VRIJDAG 7 JUNI 1895.
in ^Zeeland, J\[oord-|3rabant en J_,imburg.
Ds. J. HULSEBOS, Us. J. H. FERINÖA
en Ds. A. LITTOOIJ.
Uit de H. Schrift.
Uit Kerk en School.
4* Jaargang.
No. 23.
y/EEKBLAD GEWIJD AAN DE BELANGEN DER pEREFORMEERDE J^ERKEN
Want de HEERE is onze Rechter,
«le HEERE is onze Wetgever, de
HEERE is onze Koning; Hij zal ons
behoeden.
Jesaja 3322
ONDER REDACTIE YAN
Doch Samuel zeide: Heeft de HEERE
lust aan Brandofferen en Slachtofferen, als
aan het gehoorzamen van de stem des Hee
ren Zie, gehoorzam en is beter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der rammen
1 Sam. 1522.
Abonnement per 3' maanden f 0.35. Afzonderlijke nos.
3 cent. Advertentiën van 1 5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Uitgever:
K. LE COINTRE
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentiën enz., gelieve men
tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, bij den
Uitgever in te zenden.
DE BLIJDE BOODSCHAP OP DEN
PINKSTERDAG.
En het zal zijn, dat een iegelijk, die
den naam des Heeren zal aanroepen,
zalig zal worden.
Hand. 2: 21.
De Heilige Geest is de Geest des Vaders en
des Zoons. De Heere Jezus getuigt Hij zal
my verheerlijken; want Hij zal het uitliet Mijne
nemenen zal het u verkondigen. Al wat de Vader
heeft, is het Mijne; daarom héb Ik gezegd, dat
By het uit het Mijne zal nemen, en u verkondi
gen, Joh. 16: 14 en 15.
En waar dan door zijne almachtige werking
zondaarsbehoefteö zich openbaren onder de
aanschouwers en getuigen van de goddelijke
teekenen van de uitzending en komst des Hei
ligen Geestes, daar bewerkt Hij de drie dui
zend van den Pinksterdag tot bekeering en
geloof, door het Woord Gods, het getuigenis
van Jezus Christus, verkondigd door eenen
Apostel, verkondigd door Petrus, hiertoe door
Hem bekwaam gemaakt.
Het onfeilbaar, onveranderlijk profetisch woord,
dat zeer vast is, wordt door Geesteslicht ver
klaard, door Geesteslicht ontsluierd, door Gees
teslicht toegepast aan de zielen.
Het is hetzelfde woord, voor eeuwen door
den Geest gesproken door den mond van Joél
en te boek gesteld, dat ook nu zijne onveran
derlijke kracht en beteekenis heeft. Alleen nu
ontplooit het meer zijne volle en diepe betee
kenis dan in Joëls dagen.
Nu is die rijke werking des Geestes daar,
nu wordt die volheid van genade in de gemeente
des Heeren gezien. Ook in de drie duizend
wordt het gezien, hoe de Geest des Heeren was
uitgestort op alle vleesch, daar waren ze van
onderscheiden rang, stand en leeftyd, grijsaards
en jongelingen, dienstbaren en vrijen, ouders
en kinderen, ontvangende het nieuwe leven, de
eeuwige blijdschap, die van hen niet zou worden
weggenomen.
Een deel der Godspraken van Joël blijft ook
nu nog omsluierd. Het zijn de gerichten en
ooTdeelen, de bange weeën, die vooraf zullen
gaan aan den dag des Heeren, den dag des
oordeels, den dag, waaraan Gods volk met ont
roering doch met blijdschap denkt, maar die
een dag van schrik en ontzetting is voor da
goddeloozen.
Maar eigenlijk wordt in dat neenwijzen naar
die bange stonden en het einde aller dingen,
de verloren staat genoemd, waarin de wereld,
waarin ieder mensch van nature ligt. En
daarom de roepstem aan het einde, de roep
stem, die de Heilige Geest den uitverkorenen
doet verstaanEn het zal zjn, dat een iegelijk,
die den naam des Heeren zal aanroepen, zedig
zal worden.
