VARIA. Huisbezoek. Officiëele berichten. regeling van zoo teedere en gewichtige aange legenheid der Kerken, met blijdschap begroeten, al is het ook, dat op sommige punten nadere regeling later zal noodig zyn. Indien nu de Kerken ook op dit punt werkzaam, gehoor zaam, waakzaam zijn, dan zal het verzorgen der Emeriti, weduwen en weezen een licht juk, ja, een aangename en vertroostende arbeid blyken te zyn, waarop de zegen niet zal uit blijven. En zoo is dan nu onze uitweiding, aantee- kening of noot op nummer V van onze artike len over de Regeering der Kerke ten einde en geven wy gaarne een volgend maal artikel VI. Hulsebos. In de vervroegde Mei classis, Dinsdag j.l. ge houden, had het préparatoir of proponents examen plaats van den Heer C. Oranje, kandi daat aan de Vrije Hoogeschool te Amsterdam. Na het houden eener predikatie over Rom. 5 1 werd de examinandus ondervraagd, over Exegese O. T. door ds. Ruys, over Exegese N. T. door ds. Buurman, over Dogmatiek door ds. Littooy. Het examen Ying aan te ruim half tien en eindigde te ruim een ure. De uitslag was, dat de Heer Oranje met algemeene stem men werd toegelaten tot den H. Dienst. In de namiddagzitting werden rapporten uit gebracht, voorstellen behandeld, enzoovoort. Een belangrijk rapport van de predikanten v. d. Velden, Buurman en Gommer over de wijze van werken op kerkelijke vergaderingen, zal in de Kerkbode worden gedrukt. Als afgevaardigden naar de aanstaande, te Goes te houden, Provinciale Synode werden benoemd ds. Littooij, ds. Hulsebos, Secundi ds. v. d. Velden, ds. OostenOuderlingenC. Verhage en J. Loawerse, SecundiP. Melis en J. Mosselman. Door deputaten wordt medegedeeld, dat de cl. Zendingsdag te Middelburg D. V. zal wor den gehouden, Dinsdag 18 Mei in de Gasthuis- kerk. Als sprekers worden verwachtds. Dijk stra (Smilde) ds. v. d. Valk (Scheveningen) ds. Feringa, ds. Bouma, ds. Veenstra. Den 2 Juni zal D. V. buitengew. cl. worden gehouden ter examinatie van den beroepen prekikant van Koudekerke. H. Indien er eenige zaak in de gemeente is, waarin allen belang stellen, dan is 'twel het rechte huisbezoek Het wordt door vele leden begeerd, er wordt om geroepen, er wordt over geklaagd. En toch is het stellig niet onnoodig, om de zaak hier nog eens ter sprake te brengen. „Nog eens". Want juist omdat de zaak voor het welwezen der gemeente van zoo hoog belang is, moet de rechte kennis er van levendig wor den gehouden en moet voortdurend gewaakt tegen dwaling en misvattingen, die insluipen willen. We kunnen er hier geen „verhandeling" over schrijven, maar slechts op wat vooral van be lang is wyzen. Naar de drieërlei „Diensten" in de kerk is er ook drieërlei huisbezoek, dat wel niet van clkaAr te scheiden is, maar toch onderscheiden kan en moet worden. Er is het huisbezoek van den Dienaar des Woords. die overeenkomstig zijn „Dienst" het Woord heeft te openen er is het huisbezoek van den Opziener of Ouderling, die volgens zijn „Dienst" opzicht, toezicht op leer èn leven heeft te houden èn te vermanen heeft er is het huisbezoek van den Diaken, die naar zijn „Dienst" de tafelen der barmhartigheid heeft te bedietien. Tegen vermenging der onderscheiden Diensten moet ook in dezen ten zeerste gewaakt. Want zij is zeer schadelijk, wyi kracht- en vruchtroovend voor den arbeid en daarom ook schadelijk voor de Gemeente; en ten anderen leidt de dooreenmenging der Diensten tot ver bastering en opheffing der diensten en wel be paald van den dienst des ouderlingschaps. Gelijk dit te zien is in kerken, die nog onder den verwoestenden invloed van het Genootschap van 1816 neêrliggen. waar het ouderlingschap nog slechts in schijn bestaat en de ouderling niets dan een figurant is. De prediker is daar alles. Want zelfs het di akenambt is weg. En een diaken is niet veel meer dan: „de man, die met den buule gaet en de centen uutdeilt." Dit onderscheiden huisbezoek heeft dan ook zijn onderscheiden tijd en wijze en personen. Wij willen nu niet van