De verkiezing van opzieners en diakenen. De School van Horstman. Kinderwet en diaconie. Christendom in Japan. Zondagsrust. Dit is voor bekommerde zielen dikwijls moeie- lijk om te verstaan. Zoo licht vindt men bij hen de voorstelling, dat andere personen, b.v. de de leeraar of de ouderlingen of, een bekend Christen in dit stuk der schuldbelijdenis en ver ootmoediging het veel gemakkelijker hebben dan zij. Dit is een verkeerde gedachte. Zeer wel is het mogelijk, dat zij bij opwassen in de genade eene andere ervaring zullen opdoen. Immers op wassen in de genade brengt medemeer zelf kennis dies zien we meer onze zonden en tekortkomingen. Ook meer liefde tot Goddies wordt onze smart over onze overtredingen ook grooter. Opwassen in de genade heeft ook ten gevolge, dat de verootmoediging dieper wordt. Dkt is het rechte: een telkens dieper wegzin ken voor den Heeremeer gevoel van onze voortdurende ontrouwheid. En laat ons toch inderdaad niet denken, dat onze zonden te groot zijn. Eén zonde slechts is onvergeeflijknl. moedwillig en opzettelijk en welbewust den Geest der genade smaadhaid aandoen en daarin volhardend doorgaanChristus openlijk te schande maken en lasteren, en dit werk volhouden. Dat is de zonde tegen den H. Geest, die dit kenmerk draagt, dat er geen droefheid of berouw op volgt, geen vragen naar God meer wordt gevonden, doch wel soms ge wetenswroeging en angst. En daarom, laat elke bekommerde zich overtuigd houden van Gods liefde en genade't bloed van Jezus Christus reinigt ons van alle zonden. Een maat of grens wordt hier niet gesteld. Dies mogen wij het ook niet doen. Dit moet het vaste kenmerk zijn, dat we inderdaad in oprechtheid onze zonden belijden, met een „gebroken en verslagen hart". Maar nu dienen we ook uit te spreken, dat zulke bekommerde zielen inderdaad kinderen Gods zijn. Hieraan wordt nog maar al te veel ge twijfeld. Inzonderheid door onkunde in de waar heid. Toch staat het onomstootelijk vast. Ge zegt, o bekommerde, dat Uwe zonden u doen schreien en zuchtenZeer welmaar ant woordt nu eens oprechtelijk Hoe komt het, dat gij uwe zonden kent en gevoelt? Velen hebben dezelfde en wellicht nog meerdere kennis van de waarheid, en leven blijkbaar voort zonder den last van zonde en schuld te gevoelen. Anderen hebben misschien dezelfde Christelijke opvoeding genooten, en toch zullen zij niet Uwe droefheid kennen. En hoe komt het nu, dat juist gij zoo bekommerd zijt? Waarom is Gods Woord voor U soms een nagel, die diep in Uwe ziele ingaat? Waarom zijt gij zoo bekommerd van wege Uwe zonden? En laat ons nu den moed hebben om duidelijk en eenvoudig de zaken te noemen: noch uw deugd, noch uwe wijsheid, noch uw kennis, noch uw opvoeding hebben die bekommering in U gewekt. Hoogstens zijn ze onder Gods zegen middelen geweest Maar de oorzaak ligt dieper. Dat uw hart wel, en anderer hart niet door hetzelfde Woord Gods wordt bewogen, ligt hieraan, dat deze harten niet gelijk zjn. 'tLigt hieraan, dat Uw hart is goede en toebereide aarde, en dat andere hart een onvruchtbare steenrots. Dat uw hart geraakt en bewogen wordt, dat het is als de goede aarde, waarin het zaad des Woords valt, is omdat het door den Heiligen Geest is ivedergeboren. Dat hart wordt niet goed door het Woord; neen, door een afzonderlijke genadedaad heeft God dit hart veranderd. Eerst wordt uw harte veranderd, en daarna doet God door Zijn voorziening bestel het Zaad des Woords daarin vallen. Is uw hart geopend bedenk dan, dat het van nature gesloten was en alleen door de onmiddelijke werking des Heilgen Gees- tes is geopend. Zie en lees hierbij de Dordsche Leerregels, Hoofdst. Ill en IV, art. 11 en art. 12Verlaat U op wat God zelf door den Heili gen Geest ons door David heeft laten zeggen: „De offeranden Gods zijn een gebroken Geest; een gebroken en verslagen hart zult Gij, o God niet verachten." Door ons telkens ernstig en biddend te be proeven, inzonderheid voor het vieren van 't H. Av., wordt in ons verwekt het ware misha gen aan onszelven. En dat is noodigdan alleen leeren we verstaan iets van de onuitsprekelijke grootheid van Gods liefde en genade. De kennis onzer zonden is voor ons, menschen, een maatstaf