Uit de Heilige Schrift.
Belijdenis en School.
varia.
10e Jaargang.
VRIJDAG 18 OCTOBER 1901.
No. 42.
^/eekblad gewijd aan de J3elangen der Jjereformeerde Kerken
IN ^EELAND, JSTOORD-BRABANT EN J-HMBURG.
ONDER REDACTIE VAN
Ds. J. ffijCiSS&fi, Ds. A. LITTOOIJ,
Dr. L. H. WAGENAAR.
Abonnement per 3 maanden f 0.35. Afzonderlijke nos.
3 cent. Advertentièn van 1 5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Beeldendienst is onderscheiden van afgoden
dienst. Het eerste gebod verbiedt het hebben
en vereeren van andere goden, het tweed*: om
by de beschouwing en de vereering van den
eenigen God, zich van den Allerhoogste eene
eigenwillige voorstelling te maken. Dit kan ge
schieden onder grovere vormen, door het maken
van afbeeldingen van het goddelijke Wezen, of
door het bezigen van afbeeldingen van men-
schen of andere creaturen, om daarby of daar
mede, of daardoor God te vereeren, of die, gelijk
het gouden kalf, als symbool of zinnebeeldige
voorstelling van eene of andere gave en zegen
Gods, bij den dienst Gods te gebruiken. Maar
de beeldendienst kan ook verfijnd worden ge
pleegd door met het verstand of de verbeelding
zich eigenwillige voorstellingen van de Godheid
te maken en den Heere dienovereenkomstig
te willen dienen. Wij zien, hoe diep ook deze
zonde is ingeworteld in het hart van den zon
daar. Ook van de slavernij dezer zonde is Gods
volk verlost. Zij zijn geroepen en worden door
den Geest geleid als discipelen van den Heere
Christus tot de aanbidding Gods in geest en
waarheid. En hier moet dus ok de strijd aan
vaard en met volharding gestreden worden
tegen al het eigenwillige in den dienst Gods,
dat nog in ons opkomt en ijverig en biddend
Gods Woord worden onderzocht, om 'sHeeren
wil en 's Heeren dienst recht te leeren verstaan.
God schiep den mensch naar zijn beeld en
gaf hem zoo de ware kennis van zijn Wezen.
Bij den val ging het beeld Gods verloren en
zoo ook de ware kennisse Gods. En nu ving
ook de beeldendienst aan. De mensch maakte
zich zijne eigene voorstellingen van God op
grovere of fijnere wijze. Zoo de philosophen, zoo
de moderne richting onzer dagen en alle gods
dienstige stelsels, die Gods Woord geheel of
gedeeltelijk verwerpen. Maar, waar dan uit-
komst? Het heeft den Heere in zijn gronde-
looze barmhartigheid over zijne uitverkorenen
behaagd, zich te openbaren in Zijn Woord,
welke openbaring in de zending Zijns Zoons
haar toppunt en volmaking vindt. Christus is
het beeld des Onzienlijken Gods. Gods Geest
wederbaart den zondaar, brengt hem in levens
gemeenschap met Christus, brengt hem onder
het licht des Woords, en nu deelt hij weder
in de ware kennisse Gods, Gods beeld wordt
in hem weder opgericht en, dagelijks aan den
beeldendienst afstervende, leert hij de aanbid
ding in geest en waarheid.
Beeldendienst is eene groote zonde. De Heere
noemt zich in dit gebod een ijverig God, dat
wil zeggen een na-ijverig God, een jaloersch
God. Zijne eere wordt hem hier ontnomen. In
plaats van te vragen bij den Heere, Wie Hij
is, vermeet zich het ijdel schepsel een beeld
van God, in werkelijkheid of in het web zijner
gedachten, naar zijn eigen zondig goeddunken
te ontwerpen. En zy, die zoo gemakkeiyk kun
nen omgaan, en in één kerkverband zitten met
loochenaars der waarheid van allerlei gading,
mogen dit wel eens bedenken. Bij zijn volk is
U itgever:
K. LE COINTRE
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentien enz., gelieve men
tijdig, uiterlijk Vrydagmorgen, by den
Uitgever in te zenden.
deze zonde een geestelijk afhoereeren. De ge
volgen ook voor de navolgende geslachten zijn
ontzettend. Israël heeft het ondervonden. En
zijn zegen over de strijders voor en de belij
ders van zijn Naam en eer is rijk en groot,
zelfs over duizenden nakomelingen. Denkt aan
den strijd der vaderen van voor drie en een
halve eeuwDe Godheid kan en mag niet af
gebeeld worden.- De Zoon Gods naar zyne
menschheid had kunnen afgebeeld worden, maar
de ware beeltenis is niet gemaakt of lang ver
loren. Hij is nu in den hemel, en niemand op
deze aarde kan u zyn beeltenis toonen. Ook
moet Hij worden aangebeden als de Zoon Gods.
Schepselen kunnen worden afgebeeld. Beeld
houw- en schilderkunst zijn niet verboden.
Denkt aan tabernakel en tempel. Maar, gelijk
met geene enkele gave de zonde mag worden
gediend, zoo ook niet met deze. Men mag die
afbeeldingen ook niet maken, om God er mede
te dienen, ook niet, om er eenig schepsel mede
te vereeren. En men word; ook dezer wereld
niet gelijkvormig in het veelvuldig laten maken
en uitstallen van eigene photographische af
beelding.
Vooral in de Zwitsersche reformatie is het
tweede gebod met ontróerenden ernst ter harte
genomen. De Kerk, wier Koning het zoo krach
tig heeft geleerd, dat de ware aanbidders den
Vader zullen aanbidden in geest en waarheid,
was diep, zeer diep gevallen in de zonde van
beeldendienst. Met niets sparenden ijver heeft
men die zonde tot in hare schuilhoeken ver
volgd en tegengestaan. En onze kerkgebouwen
zonder praal en zonder beeld zijn ons dierbaar.
