Uit de Heilige Schrift.
KERK.
VRIJDAG 30 SEPTEMBER 1898.
No. 38.
^VeEKBLAD GEWIJD AAN DE jDELANGEN DER pEREFORMEERDE J^ERKEN
IN ^EELAND, JtfoORD-jBRABANó** EN |_IMBURG.
Ds. J. HULSEBOS, en Ds. A. LITT00IJ.
Jaargang.
Want de HEERE is onze Rechter,
de HEERE is onze Wetgever, de
HEEÏLE is onze Koning; Hij zal ons
hebotiaen.
Jesaja 35 22.
ONDER REDACTIE VAN
Doch .Samuel zeideHeeft de HEERE
lust aan Brandofl'eren en Slachtofferen, als
aan het gehoorzamen van destem desHee-
ren Zie, gehoorzamen is beter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der ramraen.
1 Sam. 15 22.
Abonnement per 8 maanden f 0.35. Afzonderlijke nos.
8 cent. Advertentiën van 1 5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Uitgever:
K. LE COINTRE
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentien enz., gelieve men
tijdig, uiterlyk Vrijdagmorgen, bij den
Uitgever in te zenden.
EEN GEBED VOOR DE GEMEENTE.
Om deze oorzaak buig ik mijne knieën tot
den Vader van onzen Heere Jezus Christus
uit welken al het geslacht in de hemelen
en op de aarde genoemd wordt;
opdat Hij u geve, naar den rijkdom zijner
heerlijkheid, met kracht versterkt te worden
door zijnen Geest in den inwendigen mensch
opdat Christus door het geloof in uwe
harten wone, en gy in de liefde geworteld
en gegrond zijt;
opdat gij ten volle kondet begrypen met
al de heiligen, welke de breedte, en lengte,
en diepte, en hoogte zij,
En bekennen de liefde van Christus, die
de kennis te boven gaat, opdat gy vervuld
wordt tot al de volheid Gods.
Efezex 3 1419.
Als dryfveer tot des apostels gebed en om
hem daarin vrijmoedigheid te schenken gebruikt
de Heilige Geest de kennelijke openbaring van
Gods wil, om ook uit de heidenen zijne uitver
korenen te vergaderen, zooals het zoo duidelijk
te Efezen bleek. Waren de heidenen geroepen
tot het koninkrijk Gods, dan kwamen hun ook
alle heilgoederen toe, en werden de eerstelin
gen des Geestes aan hen gezien, dan mocht
ook voortgaande een rijke openbaring van Gods
genade aan en in hen worden verwacht
En zoo stort dan de apostel zijn, de broederen
liefhebbend hart in dit vurig gebed uit. Moch
ten zoo de leeraars voor de gemeente, de broe
ders voor de broederen bidden
De apostel is geheel vervuld van dien heer
lijken trap van openbaring der genade, dat ook
de heidenen erfgenamen zijn. Ziet het reeds in
den aanvang van het gebed. XJit wélken (Chris
tus) al het geslacht in de hemelen en op de aard*
genoemd wordt. Christus is het Hoofd der
triomfeerende kerk in de hemelen en der strij
dende hier op aarde, het Hoofd van alle ge
slacht der kinderen Gods, der Engelen, maar
ook der geloovigen van alle geslacht, zoo uit
heidenen als uit Joden.
Wij zien hier ook wederom duidelijk, hoe er
een opwassen in de genade moet worden ge
zocht en gekend en daar ook, gelijk in het
natuurlijke, in het geestelijke een toenemen is
door Gods kracht.
Hij (God de Vader) geve u, naar den rijkdom
zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden
door zijnen Geest in den inwendigen mensch.
De Heere wil hierom ook gevraagd zijn, er
moet dus een nauw letten zijn op den wasdom
bij ons zeiven en anderen. En gewis behoort
hiertoe een nauwgezet en biddend gebruik der
genade-middelen. Ziet dan, hoe hy hoort en
miskent de bedoeling des Heeren met de Hei
lige Bondzegelen niet.
Het wassen en toenemen zal zich hierin
openbaren, dat Christus door het geloof in uwe
harten wone De gemeenschap met Christus
wordt een wonen (blijven) van Christus in de
harten. Christus woont niet in 't bloote ver
stand, noch in den mond, maar in het hart,
vanwaar uit Hij alles regeert. Hy woont in
het hart niet vleeschelyk, maar geestelijk door
het geloof.
De apostel bidt dus ook om voortduring van
het geloof en, als uitvloeisel daarvan, ook van
de liefde, zoodat zij in de liefde geworteld en
gegrond zijn, en dat al op grond van Gods
trouwe beloften.
En de liefde leidt wederom tot kennis, tot
een begrijpen (gelyk dat aan Gods kinderen
wordt gegeven steeds meer en eenmaal, naar
de mate hun verleend, in alle volheid) van het
heerlijk verlossingsplan opdat gij ten volle kon
det begrijpen met al de heiligen wélke de breedte
en lengte en diepte en hoogte zij.
Maar in die kennis vormt de eeuwige liefde
Gods, de liefde en genade des Zoons in de ge
meenschap des Geestes het middenpunt. De
apostel vat dit punt afzonderlijk op, uit al de
schitterende edelgesteenten van Gods verlos
singsplan voor zijn volk uit Joden en Heidenen,
dit heerlijk kroonjuweel! Van genade tot ge
nade is hier de weg. De Heere stort zijne
liefde in de harten urt, opdat zijne liefde meer
gekend worde. En bekennen de liefde van
Christus, die de kennis te boven gaat.
Bekennen is zeer van nabij kennen, smaken.
