UERMtNGARDA. No. 1309. Zaterdag 10 Februari 1000. 15e Jaarg-, N i e u w 8- e n Advertentieblad voor Zeeuwse h -Vlaanderen F. DIELEIHAJV, Rniienland. FEUILLETON. A\KLSCHE Dit. Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. COURANT. DRUKKER UITGEVER AXEL. Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worde» naar nlaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Tot heden is nog geen bevestiging ont vangen van het bericht dat Buller de Tu gela zou zijn overgetrokken er bezig zou zijn om op te rukken naar Ladysmith. Van groot belang is het ontzet van La dysmith echter niet meer daar het leger van White geen maand meer heeft voor den verderen loop van den oorlog. Het is alleen meer in staat een groote krijgs macht der Boeren gedurende eenigen tijd vast te heuden. Een moreele uitwerking zou nog te verkrijgen zijn, doch alleen in de Engelsche pers, niet in het Engel- sche leger, dat zich belast zal zien met de zorgen voor het gedemoraliseerde de tachement uit Ladysmith. Even geheimzinnig als Buller aan de Tugela aan het opereeren is, even geheim zinnig is French bezig in het Noorden der Kaapkolonie. Niemand heeft eenige zeker heid. Aannemend, dat French, Kelly Kenny en Gatacre er in slagen de Boe ren uit Colesburg en Stormberg te ver drijven wat hun in ieder geval eerst na hevigen strijd zal gelukken, komen de Engelschen te staan voor de Oranje-rivier waar de Boeren zich van Norvals-ponttot Aliwal North kunnen verschansen en het is dan verder de vraag, of de Engelschen niet staan zullen voor een nieuwe Mod- derrivier of nieuwe Tugela met hun Ma- gersfontein en Colenso. In Londen loopt het gerucht dat de be weging van generaal French niet het ver wachte resultaat heeft gehad. Het leger dat Roberts concentreert, kan zijn ope raties voor een inval in Oranje-Vrijstaat niet beginnen voor 5 Maart. Verder wordt Ik antwoordde sidderend wat anders dan de heiligheid en bevalligheid, welke in u wonen." Zij beschouwde mg lang twijfelachtig, en zeide »gij zgt niet onrecht, waar hebt gij de persoon gezien, op wie het gelijkt Dat weet gij het best," antwoordde ik »in het heilige huis, en nu hier, waar gij zijt, en anders nergens, zelfs niet in mijne droomen." »Anders nergensvroeg zij nogmaals. Ik antwoordde »ik neb nimmer geloofd, onder den hemel zooveel beminnenswaar digheid in een persoon vereenigd te zullen ontmoeten. God is mijn getuige Nu vroeg zij >En weet gij ook den naam met der persoon op wien het ge lijkt Ik antwoordde haar »kan ik dien we ten, daar gij niet zegt, hoe gij heet? Ik noemde het oorspronkelijke beeld mijne heilige, mijne aanbiddingswaardig9 en die zijt gij Nu neigde zij het hoofd en trok haren sluier vcor haar gelaat. Ik echter smeekte met gevouwen handen »onttrek mij uwe bekoorlijke blikken niet. Heb ik gezon digd, ontzondig mg weder door uwen blik nog gemeld dat Roberts en Kitchner Kaap stad verlaten hebben waarheen, is echter niet bekend. Uit Sterkstioom meldt men dat de al - gemeene toestand onveranderd is, doch de Imperial Mounted Infanterie met trans port verliet Zaterdag het Kampen trok westwaarts Belangrijke bewegingen wor den verwacht, doch de militaire autori teiten weigeren iets te zeggen. Van Mafeking en Kimberley hoort men niets meer. Het is merkelijk alsof deze plaatsen niet meer bestaan. Van de beweerde ontrouw der Vrijsta- ters schijnt ook wel waar te wezen. Vei schillende Engelsche bladen hebben van den heer dr Hendrik Muller de buitenge woon gemachtigde van den Oranje-Vrij staat te den Haag een schrijver ontvan gen. waaraan wij het volgende ontleenen Ik maak geen bezwaar om te verant woorden op uw vraag of er eenige waar heid is in de geruchten, in Engeland ver spreid, volgens welke de Vrijstaters meer dan genoeg van den