Uit (le Heilige Schrift. 10e Jaargang. VRIJDAG 6 SEPTEMBER 1901. No. 36. y/EEKBLAD GEWIJD AAN DE j~)ELANGEN DER pEREFORMEERDE KLERKEN IN ZEELAND, J^OORD-j^RABANT EN J-AMBURG. Ds. J. HULSEBOS, Ds. A. LITTOOIJ, Dr. L. H. WAGENAAR. Abonnement per 3 maanden f 0.35. Afzonderlijke nos. 3 cent. Advertentiën van 1—5 regels 30 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Uitgever: K. LE COINTRE Berichten, Advertentien enz., gelieve men tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, bij den Uitgever in te zenden. CHET VERDRAGEN DER SPOTTERNIJ.) In deze afdeeling van den psalm (Zaïn) wordt gehandeld over de vertroosting door het Woord. Zy begint met het zoeken daarnaar, waarna zij ons toont, hoe het Woord ondersteunt in beproeving en zóó sterkt in het vuur der be spotting, dat wij door het wreede gedrag der boozen veeleer tot afschuw worden bewogen voor hunne zonden, dan tot toegeven aan hunne verzoekingen. Voorts wordt ons getoond, hoe de Schrift liederen heeft voor de pelgrims en liefelijke gedachten voor hen, die hunne nach ten wakende moeten doorbrengen, terwijl ein delijk de verzekering wordt gegeven, dat al dit geluk en deze vertroosting worden gesmaakt in den weg van het onderhouden van de in zettingen des Heeren. De hoovaardigen haten de godvruchtigen en een der scherpste wapenen, die deze haat ge bruikt, is de spot. Dit is dan tevens een middel van genot en tijdverdrijf. Niemand was in hunne oogen zoo geschikt als voorwerp van spot als David, wijl hij Gods dienstknecht was. Hoe moet het oog verblind zijn door de zonde, dat iets belachelijks ziet in het geloof en iets, dat spotlust wekt, in heiligheid. Toch is het eene treurige waarheid, dat menschen, die hoege naamd geen vernuft bezitten, toch een grijns op menig gelaat weten te brengen door den spot te drijven met het heilige. Waanwijze zon daren maken de godvruchtigen tot hun speel bal. Zij vinden het, o zoo vermakelijk, om een fijne in een bespottelijk daglicht te stellen. In dien nu David zoo verregaande spotternij had te verdragen, kunnen wij dan verwachten aan den smaad en spot der goddeloozen te zullen ontkomen Er zijn nog vele hoovaardigen op aarde. Het ligt in den aard van den zoon der dienstmaagd, om het kind der vrije te bespotten. Nochthans ben ik van uwe wet niet geweken. Zoo hebben dan de spotters hun doel gemist. Zij lachten maar hun wensch verkregen zij niet. Velen zijn afgeweken, maar de Heere houdt zyn volk staande ook in dit vuur der beproe ving. Gods wet is voor Gods kinderen de ko ninklijke weg van vrede en veiligheid, en zij, die er ons door hun lachen van willen doen afwijken, hebben het goede niet met ons voor. Ook nu wordt, meer dan men wel denkt, het satanisch middel van den spot gebruikt, om het Koninkrijk van Christus afbreuk te doen. Hoe heeft satan dat onheilig middel tegen den Christus zelf aangewend Denk aan zijne bespotting aan het kruis. Maar ook deze list der hel zal zijne gemeente niet overwel digen. Hij kan zeggen De smadingen dergenen 'die U smaden zijn op Mij gevallen. En zoo zullen dan ook zijne discipelen dien smaad niet ontgaan. Zoodra het bekend wordt door uw woord, door uw belijden, door eene nieuwe le venskeuze, dat gy in oprechtheid den Christus hebt aangenomen, dan rust verachting op u. De eertijds gloeiende man is nu een voorwerp van spot. Ga, om by den jongsten tyd te bljj- ven, onze mannen na, (groot in 't Koninkrijk Gods), van Bilderdijk af tot nu toe en zie, wat de wereld met hen gedaan heeft. Wat doornig pad bereidde zij en bereidt zij nog, gelijk de jongste dagen toonen, aan onzen Kuyperi) Maar, Gode zij dank, ook hier mag het ge tuigenis worden herhaald Nochtans ben ik van uwe wet niet geweken. Ook door het doornen vuur der bespotting leidt God zyn volk henen, en de spotters zullen vergaan. Die in den he mel zit, zal lachen, de Heere zal hen bespotten. De hoogstgeplaatsten en de geringen in stand zijn vaak 't meest aan de aanvechting door bespotting onderhevig. De gezel onder zijne medegezellen of bij een vijandigen baas, de jongen, die als leerjongen onder eene menigte andere, doorgaans op die leeftijd 't brutaalst, op fabriek of werkplaats verkeert, de soldaat in de kazerne, het jongmaatje op den kruiser of op het koopvaardijschipWij weten het, hoevelen er bezwijken, hoevele jongens, eertijds met hunne ouders je waarheid volgden, en wier tijd- of historisch geloof onder scheldwoor den en spotternij bezweek. Mocht er meer aan gedacht, meer voor ge beden worden, maar mocht er ook meer op gewerkt worden, dat de tong van den vloeker en spotter ook door de Overheid werd gebrei deld. Maar, hoe noodlottig, als zich onze kin deren den naam des Heeren schamen voor dit boos en overspelig'geslacht. Doch zoo zal de kerk ook voor veel onheiligs worden bewaard. En de Heere kent de Zijnen. Zij worden inden heeten strijd steeds beslister. En Gode zij dank': Wy mogen er ook behouden, van wie Davids woord geldtNochtans ben ik van uwe wet niet geweken. Hulsebos. ZENDING. De Pinkster-Collecte. De collecte voor de Zending heeft in de ker ken der Classis Goes ditmaal opgebracht de som van f225.175. Baarland f8.04, Biezelinge f 12.50, Borsele f2.82, Goes f70.16, 's Graven polder f7.50, Heinkenszand f19.235, Ierseke f21.22, Kruiningen f 15.65, Nieuwdorp f50, Wolfertsdijk f 18.05. Wat brachten Axel, Zaamslag en Zierikzeeop? N. J. H. D. Jr. VARIA, Uit de Synode der Nederl. Herv. Kerk, Negen en twintigste zitting. 