u
Li LiMi II li
I0e Jaarg.
No. l i.
Woensdag 25 Mei iJ)OÖ.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen
F. IHILIMAV,
AXEL.
DE BOTEHWET.
FEUILLETON.
Krijasavontureu van een
10)
Buitenland.
Dit Blad verschijnt eiken Dins lag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER - UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei
naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
"Wij ontleenen aan bet Rott Meuwsb
de voornaamste artikelen der nieuwe
Boterwet, die wij hieronder laten volgen:
Art. 1 bepaalt, dat in den zin dezer
wet boter is het vetartikel, waarin geen
andere vetbestanddeelen voorkomen dan
die van melk afkomstig zijnen is mar
garine de op boter gelijkende waar, welke
dienen kan om haar te vervangen en
welke vetbestanddeelen bevat, die niet
van melk afkomstig zijn. Later kan de
regeering aan eenig op boter gelijkend
mengsel nog een anderen naam geven.
Art. 2 schrijft voor dat het verboden
is te leveren alle op boter gelijkende
mengsels zoo daarop niet het woord
Margarine* voorkomt Dat leveren heeft
niet alleen betrekkiug op de winkels of
publiek toegankelijke verkoopplaatsen
maar ook op het uitstallen, rondbrengen
rondventen en vervoeren.
Bij het uitstallen van margarine op
een markt of dergelijke verkoopplaats
moet door den handelaar bij die waar
een daarboven reikend bord zijn geplaatst
waarop in duidelijke en voor het publiek
zichtbare letters het woord „Margarine"
is gesteld. Zijn beide kanten van het
bord voor het publiek zichtbaar, dan
moet het opschrift aan weerszijden zyn
aangebracht Voorts moet bij iederen
winkel, waar margarine verkocht wordt,
de naam van dat artikel duidelijk op de
buitendeur en op de winkelramen zijn
Art. 3 Wanneer in een winkel of an
dere verkoopplaats boter en margarine
voorhanden zijn, moeten beide waren
(Slot.)
Deze beschouwingen werden hoe lan
ger hoe wonderlijker, toen mijne reisge
noot door het schommelen van den wa
gen, in haren slaap, langzamerhand naar
mij toeschoof. Uit medelijden, dat het
arme kind zou vallen, trok ik haar een
duim drie of vier dichter bij mij. Na ver
loop var, eenigen tijd rustte het hoofd der
slaapster op mijn schoudereen hard
kussen. Met eene vreesachtige bezorgdheid
sloeg ik mijn arm om haar heen, en hield
haar op die wijze vast. Zij sliep zacht als
de onschuld, en ontwaakte zelfs niet door
het kloppen van mijn hart, dewyl ik als
een misdadiger beefde.
Dit was de eerste maal, dat ik een
slapend meisje omvat hield ach, vergeef
mij, Frederika! wanneer ik u in deze
oogenblikken neen, ontrouw was
mijne ziel u ook toen niet, want ik dacht
aan u. Dikwijls verbeeldde ik my, dat gij
mijne reisgenoot waartde zachte druk,
waarmede ik eene vreemde naar mij toe
trok, mijn ingehouden zucht endegodde
looza kus welken ik hare kap diukte,
gold u. Maar, men plaatse bij zulk een
bekoorlijk wezen een sneeuwman, geen
ongehuwd heer van negen en dertig
jaren.
door een voor de koopers zichbaar schot
zijn gescheiden.
Art 4 Op de waar en de verpakking
is bij het woord Margarine" geen andere
toevoeging geoorloofd dan de namen van
den bereider, van den verkooper en van
de plaats van herkomst
Art. 6. Met het opsporen der feiten,
bij deze wet strafbaar gesteld, zijn belast
een of meer ambtenaren, die den titel
dragen van boter-inspecteur en de aan
hen toe te voegen ambtenaren, die den
titel dragen van boter-visiteur En voorts
de marechaussee en alle ambtenaren van
rijks- en gemeente-politie, uitgezonderd
wanneer de waar vervoerd wordt met een
openbaar vervoermiddel.
Art 7 De winkels of andere openbare
verkooplokalen, waar boter of hierop ge
lijkende waar voorhanden is. zijn van des
morgens 7 tot des avonds 10 (Zaterdag
tot 11 uur.ï ook tegen den wil van den
gebruiker of den bewoner toegankelijk voor
alle in het vorig artikel genoemde amb
tenaren. Dit geldt ook gebouwen, waar
vermoed wordt dat margarine bereid wordt.
