Spoedig werd vernomen wat die „omstandig
heden" warenom half vyf gearriveerd was
de heer Cachet door een commissie uit Patri
monium aan den trein afgehaald en naar het
Hó tel Dann gebrachthij klaagde tegen de com
missie over zyn groote vermoeidheid en gaf
zyn voornemen te kennen de twee uren, die
hij nog tyd had, te gaan rustenom kwart
over zeven zou hij dan aan het Hotel worden
afgehaald.
Toen echter de heeren van Patrimonium aan
het Hotel Dann kwamen was de toestand er
niet op verbeterdde lijder, die aan een hart
kwaal leed, waarvan hij meer aanvallen te ver
duren had, was naar de nabijgelegen apotheek
der firma Augustijn en Larivière gegaan om
zich daar van een geneesmiddel te voorzien.
Het mocht niet baten.
Ten ruim half negen moest de heer Freeman
weder op het podium verschijnen om mede te
deelen, dat de spreker onmogelijk dien avond
kon optreden.
Het Bestuur deed nu drie voorstellen
lo. de entréegelden zoo veel mogelijk terug
gegeven.
2o de entréegelden behouden en zoo spoedig
mogelijk een ander spreker in Bergen-op-Zoom
te doen optreden, tenzij de heer Cachet binnen
eenige dagen geheel hersteld zou zyn.
3o. kon dat niet gevonden worden het geld
afdragen voor de nagelaten betrekkingen der
strijders in Transvaal.
Men luid applaus keurde het publiek de beide
laatste voorstellen goed.
Inmiddels verlieten de aanwezigen de zaal,
waarbij slechts zeer weinigen gebruik maakten
van het aanbod van 't bestuur om hun inkom
geld terug te krijgen.
Nauwelijks konden de bezoekers hunne wo
ningen weer hebben bereikt of de onverbiddelijke
dood had den heer Lion Cachet den levensdraad
afgesneden.
Zyn laatste woorden waren nog een wensch
om hier te Bergen op Zoom op te treden en
een uitdrukking zijner verontwaardiging over
de doemwaardige politiek van den Engelschen
minister Chamberlain.
Met hem is een merkwaardig man heenge
gaan, die de zaak der Zuid-Afrikaners groote
diensten bewezen heeft.
Op het veld van eer is hy gestorven, als
een goed soldaat.
Het lijk is gisteren-avond nog naar de Con
sistoriekamer der Gereformeerde kerk gebracht,
terwijl ds. van der Kooy hedenmorgen naar
Rotterdam is vertrokken om de eenige dochter
van den overledene in kennis te stellen met
het treurig verlies dat haar zoo plotseling heeft
getroffen."
Ds. Lion Cachet heeft, God zy lof! niet
alleen den stryd voor en met onze Zuid-Afri-
kaansche broederen gestreden, maar ook den
goeden stryd des geloofs. Hy heeft den stryd
gestreden voor het geloof, den strijd om het ge
loof en den stryd door geloof.
Hy streed, door Gods genade, voor het ge
loof; immers door zynen persoonlijken yver
trachtte hy de banier des geloofs in Zuid-
Afrika, in onze Koloniën en in Nederland te
plantenterwyi hij door zyne geschriften in
nog wijderen kring daartoe werkzaam was.
Maar als men vóór het Koninkrijk Gods leeft,
moet men om zijn geloof zich ook velerlei
moeite, miskenning en ïyden getroosten.
Welnu ook dat is hem, in '87 toen hij met
de reformatie meeging, en vóór en na dien
tijd, niet gespaard gebleven. Doch staan wy
in en leven en stryden wy door het geloof,
dan kunnen en willen wy dat ïyden onder
gaan, ja met biydschap zien wy, omdat het
om Jezus wil is, dan daarop neer.
Dit was ook menigmaal het voorrecht van
dezen nu afgelosten stryder.
De strijd des geloofs is geen dadelijke vrucht
en dadelijk gevolg van de zonde, maar wèl
van de liefde en de genade Gods. Deze strijd
is alzoo uit en door God, in Christus, en hij
loopt uit op de verheeriyking van Zyn Naam;
en in plaats van de verdelging der menschen-
kinderen is hunne behoudenis de begeerte en
het doel.
De strijd, die thans in Zuid-Afrika gestreden
wordt, is uit de zonde en den duivelduizen
den berooft hy van het leven, en ach, voor
hoe velen maakt hij een einde aan den wel-
aangenamen tyd, den dag der zaligheid, ja,
voert hij henen naar de plaats der eeuwige i
rampzaligheidhoe diep zijn de wonden, die
hij den overbiy venden slaathoe groot is de
haat, dien hy veroorzaakt, tusschen hen, die j
van het Nederlandsche en die van het Engel-
sche volk afstammen, hoe groot de haat, tus
schen hen, die of deze of gene geholpen heb
ben daarenboven werkt al wat uit de zonde
en den duivel is, diep demoraliseerend op de
menschenkinderen in. Geen wonder dus, dat
het „wee" door God uitgesproken wordt, over
den Assyriër en in hem over allen, die dezen
stryd in het leven roepen.
