No. 12. Woensdag 16 Mei 1000. I6e Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch -V laanderen F. DIELEMAN, AXEL. Buitenland. FEUILLETON. AXELSCHE COURANT. Dit Blad verschynt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor Brlgië 80 cent. Afzonderl. numm. 5 et. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van Itot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlyk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Een kleine verandering is er weer ge komen in den gang van zaken in den Oranje-Vrijstaat. Gelukt het aan de Boeren hun plan door te voeren, dan zal dit een groote belemmering blijken voor Lord Roberts om verder op te rukken. Wat is dan het geval? De Engelsche bladen verspreidden het gerucht, dat de Vrijstaters zich uit den strijd terugtrokken. Hoe welkom dit bericht den Engelschman ook zou kunnen wezen, dat is toch geenszins het geval. Integendeel.de Vrijstaters concentreeren zich ten Oosten aan de lijn tusschen Tabanchu eh Winburg, waardoor zij de verbindingslijn van de hoofdmacht der Engelschen bedreigen en deze troepen macht, indien de beweging gelukt, van haar operatiebasisBloemfontein kun nen afsnijden. Aldus zou Lord Roberts genoodzaakt zijn, zijn opmarsch naar het Nooiden voorloopig te staken en van froDt te ver anderen. Hierdoor zouden de Bondgenooten tjjd hebben gewonnen om hunne stellingen aan de Vaalrivier te versterken, afgezien nog van het feit, dat zij den Engelschen verliezen hebben toegebracht en afgemat. De berichten van scheuring onder de Bondgenooten worden volkomen tegenge sproken. De Vrijstaters denken er niet aan de wapens neer te leggen en hun Transvaalsche Broeders in den steek te laten. Zy zijn volkomen bereid om ook aan de andere zijde der Vaalrivier te strijden, ja zelfs mede trekken tot in de bergen ten Noorden vaD Pretoria. Tot scheuring zullen zij nog minder II BEZORG MIJ ZELVEN DE VRIJHEID. Den volgenden dag werden de ki ijgsge vangenen te Frankfort aan den Oder ge bracht Ik kende de lieve stad zeei goed en ik had de eei by vele menscben al daar bekend te zijn. Evenwel scheen die eer my thans toe, overtollig te zijn de wijl zy my het leven kon kosten. Want voorondersteld, dat een eerzame Frank furter burger my, den generaal-adjudant als doctor gegroet, en naar mijne zege liederen gevraagd had Toen de trein de poort binnentrok, o. wat klopte mijn hartl Ik drukte mijn cbacot diep in mijne oogen en verborg ravjn neus volgens toenmalig gebruik bij fatten, diep in mijn das. Ik schaamde mij in de my welbekende stad, als een gevan gen misdadiger binnengevoeid te worden en een misdadiger was ik toch in zeker opzicht, want ik was een bedrieger, en had mij militaire waardigheden aangema tigd, welke mij niet toekwamen. Eene menigte nieuwsgierigen gaapten ons onophoudelijk aan doch neen, ik wil de lieden zoo niet noemen zij kwamen ook uit medelijden, of uit belangstelling van hier of daar een vriend of bloedver want te zullen vinden. Ofschoon het reeds duister begon te worden, verborg ik mij te midden mijner kameraden, welke allen overgaan, als zij de redevoering van Cham berlain lezen, die uitdrukkelijk verklaard heeft dat de Engelsche regeering niet bereid was opnieuw de onafhankelijkheid der republieken te erkennen, dat het grondgebied bij Hare Majesteits gebied moest worden ingelijfd. Wat Mafeking betreft, de toestand is nog niet veranderd Een telegram geda teerd 22 April zegt, dat er nog geen uit zicht op ontzet is. Dit ontmoedigt het garnizoen maar het onwrikbaar besluit om den Boeren geen overwinning aan de Westgrens te laten behalen blijft bestaan Na de tijding, dat Kroonstad door Lord Roberts bezet was is er geen belangrijk nieuws meer gekomen. De eerste Engelsche troepen, die Kroon stad binnengerukt zijn, waren de koloni alen, die Roberts lijfwacht vormen daarop kwamen de opperbevelhebber met zijn staf, de vreemde attache