19 Aug. Uit de discussies over het rapport inzake ingekomen verzoeken om Reorganisatie (ftr Kerk". De heer E. B. Gunning mist in de reglemen ten der N. H. Kerk alles, waaruit zou blijken, dat zij de Kerk van Christus iswanneer de Mohamedanen zich kerkelijk wilden inrichten, dan zouden zij onze reglementen kunnen over nemen. Is dit niet, vraagt spreker, bewys ge noeg, dat reorganisatie hoogst noodig is? De heer Romftn is niet met alles in onze organisatie ingenomenmaar hij wil liever dan wat de adressanten verzoeken, „alles over laten aan den Heer der tyden", die zich in den tijd der doleantie niet onbetuigd heeft gelaten. Prof. Kruijf voegt toe aan wat hy reeds ge zegd heeft, dat dat „liebangelen". met de gere formeerde Kerken, dat in deze dingen op te merken is, hem geweldig hindert. Leertucht deugt nietde prediker moet profeet zyn laat de geest vrij zijn, en de spreker niet bang be hoeven te worden voor de gefronsde wenk brauwen van een ouderling, die op de leer zit. Er wordt ten slotte besloten, om geene Com missie te benoemen, ten einde een voorstel van reorganisatie te ontwerpen. Volgens de N. R. Ct. H. Ietg over de invoering der Evangelische Gezangen op Walcheren. 't Was in den Franschen tijd. In de dagen der Palriotten. De rechtzinnigheid week voor de vrijzinnigheid. In minachting was het oude Testament. Opgeld deed „het Evangelie." Zelfs voor de nieuw berijmde psalmen begon men den neus op te halen. Zingen wou men „Evan gelische Gezangen." Dat deden alle protestant- sche kerken buiten 's lands en zelfs hier te lande de Engelsche en Waalsche gemeenten. In 1805 kwamen de Heeren in den Haag gereed. En gelast werd door de Prov. Synodes aan de kerkeraden om den nieuwen Bundel te gebruiken in den kerkendienst, met de verze kering Ze zouden zien, dat geen andere ge zangen geplaatst waren dan die met de Belij denis overeenkwamen. Wegens Zeeland hadden tot 't uitgeven van den nieuwen bundel meegewerkt de predikan ten Hermannus Adrianus Bruining uit Vereen Petrus Janssen uit Bergen op Zoom. De kerkenorde, waaronder men eigenlijk nog stond, verbood het wel, doch de Prov. Synodes achtten zich, omdat ze 't in dit stuk allemaal met elkaar eens waren, dat die verouderde kerkenorde gerust mocht worden overtreden. Maar de invoering der gezangen onder 'tvolk 'had voeten in de aarde. Laat ons nu eens een en ander mededeelen omtrent de invoering dier Gezangen in de ker ken der classis Walcheren. In 1807 kreeg i de classicale preek een stoot. Ze zou voortaan slechts 2 maal in 'tjaar ge houden worden. Ze liep altoos over den Cate chismus en diende om te hooren of de predi kant zuiver was in de leer. Maar de ketter meesters waren nu uitgestorven. En de aan dacht der classe spande zich op een gewichtiger puntde invoering der Evangelische Gezangen. Doch die scheen niet gemakkelyk te zijn. Twee jaren later1809. De praeses vraagt of er voldaan is aan de Resolutie der Hooge kerkvergadering in zake de invoering der Ge zangen. Sommigen antwoorden, dat de boeken wel geplaatst zijn in de banken, doch dat de gezan gen nog niet werden afgegeven. De gemeente lag er zoo tegen. Een broeder was nóg achter- lyker. Ds. Rochefort te Aagtekerke. In zijn kerk was nog geen Gezangboek te vinden. Te Dom burg waren ze afgegeven, doch ouderlingen en diakenen zonden een beklag in by de classis over de ergernis en verzochten dringend, dat 't toch mocht worden nagelaten. Maar dat ging Want de HEERE ie onze Rechter, de HEERE is onze Wetgever, de HEERE ia onze Koning; Hij zal ons behouden. Jesaja 33 22. ONDER REDACTIE VAN Doch Samuel zeideHeeft de HEERE lust aan Brandofferen en Slachtofferen.als aan het gehoorzamen van de stem des Hee- ren Zie, gehoorzamen is beter dan slacht offer, opmerken dan het vette der rammen. 1 Sam. 15 22 MIDDELBURG. De hoovaardigen hebben mij bo venmate bespotnochthans ben ik van uw» wet niet geweken. Psalm 119 51. 1) Wij denken aan de vergelijking van hem met Barnum 1 1) Vriendelijke knikjes wisselen.

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1901 | | pagina 1