I6e Jaarg. i\o. 9. Zaterdag 5 Mei 1900. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen F. DIELEMAA, AXEL. Buitenland. FEUILLETON. Kriicsayontiireii ran eei (5 Binnenland. AXELSCHE Dit Blad verschgnt eiken Dinsdag- en Vrydagavond. A B 0 N N E M E N T S PR IJ S per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. COURANT. DRUKKER UITGEVER Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar olaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Aüvertentiën worden franco ingewacht, uiterlgk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE nren. Door Lord Roberts is een telegram van den volgenden inhoud uit Bloem fontein gezonden „Generaal Hamilton rukte gisteren in noordelijke richting van Thabanchu op met eenafdeeling bereden infanterie en de brigade van generaal Smith-Dorrien van de zevende divisie Bij Houtnek vond hij een sterke strijd macht tegenover zich, onder bevel van generaal Botha. Deze strijdmacht kreeg in den loop van den dag versterkingen en ik droeg generaal French op Hamil ton gedurende den nacht te versterken. Dit kon hij doen daar het aantal Boeren in de onmiddellijke nabijheid van Than banchu sterk verminderd was. Behalve door deze troepen zou gene raai Hamilton in den loop van den dag nog versterkt worden door de cavalerie van kolonel Broad wood en de infanterie brigade van Hamilton. Generaal Hamil ton meldde, dat zijn verliezen ongeveer 30 man waren. Marqwell's brigade, van de zevende divisie, heeft gisteren de rij kopjes van Vlakfontein tot Schanskraal bezet zonder op eenigen tegenstand te stuiten, maar de bereden infanterie was eenige uren in gevecht gewikkeld Uit dit telegram moeten we besluiten dat Lord Roberts met een beweging ten Noorden van Thabanchu een beweging tegen de stellingen van de Boeren ten Zuiden van Brandfort wil verbinden. By Karu Liding moet de divisie van generaal Tucker gisteren drie kopjes ten oosten van die plaats bezet hebben. Zij heeft hier echter zulk een krachtigen Ook ik liet het hoofd haDgen. Dus had Napoleon de helft van het Pruisische ko ninklijk, de hoofstad van het ryk van Frederik den Groote en zelfs mijne Fre* derika in zijne macht O, zij had wel ge lijk, toen zij, een voorgevoel hebbende van het ongeluk, bij ons afscheid uitriep »Fer- dinand, wij zien elkander nooit weder 1" Welk eece vreemde wending kunnen de zaken toch in weinige dagen nemen! Het leger van Pruisen, eenmaal door de geheele wereld gevreesd, vernieldeen schoon koninkrijk dooréénen veldslag ver brokkeld mijne bruid in de macht van het gelanste en dapperste volk mijn pa troon in eene stad belegerd, welke Tilly reeds eenmaal verblind bad; mijne pas torij, de hemel weet waar en ik, de vredelievende doctor philosophiae magis ter bonarum artium, beroepen predikant, enz., generaal-adjudant van Karei den Groote. Gekheid ter zijde, wanneer ik, over myn lot peinzende, naast mijnen luitenant-ge neraal of naast Chaumigrim reed, en my bezig hield met het beeld van Frederika, of met mijn zolderkamertje, en dan plot seling, door een misstap van myn ros, uit myne overdenkingen ontwaakte, en met de onbekende streken van Metteimark voor tegenstand ondervonden, dat Marqwell haar uit het Zuiden moest komen ver sterken voor zij de kopjes kon nemen Door een Duitsch ingenieur, die belast was met het toezicht op de waterrese- voirs van Bloemfontein en die door de Boeren gevangen en naar Kroonstad ge voerd was, zijn den Engelschen eenige inlichtingen verstrekt omtrent de stelling van de Boeren in het noorden. Toen hij te Kroonstad was, waren daar niet veel Boeren, maar de Kaffers waren druk bezig met het opwerpen van verschansingen. Volgens zijn verklaring was het gros van de Boeren naar Brandfort, waar zij elk uur een aanval verwachtten. De Boeren, zei hij waren volkomen overtuigd, dat zij den strijd zoo lang zouden kunnen rekken tot het