oorlog zouden heb ben en voornemens zijn niet langer te vechten. Deze geruchten zijn alle geheel en al verzonnen. IntegendeelDe Jameson-raid had de beide republieken reeds verbonden, daar de voornemens der Engelsche regeering, wat de onafhankelijkheid der beide Zuid- Afrikaansche staten betreft, duidelijk daar uit bleken. En deze oorlog heeft van beide staten een volk gemaakt, van neven zijn zij thans broeders geworden. De Vrijstaat heeft alles in het werk ge steld om den oorlog te vermijden zoowel door zijn binnenlandsche politiek als door gij zijt mgne heiligeNeem mij in uwen dienst. Verstoot mij niet- Zg stond op, als wilde zij zich verwijderen. Doch ik hield niet op mijn sraeeken en bidden, totdat zij mij verhoorde en haar ge laat nog eenmaal onthulde. »Gij vergist u," zeide zij. Ik ben geene heilige." Hoe zal ik u noemen Hermingarda di Solis." Mag ik mij niet aan uwen dienst wij den G, schenk mij die genade >Ik kan niet over mij zelve beschikken." »Van wien gij afhangt, van dien hangt mijn leven af." «Men heeft u misleid goede vreemde ling. Houd u goed. Verlaat mij. En moogt gij mij hier of daar te Loretto ontmoeten, zoo verraad zelfs niet door het vertrek ken van uw gelaat, door een blik uwer oogen, dat gij mij kent-" Zlj wilde heen gaan. Ik waagde het, haar bij haren mantel vast te houden, en zeide »Meisje. gij wilt mij ongelukkig maken. Zou ik u nooit wedervinden O, meisje, maak mij tot den geringsten der dienaren van r.w huis. Alleen in uwe nabijheid kan ik nog het leven beminnen." Nu wierp zg mij eenen langen, duisteren blik toe vervolgens bedekte zij haar gezicht met haren sluier, en hulde hare gestalte in haren mantel, en zeide»laat mij alleen gaan, uw gezelschap kon mij gevaarlijk worden." En toen ik vioeg zijl gij boos op mjj zijn politiek tegenover Engeland en de Zusterrepubliek. Wij zijn den oorlog niet begonnen of hebben een vijandige hou ding aangenomen na het wapenen der Basuto's wat strijdig was met onze ver dragen. noch nadat de Engelschen hun land hadden genomen, toen wij ten slotte na veertien jaar worstelen tegen hun nim mer ophoudende invallen, hen onderwor pen hadden noch na de in-bezit name van onze diamantvelden door Engeland, na het weigeren van Engeland om door arbritage uit te doen maken, wie de recht matige eigenaar was noch wegens onze bittere grieven tegen Engeland, zoo dui delijk uiteengezet door onzen opperrechter de Villiers in de Ninsteenth Century van Maart 1897. Want wij wilden den vrede Wg wensch- ten met de Engelschen samen te werken ten voordeele van Zuid-Afrika. Doch het was alles te vergeefsch. De onafhanke lijkheid is ons opgediongen toen de Ba suto's te machtig bleken voor de Engel sche koloniale regeering, die hen eerst krachtig maakte en nu wij van een wil dernis een bloeienden, beschaafden staat gemaakt hebben, loopt onze onafhanke lijkheid gevaar. Deze oorlog veroorzaakt juist het tegen overgestelde van wat de Engelscnen er mede bedoelden. In plaats van de Afri- kaanders te verpletteren, maakt het van twee staten een gefedereerd Transvaal Vrijstaat of Oranje-Republiek, sterk door haar eenheid sterk door het gemeenschap pelijke lijden, dat zoo vreeselijk en on verdiend is Zooals onze lezers reeds weten is door Lord Edmund Fitzmaurice een amende- reikte zij mg de hand en zeideneen 1" Blijf verre van mij. Houd u goed." Ik kuste knielend hare hand. die zg mg haastig ontrukte, Zij vluchtte met eenen bovenden tred. Ik was door smart be dwelmd. In de verte volgde ik haar naar het vlek terug. Zij ging naar de kerk, ik volgde haar onder den hoop biddenden op den voet. Door eene oude vrouw ver gezeld, die even als zij gekleed, was ver liet zij, na een halt uur, de kerk. Ik volgde haar en zag het huis hetwelk zij inging. EENE