Naar de algemeene overtuiging hebben dat
in den stryd, die in het Zuiden van Afrika
gestreden wordt, de Engelschen gedaan.
De reden waarom zy het deden, behoort tot
de zonde van onze wegstervende eeuw.
'tis heerschzucht by de diplomaten, goud
dorst bij de invloedryke, gedemoraliseerde ge
lukzoekers en eerzucht bij de hoofden van het
leger.
Omdat Engeland om onheilige redenen den
oorlog zocht, kunnen, mogen en moeten wy
voor onze stam- en geestverwanten bidden,
bidden met vry moedigheid en drang des harten.
Natuurlijk moeten wy daarbij het recht, de
eer en de openbaring van den Naam des Hee
ren op het oog, ja in de eerste plaats op het
oog hebben.
Is dat ons voorrecht, dan stryden wy ook
in dezen in het geloof en mitsdien den goeden
strijd des geloofs
Uit hetgeen wy ook tydens dezen oorlog
hoorden en lazen van Ds. Lion Cachet, streed
hij zooals van zelf spreekt, in zwakheid
en met gebrek alzoo.
Welnu, zij, die in het geloof staan en den
goeden stryd des geloofs altyd en op elk ter
rein van het leven strijden, grypen ook naar
het eeuwige leven. Daartoe nu zijn zy ook
geroepen. Geroepen nameiyk, hier om Chris
tus wil te Ïyden en om hiernamaals met
Hem te triomfeeren. Het heilig accoord dezer
roeping is door hen aanvaard, en mitsdien de
goede beiydenis afgelegd onder vele getuigen.
Van Ds. Lion Cachet geldt, zoowel als wel
eer van Timotheus, dat hy dit heeft gedaan.
Op 23-jarigen leeftijd toch aanvaardde hy, in
den jare 1862, reeds den stryd, als zendeling
onder de Mohamedanen, te Kaapstad.
Vier jaren later werkte hij te Alice, in Britsch
Kafferland. Weer zeven jaar later werd hy
leeraar der Gereformeerde Kerk, te Ladvsmith,
(Natal) en 5 jaar daarna te Utrecht in Trans
vaal. In 1874 trad hy, na geëxamineerd te
zijn, in de Herv. Kerk te Nieuw Loosdrecht,
in Nederland, als leeraar opdoch ging één
jaar later weer naar de Kaapkolonie, en wel
naar Villiersdorp. In 1876 kwam hij echter
weer terug naar Nederland en arbeidde sinds
eerst te Valkenburg en van 1883 af te Rotterdam.
Tegen den raad van zynen geneesheer in
maakte onze broeder zich druk met hetgeen
hier voor Transvaal kan en moet gedaan wor
den. Trouwens, niemand was hier als hy op
de hoogte van het Ïyden en den stryd onzer
broederen daar; en niemand was hier op de
hoogte als hy met de trouweloosheid en
de ongehoorde heerschzucht der Engelschen
tegenover onze broederen daar aan den dag ge
legd. Geen wonder dan ook dat hy, na de
aanmaning om met het oog op zijn hartkwaal
niet zoo druk te zijn, zeide„Zij wagen daar
voor recht, vryheid en eigendom hun leven,
laat my het dan hier doen". Dat heeft hy
gedaan, niettegenstaande hy van hen verschilde,
in betrekking tot hetgeen voor de Naturellen
kon en moest gedaan worden. Tegenover de
Engelschen dacht deze vriend der Engelschen,
gelijk onze broederen in Zuid-Afrika.
Nu, strydende als aan hunne zyde stierf hy
en ontving hij het einde des geloofs: de zalig
heid der ziele. Zalig zyn de dooden, die in
den Heere sterven, van nu aan, ja, zegt de
Geest; opdat zy rusten mogen van hunnen
arbeid; en hunne werken volgen hun na.
Deze zoon van Abraham, die met zyn
joodschen vader overkwam en Christus beleed,
had veel lief en arbeidde zoolang het dag was.
Littooij.
VARIA,
Een aangrijpend sterfgeval
Verleden Maandagavond zou onze bekende
Zendingsman, Ds. F. Lion Cachet uit Rotterdam
spreken in Bergen op Zoom. Ditmaal niet voor
de Zending. Maar voor wat thans aller harten
vervult: voor den vryheidskrijg onzer broede
ren in Zuid-Afrika. Wat waren onze vrienden
hier vol van. Wat hadden ze er mee op. Een
geheel gevulde zaal wachtte reeds om dezen keu
rig fynen en toch machtigen spreker te hooren.
Den ouden dominee van Ladysmith het woord
te 'hooren doen over de worsteling/waarvan
thans die stad het middelpunt is. 'tWas ook
waariyk belangstellingwekkend
Dan ach 't getal der gesneuvelden van
Transvaal zou onverwachts met een hunner
en onzer „mannen van beteekenis" worden ver
meerderd.
