I\o. 49. Woensdag 26 September 1900. I6e Jaurg, Nieuws- en Advertentieblad L 1 A voor Zeeuwse h-Vlaanderen F. DIELEMAA, AXEL. Bnitenlaiui. FEUILLETON. De liefde van uitgewekenen. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag:- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar ulaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag:- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Roberts heeft nu een echt verkiezings telegram naar Londen geseind. Er zijn van de 3000 Boeren die van Komatipoort waren teruggetrokken, 400 de Portugeesche grens overgegaan, en de rest is gevlucht of ver strooide zich, na de Long Toms en de veldkanonnen te hebben vernield. Er is van het Boerenleger niets over gebleven dan wat stroopende benden. De conclusie ligt voor de hand. Roberts behoeft nu met de Boeren niet meer om te gaan als met een geregelde vijandelijke macht er is eigenlijk geen oorlog meer de Boeren die nog den strijd volhouden, zijn kwaad willigen, oproerlingen, tegenover wie de gewone oorlogswetten niet meer gelden, doch die men vogelvrij mag verklaren, en Chamberlain kan de verkiezingen in leiden met het succes twee volledig inge lijfde en bezette landen bij het Britsche wereldrijk te hebben gevoegd. Of de zaken nu echter werkelijk zoo gunstig staan? Botha is met zijn hoofd macht nog altijd in het Boschveld ten Noorden van Lijdenburg, een ongezonde streek waar de Engelschen, niet aan kli maat gewend, in menigte zouden sterven. Ben Viljoen kan met de paar duizend man, die zich „verstrooid" hebben, nog kwaad genoeg doen De Wet spookt nog in den Vrijstaat rond, waar men zelfs niets meer hoort omtrent Ficksburg. Sene- kal, Bethlehem, alle plaatsen, die onlangs door de Engelschen ontruimd en door de Boeren bezet waren. Is, wat nu nog over is gebleven van het Boerenleger, werkelijk een kern van mannen die van wikken nog wiiken Ik draaide den brief heen en weder, doch kon niet alles zeggen, wat ik wilde. Evenwel, ik antwoordde hem zoo goed ik kon, doch bekwam geen antwoord. Er verliepen jaren achtereen, dat ik geene tijding van mijne vrienden nit Frank rijk ontving. De geschiedenis was dus voor mij ten einde Gaarne had ik iets omtrent het lot van de arme Julia ver nomen. Ik zag van alle hoop ten dezen opzichte af, en beschouwde de verschijning der émigrés als een aangenaam tusschen- spel in de gebeurtenissen van mijn een voudig leven. Maar zie^, op zekeren dag trad Lasalle in eigen persoon mijne pas torij binnen. Ik was van vreugde en ver wondering geheel buiten mij zeiven, en omhelsde hem aangedaan. »Ik moost mij eigenlijk niet vei blijden," zeide ik »om u bij mij te zien, maar ik kan niet anders." »Verhlijd u maar, waarde pastoor, want ik verheug mij ook, u weder te zien. Mag ik Liet meer veilig m mijn vaderland wonen, zoo zoek ik nu het plekje op, waar ik de aangenaamste uren van mijn leven heb doorgebracht, de plaats, die door de tegenwoordigheid van Julia is geheiligd geworden." weten, en trots alles willen blijven vol harden, dan is Engeland's lijden nog niet te overzien, Schoeman, de Boeren-generaal, die in de eerste maanden van den oorlog zich alle voordeelen heeft laten ontglippen van zijn uitstekende posities tegenover de Engelschen in het noorden der kaap kolonie, hadden de Boeren als gevangene in den tronk te Barberton bij zich. Hij is nu door de Engelschen verlost wordt naar Pretoria gezonden en met den grootsten eerbied behandeld. »Over twee dagen zal de oorlog offici eel voor geëindigd verklaard worden", al dus seint ^Central News" uit Johannes burS- »Een transportschip met 12 officieren en 570 man aan boord, vertrok heden van Southampton naar Kaapstad", luidt een ander bericht. De oorlog zal dus blijk baar niet-officieel dienen voortgezet te worden, wat niet veel verschil zal maken, doch voor de Engelsche regeering wel zoo gemakkelijk is. Geen officieele