SCHBEDE NADEB. Nu sloeg ik niet een dag de kerk over, en ging vlijtig de straal op en neder, waar de wonderheerlijke Hermingarda woonde. Doch het gelukte mij nooit haai weder te zien, zoo streng werd zij gehou den want ik had door ijverig onderzoek eindelijk vernomen, dat zij met hare stief moeder en met haren stiefbroeder ter bede vaart naar Loretto was gekomen welken laatsten men Domencio noemde, en dat zij streng bewaakt werd en ook veel leed. Dit griefde mij zeer, en ik pijnigde mij bijna af en genoot dag noch nacht rust. Op zekeren morgen, dat ik voor Her- mingarda's verblijf, op stiaat stond, trad don Domencio het huis uit, en sprak mij eene barscbe stem aldus aan »gij zijt een grove diamantslijper, dat gij ieder uur var. den dag hier heen en weder sleutert en staat te gapen. Wat zoekt gij ment ingediend in het Lager Huis waar in afkeuring werd uitgesproken over het beleid der Engelsche regeering, die ge toond had niet te bezitten de noodige kennis in het gewenschte oordeel en niet voldoende voorzorgen had genomen, zoo wel wat betreft de leiding der zaken in Zuid-Afrika sedert 1895 en niet de noo dige toebereidselen tot den oorlog had ge - troffen. Dit amendement is onder luide toejuichingen verworpen met 352 tegen 189 stemmen. Na al hetgeen we van de debatten in Lager Huis gelegen hebben is dit voor ons geen verrassing. Ook werd door het publiek aan dit amendement zooveel waar de niet gehecht. Men was meer nieuws gierig te weten, wat Chamberlain zou zeggen, en men moet het erkennen hij heeft vooral zijn vrienden niet teleurge steld. Bekend heeft hij niet, gediscussi eerd heeft hij niet hij heeft ontkend dat het zijn schuld was, dat er in de organi satie van deze oorlog fouten zijn gemaakt een ding slechts weet hij zeker en dat Engeland zal winnen. Uit Teheran komt een ernstige tgding. Een revolutie zou nl. uitgebarsten zijn in Koerdestan bij de Russisch Perzische grenzen De Koerden zouden de wapens opgenomen hebben tegen de regeering te Teheran en zich opnieuw onafhankelijk verklaren. Men zou er niets verwonderd over zijn, wanneer Rusland troepen ter plaatste zond ter bescherming van de grenzen. De Shah heeft den strengen generaal Semid Khan gezonden om den opstand te onderdruk ken Men schijnt te gelooven dat de En gelschen de hand in dezen opstand heb- »Mgnheer, ik heb mijnen meester ver loren en zoek 6enen dieDst. Ik ben een duiischer en heb geen geld om naar huis te reizen. Bijaldien mijn persoon u be valt, zoo wil ik u getrouw en eerlijk, voor kost en kleederen dieneD, en gij zult mij in het vervolg niet meer op straat zien zwerven." Ik geloof dat de Vuurgeest mij deze sluwe rede ingaf, want hij wist mijn doel niet, en ik wist zoo goed mijn woord te doen, dat don Domencio eindelgk zeide »Ik hob u inderdaad voor datgene gehou den, wat gg zgtook zie ik reeds sedert langen tijd naar eenen getrouwen bedien de rond, die goed met paarden weet om te gaan, en voor allerlei diensten bekwaam is. Zoekt gij dus eene dienst, zoo kunt gij die bekomen, en wanneer gij getrouw en vlijtig zijt, zal het u bij mij wel aanstaan." Hierop werden wij de zaak spoedig eens, en hij bracht mij in het huis, waar Hermingarda woonde. Toen ik echter den drempel betrad, zou ik wel op den grond hebben willen zinken, om met verrukking dan grond te kussen, dien haar voet be treden had. Domencio bracht mij in eene kamerdaar zaten twee vrouwen beide gesluierd. Ik herkende in de eene de goddelijke. Domenico sprak echter met de andere, welke de stiefmoeder was. Ik weet niet wat zg spraken, want ik sloeg de oogen naar den grond, om mij niet te verraden, en siddeide aan mijn geheele lichaam en hoorde niet wat men mg zeide,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1900 | | pagina 1