r
|jtERE for meer d e
1
Uit de Heilige Schrift.
Belijdenis en School.
12e Jaargang.
VRIJDAG 10 APRIL 1903
No. 15.
IN
Zeeland,
Weekblad gewijd aan de ^elangen der
j^OORD-^RABANT
ONDER REI ACTIE VAN
Ds. J- HULSEBOS, Ds. A. LITT00IJ,
Dr. L. H. Aï AGENAAK.
IMBURG.
K-ERKEN
Abonnement per 3 maanden f 0.35. Atondertflke nw.
3 cent. Advertentiën van 1-5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1-5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent.
U itgever:
K. LE CO INT RE
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentien enz., gelieve men
tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, bij den
Uitgever in te zenden.
DE VERHOOGING VAN CHRISTUS JEZUS.)
De eeuwenoude benamingen van de staten
des Middelaars, als van den staat der verne
dering en den staat der verhooging, zyn ken
nelijk ontleend aan de heerlijke beschrijving
van den Heere Jezus, den Zone Gods, in den
brief aan de Filippensen, alwaar de geloovigen
worden gewszor op den weg, die ten lc73n
leidt, en die voor den discipel des Heeren moet
zijn een weg van zelfverloochening in betoon
van liefde, taaar waarop voor hem de heerlijk
heid volgen zal. Christus Jezus, de Heere, is
hier den uitverkorene dien Hij verloste, door
zijne genade tot een voorbeeld. Dit gevoelen zij
in u, hetwelk ook in Christus Jezus was. En nu
volgt de alles omvattende beschrijving van des
Heeren Middelaarschap Zijne heerlijkheid van
voor de grondlegging der wereld, zijne mensch-
wording en vernedering in den weg van ge
hoorzaamheid tot den dood, ja, den dood des
kruises. En nu: de omkeering, de staat der
verhooging.
Hoe schoon wordt die verhooging hier ge
noemd het werk des Vaders. Die verhooging
is het werk des Zoons naar zijne goddelijke
natuur. Maar als Zoon en als Middelaar kroont
de Vader, die Hem gezonden heeft, zijn werk,
zijn persoon.
De Gemeente des Heeren is tot nu toe we
derom week aan week in het lijdenswerk des
Heeren ingeleid en de Christus is haar gepre
dikt in den staat der vernedering. Maar nu
wordt zij alweder geroepen om van Hem te
hooren en Hem te beschouwen in den staat
der verhooging. En wij hebben dat niet min
der noodig dan het eerste. Paulus begeerde
Hem te kennen in de gelijkmaking zijns doods,
maar ook in de kracht zijner Opstanding. Wij
hebben Hem noodig in zijnen staat der ver
hooging, opdat wij Gode leven, opdat wij het
nieuwe en het eeuwige leven mogen bezitten
en oefenen door Christus Jezus, en zoo met
en door Hem leven Gode en den Vader.
Daartoe zendt Hij den Geest van den Vader
in de harten zijner jongeren. En in de ver
hooging zijn ook weder trappen, rustpunten
opstanding, hemelvaart, zitting aan Gods rech
terhand, wederkomst in heerlijkheid; hier is
het alles te zamen gevat en bij de geopende
grafspelonk staande mogen wij het ook alles
te zamen vatten en zeggen Daarom heeft hem
ook God uitermate verhoogd. Na het lijdende
heerlijkheid, ook de heerlijkheid voor de Ge
meente, voor welke Hij stierf.
De verhooging van Hem, die zich zoo diep ver
nederde, spreekt zich allereerst uit in den Naam.
De naam toch drukt de waardigheid en hoog
heid uit. Napoleon sprak eens een gewoon sol
daat aan als kapitein, waarop deze aanstonds
het gelid verliet en zien bij den staf des Kei
zers voegde. Ijo'/i
Welke nieuwe naam is hier bedoeld Geen
nieuwe naam is hier bedoeld, maar de namen
Jezus en Heere zijn nu op 't innigst verbon
en met heerlijkheid omstraald. Zy zijn nu de
namen van den Overwinnaar van dood en
graf.
Nog een voorbeeld. Vóór den oorlog was de
naam van de Wet de naam van een gewoon
burger, nu de naam van een zegevierend over
winnaar. Doch dit zyn slechts zwakke voor
beelden. Jezus Christus, de HeereOverwinnend
en zegevierend KoningDat is Hij nu reeds
voor al zijn volk, voor de strijdende en de triom-
feerende Kerk, voor de Engelen in den hemel.
En de geloovige triomfeeren in en door Hem
over zonde en dood. Mi«ar eenmaal in het ge
richt, dan zal al het werkelijke van zijne heer
lijkheid, voj? 7#ne v rtafrogmg worden gezien,
gezien ook in zijne kerk, die dan haar Bruids
sieraad zal dragen.
Maar dan zullen ook de vijanden, dan zal
ook de hel, zijne grootheid moeten erkennen
en zijn vonnis moeten aanvaarden. Alle tong
zal belijden, dat Jezus Christus de Heere is.
En dat altot heerlijkheid Gods des Vaders
Hierop loopt het werk des Middelaars uit. Zijne
vernedering, zijne verhooging, de. behoudenis
der uitverkorenen, het is alles Gods eeuwig
welbehagen. De zaligheid zijns volks, tot oor
deel der goddeloozen, het loopt alles uit op de
verheerlijking Gods.
Hem zij de eere en de heerlijkheid in alle
eeuwigheid
Hulsebos.
In de dagen toen de strijd tegen Mr. A. F.
de Savornin Lohman te veelvuldig, maar vooral
te bitter en op te hoogen toon door velen der
onzen gestreden werd, muntte hierin uit de
heer T. de Vries.