verliezen- lijsten met officieele leugens meer, geen officieele aanvragen om credieten ten einde bij de firma Chamberlain, Kynoch, Hoskins. Chamberlain Co. nieuwe be stellingen te doen. geen officieele commis sies om de ammunitie te keuren, geen officieele enquêtes naar het hospitaal wezen in Zuid-Afrika en geen officieele dwarskijkers van welken aard ook de beide Zuid-Afrikaansche republieken be staan niet meer, van oorlog is geen sprake en in het opnieuw grooter geworden Groot-Engeland heerscht onder de zalig makende regeering van Haar Allergracieu selijkste Majesteit Koningin Yictoria op »Derlralve weder geëmigreerd Ja, maar niet vrijwillig. Het is mij niet mogen gelukken, van de lijst der uitge wekenen geschrapt te worden. Tot nn toe heb ik in Frankiijk steeds onder een anderen naam geleefd, en nooit lang en op eene plaats vertoefd. Op Barthelemi rustte onze hoop. Maar ook hij is door de Jacobijnen gevallen, en uil het bestuur verdreven; thaDS slijt hij'zijn leven in de omstreken van Cayenne. Zoodra hij ge vangen was, was ook ik verraden, dewijl hij gewichtige papieren van mij onder zijne berusting had. Ik had net mijne ge daan om den vrede in ons ongelukkig land te bevorderen, en deze is alleen be staanbaar bij een constituoneele monarchie. »Indien dit het geval is, waarde Lasalle of heer de Foy," zeide ik, »wees dan wel kom in ons vredelievend vaderland 1 Gij zult ïL.iat mij steeds voor u Lasalle blijven.' >Ook goed, zeide ik, en begat mij naar mijn lessenaai en bracht eene portefeuille te voorschijn, waarin ik den wissel, dien hij mij gezonden had, bad bewaard, »ge- heel arm zLjt gij niet, hier hebt gij uwen wissel van duizend gulden terug." Hij weigerde zulks. »Ik ben niet zoo behoettig uit het land gegaan als de eerste maal," zeide hij. »Na den dood mijner moeder liet ik alles, wat ik bezat, in gela en goede wissels veranderen. Mijn oom voegde hier eene goede som bij, dewijl het te voorzien was, dat zijn vermogen, nieuw pais en vree, Het verkiezingsrumoer moet het gedon der van het nog niet tot zwijgen gebracht geschut in Zuid-Afrika overstemmen Want al is de oorlog over twee dagen' uit, al gaat Lord Roberts binnenkort terug naar Londen om als de beste reclame voor de khakiïsten in hun strijd om de parlementszetels dienst te doen de zes duizend of tienduizend, of hoeveel Boeren Louis Botha onder zijn bevel moge gehad hebben, bewegen zich nog vrij, kunnen elk uur op hun schreden terugkeeren en hun Lange Toms, waarvan nog geen enkele de eer te beurt is gevallen, deel uit te maken van den stoet, dien Lord Roberts op zijn triomftocht door de City zal vol gen, nedersleepen langs de steile heilingen hunner bergen om ze opnieuw te laten spelen in de gelederen van de khaki's. Ondanks elk nieuw bericht, dat de mee ning moei bevestigen het is nu uit, voor goed is de vraag nog niet opgelost, waar de hoofdmacht der Boeren zich terugge trokken heeft. Tot Spitskop heeft men ze kunnen volgen, doch daarna zijn ze ver dwenen, spoorloos. Ze zijn nog ergens ten Noorden van Lijdenburg, dit is een troost en de wakkere Louis Botha staat nog aan hun hoofd, een tweede troost. Het bericht van zijn ziekte, van zijn terug treden, is een nieuwe leugen gebleken in dezen oorlog van leugen en bedrog. De Delagoa-lijn is thans geheel in de macht der Engelschen. Het eindpunt Ko matipoort is bezet, zonder tegenstand. Het schijnt, dat de restanten der vreemdelin gencorpsen, waaronder de Iersche brigade, die den Boeren zulke gewichtige diensten bewees, den strijd langs den spoorweg na zijnen dood, aan het rijk zou vervallen. Tegen gebrek ben ik beveiligd, ook heb ik nog eenigen overvloed, waarvan ik kan mededeelen. Staat het huisje nog aan den voet van den wijnberg, waar Buzet vroeger woonde Ja, het staat er nog, en is nog niet verhuurd. De eigenaar zal het u gaarne verhuren. Alle lieden in de stad zijn u steeds