Uit de Heilige Schrift.
7e Jaargang.
VRIJDAG 14 JANUARI 1S98-
^/eekblad gewijd aan de JBelangen der Gereformeerde [Ierken
in ^eeland, j^oord-j^rabant en j-vimburg.
Ds. J. HULSEBOS, Ds. J. H. FERINGA
en Ds. A. LITTOOIJ.
varia;
No. V
Want de HEERE is onze Rechter,
de HEERE is onze Wetgever, de
HEERE is onze KoningHij zal ons
behouden.
Jesaja 33 22.
ONDER REDACTIE VAN
Doch Samuel zeideHeeft de HEERE
lust aan Brandofferen en Slachtofferen, als
aan het gehoorzamen van de stem des Hee-
ren Zie, gehoorzamen is be ter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der rammen.
1 Sam. 15 22.
Abonnmeent per 3 maanden f 0.85. Afzonderiyke nos.
3 cent. Advcrtentiën van 1 5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Uitgever:
K. L E do I NT B E
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentien enz., gelieve men
tydig, uiteriyk Vrijdagmorgen, by den
Uitgever in te zenden.
EEN BELANGRIJKE RONDZENDING.
„Het geschiedde nu des anderen
daags, als de Filistijnen kwamen
om de verslagenen te plunderen, zoo
vonden zij Saul en zijne zonen, lig
gende op het gebergte Gilbea. En
zjj plunderden hem, en zij namen
zyn hoofd en zijne wapenen, en zij
zonden ze in der Filistijnen land
rondom, om dit te boodschappen aan
hunne afgoden, en aan het volk.
1 Kronieken 10 8 en 9.
Tweeërlei leering biedt het tweetal verzen,
dat aan het hoofd van dit artikel geplaatst is.
Een ernstige vermaning voor leden der Kerk
allereerst.
Hier wordt iets rondgezonden. Iets vreese-
lijks. Iets walgelijks. Iets ergeriyks. Maar tevens
een voorwerp van ongemeene belangstelling.
Van buitengewone beteekenis. Een menschen-
hoofd van den gestorven romp gesneden, en
in wilden triomf met ruwe vroolykheid rond
gevoerd!
Wanneer Benjamins zonen dien smaad ver
nemen, krimpt den zonen van Jemini het hart
ineen. Wanneer Ephraïms moeders die treur
mare weten, klemmen ze ontroerd haar kinde
ren aan den boezem en schouwen schuchter naar
een schuilplaats om. Wanneer Judaas maagden
van dit uiteinde hooren, ontvalt het muziek
instrument aan de sidderende hand. Wanneer
het Jabes' krygeren ter oore komt, grypen zij
gramstorig het wapentuig om de smaadheid af
te wentelen van den man, die hen van smart
en smaad had bevrijd.
By de onbesnedenen daarentegen weerklinkt
het feestgeschal. Bytende spot, smadeiyke be
schimping brengen Kanaans stryders over de
gevangen kinderen Isiaëls en hun gevallen
vorst, Rond zenden ze het hoofd van Israëls
Heldenkoning. En elke nieuwe plaats begroet
het hoofd van den machteloozen vijand met
nieuw gejuich. Niet één mag van die vreugde
zyn uitgesloten. Niet één mag van dit goede
nieuws onkundig blijven Smaad Israël, o Filis
tijnen hoont Israëls God, o gy overwinnaars
van Juda, ziet Uw Goden hebben overwonnen
ziet hier Uws gevreesden vyands hoofd
Hoe vreeselyk, die menschonteerende rond
zending 1 Hoe ergerlijk, die smaad voor de Kerk
Hoe ontzettend, die hoon van God
Waarom is deze rondzending geschied
Omdat de zonen en dochteren der Kerk het
Woord huns God verlieten voor andere wegen.
Omdat ze een andere openbaring begeerden
dan de van God gegevene. Omdat ze iets meer
aandoenlijks, iets meer zienlyks, iets meer met
hun smaak overeenkomends, iets minder nuch
ters begeerden dan het eenvoudige woord van
den levenden God. Waar God zweeg, wilden
zy toch weten. Wat God verborg, toch kennen.
Wat God in Zyn Woord zeide, langs anderen
weg weten of liever iets anders weten. En
die diep-zondige eigenwilligheid en waanwysheid,
met ongeloof en bygeloof hand aan hand hadden
den overtreder onder gang en allen smaad
gebracht. De beide verzen aan het einde van
ods hoofdstuk zeggen het ons: Het was, omdat
Saul zich niet hield aan het Woordwat by
.hem te meer openbaar werd door zyn zich over
geven aan de zonde van tooverij en waarzeg-
gery.
Zoo straft de Heere alle dwaze toovery-en
bygeloofs-inbeelding. Zoo wreekt Hy alle in
de plaats van Zyn Woord gezochte aandoening
des gevoelsVoorwaar de zending van Sauls
hoofd en wapenen in der Filistynen land ron
dom om te boodschappen aan het volk heeft
twee ernstige vermaningen voor de leden der
Kerk
„Laat U met byjgeloovige kunstenarijen niet
in", is de eene. En de andere is„Zoekt geen
Heil in eigen toil, gevoel of welenmaar houdt
U aan Gods Woord 1"
De keerzyde ziet op de Zending.
„Zy zonden ze in der Filistynen land ron
dom, om dit te boodschappen aan hunne af
goden."
Is dat geen Zendingswoord?