Engelsche volk den oorlog moe was geworden. Een Engelsch blad zegt dat generaal Buller na de openbaarmaking der rap porten omtrent den slag bij Spionkop zijn ontslag heeft ingediend. Generaal Roberts heeft geweigerd dit te verleenen. Het stoomschip de Bavarian is met 1100 gevangen in de haven van St. Helena aangekomen. Het telegram zegt. dat alle gevangenen gezond en wel zijn. Wegens schaarschte aan water op som mige plekken van het eiland heeft de gouverneur van St. Helena telegrafisch gevraagd om een aantal militaire water wagens, om water te helpen aanvoeren voor de krijgsgevangen Boeren In de Portugeesche Kamer is met bijna algemeene stemmen een voorstel van den afgevaardigde Da Costa verworpen om aan de regeering vragen te stellen over het doorlaten van Engelsche troepen via Beira. mij, die vreemde gezichten m6t die kne velbaarden naast mij, het voortrukkende leger achter mij zag, dan moest ik by mijn neus trekken, ol in mijn arm knijpen, om mij te overtuigen dat ik waakte. Somtijds verdroot het my, van niet in plaats van krijgsavonturen na te jagen op de vleugelen der lietde naar Berljjn te kun nen ijlen. Welk leed zouden de krijgslie den van den keizer van Frankrijk eenen armen magister bonarum artium ook doen welke zijne zegeliederen gelukkigerwijs nog niet had laten drukken Maar dan verzoende eene eenige gedachte mij wedei met myn lotniet de gedachte aan de liefde van of aan de grootmoedigheid van den overwinnaar, maar de gedachte aan mijne geldbeurs. Waarvan zou ik te Ber lijn leven Mijne lessen waren reeds aan anderen gegeven myne zegeliederen had ik te vergeefs gemaakt. Als generaal-ad judant had ik ten minste te eten en vrye huisvesting. »Wie weet," dacht ik by mij zeiven, »hoe verre gy het nog op de loop baan der eere brengt. Was ook Moreau niet een eenvoudig rechtsgeleerde, dio na derhand het pendant leverde van den te rugtocht, beschreven door Xenophon Wie zal bewijzen, dat een doctor in üe philosophie ook niet de wereld in verba zing kan biengen." Door allerhande kwade geruchten van Franschen, die op Berlyn aanrukten wei den wij genoodzaakt steeds zuidelyk te trekken. Wij spraken wel veel van bou- De politieke toestand in België is op het oogenblik zeer onzeker. Men verwacht zelfs een ministerieele crisis vlak voor de verkiezingen, die volgens de nieuwewet op de evenredige vertegenwoordiging zul len plaats hebben en waarvoor de tegen woordige Kamer op 6 Mei zou worden verbonden. Een motie van Colfs en Lorand betref fende de verkorting van den militairen diensttijd, een buitengewone begrooting, waarop 6 millioen gevraagd wordt voor de militaire verdedigingswerken van Ant werpen en ten slotte het inzenden van het wetsontwerp tot het pensionneeren van oude arbeiders zijn de oorzaken van den onzekeren toestand. Wat toch is het geval De minister president weigert de dis cussie te aanvaarden over de motie. Betreffende de begrooting zou de regee ring van plan zijn de kwestie van ver trouwen te stellen. En eindelijk staat de regeering er op dat haar ontwerp op de arbeiders pensi- oenen nog tot wet verheven wordt voor dat de Kamers scheiden. We zijn benieuwd hoe het nu met het ministerie Smet de Nayer zal afloopen. Dit is zeker wel te verwachtenvalt het nu niet, dan zullen de verkiezingen wel andere mannen aan het roer brengen. Binnen korten tijd zal de zaak Sipodo voor den rechter worden behandeld. De instructie is geheel gesloten, het dossier gedeponeerd ter griffie met het requisitoir van de staatsprocureur, waarbij hij ver langt verwijzing van Sipido, Meert, Meire en Peuchot naar het gerechtshof de eer ste wegens poging tot moord op den prins W6D, om ons tot groote daden op te wek ken, maar Chaumigrim had met zijn door sluipen niet zoo geheel en al ongelijk want wij marcheerden schuins en schreef langs de ellendigste dorpswegen, alsof wij met