Officiëele Berichten.
genezen met frrwispoeder, neen, dat doet me
denken aan 't verhaal van dien Amersfoorter,
die in de coupé zoo'n zware sigaar aanstak,
dat de locomatief den trein niet meer voort kon
krygen en een trekpot gehaald moest worden
op de locomatief te helpen
Bruispoeder, die 't bloed prikkelt, ze is te vin
den noch in een allopathische noch in een
homeopathische apotheek.
Na deze, helaas, onjuiste beeldspraak van den
schrijver, die doorgaans juist in de juistheid
zijner rijke beeldspraak een erfgoeduit
munt en ook om den schoonen vorm voor zijn
degelijke artikelen alom lezers vindt, komt
nu nog een volzin, die mij doet vragen, is dat
werkelijk waar?
Dr. K. verstout zich te betwijfelen,
,of de Zeeuwsche maag, die zooveel van zoe
tigheid houdt, de gepeperde kost, die Dr. W.
soms zijn lezers voorzet, zal kunnen verteren
Ia dat zoo? Zjjn 'de Zeeuwen zoo dol op
zoet?
Na, een boeren-babbelaar mag bij boer noch
arbeider ontbreken en ik begin ook al te
merken, dat sommige vrouwtjes ze lekker kun
nen klaarmaken.
Ook hoor ik, dat er, als men uitgaat, wel
eens veel geld verkwist wordt aan overmaat
van zoeten drank.
En verleden week moest ik bij een vriende
lijk moedertje suikerbakken smullen.
Doch doorgaans tracteeren de Zeeuwen elkaar
op zoute „bolletjes", en zoute „rotjes" en zoute
krakelingen, en behoort bij 't Zondagsmaal
zoutevisch
Opvallend zout is zelfs de Walchersche boter
en een hartig tarwebrood wordt ver boven de
flauwe wittebrooden voorgetrokken.
En wat de peper aangaat ik kan Dr. K.
verzekeren, dat de peperbus geschud wordt aan
eiken disch tot over de boter en roode kool toe.
Ik deel dus in de vrees mijns broeders niet,
doch begin mijn arbeid in de Zuider Kerkbod'
- recht dankbaar voor de vriendelijke uit-
noodiging, in de blijde verwachting dat
mijn lezers en ik werkelijk schik met elkaar
zullen hebben, dat 't Zeeuwsche volk mij met
welwillendheid en vertrouwen te gemoet zal
treden, dat ook als 't moet een gepeperd
stukje best zal bekomen en dat menig goed
woord, dat de Heere mij geve te schrijven, in
goede aarde zal vallen en gezegend worden
ook tot opbouw van Sion, tot uitbreiding des
Godsrijks en tot Eere van den Naam des
Heeren. Dr. W.
Op verzoek van een onzer lezers plaatsen
wij gaarne onderstaand gedeelte van een' van
•Gispen's welbekende Bazuin-brieven.
Red.
Aan een vriend te Jeruzalem.
Waarde Vriend,
Men kan het tegenwoordig aan alle Dag- en
Weekbladen merken, dat er weinig geschiedt,
en de heeren schrijvers zich pijnigen moeten
om de kolommen vol te krijgen.
Want het is een pijniging te moeten schrij
ven, als men eigenlijk niet weet, waarover
men schrijven zal.
Ook in de kerkelijke wereld gaat niet veel
om. Het kerkelijk conflict in de Christelijke
Gereformeerde gemeente te Suawoude, trekt
hier en daar de aandacht, maar groote sensa
tie schijnt het niet te zullen maken. Het is
dan ook geheel en al een huishoudelijke aan
gelegenheid van de broederen, die, de Gerefor
meerde kerkregeering verwerpende, onder een
macht zijn gekomen, die hunne vaderen van
'34 niet gekend, en waaraan deze zich nooit
zouden onderworpen hebben. De Synodale Com
missie had onder hen geen andere taak, dan
om de correspondentie te onderhouden met de
Hooge Overheid en met de Buitenlandsche
kerken. Zy had niet eens de bevoegdheid,
eenig advies te geven in zaken, die het inwen
dige leven der kerken betroffen, en zoo zij het
deed of eenige handeling van dien aard pleegde,
waren die handelingen voor de kerk krachteloos.
Dit stond uitdrukkelijk in het Reglement. Geen
Classicale vergadering kon het in het hoofd
krijgen een geheelen kerkeraad te schorsen en
met afzetting te dreigen, wegens ongehoorzaam
heid aan de besluiten der Synodale Commissie,
die trouwens volkomen onbevoegd was eenig
besluit te nemen.
