend, en er is niet veel verdienste
in, onderworpen te zijn aan een zoo gce
dan vader en beul yuwillig teg boorzamen.
van de belastingbetalers, of van de suiker-
consumenten, is het mogelijk fabrieken
te doen voortbestaan die zonder die op
offeringen geen reden van bestaan hebben,
te slecht gelegen zijn, te onvoordeelig
moeten werkeD. Ik zie niet iu dat zulks
wenschelijk is.
Vr. Gij zegt een groote surtaxe, wilt
gy daarmede zeggen gij wel voor
stander zijt van een kleine surtaxe?
A Ja. Op het oogenblik is de toe
stand als volgt. De maikt in een klein
land als het onze is aan groote schom
melingen onderhevig.
Bestaat er nu tijdelyk geen behoefte
aan suiker en zijn de prijzen dus zeer
laag, zóó laag dat wij niet zonder verlies
verkoopen kunnen, dan wachten wij tot
er behoefte komt en de pi ijzen stijgen.
Zoodra de prijzen stygen kunnen echter
Duitschers en Belgen, die met ons geheel
gelijk staan, van hun suikerovei schot in
voeren en de pryzen dalen weer, zoodat
wij genoodzaakt wordeD in Engeland te
veikoopen. Nu kost het vervoer naar
Engeland zegge ongeveer 30 ct. per ton.
Voor een fabriek die 100,000 ton procu-
deert beteekent dat een verlies van
30,000- Zulk een fabriek beeft bijv.
een kapitaal van ƒ600,000 en derft dus
elke winst die anders mogelijk zou zijn.
Van prijssehommelingen in België of
Duitscbland kunnen wij echter door de
surtaxe in die tanden nooit gebruiK maken.
Dat. maakt de concurrentie te moeilijk,
zij kunnen wel met ons hier te lande
conciirreeren, wij nooit met hen in hun
land. Een kleine surtaxe zou ons in
gunstiger omstandigheid brengen en den
verbruiker weinig schaden. Die kleine
schade is onze industrie wel waard.
Vr. Ik begrijp hieruit dat gjj spreekt
over den tjjd dat de premiën zjjn afge
schaft die u reeds een voorsprong geven,
dat gij dus tegen elke surtaxe zijt vóór
de Biusselsche conventie is ingevoerd. Er
is mij echter in uw betoog één zaak niet
recht duidelijk. Waar de Engelsehe markt
open is voor onze suiker en Engeland
zelf geen suiker procudeert, moet de prijs
in Engeland toch hoogor zijn dan in Ne-
dei land, evenveel als de vervoerkosten
tusscben Nederland en Engeland bedragen,
zoodat gij door vervoer met behoeft te
verliezen. De exporteurs zullen toch alleen
uitvoeren ais de marktprijs in Eug9laDd
miostens den vervoerprijs hooger is dan
die in Nederland
A. Ware dit slechts juist 1 De prijzen
i egelen zich naar de grootste uitvoerhaven
Hamburg. Is daar de prijs 8 per ton,
dan wordt de prys in Nederland ver
meerderd met de vervoerkosten per ton
»Als ik bedenk, hernam mijnheer Mar
gueritte, >dat ik vóór dat zij geboren
was een jongen verlangde.
Om hem Homerus, Virgiiius of Nestor
te noemen, vief Helena zacht ecbeu tsanJ
hem in de rede.
»Eu dat ik bedroefd w»s toen de ge
neesheer mij toeriep: »een dochterIk
iroostte mij niet eerder dan toen ik zag
dat zij blond was.*
Wat u veigunde rnjj Helena te noe
men
„Zulks was zeer onvoorzichtig, want
niets vooi spelde dat ge zoo fraai zoudt
worden als ge zyt.«
Helena was gewoon te feortswijlen als
haar vader haar prees, wat haar verle
gen maakte.
»Indien ik een monster ware geweest
zou het niets voor my zijn geweesc, niet
waar Maar welk een oneer voor Helena
met de blanke armen
De oude moeder en de tante luisterden
vader en dochter aanziende en vroegen
zich waarschijnlijk wie Helena met de
blanke armen* was.
»Een nicht van den kant uwer vrouw
neef ?t vroeg tante Toutch i, die gaarne
tot den grond der dingen doordrong eD
er nooit tegenop zag een vraag te doon,
»Piecies, zei Margueritte luimig, »van
haar stamt royn doctiter afzij gelijkt haar.
Dan moet zij zeer fraai zijn gewee6t zei
tante Toutcba begrijpend en op overtuigden
toon. Wordt vervolgd.)