De voorzitter van Patrimonium, de heer
Freeman trad op en bracht den vergaderden
de droeve konde, dat de spreker in zijn hotel
door een flauwte was overvallen, die maar niet
wyken wou. En na nog een wyie wachtens kwam
een tweede boodschap, dat de toestand verer
gerde en van optreden geen sprake kon zyn.
Toen ging de vergadering diep ontroerd uiteen.
Om kwart voor negenen overleed de heer Ds.
Lion Cachet in de armen van Ds. v. d. Kooy.
Hij gevoelde zich reeds onwel, eer hy van huis
ging. Maar Bergen op Zoom trok hem, om zyn
ryke historische herinneringen zoo aan. Hij zou
't toch beproeven, daar te getuigen. En de ge
dachte bleef hem bij tot 't einde„Ik moet te
Bergen op Zoom spreken", zei hij, uit een
flauwte weer bijkomend. Nu, hij heeft er ge
sproken door dit zijn sterven in zijn roe
ping. Door dit zijn vallen op zyn post, in den
strijd voor een heilige zaak. Door dezen zynen
schoonen heldendood!
Ds. Lion, d. i. Levi Cachet, was een met zyn
vader overgekomene uit 't Jodendom tot Chris
tus' kerk. He t joodsche type hinderde soms in
dit krachtig, doch hoekig karakter. Hy was een
man van veel gaven. Een fyn stylist. Een man
van de pen. Prachtige boeken heeft hij geschre
ven. De worstelstrijd der Transvalers. Een boek,
dat onberekenbaar veel goed gedaan heeft aan
dit volk. Een Jaar op reis in dienst der Zending.
Ook een meesterwerk. Een cierlijk boek. Dat
den schryver overleven zal.
Voorts heeft hij gepredikt. Den vollen raad
Gods. Den 28 Januari 1835 in Holland geboren,
geraakte hij naar Zuid-Africa. Zyn broeder is er
hoogleeraar te Burgersdorp. Hy werd in '58
zendeling onder de Mohamedanen en leeraar te
Kaapstad, doch na 4 jaar trok hy naar Alice
in Britsch kafferland en werkte er onder de
inboorlingen. In 1865 werd hij predikant en
wel te Ladysmith, dat naar telegrammen
melden overgegeven is en waar weer de
vierkleur waait In '69 diende hij te Utrecht
in Transvaal. Nu kwam hij in moeite en trok
naar Nederland. Hier deed hij te Utrecht in
't Sticht coüoqium doctum en werd beroepbaar
gesteld in de Nederl. Hervormde kerk.
In N. Loosdrecht diende hy een jaar, maar hy
vroeg en kreeg eervol ontslag. Naar de Kaap
kolonie reisde Ds. Cachet terug en werd er
predikant in Villiersdorp. Doch op nieuw ver
liet hij Africa en werd predikant in Zuid-Hol
land te Valkenburg (1880) om eindelyk zijne
plaats te vinden in de groote gemeente van
Rotterdam (22 April 1883), waar hij de groene
vlag der Calvinistische beginselen ontplooide
en, gesteund door Ds. Geesink, Ds. Malco-
mesius en Ds. Krayenbelt de kerk den weg der
Reformatie in doleancie opleidde. Deinsden, toen
't op handelen aan kwam, laatstgenoemden vrij
karakterloos terug, Lion Cachet toonde ook nu
den moed zijner overtuiging te hebben en met
Dr. Geesinck reorganiseerde deze machtige
commandant zijn armee.
Meer nog dan de Kerk had de Zending zyn
hart. Jaren lang was hij zeer energiek lid en
buitenlandsch secretaris van 't Hoofdbestuur
der Ned. Geref. Zending-Vereeniging en had
een ruim aandeel in 't verdriet, door allerlei
onheil, misverstand en teleurstelling berokkend.
Toch hield hy moed en werkte ook om de
Geref. Kerken voor de Zending te bezielen door.
yt Zending-Congres, door hem met br. Hovy en
ondergeteekende tot dit doel saamgeroepen en
geleid, slaagde. Straks maakte Ds. Lion Cachet
zyn inspectiereis naar Java, en na de ineen
smelting der Kerken was hij de ziel der groote
Zendingscommissie. In Middelburg leed hy
voor zyne theorieën op Zendingsgebied de ne
derlaag. Daar werd een koers ingeslagen, die zyn
sympathie niet had. Toch bleef hij Redacteur
der Heidenbode, wier voorstukjes altoos ju
weeltjes waren. Hy zal niet licht te vervan
gen zijn.
Daar zyn tyden geweest, dat Ds. Cachet
hoogst impopulair was. En Uilenspiegel en de
geheele liberale pers hebben hem harephiolen
niet gespaard, want er ging kracht van hem
uit.
In de laatste dagen was hij bijna populair
geworden, waar hij meê optrok voor Transvaal.
Nu, dit zullen vriend en vijand getuigen
hij was een groote in Israël en hij heeft
gewerkt, zoo lang zijn dag heeft geduurd. Nu