Art. 11- Overtreding van éen of gelijk
tijdige overtreding van meer bepalingen
dezer wet wordt gestraft met hechtenis
van ten hoogste drie maanden of geld
boete van ten hoogste ƒ300; en indien
dezelfde persoon binnen de twee jaar reeds
veroordeeld was, wordt hij gestraft met
hechtenis van ten hoogste zes maanden
of geldboete van ten hoogste 600.
Art 12. Indien tijdens het plegen van
eenige overtreding dezer wet nog geen
twee jaren zijn verloopen, sedert een
vroegere veroordeeling van den schuldige,
wegens een overtreding dezer wet. onher
roepelijk is geworden, zal tevens, op kosten
van den veroordeelde, openbaarmaking
worden gelast van de rechterlijke uit
spraak of van een uittreksel of van den
zakelijken inhoud daarvan.
En eindelijk bepaalt het laatste artikel,
dat de Boterwet in werking zal treden
op een nader door H. M. de Koningin te
bepalen tijdstip.
LIEFELIJK MORGENROOD.
Zacht reden wij over een' zandweg Ik
liet de paarden zoo langzaam loopen als
zij wilden, hield mijnesluimerendeönschuld
in mijne aimen, sloot mijne matte oogle
den, om gemakkelijker van Frederika en
mijne pastorij te kunnen droomen ook
was ik werkelijk spoedig in diepen slaap
verzonken.
Mijne reisgenoot en ik ontwaakten te
gelijkertijd, toen de wagen uit het zachte
zand, eensklaps op een hobbeligen straat
weg kwam Het was reeds dag, althans
voor ons uit zagen wij de zon donkerrood
opkomen.
Eerst zag ik naar mijne paarden, daar
na naar mijne reisgenoot. Zij wreef met
beide handen hare oogen ik de mijnen.
Daarna zagen wij elkander slaperig aan.
Zij wreef nogmaals hare oogen ik de
mjjnen, want ik dacht, dat het morgen
rood mjj blind gemaakt had. Ik zag haar
weder aan, en zij mijnu was ik over
tuigd, dat ik nog sliep, en van Frederika
droomde, want bet kwam mij voor, als
ware ik nevens haar gezeten.
»Maar lieve hemel, Ferdinand zyt gij
het vroeg zij met hare zachte, lieve
stem en beschouwde nu eens mijn gelaat
en mijn knevel overblijfsel van mijn
vorig uniform dan weder mijn smeri
gen boerenkiel.
Ach, Frederika 1" riep ik uit, »hoe komt
gij hier?"
Thans vroegen wij niet meer. Onze
De blijdschap over de inneming van
Mafeking is van korten duur geweest De
dag volgende op dien, waarop de inneming
gemeld werd, berichtte de telegraaf ons
reeds het ontzet van Mafeking Al is dit
nu wel geen gebeurtenis van groote strate
gische beteekenis, de toestand op het
oorlogsterrein zal er niet erg door ver
anderd worden, toch is het een gebeur
tenis, waarin de vijanden der Boeren
republieken zich kunnen verheugen.
Het besluit, dat de Boeren genomen
hadden om nog een laatste poging te
wagen om de stad door stormloop te
nemen is te laat genomen. Was de aanval
eenige weken vroeger gewaagd, zij zou
wellicht gelukt zijn Maar nu, dat het
ontzettingsleger zoo nabij was, heeft de
bezetting met mannenmoed gestreden.
De Boeren tot wier gewoonte het toch
niet behoort om aanvallend op te treden
hadden eerst succes, maar waren later
genoodzaakt zich uit hunne stellingen
terug te trekken en het beleg op te heffen.
Van het oorlogsterrein in het Zuiden
en Zuid-Oosten is op het oogenblik weinig
belangrijks te melden De Boeren trekken
langzaam terug naar de grenzen van de
oogen werden duister door tianen van ge
luk ik liet de leidsels vallen en eene
lange omhelzing volgde - O, wij
hadden elkander na eenige lange scheiding
wedergevondeu 1 en hoe onverwacht, hoe
wonderbaar Alle smart van bet verledens
was vergeten Vergeten alle ellende van
het leven, myne bezorgheid, baie tianen
vergeten iedere duistere wolk in de toe-
komst. Wij ademden in eene schoonere
wereld. Het aardsche viel weg, alles was
eene zalige opheldering.
