Berend klapte zijn boek dicht en
keek het meisje aan. Hij haalde zijn
sigarettenkoker te voorschijn en pre
senteerde een sigaret. Toen ze beiden
rookten, knikte Berend bedachtzaam
en antwoordde: „Ja ... Berend glimlachte en keek haar
vriendelijk aan. „Dank je wel, Gootje,
dat je zo bezorgd voor me bent. Dat
behalve thuis dan deed nooit
iemand".
„Nee zegt ze met een vreemde
stem „Berend, het is niet waar, hè?
Je houdt me voor de gek
... Hij loopt naar haar toe en wil haar
hand grijpen. Maar zij wijkt terug en
kijkt hem met wilde ogen aan. „Blijf
van me af Berend, dat je dat gedaan
hebt". En opeens veel kalmer: „Dus je
wou me op de
„Berend," zei ze zacht, toen hij haar
in zijn armen omkneld hield, „begrijp
je nu, dat ik van je houd? Dat ik al lang
van je gehouden heb?"
... Ze pakte hem bij z'n schouders ste
vig vast en keek hem recht in de ogen.
„Ja, Berend Bongert, jij en ik. We zijn
voor elkaar geschapen. Ik heb het al
weken geleden in je ogen gelezen. En
weet je van
klanten klanten nu ja, klanten zul
len er altijd wel blijven komen in Bon-
gert's Cafetaria want broodjes wor
den er altijd gebakken en wat een fijne
kwaliteit die broodjes van Berend
dat zeggen ze ... hoe kon dat nu
die kast was toch leeg Gootje 14ad er
alles uitgehaald, al haar bezittingen
en ze was zo ma ar weggegaan, niet eens
een af scheidszoentje aan haar Berend
gegeven ach, jong, wat daas je