heel het huisbezoek in zyn vollen omgang handelen, waarbij wij dan óók zouden hebben aan te toonen, dat vooral ook in deze zaak de Gemeente geen der drie Diensten missen kan zonder ernstig schade te lyden, en waardoor dan ook zou moeten duide lijk worden, dat gebrekkigheid, verkeerdheid of nalatigheid in een der Diensten noodwendig een stoorenden invloed tnoet hebben op den ar beid der beide anderen. Wij willen nu vooral de aandacht nog eens weder vestigen op het huisbezoek der Ouder lingen of opzieners. Ons dunkt deze visitatie of bezoeking kan minst van allen gemist, is het meest noodza kelijk, is ook het metst omvangrijk, want zij omvat alle leden der gemeente, en wordt ook, zoo zy ontbreekt, door niets vervangen. De huisbezoeken der Dienaren loopen naar 'tons voortkomt niet over alle leden der Gemeente. Maar het loopt alleen over die leden, die er om eenige reden behoefte aan hebbtn 'tzij ze dit hehoefte gevoelen of niet, dat hun personeel op eenig bepaald punt of in eenige bepaalde zaak het Woord worde geopend of toegeëigend. Dus ernstige of langdurige kranken, zy die in groote droefheid verkeeren, z$ die in eeni- gen strik des Satans verstrikt zijn, of zulken, die in een moeilijk conscientiegeval verkeeren. Ambtelijk, als de officiel gezondene, in de Naam des Heeren kan hier alleen de Bedienaar des Woords dienen, al zijn er wellicht ook zeer ve len, die zulken met uitnemende, zeer te be- geeren en te waardeeren raad en troost kun nen bystaan. Maar alle anderen kunnen in de bediening des Woords in de samenkomsten der Gemeente, indien deze althans is, wat zij zijn moet en als zy zóó getrouw gebruikt wordt, als dit be taamt, vinden wat zij behoeven. Natuurlijk is het zeer aangenaam en goed, dat de Dienaar ook anderen bezoeke, als daar toe tyd en gelegenheid is, doch eisch zijns dienstes is die dunkt ons niet. En niet zelden helaas, maakt óf het klein aantal óf soms de ongeschiktheid en onbe kwaamheid der ouderlingen het noodzakelijk, dat de Dienaar des Woords tot het visitatie- en vermaanwerk der Opzieners de Gemeente inga, maar dan neemt hij den Dienst des Ouderlings waar. In onze grootere kerken echter is zonder uitzondering het aantal Dienaren veel te klein en zyn zy bovendien reeds met te veel anderen arbeid bezwaard, dan dat zij in staat zouden zyn, hun eigen Dienst aan de huizen naar be- hooren te vervullen en kan er dus van een inspringen voor de Ouderlingen niets komen. Dit feit is zeer smartend en beschamend, niet 't minst voor den rechten Dienaar zelf, maar 'tis eenvoudig een feit. Wat nu aangaat het bezoek der Diakenen ter bediening van de tafelen der barmhartigheid, dat gaat natuurlijk alleen over de rechte armen en weduwen en weezen, en over ellendigen. Maar de geestelijke visitatie en het vermaan tot de praktijk der godzaligheid, dit is allen zonder onderscheid noodig. Het opzicht en toe zicht, dat Koning Jezus door den Dienst des ouderlingschaps over zijn Gemeente op aarde oefent, kan geen enkel lid der gemeente missen. De geestelijke wacht dient by elk huis te worden betrokken. Want in elk huis en in elk hart kan een „wortel der bitterheid" op waarts spruiten Satan beloert elk huis en hart om 'tvan de gemeenschap der kudde af te voeren en het dan te verstrikken en van de godzaligheid te doen verachteren dwaling en ketterij kunnen in elk huis en hart opkomen en het zaad van het verstikkend onkruid wordt alom gevonden. Ja aan de paleizen en harten van koningen en overheden en van de groote der aarde, van hen, die in 't sociale en nationale leven meest hoog en vooraan staan is 't betrekken der geestelijke wacht, is de geestelijke visitatie en vermaan zelfs meest noodzakelijk, omdat |voor die leden der Gemeente de gevaren het meest en het grootst zyn en daarom voor het welzijn der Kerken van die zijde het gevaar het meest en voortdurend dreigt. Terwijl toch ook de Dienst des Ouderlingschaps in die allen niet anders ziet dan leden der Ge meente Christi der gemeenschap