om eenigszins te leeren afmeten de barmhartigheden onzes Gods. Doch ten slotte onze zonden zijn meer en grooter dan wij" be denken of gevoelen, en Gods barmhartigheid is ook oneindig veel grooter nog dan wij ons kun nen voorstellen. v. d. Kamp. VI Gezagvoerder over zijne eigene kerk is de daar- toe'door God gezalfde, de Christus. Hij is niet af wezig en behoeft dus geen plaatsvervanger. Christus is tegenwoordig met zijne gemeente. Deze is een monarchie. Doch de Koning heeft zijn ambtenaren, die eenig gezag uitoefenen in naam, op last, krachtens Zijne Hoogheid en onder verantwoordelijkheid aan Hem. Alle kerkelijk gezag is ambtelijk en dus dienend. Dit ambtelijk gezag rust bij de kerk zelve en is voor zijn uitoefening meestal gebonden aan be paalde organen. Niet alsof de vergadering der geloovigen gezags- opdracht ontving om die over te brengen op de Dienaren. Neen, maar èn de geloovigen èn de Dienaren ontvangen beiden hun ambtelijke roeping recht streeks van den Koning. Het ambt der geloovigen en 't speciale ambt staat op éene lijn. De gemeente staat niet over de ambtsdragers en deze staan niet over de gemeente. Christus bepaalt beider onderlinge verhouding en bindt beider gezag aan Zijn Woord. Beiden hebben recht en roeping om sa&m of desnoods tegenover elkaar dat Woord des Konings te handhaven. Revolutie is in de kerk dat Woord te weerstaan. Het kerkelijk gezag bindt. Zijn symbool zijn de sleutelen des hemélrijks. Goed is de kerk staat, waarin de kerkregeerders, wetende tolken van 's Heeren Woord te zijn, met macht de waarheid op de consciëntie leggen en rechtspreken en anderzijds der kerkleden om 's Heeren wil voor het gezag der kerkregeerders buigen als voor de autoriteit door Koning Jezus over hen gesteld. Dit kerkelijk gezag wordt niet geboren doordat de kerkleden ten deele afstand doen van hunne vrijheid, maar dit gezag is opgelegd door Christus. Christus, Koning ook over de plaatselijke kerk oefent zijn gezag uit op tweeërlei wijze. Of door heel de Kerk. Of door de speciale ambtsdragers. De Koning schenkt zijn gezag feitelijk geheel aan de kerk als Kerk, maar voorziet haar tevens van organen, waaraan ze voor de uitoefening van dat gezag gebonden is. Doch naast elkaar liggen in de kerk de algemeene werkingen van heel het lichaam der Kerk en de bijzondere werkingen door hare onderscheidene organen. De Kerk stelt hare orde vast en voert hare artikelen uit. Ze spreekt recht tot 't banvonnis toe. De geloovigen oordeelen mee over de aan neming van attestatiën en het toelaten tot 't H. Avondmaalzij wijzen de personen aan voor 't ambtze oordeelen mede in zaken van afsnij ding en wederopneming, enz. De dragers van 't speciale ambt bedienen de genademiddelen, ze beslissen over de belijdenis, ze stellen de kerkorde vast en besturen de kerk. Ook verleenen zij aan nieuw verkozen personen 't ambt en bevestigen* dezen daarin. Zij hebben 't recht om voor zich te citeeren, te berispen en in vereeniging met de gemeente af te snijden of weer op te nemen, enz. De kerken hebben hun Dienaren des Woords te roepen. Niet door hoofdelijke stemming. Maar zoo, dat de geloovigen hun wenschen kenbaar maken aan den kerkeraad door het formeeren van een voordracht, dat daarna de kerkeraad uit die voordracht keuze doe, roepe en in het ambt zette. Op dezelfde wijze behooren ook de ouder lingen en diakenen te worden gekozen. In alle vergaderingen van kerkelijke besturen staat aan de Dienaren des Woords om de waar digheid van dat Woord de praesidiale leiding. De ouderlingen kunnen dienen desnoods voor hun leven, maar beter voor een bepaald aantal jaren, opdat ook anderer gaven der kerk ten beste komen en alle oligarchie (regeering van enkelen) uit de Kerke Gods geweerd worde. Zoo leerde Dr. A. Kuyper in zijn Tractaat van de Reformatie der Kerken. W. voogd te worden benoemd, en vraagt of hiertoe geen aanvulling noodig is van art. 25 der D.K. in den geest van 't Formulier van bevestiging, en gij diakenen verzorgt de rechte weduwen en weezen. Wat dunken onze diakenen hiervan? En onze Classicale vergadering van Middelburg W. Reeds meer dan eens verhaalden we onzen lezers van de school, die in 1898 door onzen oud zendeling R. Horstman geopend is te Temang- goeng. Deze school is een Hollandsche school voor priaës-kinderen, d.w.z. 