De vlakke en ledige wanden wijzen er ons voort
durend op, dat de dienst Gods geestelyk is, dat
God gekend wordt uit Zijn Woord en dat de
ware aanbidding Gods isde aanbidding in
geest en waarheid. Hulsebos.
Waariyk niet uit begeerte om hetgeen de
Middelburgsche Courant den 9 October 11. van
Mr. Th. Heemskerk schreef op de straten van
Askelon te vertellen maar wèl om aan de
Middelburgsche Courant geene gelegenheid te
geven later te kunnen zeggen, dat de geheele
anti-revolutionaire pers gezwegen en mitsdien
toegestemd heeft, wat zij van en naar aanlei
ding van deze zaak beliefde te schrijven en in
de tweede plaats, omdat onze beginselen en
onze partybelangen by ons boven de personen
staan, en, ten derde, omdat wij de Middel
burgsche Courant, over hetgeen zij aan de
droeve zaak vastknoopte, een en ander willen
opmerken, schrijven wij hierover eenige regelen.
Het gold het bezoeken van den schouwburg
te Amsterdam.
Ons nu, en, ik durf hier in 't publiek uit
spreken, onze partij in haar geheel genomen,
doet dat leed, vooral met het oog op hetgeen
daar ten gehoore is en wordt gebracht.
Onze schouwburgen zyn, naar hetgeen wij
er van lazen en hoorden zeggen, te zeer verbas
terd, om ze, als belijders van den God der
Schriften, te kunnen bezoeken. Immers ze
leven niet in een wereld van gedachten, waar-
by God in de kunst verheeriykt en waarbij de
moraal van het Woord onzes Gods hoog ge
houden wordt. Wanneer wy de geestesrich
ting van de Middelburgsche Courant, de be
scnryving van de zangeres, alsmede het stuk
van haar vernomen, kennen, en hare hier vol
gende woorden hooren Ons is het welhet bewijst
dat de natuur gaat boven de leerdan weten
wy bij vernieuwing dat zij van die dingen
houdtmaar ook, dat zy ons niet passen en
smaken kunnen.
Doch ze draaft ten slotte door, ja ze raakt
haar logica kwijt, waar ze, kennelyk blijde dat
ze. weerwat heeft, van één op velen, ja, op „de
vrienden gaat besluiten. Zij toch vervolgt en
besluit met te schry ven
„Maar laten dan toch andere leiders van
zyne party en hare organen ophouden met
eJkens en telkens weer de goê gemeente op
allerlei wyzen voor te preken, dat het tooneel
0. zoo slecht is; dat men komedies, paarde-
spellen enz. moet vermyden
Trouwens, het feit staat niet op zich zelf.
maar het leert opnieuw hoeveel kool er onder
i1-6) »vri®D(*en" wordt verkocht en hoe sommige
leiders de eenvoudige volgelingen by den neus
nemen met heel wat mooie praatjes, waarmee
de daden echter vaak in strijd zijn".
1,J^S aT 77- Ak noem maar een geval, om de
logica der Middelburgsche in 't licht te stellen
- van de liberale partij één steelt, zijn dan
allen, die tot die partij behooren, dieven Im
mers neen. En daarom behoeven dan ook de
„andere leiders" en„vrienden" niet op te „hou
den met telkens en telkens weer de goê ge
meenten, op allerlei wijze voor te spreken",
dat stelen zonde is.
Indien de overige leiders en vrienden der
liberale partij tegen het stelen bleven getuigen
zooals zij zeker doen zouden, zouden wij anti
revolutionairen dan recht en reden hebben,
sterker nog, zouden wij dan billijk en eerlijk
zyn, byaldien wij desalniettemin schreven
„Trouwens, het feit staat niet op zich zelf
maar het leert opnieuw hoeveel kool er onder
die „vrienden" wordt verkocht en hoe sommige
leiders de eenvoudige volgelingen bij den neus
nemen met heel wat mooiè praatjes, waarmee
de daden echter vaak in stryd zijn".
Gewis, niet alleen zou ons dan gebrek aan
goede logica, maar daarenboven gebrek aan
nobelheid tegenover onze politieke tegenstan-
w ku?neu en moeten toegeschreven worden.
Wat dus, naar aanleiding van dit en derge
lijke stukjes, aan de Middelburgsche Courant
shssen °rden toegeschreveil> mag zij zelve be-
Littooij.
Lourens Ingelse.
H.
De dag, waarop de uit West-Kappel verban-
°rggraaf Weer tot zijQ gezin en woning
mocht en zou terugkeeren, was een dag van
fip°hn?beurtenis. Voor dag en dauw maakten
zich uit alle oorden van Walcheren menigten
van menschen op en stroomden te voet of te
paard naar West-Kapelle. Ook Ingelse draafde
61 ,°P het bijzonder mooi en mak vaal
paard dat hij toen bezat. Zijn buurman Abra
ham Andnesse had er voor bedankt om met
Want de HEERE is onze Rechter,
de HEERE is onze Wetgever, de
HEERE is onze Koning; Öij zal ons
behouden.
Jesaja 33 22.
Doch Samuel zeide: Heeft de HEERE
lust aan Brandofferen en Slachtofferen,als
aan het gehoorzamen van de stem des Hee-
ren i Zie, gehoorzamen is beter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der rammen.
1 Sam. 15 22
(HET TWEEDE GEBOD.)
Gij zult u geen gesneden beeld,
noch eenige gelijkenis maken
Exodus 20 46.