der geloovigm, die als zoodanig vermaand èn verplicht zijn tot een nierwwe gehoorzaamheid, tot het wandelen in een nieuw, godzalig leven, en om te toonen, dat zy als levende en ware leden der zalving Christi mede deelachtig zijn. Klaarhamer. (Overgenomen uit de Utr. Kb). Te Westeremden is de Geref. Kerk weer tot openbaring gekomen. Zondag 25 April werden de ambtsdragers door Ds. de Jonge van Lpp- persum in hun ambt bevestigd. Beroepen te Berckel en Rodenrijs, en te Bleis- wijk C. Oranje, cand.te Hantum c. a. M. Meindertsma te Oldekerkte Baarland Ds. H. J. Spoel te Alblasserdamte Weetmaas R. P. Haan, cand. te Scheemda. Bedankt voor Middelharnis Ds. W. Bosch te Vryh.- Capelle. Rapport, uitgebracht in de clasnicale vergadering te Middelburg. Ondergeteekenden werden door Uwe verga dering benoemd om rapport uit te brengen over de 2 volgende zaken le. Hoe moet een afgevaardigde o. a. ter Prov. Synode handelen met de voorstel len en het advies zijner classis 2e. Hoe moet de metbode van werken zyn op de meerdere vergadering? Het antwoord op de 1ste vraag kan o. i. kort zijn. Hetzij men afgevaardigde van den kerkeraad ter classis, of van de classis ter Prov. Synode of der Prov. Synode ter Generale Synode i3, steeds vertegenwoordigt men de kerken, die afvaardigen. De kerken zyn ter vergadering in hun afge vaardigden. Dat hun geen mandaat imperatief mag ge geven worden, spreekt van zelf. Daarmede zou men de leiding des H. Geestes binden op de meerdere Vergadering en zou ten slotte de geheele vergadering doelloos en zonder vrucht zijn. Maar wat o. i. terdege de roeping der afge vaardigden isom zoo objectief mogelijk weder te geven, wat het voorstel of advies der kerk of der kerken is, die hem hebben afgevaardigd, zelfs al ware hy persoonlijk van gehee%l ander gevoelen. Is eenmaal objectief weergegeven, wat, om met Embden's kerkenorde te spreken het ge voelen was van „den meesten en den besten deele," en dat in korte woorden met het pro en contra zoo noodig toegelicht, als by de ker ken gebleken is in hun vergadering, dan blijve voorts het oordeel en de stem van den afge vaardigde ongebonden, altyd onder verant woording aan de kerk of aan de kerken, die afvaardigden, indien het strijdig ware geweest met God3 Woord en de belijdenisschriften en Kerkenorde. Ten slotte wijzen we op hetgeen in de kerkenordening van Embden Capittel 3 art 12 gevonden wordtten aanzien van de Prov. Synode „Deze kerk, n.l. de roepende zal den anderen kerken den tijd en de plaats des naasten Prov. Synode 3 maanden te voren laten weten en zal met eenen overzenden de copie of het afschrift van alle de Hoofdartikelen derzelve dewelke aan haar gezonden zyn geweest, (Agendum) van dewelke eene iegelijke kerke bij tijds mag bedenken en hun oordeel in de classische verzamelingen voortbrengen, opdat die welke van wegen de classis zullen uitge zonden worden, met voorbedachten oordeel, en wat van alle de kerken van de classis daarvan gevoeld wordt, mogen voortbrengen Wat de 2de vraag betreftna al hetgeen over dete zaak geschreven is by name in de Heraut, Yrye kerk, Geref. Volksblad en brochu res komt het ons voor de methode, die gevolgd is op de l.g, Gener. Synode van Middelburg als de beste te moeten aanbevelen, in vergelijking met andere methoden en wel op de volgende gronden, dat by degelijken en goed geregelden commissorialen arbeid le. De zaken grondiger en meer naar be ginsel kunnen behandeld worden 2e dat er voor het debat het voordeel uit volgt, dat dit *ich niet tever uitbreidt of verloopt; 3e. dat men in het kort spoedig kan over zien, wat hoofdzaak is en wat meer tot de bykomstigheden moet worden gere kend 4e. dat men geen opeenstapeling van al lerlei, soms tijdens de vergadering in haast opgestelde moties en voorstellen en amendementen krygt, die menigmaal by aanneming blijken allerlei leemten te bezitten 5e. dat er minder tyd vereischt wordt

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1897 | | pagina 2