Zij, die indertijd zooveel aanmerkingen had
den op het Reglement van '69 en ook op het
bestaan van een Synodale Commissie, kunnen
nu zeggenzie je wel, daar heb je nu het be-
wjjs van het gevaarlijke, dat in zulke dingen
steekt.
Doch zij vergissen zich.
Want in het Reglement van '69 is niet de
minste grond en is geen enkele term te vin
den, die zulk een optreden van de Synodale
Commissie zou wettigen.
Doch, gelijk ik zeide, het zijn huishoudelijke
aangelegenheden, waarin wij ons niet hebben
te mengen. We begrijpen echter goed, dat
onze oude en waardige broeder Dj. J. R.
Kreulen, die jaren lang een man is geweest,
die meetelde in het kerkelijke leven, zich, op
z\jn ouden dag, liever kerkelijk laat onthoofden,
dan zijn hoofd in den schoot leggen van oen
macht, tegen welke hij immer uit overtuiging
streed, en die op het erf der Gereformeerde
kerken nooit bestaan heeft en nooit bestaan
mag. En we betreuren het, dat zoovele broe
ders en zusters, ter goeder trouw, meenen
voort te gaan op de lijn van '34, doch metter
daad op een lijn zijn gebracht, die hen naar
een eind-statioD voert, waar de lijn van '34
hen nooit zou kunnen brengen, en waar de
vaderen van '34 nooit bedoeld hebben aan te
komen.
Hoogmoed (3.)
Is versieren een vrucht van hoogmoed?
Of is de begeerte om het leven sierlijk te
maken oorspronkelijk uit God
Staat daaromtrent ook iets in den By bel?
Ja, wel iets.
God zelf versiert zijn werk.
Job heeft het recht mogen opmerken en uit
roepen (h. 26 13) .Door zijnen Geest heeft
Hy de hemelen versierd."
Waar dus God de Heere zyne tente spande,
daar was Hy er op bedacht om die te versie
ren en als ge in de heerlijke winternachten,
die we onlangs genoten uwe oogen ophieft
naar den Hoogen, dan zaagt ge, hoe Godde
lijk heeriyk en verrukkeiyk schoon de versie
ring des uitspansels is, waar de melkweg zyn
lichtend spoor trekt en duizend sieriyke sterre-
beelden stralen, waarvan somtyds een enkele
flonkerster uw oog kan kluisteren met opgeto
gen bewondering. Waarlyk, waar God „den
wagen en hare kinderen" teekent aan 's Hemels
azuur of den diamantengordel van den orion
knoopt, daar versiert do Almachtige met blin
kend sieraad het werk Zyner handen.
Ook als het vooijaar wordt, hoe liefeiyk en
prachtig versiert dan de Heere God zyne na
tuur.
Wat sieraad toovert de lente om boom en
struik, als heel een kleed van bloezems, wit
en rood, uw hof bedekt en de voorjaarsbloem
met de schitterendste kleuren uw gaarde tooit.
En de Heiland zag met innig welgevallen
dit versieren aan.
O, 'tmoet dan ook zoo verrukkeiyk schoon
zyn in 't Heilige Land, als de winter voorby
is, de zangtijd genaakt en de bloemen ge
zien worden op het land.
Want tallooze lelietjes en anemonen schitte
ren tusschen 't groene gras, alsof een fijn en
levendig gekleurd en smetteloos rein tapjjt ge
weven ware over heuvelen en dalen.
En elk dezer bloemekes, nauwkeurig bezien,
is zoo sierlijk met bloembladen getooid, dat
de Heiland er van zeggen kan „ook Salomo
in al zyn heeriykheid is niet bekleed geweest
geiyk een van deze."
Het versieren is dus op zich zelf geen zondig
werk.'
Integendeel. Verwoesten, leeiyk maken, dat
doet de zonde. Maar versieren is het eigen
werk des welgevallens Gods.
Moet het dan ook niet het werk zyn van den
naar Gods beeld geschapen mensch?
Of past het den zotidaar niet?
Toe laat ons over dit puntje nog eens
denken. Dr. W.
Door de Classis Zwolle werden in hare ver
gadering van 2 Febr. j.l. onderzocht en be
roepbaar verklaard in de Geref. Kerken de Hee
ren J. D. Heersink en H. Reiners cand. in de
H. Godgel.
Beroepen te Ten Post ds. C. J. Bos te Op-
einde— Nyega; te Aalten A ds. J. M. Mulder te
's Hertogenbosch (vroeger te Aalten A)te
Wommels ds. K. Troost te Naaldwykte Hin
delopen J. E. Ryenga cand. te De Lemmer; te
Stryen ds. C. Oranje te Berkel.