Ik nam de leidsels weder op, en nu be
gonnen wij over en weder te ondervragen
Ën hoewel wij elkander zagen, en hoewe
wij elkander bij de hand hielden, als vrees
den wij elkander in den nauwen wagen
te zullen verliezen, zoo twijfelden wy even
wei, of wy het wel waieri. Zij was schoo
oer dan ik haar ooit gezien had ik moest
nogmaals de leidsels laten vallen.
Hetgeen ik Frederika van myne krijgs
avonturen vei haalde, weet de lezer. Maar
Frederika luisterde opmerkzamer naar de-
zelven, dan ze gelezen zullen worden. De
lotgovalLn van mijne bruid waren veel
eenvoudiger. Zij had het gevraagde ont
slag gekregen. Korten lijd, voor dat de
Franscheu de hoofstad binnen rukten,
vluchtte hare meesteres naar Stettijn, en
de hemel weet, waar verder. Frederika
verkeerde om mijnentwil in doodsangst,
ontving eindelyk een brief van hare oude
moeder met hot bevel, Berlijn te verlaten
en naar haar toe te komen. Zij vertrok
Transvaal, waar zij, zooals velen denken,
ernstig tegenstand zullen bieden En dit
zeer waarschijnlijk wel te wachten ook.
Het bericht van Mafeking's ontzet heeft
te Londen de geestdrift verwekt, die men
verwachtte. Ondanks het late uur werden
alle klokken van de kerken geluid.
Het telegram van Pretoria, dat op het
Mansion House was aangeplakt, trok zoo
vele nieuwsgierigen, dat het verkeer van
de omnibussen en rijtuigen gestremd werd
men heeft verscheidene zakkenrollers ge
arresteerd, die profiteerende van het alge
meen enthousiasme hun slag poogden te
slaan. De menigte zwaaide met vlaggen,
zong en werd bijna gek. De Lord-Mayor
wilde een toespraak houden, doch kon
zijn vaderlandslievende rede niet verstaan
baar maken door het aanhoudend hoera
geroep.
De bladen gaven speciale edities en
hebben groote transparanten voor de
bureaux gemaakt met de beeltenis van
Baden Powell, Roberts en Kitchener ten
voeten uit.
De Koningin moet besloten hebben aan
kolonel Baden Powell den rang van gene
raal en den titel van baronet te verleenen.
Hoe het met de gezondheid der Engel-
sche troepen in Bloemfontein stond in het
midden van April, kan blijken uit een
correspondentie in de „Times," waarvan
de schrijver in den aanvang zegt, dat het
prachtige leger van Lord Roberts niet meer
dan een wrak van een leger was, toen
het de Vrijstaatsche hoofdstad binnenrukte.
De correspondent der „Chronicle" beschrijft
Bloemfontein als een monsterachtig hospi
taal. Zelfs boven de Raadzaal wapperde
de Roode Kruis-vlag. De Dames-Kostschool,
dus als eene gehoorzame dochter, nadat
zy ten mijnen behoeve alle mogelyke aan
wijzingen achtergelaten hadging naar
Frankfort, en reisde van daar te voet weg,
omdat de Franschen alle paarden en wa
gens in beslag genomen hadden, en ook
omdat niemand zich tot zulk eene gevaar
lijke reis wilde verleenen. Afgemat kwam
zij des avonds in het dorp aan, waar ik
de eer had, haar koetsier te worden.
HET WORDT DAG.
Onderweg verdween in de eerstede beste
herberg ook beminnende willen ontbij
ten, en voor dat wij de woonplaats van
Frederika bereikt haddeu moesten wij ver
scheidene mijlen maken, pnder het
scherpe scheermes, bet overblijvende van
mijn adjudantschap. Frederika kocht voor
mij bij een uitdrager een rok en hoed, zoo
dat ik, zoDder opzien te verwekken, ne
vena een welgekleed meisje kon gaan
zitten.
Zoo was dag geworden, ook was het in
ons gemoed helder dag. Wij waren, onder
trouwd, dus moest er bruiloft gevierd
worden. Hierin stemden wij overeen. Ik
zou terwijl naar Frankfort schrijven, om
bij mijn begunstiger naar mijn graaf en
naar mijne pastorie onderzoek te doen. ik
was beroepen predikant, hoewel ik mijne
aanstelling gelijktijdig met mijne triomf
liederen in het bivouac verbrand had. Fre
derika had honderd daalders overgespaard,
hieimede konden wij vooreeist het leven