Wat is toch het Heidendom beklageiyk Wat
is het dwaas Wat is het Godonteerend
Arme Heidenen Ze donken nog al, dat ze
het erg goed hebben bedacht. Ze doen het,
huns inziens, verbazend mooi!
Ze slaan geen enkelen god over. Ze zenden
Sauls hoofd overal rond, „om te boodschappen
aan hun afgoden
Er mocht anders eens een jaloersch worden.
Er mocht eens een zich vergissen. Er mocht
eens een niet op de hoogte zijn. Er mocht eens
een van de blijdschap der overwinning versto
ken blijven
Arme afgoden, die noodig hebben, dat men
hun een boodschap moet sturenArm Heiden
dom, dat zulke goden heeftEen God voor
wien de mensch moet zorgen in plaats van
God, Die zorgt voor den menschEen god, die
niet dichtbij is en niet alles weet, zoodat hij
een boodschap behoeft in plaats van God Al
machtig, Alwetend, Alomtegenwoordig, Alre-
geerend
Hoe bedrogen moeten zulke Heidenen uit
komen En hoe grievend wordt de levende
God er door beleedigd
Zoo, zonder God, zonder hoop en Gode ter
oneere, leven en sterven millioenen de eeuwen
door. Millioenen ook in Nederlandsch West-In dié
en in Nederlands Oost-Indischen archipel. Met
goden, die noodig hebben, dat men hun een
boodschap zendt.
Moet dat zoo biyven?
Zou God, onze God, de Levende God, het
niet zien
Zou Hy niet opkomen voor Zyn eer tegen
allen, die zich dezen gruwel niet aantrekken
Zou Hy het bloed dezer millioenen niet
ontzettend wreken?
Zou Hij het niet eischen van onze hand?
Feringa.
KERK en SCHOOL.
Volkomen naar waarheid is 't gezegdge
ven is eene kunst. En dus moet ook deze
evenals alle kunsten beoefend worden. Hier
geldt het spreekwoordal doende leert men.
Natuuriyk kan het echte geven alleen beoefend
worden door hen, die door genade hebben lee-
ren inzien, dat al wat zy in geesteiyken of
stoffelyken zin bezitten, geqeven goed is, afkom
stig uit de Fontein van alle goed.
Nu is het stellig eene gezegende vrucht van
de Kerkreformatie, welke door de trouw en de
goedertierenheid des Heeren in onze eeuw op
nieuw is aangevangen, dat de geloovigen ge
roepen worden tot eene krachtige beoefening en
uitoefening van de kunst van 't geven. En ge
wis, voor zooverre de geofferde schatten in ge
hoorzaamheid des geloofs op 't altaar der liefde
zyn neergelegd, heeft de Heere Zyn zegen daar
aan niet onthouden. Maar niet tegen te
spreken is het, dat de vrye School niet in de
zelfde liefde en toewyding van ons christenvolk
heeft gedeeld als de vrye Kerk.
't Kost nog immer niet zooveel moeite, de
geloovigen te overtuigen, dat zij naar vermogen
hebben mede te werken aan eene behoorlyke
inrichting der Kerkgebouwen, aan het verlee-
nen van een zoodanig honorarium aan de be
dienaren des Woords, dat deze zonder zorge
kunnen leven, als hen tot het inzicht te bren
gen, dat zy eveneens hebben te zorgen voor
eene degelijke inrichting der Schoolgebouwen
en eene voldoende salariëering der onderwijzers.
En toch behoort ook dit tot hunne dure ver
plichting.
De school, de oefenplaats der jeugd, eischt
in klimmende mate onze belangstelling. Niet
slechts spreekt hier de onverbiddelyke eisch
der wet, maar niet minder de hooge noodza-
kelykheid om onzen kinderen deugdeiyke wa
penen te verschaffen in den steeds ernstiger
wordenden stryd om het bestaan.
't Is waar, de landswet, al valt er in den
laatsten tyd eenige kentering ten goede waar te
nemen, stelt de vrije School nog verre in 't on-
geiyk by de overheidsschool, maar 'tis even
zeer waar, dat zij ons in geen enkel opzicht be
let haar zoo deugdelyk mogelijk in te richten,
indien wy maar gewillig bevonden worden
haar met al onze krachten te steunen.
En waar het vaststaat, dat vele christen-ou-
ders niet bij machte zyn een hooger school
geld voor hunne kinderen bijeen te brengen,
daar wordt aan de meergegoeden een schoone
gelegenheid geopend den broeder ter hulpe te
komen.
Welaan, mogen ouden en jongen, mannen en
vrouwen, ook zy, die geen kinderen hebben,
zich opgewekt gevoelen hunne by dragen te
schenken of te vermeerderen aan de vereeni-
ging voor gereformeerd onderwys in hunne
woonplaats.
En wat in 't bijzonder de gereformeerden te
Middelburg aangaat, moge er bij geen hunner
langer aarzeling bestaan in 't zenden hunner
kinderen naar de school in de Gravenstraat,
welke onder de uitnemende leiding van haren
kundigen hoofdonderwyzer en zyn yverig hulp
personeel allengs wint in de liefde en de be
langstelling der ouders.
Met te meer vrymoedigheid mag hierop aan
gedrongen worden nu in eene in 't vorig najaar
gehouden algemeene vergadering op voorstel
van 't Bestuur besloten werd, eene zoodanige
wijziging in het leerplan aan te brengen, dat
met het begin van den volgenden cursus (Mei
a. s.) ook op de dagschool onderwys zal gege
ven worden in vreemde talen. Met het oog
op deze reorganisatie benoemde het bestuur