En die liefde is overvlot iend, gaat de bevatting
van Gods kinderen teVooven, zij worden er
door overweldigd, voelen er zictiSin verzinken.
En die kracht der liefde zal zich meer en meer
doen gevoelen, totdat eenmaal na dit ieven de
volheid der inwoning Gods in de geloovigen
zal worden gesmaakt.
Zoo eindigt het gebedopdat gij vervuld
wordt tot al de volheid Gods. Lezerkent gij
dien weg! Is het reeds door genade uw be
geeren Hulsebos.
Uit de geschiedenis der kerk.
VAN MIDDELBURG NAAR 's GRAVENHAGE.
II
Na vader Willem's dood, was het ook bij
den nog zeer jeugdigen leeftijd van prins
Maurits een moeieiyke, hachelyke en verwarde
tijd. Men zocht steun van buiten. Maar de
koning van Frankrijk weigerde de souvereini-
teit van deze landen. Elizabeth, koningin van
Engeland, durfde dit ook niet aan uit vrees
voor de wraak van Spanje. Na eenig aarzelen
besloot zij eindelyk een klein leger onder bevel
van een harer gunstelingen ter bescherming
dezer landen tegen Spanje te zenden. Dienten
gevolge landde Robert Dudley graaf van Lei-
cester, (1) 20 December 1585 te Vlissingen en
werd met groote eer en blijdschap ontvangen
en ingehaald. Groot waren de verwachtingen.
Een gedenkpenning werd in Zeeland geslagen
met het omschriftLuctor et emergo, auctore
Deo, farente regina (JA: strijd en kom er uit,
door Gods bestel en de gunst der koningin.)
Deze verwachtingen, die men koesterde, zyn
vrjj wat teleurgesteld. God deed door eenen
anderen weg ons Nederland verkwikking toe
komen.
Maar, hoe kort het verblijf van Leicester in
onze gewesten geweest is (1585—1587 en dan
nog met eene tusschenpoos) en hoe weinig hy
den verwarden staat der zaken vermocht te
beteren, voor de gereformeerde kerken heeft
hij evenwel eene algemeene synode doen ver
gaderen en hare kerkenorde nog bekrachtigd.
Onuitsprekelijke genegenheid bewezen hem
die van de kerken waren. In plaats van een
hertog van Anjou (vroegere beschermheer) da
gelijks ter misse te zien gaan, die zich ver
pijnde om het vervallen pausdom weder op te
richten, zagen zij nu dezen heer openlijk het
avondmaal houden en niet dan brandenden
ijver ter bevordering van den hervormden
godsdienst ademen". (Hooft). Zoodra hy te
Vlissingen voet aan wal gezet had, trok hy
met al zyne edellieden en hofdienaars naar de
kerk, waar een Engelsch predikant de leerrede
hield. Ook zag men met groote vreugd dat
hij kort daarna in andere steden van Holland,
„tot verscheiden reijsen openlijck ten Nachtmaal
ginck
Van zyne zorgen voor de kerk gaf Leicester
al dadeiyk blyk, toen hij te Utrecht kwam.
Daar waren twee afdeelingen in de hervormde
kerk. De predikant Duifhuis (vroeger pastoor)
leefde met zyne gemeente afgezonderd. Hunne
kerken (de Jacobi- en Maria-kerk) werden druk
bezocht „ook vande beste en gequalificeerste der
stadt". Leicester liet eenige predikanten van
de consistorie (de andere afdeeling) en van die
van St. Jacob b(j zich komen en zeide tot hen
te verstaan, dat zij zich met elkander zouden
vereenigen, alzoo hij die scheuring ondienstelyk
hield. Hoe weinig dit den predikanten van
St. Jacob ook beviel, de vereeniging ging door.
De vereenigingsacte bestond uit 18 artikelen.
Onder de onderteekenaars van de zijde der
consistorie treft men aanHerman Modetu en
ook Wernerus Helmichius. Een leêraar van
St. Jacob, Taco Sijbrants, die zich in de ver
eeniging niet vinden kon, verliet Utrecht en
werd predikant te Medemblik. (2)
Leicester was Calvinist in zijn hart en hoofd
der Puriteinsche partij in Engeland, welke hij
ijverig beschermde, al liep hij gevaar er de
gunst zijner koningin door te verliezen.
Intusschen werd de behoefte aan eene alge
meene synode weder dringend gevoeld. Cool-
haes ging nog maar steeds voort te schrijven
tegen het bevel van staten en synode. Her
manns Herberts, predikant te Gouda, bracht
velerlei beroering door zyne corte verklaringe
van Rom. 2 28. Buitendien was het er nog
ver af, dat de regelen van bestuur, door vroe
gere synoden vastgesteld, overal in werking
waren gebracht, zooals de goede orde in de
kerken eischte. Daarom werden de algemeene
staten, maar bizonder Leicester gebeden, om
eene nationale synode byeen te doen roepen,
die naar het besluit der jongste synode van
Middelburg (1581) art. 35 om de drie jaren
moest gehouden worden en dus reeds in 1584
had behooren te vergaderen. Leicester gaf aan
het verzoek gehoor, hetgeen door prins Maurits
en andere overheden tot kennis der kerken
werd gebracht.
De particuliere synode van Zuid-Holland,
vergaderd te Rotterdam, 2 Juni, nam de noo-
dige voorbereidenden maatregelen, waarop den
20 Juni 1586 de nationale synode te'sGraven-
hage werd geopend. Hulsebos.
(1) Spreek uitLester.
{2) Leicester, thans levende, zou zeker geen ge
noegen nemen in het lange dralen, om a en b uit
sommige kerken weg te doen.