Ziekenverpleging, vinden, de Spanjaarden ophemelende en ons volk verguizende. Maar misschien bedriegen wij ons. „Errare humanum est." Welligt zyn de Spanjaarden engelen des lichts en is hunne heerschappij het begin der eeuw van vrede. Hoe zij op Cuba „de resteerende opstandelingen (200.000 zijn er reeds van honger omgekomen), behan delen, werd den lezer vroeger medegedeeld. Maar dat zijn rebellen die, volgens de Kozaksche leer, loon naar werk ontvangen. Hoe zij on der de vreedzame bevolking der Philippijnen huis hielden, blykt uit eene mededeeling, die in „The Independent" van 14 April voorkwam. „Volstrekte armoede", schrijft een oogge tuige. 'tis de regel onder de beschaafde inboor lingen, en de oorzaak er van moet gezocht worden in de zware lasten welke hun door hunne Spaansche heeren opgelegd worden. Elk meerdeijarig persoon boven de achttieu jaren moet zichjaarlijks van een credula per sonal of „acte van identificatie" voor welke, naar gelang der middelen van den aanvrager, van 1 dollar 50 tot 25 dollar gerekend wordt. Hoe zwaar deze belasting vallen moet, wordt duidelijk, als men verneemt, dat het loon dezer lieden vijf centen per dag bedraagt. Behalve deze hoofdelijke belasting is er belasting op de cocoa-notenboomen, op lastbeesten, op het geslacht, op patenten, op oliepersen, op maten en gewigten, op hanengevechten, en wat niet al meer. By eiken voetstap wordt de arme inboorling om tributo aangesproken, en dikwijls is ziin leven éene vruchtelooze poging om de geldelijke verpligtingeD, hem aldus op gelegd, na te komen. Indien de verbazende sommen welke aldus te zamen geschraapt worden, tot ontwikkeling der kolonie werden aangewend, zoude er voor het inzamelen er van eenige vergoeding zijn maar het grootste gedeelte gaat in de zakken der Spaansche ambthouders. Dezen mesten zich vet en laten de inboorlin gen als vee verhongeren. Zij die in de belastingen achterstallig zijn, worden met de meeste gestrengheid vervolgd. Eerst worden zij, half ontkleed, onbarmhartig gegeeseld. Ik heb vrouwen deze afschuwelijke straf zien ondergaan. Daarop volgt gevanke- ïyke bewaring, om nabestaanden tot bijstand te dringen. Soms wordt aan dochters gelegen heid geschonken om hare ouders te bevrijden met opoffering harer eer. Als geen dezer mid delen baat, volgt deportatie met confiscatie van eigendommen, en vrouwen en kinderen worden aan hun lot overgelaten. Ik heb eens 44 man nen zien deporteren, omdat zij van twee tot veertig dollars belasting schuldig waren. Ik vernam, dat zij tot hunne huisgezinnen kon den terugkeeren, zoodra hunne schulden vol daan waren met werk, voor hetwelk hun zes centen per dag toegestaan werd, wordende vyf centen per dag voor hun onderhoud gerekend. „Alle beschaafde inboorlingen behooren tot de Roomsch Katholieke kerk en hunne opvoe ding bepaalt zich tot het van buiten leeren van eenige vragen uit den catechismus. In elke parochie is de p a d r e een soort van half god. De inboorlingen bewijzen hem byna god delijke eer, zijne handen kussende zoo dikwijls hun de gelegenheid geschonken wordt, en al zijne bevelen zonder tegenspraak nakomende. Dat hij persoonlijk verantwoordelijk is voor de talrijke half blanke bevolking die, met weinige uitzonderingen, in zijne omgeving opspringt, wordt niet eens ontkend—" Maar „De Bazuin" vindt dat misschien loffe lijk op zijn Kozaksch gesproken. Wy in Amerika keuren, in onze verkeerd heid, zulke praktijken niet goed, en als wij er goed en bloed voor over hebben, om in onze buurt daaraan een einde te maken, dat is onze zaak. Wy erkennen echter gaarne, dat wij ons in de aangelegenheden in het andere halfrond niet behoorden te mengen, en schrij ver vraagt daarom, in naam zijner landgenoo- ten, verschooning bij „De Bazuin" voor de po gingen welke weder door Amerikaansche zen delingen aangewend worden, om „de restee rende opstandelingen" in Armenië by te staan. Zoo las ik in „The Independent" van 21 April „Onder dagteekening van den 20sten February wordt geschreven, dat onze zendelingen met wyze onpartydigheid de bydragen voor de nood- lydenden verdeeld hebben. De verdeeling van