HERMINGARDA. ze No. 1406. Woensdag 7 Maart 1900. I5e Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Z e e u w sc li - V I a a n d e re ii F. DIELEMAN, AXEL. Kostelooze Inenting en Herinenting. Buitenland. FEUILLETON. u) AXELSCHE COURANT. Dit. Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 8/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AXEL, brengen ter kennis der inge zetenen, dat op Dinsdag 6, 13 en 20 Maart aanstaande, telkens des voormid dags van 9 tot 10 ure, ten Raadhuize gelegenheid zal worden gegeven tot Axel, den 27 Februari 1900. Burgemeester en Wethouders voornoemd, D. J. OGGEL, Burgemeester. J. A. VAN VESSÉM, Secretaris. 'We konden in ons vorig nummer nog juist melding maken van de overgave I van Ladysmith. Twaalf dagen lang heeft de strijd ge duurd voor Buller Ladysmith kon binnen trekken en daar tot de merkwaardige ontdekking kwam, dat het garnizoen »een weinig verpleging noodig had, voor het weer strijdvaardig kon zijn.* Geen kaart kan eenig idee geven van de moeilijkheden, die de heuvels en rug gen, tusschen Colenso en Ladysmith elkaar opvolgend als de golveE eener hooge zee, opleveren. Elk nieuw kopje maakt een nieuwe tactiek noodig, en om de bezwaren voor de Engelschen nog te vergrooten zijn de tropische regens be gonnen: Twaalf lange uren waren de soldaten druipnat, da modder spatte om hen heen Hierop was Thorhaimer met de ge waande dame Lucia zeer vertrouwelijk geworden. En zjj had hem verhaald, poe zij mij te Loretto op de bedevaart had leeren kennen, hoe grootmoedig ik haar uit de handen van haren stiefbroeder be vrijd en naar Trevi gebiacbt had. Daar had zij in een boschje op mij gewacht, terwijl ik naar de stad was gegaan, om een wagen te huwen. Weinige minuten daarna had zij paarden hooren aankomen, en het zeker geloofd, dat het niemand anders was dan ikdaarom was zij jui chende den grooten weg opgeloopec, en [in hetzelfde oogenblik door drie mannen Baringd geworden, die te paard kwamen aamennen. Een van dezen was haar onmenschelijke stiefbroeder geweest, die haar eenen slag met de vuist had gege ven, waardoor zij op den grond was ge vallen. Nu hadden de beide anderen haar bij haren broeder op het paard getild, op zijn bevel haar de voeten gebonden en den mond toegestopt, en het paard, het welk zy tot biertoe had bereden, mede genomen. Vervolgens waren zij spoor slags van daar weggerend, waar heen wist zij niet. Van schrik had zij alle bewustheid verloren, en was langen tijd en boven hen was de mist, die de stel lingen van don vijand vei borg. Zondag was het den geheelen dag wapenstilstand, Engelschen en Boeren begroeven hunne dooden. Gedurende al dien tijd waren de vijanden verbroederd. In den nacht van Zondag op Maandag beproefden de Boeren zich meester te maken van de kopjes ten noorden van Colenso, waar een houwitserbatterij was opgesteldzij werden afgeslagen met zware verliezen, volgens hun eigen zeggen. In militaire kringen te Londen wordt beweerd, dat Buller 3000 man verloren heeft bij zijn vierde en thans gelukte poging om Ladysmith te ontzetten. Het werd meer dan tijd, volgens de »Morning Lender.