s, Pole Carew's divisie, de marine-brigade, artillerie en genie. De divisiën van Tucker en Hamilton zijn buiten het dorp gekampeerd, dat in gewone gevallen slechts 2000 inwoners telt en geen groote troepenmacht kan her bergen. Ten Zuidoosten van Kroonstad staan nog verschillende Boerencommando's waar mede majoor Grenfell, van Brabantsruiterij bij Rapuiskop een gevecht heeft gehad Uit LourenQO Marques wordt gemeld, dat tengevolge van de klachten der vreem de kooplieden over het aanhouden van eetwaren, dekens enzvoor Transvaal bestemd, de kwestie of deze waren als oorlogs-contrabande beschouwd moeten worden, aan de beslissing der regeering te Lissabon onderworpen is. trotsch voortstapten, als wilden zij zeg gen ziet eens aan, dat lijden wij voor koning en vaderland 1 Ik had dit ook met een goed geweten kunqen zeggen, maar eene deugd welke men buiten eigen toe doen heelt verkregen, beeft veel gelykenis met de zonde. Na lang heen en weder gezworven te hebben, kwamen wij einde lijk onder dakwij, officieren, werden in eene slechte herberg gestopt met eene eerewacht, noewel wij mondeling en schrif telijk ons eerewooid gegeven hadden, niet te zullen trachten te ontsnappen. Ik wil bekennen, dat ik hot met dat woord van eer Diet eerlyk gemeend bad. Want, toen ik schreef, dat ik den rang had van luitenant-generaal, dacht ikde adjudant-generaal moge zijn wooidgetiouw blijven, doch zonder den doctor eemge ver plichting op te leggen. Zoodra het donker was, zocht ik om de vergunning, eenige vrienden in de stad te bezoekenik bedoelde den een ot ander nalatigen poortwachter. Men weigeide mij zulks beleefd. Maar, daar niemand mij aan de kamerdeur tegen hield, dewijl niemand by de buisdeur mij vroeg: »waar wilt gij neen omdat niemand mij op de straat den weg versperde, dewyl niemand het my kwalijk nam, dat ik voor de poort een luchtje schepte de schildwacht hield mij zeKer voor een Fransch officier zoo maakte ik geen zwarigheid mijn geluk el ders te beproeven in goed Hollandsch gesproken ik liep weg. In de „Academy of Music" te New-York, is Zondagavond een meeting ten gunste der Boeren gehouden, waarop de Pro- Boers geducht aan hun sympathieën lucht hebben gegeven. De namen van president Mc. Ki nleykoningin Victoria. Lord Roberts, generaal Bulier en generaal Rhodes werden uitgefloten en bij het noemen van president Kruger, Cronjé, president Steyn en wijlen Joubert, barstten toejuichingen los Webster Davis, de vroegere onder-secre- taiis van Binnenlandsche Zaken, hield een rede, waarin hij generaal Cronjé oen groo- ter man dan Napoleon, en president Kruger een tweeden Washington noemde. Cecil Rhodes betitelde hij als „de vloekwaar digste schurk, die ooit de galg ontliep." Hij prees de Boeren als een edelmoedig, vriendelijk volk, noomde de Engelsche soldaten lafhartige ellendelingen en zeide, dat de Engelsche officieren, die hij te Pretoria als gevangenen zag, hersenlooze kerels met lage voorhoofden waren. De Britsche gevangenen werden goed behan deld terwijl de Boeren-gevangenen in vuile hokken op de schepen waren opgesloten en half verhongerden. Mr. Davis liet twee kogels zien, volgens hem twee Engelsche Dum-dum kogels, op Spionkop gevonden en zeide „Dat is nu de natie, die de Boeren wilden noemt." Deze uitlating werd door het publiek met gemor begroet en men riep: „Weg met Engeland." Mr Davis voegde er bij „Ware het niet wegens den Zuid-Afri- iaanschen oorlog, wij zouden Engeland bevochten hebben wegens de Alaska-grens quaestie. Is het niet tijd, die zaak nu te regelen? Verscheiden lieden in de vergadering nepen Ja, en er volgde een geestdriftig gejuich. Mr. Davis riep uit„Bij God, ik wenschte dat honderd-duizend Amerikanen zich konden wapenen en met de Ameri- kaansche vloot konden uitzeilen om Trans vaal te helpen." Ook deze uiting werd met luid applaus begroet. Een motie werd aangenomen waarin Mc. Kinley werd