ossen was voor de lieden van niet minder be lang, dan die van wollen en katoenen kleede ren. Aan 13 zendelingen werden gegeven 42 ossenaan 122 dorpsbewoners, 1,091 ossen in het geheel 1346. Met deze ossen werd ook zaad gegeven, zoodat het mogelyk werd, vele velden te ploegen en te bezaaijen. Het was aandoenlijk te zien, hoe de landlieden de ossen die hun gegeven werden, kusten en omhels den. Eenigen zeiden, dat de dieren juist ge leken op die, wélke hun door de Turken ont roofd waren, en zoo was het net, als of een afgedwaalde huisgenoot weder te huis geko men was." Maar genoeg hiervan. Deze bystand aan „de resteerende opstandelingen" verleend, worde ons niet ten kwade geduid door „De Bazuin" en anderen, die de dingen op zyn Kozaksch bekijken." X. Men schryft onsIn de j.l. Woensdag te Hoo- geveen gehouden Provinciale synode derGeref. Kerken in Drente werd met ingang van 1 Juli e. k. benoemd tot colporteur-bybellezer onze vroegere gewestgenoot de heer J. de Braai Cz. oud-agent van de vereeniging voor Christeiyk- Nationaal Schoolonderwys. Het werk van dezen broeder is voornameiyk op die dorpen in Drente te arbeiden door huis bezoek, tiactaat- en by bel verspreiding, waarde kennis der waarheid zoo goed als geheel is verloren geraakt. In dezelfde courant staat nog een stuk ge- teekend J. I. Fles, dat er van langs trekt tegen Prof. Noordtzij. Maar naar het ons voorkomt, vat De Volks vriend het wel zoo erg op, als Ds. Gispen en prof. Noordtzij het gemeend hebben. Dat deze broederen zoo absoluut party kiezen voor Spanje gelooven wij niet. Naar het my van eerstaf voorkwam, en door my ook uitgesproken werd, is het Amerikaansche volik inderdaad verontwaardigd geworden, over Spanje's onmenschelijke handelingen op Cuba. Als weleer onder Alva in Nederland openbaarde het zich nog op het einde der 19e eeuw op dit groote Eiland. Tengevolge van de rechtmatige verontwaardiging van het Amerikaansche volk werd, naar wy gelooven, de president ten slotte gedwongen den oorlog aan te vangen. In het manifest is van die verontwaardiging en die menschenliefde dan ook slechts sprake. En zoo lang ons het tegendeel niet gebleken is, zoolang niet gebleken is, dat het de Ame rikanen te doen is, om landen en volken in bezit te krygen, moeten wy, meenen we, ons daaraan houden. Wy nemen eerst aan, dat iemand een veinsaard is, of op verovering uit gaat, wanneer dat is gebleken. Welnu dien regel moeten wy dan ook tegenover het Amerikaansche volk in dezen toepassen. Want het recht om er zich mee te bemoeien hadden zy immers zoo goed als wij het zouden hebben, wanneer wy zagen, dat een heer zyne onderhoorigen mishandelde, ja naar het leven stond. En dat de kosten, die er oploopen voor re kening zyn van hem, die naar goeden raad niet luisteren wilde, is biliyk. Littoou. VARIA. Te West-kapelle. "Verleden Zondagavond stroomden honderden menschen van Westkapelle naar een schuur, die door enkele belangstellende broederen inge richt was tot spreeklocaal Zeker 250 menschen vonden er binnen plaats en de schrale Noorde- wind blies niet fel genoeg om tal van toehoor ders te verdry ven, die in 't ronde stonden te luisteren. Dr. Wagenaar uit Middelburg, die verklaard had, gaarne eens in West-kapelle op te treden, sprak over de ondenkbare zondaarsliefde Gods in Christus voor ellendigen, die in 't verderf liggen door afval en zonde en het aloude Evan gelie uit Joh. 3 16 werd met groote aan dacht aangehoord. Geen enkele wanklank stoor de het stille en lieflijke van dit samenzyn en marechaussee en politie immers door de welwillendheid van den heer Burgemeester aan wezig kon rustig toeluisteren. De spreker beloofde zijn best te zullen doen, opdat geregeld een Zondagavond dienst gehouden worden moge. En dat de West-kappelaren hiervoor iets over hebben, bleek uit de collecte, die f 5.83 bedroeg. Zegen de Heere dit pogen om ook in 't volk rijk West-kapelle het koninkrijk Gods te bevor deren en de vervallen hutte Davids te herbou wen. Beroepen te Fynaart J. A. de Vries cand. te Amsterdam te Winsum ds. D. Steenhuis te Blya; te Buitenpost ds. H. M. Dethmers te Paesens; te Steenwyk