Deze toch schreef eene brochure, die van Mr.
de Savornin Lohman niet veel dat beteekenis
heeft, deed overblijven. Velen hebben zich met
I mij daaraan toen geërgerd. Dat hebben wij
ook gedaan toen hij in Friesland zoo in het
oogloopend democratisch optrad.
Het geschiedde bij vernieuwing, bij gelegen
heid dat door hem het doopceel van Mr. Anema,
zoo onnoodig en kinderachtig uitvoerig gelicht
werd.
Toen door den heer Mr. T. de Vries God
gedankt werd voor de revolutionaire werksta
king op 30 en 31 Januari ging de gewone, in
de meest diepe ergernis over.
Zijn optreden op verzoek, zijn meegaan met
en zijn spreken voor het socialistische „Comité
van Verweer" bracht al meer in het licht hoe
glibberig het pad is, dat door hem wordt be
wandeld. Geen wonder dan ook, dat het Week
blad „De Christen-Democraatwaarvan Staalman
en Mr. de Vries de redacteuren zijn, zich ook
en wel in toenemende mate tegen ons Ministerie,
byname tegen Dr. Kuiper te weer stelt.
Blijkbaar behooren zij tot de zeer ontevre
denen. Tegen het wetsontwerp, thans in be
handeling in de Tweede Kamer verzetten zij
zich beiden. Zy deden dat, of in de Tweede
Kamer, (Staalman) of in vergaderingen door
socialisten belegd en onder toejuiching van
dezen, (de Vries) of in hun Courant, (beiden).
Zij spreken in den geest van de Vrijzinnig-
Democraten over dit wetsontwerp. Een weinig
achter de socialisten komen zij mitsdien in
dezen aan.
Met de Vrijzinnigen hebben zij, door dat te
doen, de socialisten en anarchisten gesterkt,
in hun verzet tegen het Ministerie-Kuyper en
het aanhangige wetsontwerp. Al wat de
socialisten doen, keuren zij evenwel niet
goed; zy doen dat evenmin als bijv. de
Middelburgsche courant dit doet; maar, door
hun optreden en schrijven hebben zij hen,
zooals gezegd is, gesterkt en dientengevolge
het verzet indirect tot rijpheid doen komen,
en alzoo mede voor hunne rekening. Eene
staking toch, waarbij het vrijwillig aangegaan
contract verbroken wordt, en hst verbreken
van den eed plaats heeft, hebben èn zij èn de
Vrijzinnigen vergoelijkt, zoo niet in bescher
ming genomen. Mitsdien ook de straffen, hierop
in het ontwerp geëischt, afgekeurd, en dus den
socialisten den indruk gegeven, dat niet slechts
de bandeloosheid en het ondergraven van de
zedelijke grondslagen, waarop onze samenleving
gebouwd is, met straffen worden bedreigd
maar, dat billijke en goede rechten, alsmede
de vakorganisatie in het algemeen schandelijk
door ons Ministerie in en door dit ontwerp
worden aangetast.
Gelijk er ten tijde van Nehemia Joden werden
gevonden die dé vijanden hielpen, om hec
bouwen van den muur der stad te verhinderen
zoo werden er nu christenen gevonden, die de,
vijanden hielpen, om de muur af te breken
instee van hem te helpen opbouwen.
Zoo iets moeten wij diep betreurenMet
hen die dit doen medelijden hebben
Eigenlijk is het geheele optreden in „De
Christen-Democraat" medelijdenswaardig.
Immers leeft deze Courant van de bestrijding,
die tegen den Minister Kuyper wordt gevoerd.
En deze broeder in Christus is een van de
groote gave Gods in en voor dezen tijd. Hij
üeeft het daarenboven zwaar genoeg, om niet
door medebelijders gegriefd en van hen week
in week uit, en schier in elk artikel bestreden
te worden.
Het slaafsche volgen staat daar tegenover.
Maar dat keur ik, gelijk ieder weten kan, ook af.
Ik houd het met de christenen van Beréa.
Gewisselsjk hadden zij Paulus lief, achtten hem
hoog en dankten den Heere voor hetgeen Hij
hun in en door Hem gafdoch, omdat zij zich
onvoorwaardelijk alleen aan hun God onder
wierpen, onderzochten zij hetgeen hun door
hem verkondigd werd.
De heeren Staalman en de Vries nu weer
leggen alles wat zij week in week uit in den
Minister Kuyper afkeuren, niet met het Woord
des Heeren, Heeren. Konden en deden zy dat,
dan moesten en zouden de ware christenen
hun doen, gcedkeuren en toejuichen.
Doch dat doen, ik durf zeggen, dat kunnen
zij niet. Om maar iets te noemen, den eed
verbreken, dat mogen wij niet, als die ver
breking ons voordeel opleveren kan dat mag
alleen dan, als wij het om Godswil moeten doen.
Want de HEERE is onze Rechter,
de HEERE is onze Wetgever, de
HEERE is onze KoningHij zal ons
behouden. g3 22
Doch Samuel zeideHeeft de HEERE
lust aan Brandofferen en Slachtofferen,als
aan het gehoorzamen van de stem des Hee-
ren? Zie, gehoorzamen is beter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der rammen.
1 Sam. 15 22
Daarom heeft hem ook God uitermate
verhoogd, en heeft hem eenen naam gege
ven, welke boven allen naam is
Opdat in den naam van Jezusi zich
zoude huigen alle knie dergenen, die m
den hemel en die op de aarde, en die
onder de aarde zijn
En alle tong zoude belijden, dat Jezus
Christus de Heere is, tot heerlijkheid Gods
des Vaders.
Filipp. H 9—11.