Aangenomen naar Boxum door ds. N. Y. van
Goor te Hazerswoudenaar Zalk door J. E.
Reyenga cand. te De Lemmer.
Bedankt voor Blokzyi door ds. F. Bruinsma
te Oldeboorn; voor Hindelopen, Tzummarum,
Zuidwolde en Westmaas door J. E. Reyenga
cand. te Den Helder; voor Geldermalsen door
ds. A. H. d. Kooi te Bergen op Zoom.
De heer M. H. A. v. d. Valk beroepen pre
dikant te Murmerwoude die op zyn besluit was
teruggekomen om 't beroep aan te nemen, is
op dringend verzoek andermaal van besluit
veranderd en heeft thans 't beroep opnieuw
aangenomen.
Leden der Geref. Kerk van Middelburg (C),
welke in krankheid of in andere omstandig
heden behoefte hebben aan geesteiyken raad
of hulp, worden verzocht zich te wenden tot
den broeder Ouderling hunner wyk.
De wijken zyn thans verdeeld als volgt
Wyken A, B, C, D en E Br. J. J. Dormaar.
F, O en V B. Leynse.
S, T en U C. Cornelisse.
H en I C. Verhage.
L, P, Q en R J. Maljers.
M en N C.H.deWagemaker.
G, K en 't Zand D. de Ryke.
De wyk verdeeling van broeders Diakenen is
aldus
Wyken A, B, C en D. Br. J. J. Fanoy.
E, F, G, H en I J. A. van Nederveen
K en 'tZand I. de Wolff.
L, P. en Q J. Janse.
M, R en S J. Tilroe.
N en O J. J. Stoel.
T, U en V K. Ie Cointre.
Arnemuiden. In overeenstemming met de
uitspraak der gemeente is door den kerkeraad
alhier tot herder en leeraar beroepen de Wel-
Eerw. Heer W. Verhoeflf Az. te Gerkesklooster.
Dat de Heere het hart van Z.Eerw. moge nei
gen om tot ons over te komen is de wensch
van kerkeraad en gemeente.
Namens den kerkeraad:
P. Boone Pz., Praeses.
P. Boone Cz., Scriba.
Vacature diensten in de Classe Klundert.
Moebdijk. Antwebpen.
12 Febr. '99. Ds. Voigt.
19 D3. de Vries.
26 Ds. Offringa.
12 Mrt. Ds. v. d. Velden.
19 Ds. Ouendag.
26 Ds. de Vries.
9 Apr. Ds. Ouendag.
16 Ds. Schouten.
23 Ds. Schouten.
7 Mei Ds. Kapteyn.
14 Ds. Kapteyn.
Op last der Classe,
J. C. C. Voigt, Quaestor.
Raamsdonk, 8 Febr. '99.
Collecten te houden in de Classis Klundert.
Maart 1899. Voor de Theol. School.
April Voor de Hulpbeh. kerken
buiten de Classe.
Mei Voor de Inw. Zendingen By bel
colp. in N.-B. en Limb.
Met vriendelyk verzoek om de collecte voor
de Hulpbeh. kerken reeds in Februari te hou
den en zoo spoedig mogelyk den Quaestor toe
te zenden.
Namens de Classe,
J. C. C. Voigt, Quaestor.
Raamsdonk, 8 Fobr. '99.
Bergen op Zoom, 6 Februari 1899.
Onze geachte Herder en Leeraar Ds. A. H. v.
d. Kooi deelde gisteren Zondag de Gemeente
mede dat ZEerw. voor het beroep naar Gelder-
malsem had moeten bedanken.
Moge 's Heere zegen op dit besluit rusten en
strekken tot heil der Gemeente aan deze plaats.
Namens den Kerkeraad,
A. Klaassen, Scriba.
Verantwoording van Liefdegaven.
Door Br. diakenen Geref. Kerk Middelburg
C met vriendeiyken dank ontvangen uit de
collecte 29 Januari f6—, voor Brandstoffen.
Voor de school Ooltgensplaat f2—.
i. de Wolff, Diak. Boekh.
Vlissingen B. In dank ontvangenvoor de
Heidenpenning: P. v. d. P. 52 halve c., voor
de Geref. kerk van Antwerpen f 2.50.
Namens den kerkeraad:
C. P. 1. Dommisse, Scriba.
CORRESPONDENTIE.
Wegens plaatsgebrek moesten verschillende
stukken tot een volgend no. overstaan.
Ds. K. Dank voor de toezending. De prys ia
echter 20 en niet 10 cent.