B dr. J. Hania te Oos- terbierum; te Brussel ds. J. H. M. G. Wolf te Maasland. Aangenomen naar Uelsen door L. H. Duin cand. te Koevorden naar Opperdoes door R. J. Aalberts cand. te Amsterdam. Bedankt voor Hindelopen door R. J. Aalberts cand. te Amsterdam voor Pieterburen en voor Zuidwolde door L. H. Duin cand.voor Den Helder en voor Woubrugge door dr. J. Hania te Oosterbierumvoor Sneek door ds. H. J. Reuyi te Dordrechtvoor Kockengen door ds. A. Nawyn te Terschellingvoor Winsum door ds. D. Steenhuis te Blya; yoor St. Jacobi Pa rochie door ds. J. Sybrandi te Mildamvoor MurmerWoude door ds. C. J. Bos te Nyega. Eenige weken geleden bevatte de Heraut een artikel over Gereformeerde Ziekenverzorging, wat ook in Zeeland wel mag worden gelezen en overwogen. Meerdere belangstelling voor deze zaak is gewenscht. Moge daartoe de opname dienstig zyn. Het stuk luidt als volgt Geiyk we reeds vroeger opmerkten is een hospitaal ons niet het ideaal van ziekenver pleging. Het huisgezin behoudt ook hier de eerste rechten, en de eerste plichten zyn ook hier aan het huisgezin opgelegd. Dit punt laten we echter voorshands rusten, om nu alleen de vraag te stellen, of wy Gere formeerden het zonder een eigen zieken- of krankenhuis van meer algemeenen aard doen kunnen. En dan luidt ons antwoord, dat we o. i. zulk een krankenhuis niet ontberen kunnen en dat wel om de navolgende redenen lo. Omdat de heelkundige operation geble ken zijn, zulk een inrichting en zulk een voor- zorge te behoeven, dat alleen in een opzetteiyk daarvoor ingericht lokaal zulk een operatie van eenigszins ernstigen aard mag onderno men worden, wil men niet in stryd handelen met het 6e gebod, dat ons verbiedt, ons in eenig gevaar te brengen van ons leven, waar dat te myden is. Zulk gevaar voor ons leven nu levert een operatie aan huis metterdaad op, en alleen in een ziekenhuis zyn die inrichtingen te vinden en die voorzorgen te nemen, die dit gevaar, zooveel aan ons staat, kunuen afwenden. 2o. Omdat er vele personen zyn, die niet in een gezin, maar op kamers wonen, en alzoo by ziekte verzorging missen. 3o. Omdat veler woning, helaas, nog zoo be perkt en hygiënisch slecht ingericht is, dat men het ïyden van den kranke verhoogt, door hem te midden van zulk een drukte en zulk een atmosfeer te laten liggen. En 4o omdat ook by verpleging in huis vaak hulp van ziekenverpleegsters of ziekenverple gers noodig is, en deze alleen in een degeiyk ziekenhuis de noodige oefening en ervaring kunnen opdoen. Komt men nu tot de tweede vraag, of voor dit alles juist een Gereformeerd ziekenhuis noo dig is, zoo beantwoorden wy ook die vraag bevestigend, en beginnen daarby met te ver- wyzen naar wat Ds. Hulsebos onlangs sprak, en waarin vooral het onderstaande de aandacht verdient. „Wy hebben nu met de roeping der Gereformeerden met het oog op de ziekenverzorging te doen. Maar, zoo zal men zeggen Is dit nu eene speciaal Gereformeerde roeping? Is de zieken verzorging niet eene algemeen christeiyke, laat staan menscheiyke roeping? Wij antwoorden Welk Gereformeerd leerstuk of welke Gereformeerde roeping is ten slotte niet algemeen christeiyk of moest eigeniyk niet door alle menschen worden erkend Het is dan ook juist het zuiver-christeiyke en onder en door de wonderen der genade zuiver-mensche- ïyke, wat wy in het Gereformeerde zoeken en vinden en prijzen. Gereformeerd te zyn, zegt dan ook nog al iets. De roeping der Gereformeerden met het oog op de ziekenverzorging is in den grond niet anders dan de roeping van den christen, en welver* staan, de regel, dien God de Heere in zyn Woord het menschenkind stelt. Doch allen ver staan dat niet en weten dit niet, of nog niet. En de Gereformeerden, die beiyders van de gezuiverde Belijdenis der Waarheid, zyn in de eerste plaats (welk een voorrecht en eerever waardigd deze roeping te betrachten en aan het licht te brengen. Maar, is er dan waariyk onderscheid? Het zal wel biyken, als wy het een en ander op merken. Voor het oppervlakkige moge er veel geiyk zyn, in het wezen en in den wortel is

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1898 | | pagina 2