* Wel waren er nog proviand en ammunitie genoeg, doch het groote gevaar school in het vergiftige water der Klip-rivier en in het ongezonde van de holen, waarin de soldaten dekking moesten zoeken. Vrijdag, tegen een uur werd bevel ge geven tot een algemeenen aanval op de geheele stelling der Boeren. De Engel schen veroverden het terrein duim voor duim, en streden moedig. De soldaten stormden bij afdeelingen over de open vlakte, terwijl de kogels hun om de ooren floten en hunne makkeis, verscholen ach ter de rotsen, te hunner dekking welge richte salvo's afvuurden. Een troep snelde voorwaarts, zocht be dekking en vuurde dan op zijn beurt salvo's af, ten einde den anderen gelegen heid te geven zich met hen te vereeni gen. Deze tactiek werd gevolgd totdat men ongeveer de Boerenverschansingeu was genaderd. buiten kennis blijven liggen. Toen de nacht inviel, had Domenico ih een stadje eene herberg betrokken, en haar bevolen de verf af te wasschen, waarmede baar gezicht bedekt was, om baar onkenbaar te makenook bad zij een vrouwelijke kleeding mo6ton aantrekken, en zoo was de reis den volgenden dag verder voort gezet, tol dat men eindelijk te Rome was gekomen. Hier was zij doodelijk ziea geworden, doch door de kunst der Romeinsche artsen spoedig genoegd her steld, zoo dat Domenico op het voort zetten der reis bad aangedrongen. Hij bad haar echter nooit willen bekennen, waar bij haar dacht heen te voeren, en toen ZLj gedreigd had, zich om het leven te brengen, had Domenico gezegd dat hij haar een klooster bracht. Hierop was zij welgemoed geweest, en was hem daarom goedwillig gevolgdook had Domenico zich van toen af vriende lijker gedragen, haar een gemakkelijken muilezel bezorgd, en hetgeen verder voor hare verkwikking noodig was geweest. Toen zij Tivoh waien genaderd, was hen veel vluchtend krijgsvolk tegen gekomen, die zeiden, dat Piccolomini met eene grcote menigte ballingen in aantocht was. Als haar broeder nu weder naar Rome wilde terugkeeren, was hen opnieuw vluch tend volk te gernoei geijld, met de jobs tijding, dat de- bandieten voor de poorten van Rome waren en bedreigden. Nu was Domenico naar het gebergte getrokken, Te 6 uur bereikte de compagnie Innis killing Fusiliers, die de leiding had, een platform op ongeveer 200 yards afstand van de Boeren verschansingen en char geerden toen. De Boeren hielden stand en beantwoord den het vuur hunner vijanden met helden moed, geen acht slaande op de lyddiet- bommen en kartetsen, die in hun midden geworpen werden, wat den top van den heuvel tot een hel maakte. Zij schoten de vooruitrukkende linie kalm en met groote juistheid neer. Men zag de eerste compagnie wankelen en daarna vallen, in een minuut tijds stond geen man meer. Nlen veronderstelde, dat de geheele compagnie vernietigd was, doch kort daarop zag men verscheidenen van hen zich weer oprichten en wegloo den om dekking te zoeken. De »Inniskillings« bemerkten, dat hun aanval nutteloos was en begonnen aar den wallen op te werpen teneinde zich tegen het Boerenvuur te beschutten. Zij hebben daar overnacht, bijna zoo dicht bij de Boeren, dat zij elkander hadden kunnen verstaan. De Boeren waren op hooge, onneem bare kopjes opgesteld. Om hen te ver jagen zou men een tienmaal grootere overmacht moeten beschikbaar hebben. Dit is thans geschied Men kan zich voorstellen hoe het be richt van de overgave van Ladysmith in Engeland ontvangen werd. Een roemrijke overwinning kan men de overgave niet noemen. Buller had toch slechts te strijden tegen een achterhoede, de Boeren zijn bovendien ongehinderd weggetrokken en het ontzet heeft meer in de meening> het gevaar ioor eenen omweg te ontkomen, doch hij was nu eerst zijn verderf te gemoet geijldwant t6 Cicoli bijna gevangen, was nu later bij Olgiato wegens den dwazen tegenstand, dien hij bieden wilde, op eene wreed aardige wijze om het leven gebracht. Zoo verhaalde Thorhaimer en ik kon er niet langer aar, twijfelen, dat Lucia in Olgiato zich ophield. Ik besloot dus dadelijk met Thorhaimer daarheen te ijlen, om te zien hoe het onmogelijke mogelijk was. Toen wij echter in het huis terug keerden, waar Piccolomini zich met de overige hoofden der