krameryen te koop liepen. Voor de Elizabethswagen waren vier paarden be spannen, en twee dagen lang deden wij dubbele marscben, en de brave boeren gaven ons getrouw van alle zijden bericht, waar zjj Franschen gezien hadden, en ver zorgden ons milddadig van voedsel en diank, maar allen zeiden: trekt naar Silezië, de Franschen zyn reeds te Frank fort aan den Oder. HET GEVECHT. Toen wij op den avond van den twee den dag van ons vertrek van den Berlijn- schen straatweg ons hoofdkwartier in eene ellendige dorpsherberg hadden opgeslagen, zeide de luitenant tot Chaumigrim en mij »Ik geloof inderdaad, dat ik keizer Napo leon spoedig in den rug zal aanvallen." Hij lachte bier by op eene behagelijke manier, welke te kennen gat, dat hy nog meer dacht dan hij zeide, 't Is wel mogelijk." zeide Chaumigrim »wanneer hij ons morgen maar niet van voren aanvalt!" Eene koude rilling liep over myne le den, want ik dacht natuurlijk aan hen, die inlj lief waren. Dit denkbeeld van Chaumigrim gat ons stof tot, nadenken Wy zwegen alledrie. van Wales, de anderen wegens medeplich tigheid. Zaterdag zal het hof hieromtrent be- slissen. Verdediger is Mr Henry In de Oude en Nieuwe Wereld is Dins dag door het arbeidende volk weer het Meifeest gevierd. In alle plaatsen van eenig gewicht, waar de arbeiders zich aaneen gesloten hebben om tot een betere maat schappelijke positie te geraken hebben openbare vergaderingen of optochten plaat3 gehad. De eisch acht uur werken, acht uur verpoozen en acht uur slapen is w eer met klem herhaald. Het Meifeest, ook wel Verbroederings-feest genoemd, heeft weer getoond, dat de arbeiders der verschillen de landen door één band nauw aan elkaar zijn verbonden. Op niet één plaats werden door de feest gangers opstootjes of ongeregeldheden ver wekt. Het »Haagsche Dagblad" vei neemt uit goede bron, dat het buitengewoon gezant schap der Zuid-Afrikaansche Republieken, vóór ziju vertrek uit den Haag, lot het volk van de Vereenigde Staten van Ame rika langs telegrapbischen weg een mani fest heeft uitgevaardigd, dat bet doel van zyn komst in het nieuwe werelddeel uit eenzet en verder betoogt, dat Engeland de wereld mtrent ziju drijfveeren tot dezen roofkrijg als oranent de houding en bedoelingen der Zuid-Afiikaansche Repu blieken schandelijk heeft misleid. Een natie, herboren uit en door de vrij heid, ontkluisterd van de ketens waarin Groot-Brittannië haar gekneld hield, hoe Plotseling sprongen wij van onze zitplaat sen op, en stonden even onbewegelijk er, recht als de kaarsen, welke op de tafel stonden, want in het dorp viel e9n ge weerschot, en onze soldaten riepen»de Franschen 1 de Franschen 1" De trommels werden geslagen de vier trompetten schetterden om het hardst. Chaumigrim werd doodsbleek. Om mijnen grooten angst te verbergen, woedde ik in de gelachkamer en riep»Op, op, Prui sen Dappere Pruisen op den vijand los Ik zocht eene deur, maar was, de hemel weet hoe, met blindheid geslagen. Ik vond geene deurik sprong in mijnen angst bij de herbergierster op de kast, en riep steeds harder schreeuwende >op Pruisen, dappere Pruisen, dappere Pruisen, verlaat mij nietDe waardin klaagde, de kinde ren schreiden, honden en katten sprongen verschrikt op tafels en op stoelen ja, zeifs op de warme kachel. Deze verwarring, dit geschrei vermeer derde nog myne vrees, want ik dacht niet anders, of de Franschen waren reeds in de kamer en spiesten op eene onmensche- lijke wijze de kinderen. Wanneer de he mel zich slechts ditmaal over mij ont fermt," dacht ik, »zoo wil ik mijn leven lang geen generaal-adjudant meer ziju Mijn geraasmaken en tieren, hetwelk Karei de Groote en Chaumigrim, tot mijn neluk, geheel anders en zeer eervol uit- legden, boezemden hun nieuwen moed in. Zij trokken de degens en begaven zich

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1900 | | pagina 1