gevraagd, de Europeesche mogendheden uit t9 noodigen, vereenigd een adres tot Groot-Brittan nië te richten, inhoudende het verzoek aan den vervloek ten, barbaarschen oorlog een eind te maken en de rechten en onafhankelijkheid van de Zuid-Afrikaansche republieken te eer biedigen. In ons vorig nummer hebben wij nog melding gemaakt van de troebelen in Spanje De oorzaak der onlusten is dat de Catalonische quaestie, die een tijd lang ingedommeld was (weder op den voorgrond is getreden. Den stoot daartoe gaf de reis van den minister van Binnenlandsche "zaken, den heer Dato, naar Catalonië ten doel hebbende om daar het arbeidersvraag stuk te bestudeeren in verband met eeni ge voorgenomen hervormingen. Hoe de minister ontvangen is meldden wij reeds. Te Sevilla ente Barcalona waren barri caden opgeworpen Vrijdag hadden iade straten verscheidene vechtpartijen plaats Vele personen zijn gewond, terwijl er tal van inhechtenisnemingen gedaan zijn De provinciën Barcelona en Valencia zijn in staat van beleg verklaard. Te Bar calona zijn militaire rechtbanken in func tie getreden. DE STALKNECHT EN DE KOETSIER. Ik zal omstreeks een uur geloopen heb ben want ondanks den slijkeiigen weg liep ik mij buiten adem vond ik het raadzamer meer op mijn gemak verder te gaan. Onder mijne voeten had ik dik zand rondom mij ruischte een bosch van pijn boomen boven mijn hoofd scheen de be roemde zilveren maan door de wolken Ik vond mijn' toestand zeer romantisch zehs poëtisch doch zou een prozaïsch avond maal, benevens wat stroo om om op te rusten, niet versmaad hebben. De vraag was, waarheen gaat gy, ex- adjudant-generaal waarvan denkt gij iu de toekomst te leven Ik wist in waar heid noch het een, noch het anderen het is goed, dal men somtijds zulke klei nigheden niet weet. Juist, dat vermeer dert onze levenslust, wanneer men op voed geluk de wereld instapt, zonder te weten waarheen. Nieuwsgierigheid en hoop geleiden onze schreden. Ik heb een man gekend, welke in rijken overvloed leefde, doch tevens het speen had. Misschien was het verdriet en de afkeer van het eentoo- nige van zyn leven juist een gevolg van zijn rijkdom. Hy verachtte het leven, dat hem nooit eéne zorg veioorzaakt bad. Hij was op het punt een zelfmoordenaar te wo: den, vermoedelijk om een einde b maken aan een beslaan, dat hem geene afwisseling aanbood. En wat hield hem te rug Een nieuwsblad. Hij wilde nog voor zynen dood weten, wat er van de wei eld zouen wanneer hij het nieuws gelezen had, dacht hij, dat zou nu na mijnen dood gebeurd z(jn, wanneer ik gisteren door een kogel een einde aan mijn leven gemaakt had. Het is toch goed, dat ik dit nog voor mijnen dood vernomen heb. En op deze wyze overleefde deze brave man zich zei - ven van den eenen dag tot den anderen totdat een paar kooplieden de beleefdheid hadden, hem door een weluitgevoerden boevenstreek bankroet genaamd, een groot gedeelte van zijn vermogen te ontnemen. Nu meest hij veel arbeiden en de nood genas zijn spleen. De honger is nooit he viger, dan wanneer men niet weet, hoe denzelven te stillen het leven nooit be koorlijker, dan wanneer men niet weei, hoe hetzelve te redden. Dit waren mijne overdenkingen, terwijl ik in het ruischende bosch liep. Ik sleepte mij vermoeid verder, zeer nieuwsgierig naar hetgeen er van ray wordbn, en waar myn noodlot mij voeren zou. Daar hoorde ik honden blafien en zag iD de verte ver lichte vensters. Ik naderde derhalve een dorp. Voor de herberg stond een open ïijtuig- je met twee paarden bespannen, in dezelf de richting, waarin ik voortging. Het bauk- je achterop, ik recog_no*seerde het terrein, had tot geluk geen prikkels of iets derge lijks. Dus kon ik, en dit was geen gerin ge troost, mijn lichaam laten uitrusten, en op mijn gemak vluchten. De wagen was ledig, derhalve de eigenaar nog in da

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1900 | | pagina 1