ballingen bevond, en ik hem zeide, dat ik naar Olgiato wilde, klopte hij mij op den schouder en zeide: »morgen gaan wij er te zamen heen, heb tot dien tijd geduld want wy hebben gehoord, dat Olgiato bekend is. Daarop is Marco de Sciarra met vijftig ruiters, hals over kop, nog vóór de geheele en vereenigde Romeinsche en Toskaansche macht opgebroken, om zich nog ter rech ter ttfd in de plaats te werpen, wanneer hij er zich door kon slaan. Ook Pietran- gelo, Tutio de Petralta ,en Battistella, alle vermetele waaghalzen, die niet bang zijr, voor de geopende kaken der hel, gingen met hem daarheen." Deze woorden verschrikten mij zeer; want nu lagen alle mijne plannen in duigen, nu was al mijne hoop in rook vervlogen. Wel sprak Piccolomini mij moed in en zeideDon Bastiano, ik dan 6000 man gekost. De oorlog wordt nu overgebracht naar een ander terrein. Tusschen de Vaal en zijn zijrivieren zal nu het tweede deel van den strijd gestreden worden. Woensdag middag begonnen de Boeren Long Tom van den Bulwaneberg te sche pen. Zij werden echter door de marine kanonnen der Engelschen beschoten en verdreven. Men vuurde zelfs den ganschen door om te beletten, dat zij terugkeerden. Een groote troep soldaten ging 's-mor- gens naar Bulwaneberg -vanwaar zij naar Ëlandslaagte marcheerden om de Boeren af te snijden. Er is thans weer schaarschte gekomen in- het oorlogsnieuws, zoodat we met het voorafgaande moeten volstaan. In de Italiaansche Kamer van Afgevaar digden is door eenige leden een mootsie ingezonden van den volgenden inhoud: De ondergeteekenden, bewonderaars van het heldhaftige Boerenvolk, strijdend voor vrijheid en onafhankelijkheid, ver zoeken of zij tot den minister van buiten- landsche zaken een vraag mogen richten, om te weten te komen, of hij |naar aan leiding van de jongste overwinningen het woord van vrede tusschen de oorlogvoe renden denkt uit te spreken De Paus ontving met zijn 90e verjaar dag duizenden gelukwenschen. In een toespraak zei Zijn HoogEerwaarde. dat hij zijn laatste krachten zou gebruiken in dienst der kerk al drukt het gewicht zijner hooge waardigheid hem zwaar. Hij noodigde opnieuw uit met hem te bidden voor den vrede in Zuid-Afrika. In Oostenrijk werden door Engelsche officieren paarden gekocht voor rekening breng u morgen met het aanbreken van den dag hinnen Olgiato, al waren er twintigduizend man voor de poorten ge legerd.* Nochthans troostte mij dit niet. NACHTELIJKE VERSCHIJNING. Toen ik om middernacht sliep, ont waakte ik door een zonderling gedruisch, en het was mg, alsof ik mij duidelgk bij mijnen naam hoorde roepen en als ware het Hermingarda's lieve stem. Toen ik mijne oogen opsloeg, zweefde zij als op eene bleekgele wolk in het midden der kamer. Hare oogen schenen mg met diep medelijden te beschouwen, en een stille smart lag over hare hemel- scbe trekken verspreid. Zy was in het wit gekleed, blinkende als sneeuw, en om haar hoofd hield de hemelblauwe, met goud doorweven sluier, hare weelderige haarlokken bijeen. Hoe langer ik haar beschouwde, des te beminnelijker en schoo ner weru zij, zoodat zij eindelijk als in een krans van stralen schitterde Ik kon niet roepen of spreken. Hare gedaante werd boe langer boe duidelijker, zoo dat zij als in eene zee van licht voor mij stond, en alles rondom werd door dien glans bedext, zoo dat mijne oogen net niet veidragen konden. En ik gevoelde, dat mijne legerstede zacht met mij om hoog geheven weid, en door de lichtstra len zweefde, als door een zee van zonnen, en een zacht gedruisch ruischte om my heen. Nu daalde ik op mijn leger teru.,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1900 | | pagina 1