toege- negen. Maar waarom neemt gij geen gemakkelijker woning in de stad Waarde pastoor, waar ik mij het ge lukkigst bevind, is het mij het gemakke lijkst. Ga met mij mede, en wij zullen dadelijk die zaken in orde brengen." Dit geschiedde. Lasalle had een ouden, getrouwen dienaar van zijn üuis medege bracht. Hij had ook nog eene vrouwelijke dienstbode aangenomen, om zijn huishou ding waar te nemen. In het tuinhuisje moesten dezelfde stoelen, tafels, en het overige huisraad weder hersteld worden, die er tijdens het verblijf van Julia geweest waren. Alles moest weder op dezelfde plaats staan alles moest zijn, zoo als het vroeger geweest was, en ik moest voor dat alles zorgen. »Ik zou mij," zeide hij', »zoo gaarne weder geheel in het verloden verplaatsen." Toen wij nu de eerste maal uitgingen en hij in de verre de hooge olmen zag, begon hij bitterlijk te weenen. „Zij staan nog," sprak hij, „maar Julia wandelt niet meer in hunne schaduw." hebben voortgezet, dit deel van het oor logsterrein verkiezende boven het onge zonde Boschveld, waarin geen vreemdeling ongestraft verblijf kan houden Langzaam terugtrekkende voor de overmacht, zijn zij thans op Portugeesch grondgebied gewor pen, den Burgers den tijd gevende, langs den Selati spoorweg hun kanonnen en voorraden in veiligheid te brengen. Over de laatste operatiën langs de Dela goa-lijn seint Lord Roberts van den 20en „Pole Carew bezette gisterenmorgen met Henry's bereden infanterie en de garde, Kaapmuiden. Het bericht, dat er geen weg was en zich een doortocht banen moest door het kreupelhout en de ravijnen. Aan het spoorwegstation stonden negen tien locomotieven, waarvan elf beschadigd waren en acht verbrand. Yan de zich daar bevindende wagens waren acht en dertig met meel gevuld, zeven en twintig met steenkool, een met koffie, vier met machiriedeelen, acht met verschillende benoodigdhoden en vele ledig, in het geheel 114 Een groot deel van het meel en de koffie was vernietigd. De brug over de Kaaprivier was ver woest, doch de oude overgang kon, naar men zegt, gemakkelijk hersteld worden. Aan den spoorweg is ook schade toege bracht, doch deze kon geleidelijk hersteld worden en ik hoop morgen te vernemen, dat een gedeelte van Pole Carew's divisie Hectorspruit bereikt heeft. Over den toestand in den Vrijstaat meldt Roberts: »Kelly-Kenny bericht, dat de concen tratie van de Boeren bij Doornberg ver» broken is en dat er in het Zuiden van de Oranjerivier-kolonie geen georganiseerde Toen wij het huis binnentraden, werd hij nog meer ontroerd. Hij wierp zich zuchtende op een stoel en riep„daar ben ik nu weder terug, doch nog onge lukkiger dan te voren Ik verwijderde mij, om hem ongestooid aan zijne smart en herinneringen over te laten- Toen ik na verloop van een half uur weder terugkwam, zeide hij lachen de »gij hebt alles voortreffelijk verricht maar deze was de stoel niet, waarop zij gewoon was voor het yenster te zitten, dat was die andere, die daar staat." Julia werd nu natuurlijk het onderwerp vau ons gesprek. Lasalle had tot hiertoe in het oog loopend vermeden van haar te spreken, en ik daarom naar haar te vra gen. Thans echter scheen het spreken over haar eene inwijding te zijn van de nieuwe woning. »Hebt gij in Frahkrijk mets van haar vernomen vroeg ik. »lk heb haar gesproken, toen ik te Parijs was," antwoordde hij, en daar zijn wij ook voor altijd van elkander geschei den. Eene toevallige omstandigheid bracht mij in de straat Richelieu voorbij eene woning, op het oogenblik, dat twee vrou wen uit een rijtuig stegen. Ik gaf er geen acht op. doch ik hoorde eene welbekende stem, di<* mijne zenuwen schokte en mij bij mijn aangenomen naam noemde. Ik zag om en erkende Julia. Ik snelde op naar toe. Ztf gaf mij door hare oogen te kennen, dat k mij in tegenwoordigheid

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1900 | | pagina 1