't kroost der hoogge plaatste Javanen en rijke Chineezen. Ze biedt opleiding voor ambtelijke betrekkingen. Ze geeft beslist-christelijk onderwijs aan 50 kinderen. De Roomsche kerk heeft een dergelijke school te Magelang, waar een honderd jongens en meisjes onderwijs ontvangen. Horstman's school staat met onze zending in contractueel verband. Ze ontvangt uit de generale kas 'ttractement voor een Europeesche onderwij zeres, die met 1 Juli aan deze school werd verbonden. Nu schrijft Ds. J. D. v. d. Munmk, aan wie door Deputaten der Generale Synode deze school bizonderlijk op het hart werd gebonden, in 't Zendingsblad deze zeer merkwaardige woorden „Zal de school tot hare bestemming worden gebracht, ze moet dan gelijke rechtspositie hebben met de gouvernementsscholen van deze soort, en daartoe is het noodig, dat haar hoofd een wettelijk bevoegd onderwijzer is. die aan de leer lingen, als zij de school verlaten, een geldend certificaat kan afgeven tot toelating voor de hoogere inrichtingen van onderwijs. Een bevoegd hoofdonderwijzer zou dus Br. Horstman moeten vervangen, terwijl hijzelf tot anderen zendingsarbeid ter plaatse zou kunnen ingaan. Doch eerst dan zou zijne positie in goede orde komen, wanneer hij door eenige kerk in haren dienst op dit zendingsterrein werd beroepen. De kerken, die dit terrein wilden aanvaarden, zouden terstond in de zich bijna bedruipende school voor priaëskinderen een geopende deur vin den, welke menige^zendende kerk hen mocht benijden. Zouden er met name \n het Zuiden des lands geen kerken zijndie hierop willen attendeeren i 1) In dat geval zijn we gaarne bereid van nadere inlichtingen te dienen. Onze God, wiens wegen en omwegen vaak wonderlijk zijn, kan ook hier den weg banen, die wij dan slechts hebben te volgen." i Tot zoover Ds. v d. Munmk. Komteropdeze vraag wellicht een antwoord uit de kerken van Zeeland Ds. Bouma vestigde in 't Kerblad de aandacht op mogelijke samenwerking met Z.-H. classes. Wat is hieromtrent ZEw. gedachte r Wagenaak. 1). Wij cursiveeren. Volgens art. 421 van 't B. Wb. zal voortaan de voogdij kunnen worden opgedragen aan in stellingen van liefdadigheid, wier reglement duur zame verzorging van minderjarigen voorschrijft. Op voorstel van de wakkere Classicale vergadering van Middelburg had de Alg. Synode der Herv. kerk aan haar Diaconaal reglement de zinsnee toegevoegd: haar taak is... het verzorgen en op voeden van weezen en van hulpbehoevende of ver waarloosde kinderen. De Zeeuw begeert, dat ook de gereformeerde diaconieën zich de mogelijkheid openen om tot Tijdens den oorlog tusschen Japan en China was in 't eilandenrijk de publieke opinie het Christendom niet ongunstig. Dit kwam daardoor dat toen de Christen-Japanners zich vurige Va derlanders betoonden. De Christelijke soldaten muntten door dapperheid uit. Christelijke barm hartigheid schitterde in de verpleging der ge kwetsten. Vijf Japansche predikanten deden dienst te velde. Honderden bijbels en duizende evangelies werden onder de soldaten uitgereikt. Meer dan 400 gemeenten waren toen in Japan, doch slechts een 30-tal bedroop finantieel zichzelve. Het getal der theologische studenten was ver bazend groot. Er waren amper drie honderd! Roomsche Japanners waren er in 1879 bijna vijftig duizend en wat zeer opvalt een twintig duizend Griekschen, belijders van 't geloof van den keizer aller Russen! Hoe die het nu maken?W. Een Fransch tijdschrift biedt belangwekkende bijzonderheden over de werkkracht van den Ame- rikaanschen en den Franschen arbeider in ver band met de Zondagsrust. De Amerikaan gebruikt zijn Zondag om uit te rusten van de inspanning, die de werkdagen van hem vergen, en hij verdeelt dien tusschen zijn kerk, zijn huisgezin en zijn Zondagskrant. En nu wijst de statistiek uit, dat er in Amerika in de fabrieken het meest van alle dagen afge werkt wordt op Maandag. In de daarop vol gende werkdagen neemt de arbeidskracht regel matig af. Zoo is dus de Zondag de groote kracht hersteller

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1904 | | pagina 2