Behoudenis uit het algemeen verderf is er
dus voor een iegelyk, die den naam des Hee
ren aanroept. Aanroepen is hier uit de ellende
de toevlucht nemen, zich verlaten, en dit is
ook het belijden. De. naam des Heeren, dat is
de Heere, gelijk Hij zich openbaart tot behou
denis van zondaren. En nu is een groot deel
van het onderwijs, drt de apostel verder geeft,
niet anders dan ui tie.-ging, van wat die naam
des Heeren is. Hij fverkondigt hun Christus
als den Zoon van ■en Vader, in de wereld
gezonden tot zaliging jzijns volks.
.Ziet hier het Evapgelie van volle, vrije ge
nade. Niets kan demensch bijbrengen tot
zijne zaligheid. Van verdienstelijke werken, om
daarmede den hemel te verwerven, geen sprake
Die eenige Naam odder den hemel gegeven,
zal moeten worden gekend. Het zal tot een
volkomen zich verlaten op Hem moeten komen,
om te worden gered uit de ellende en uit het
verderf, om te worden gered uit de banden
der zonde en tot God te worden wedergebracht.
Het is opmerkelijk. In zijne Evangelieprediking
verzwijgt de apostd? de schuld en zonden
van zijne hoorders, van de twijfelmoedigen.
Neen, hij laat ze in al haar zwaarte drukken.
Hij leest in hun hart en zegt hun de waarheid.
Zij zijn niet te verontschuldigen. Zij hebben
God vaarwel gezegd, zij hebben zijnen Gezalfde
versmaad en verworpen.
Maar, waar zij nu onder deze schuld weg
zinken, daar opent Hij hun het heilgeheim der
verlossing, dat die door hen verworpen Ver
losser hunne zonde heeft gedragen, voor hen
vergeving heeft verworven en het eeuwige
leven, en dat dit door het geloof, door het aan
roepen van den naam des Heeren mag worden
gekend. In dat geloof staat Paulus, eertijds
lasteraar en vervolger, als hij juicht: Dit is een
getrouw ivoord en alle aanneming waardig, dat
Christus Jezus in de wereld gekomen is om zon
daren zalig te maken, vanwelke ik de voornaam
ste ben.
Lezers! wordt behouden van dit verkeerd
geslachtHebt ge dezen Pinksterzegen al
ontvangen? Zoo niet tot hoe lang?
Hulsebos.
De twee laatste malen heeft de ondergetee-
kende de vrijheid genomen, om ook in deze
Kerkbode, met het oog op de verkiezing voor
leden der Provinciale Staten, te schrijven. Hij
deed dat met vrijmoedigheid, en wel, omdat
hij gelooft, dat ook deze verkiezingen, die ook
voor de Eerste Kamer gelden, eenigermate in
v.erband kunnen staan met den algemeenen
gang der zaken en met de belangen van het
Koninkrijk Gods. Sinds het liberalisme de be
ginselen van het christendom gelijk dat
naar de Schrift is en wezen moet tracht
krachteloos te maken en uit te roeien, ja, die
beginselen, die onze vrome en vroede vaderen
beleden en gelden lieten in alle levenskringen
en op elk terrein van het leven wil vervangen
door de beginselen van de revolutie, gaat het
om de eere Gods en om de rechten van Hem,
die, naar de Heilige Schrift, Heer is over allen
en alles; gaat het dientengevolge, om het heil
van het Vaderland, van ons Vorstenhuis en
ons volk.
Krijgt het liberalisme zyn zin, dan wordt
het Bijbelsche Christendom van het publieke
erf verdreven, en vooreerst gebannen naar de
Kerk, naar de Kerk die het zoo leeg maakte,
en naar het bidvertrek, waaraan, indien zyne
beginselen doorwerken, weldra niemand meer
behoefte heeftkrijgt het zijn zin, dan is het,
zooals ieder dus doorzien en begrijpen kan,
na korten tijd te eenenmale uitgeroeid. Aan
snooder ondankbaarheid en stouter misken
ning tegenover Hem, die ons door Zijn Geest
en Woord van het Heidendom verlost en groot
gemaakt heeft, kunnen wij ons wel niet schul
dig maken, en vreeselyker ramp kan ons land
en Vorstenhuis en volk gewis niet overkomen.
Het is daarom onze dure en heilige roeping,
dat zoo mogelyk te voorkomen. In alle levens
kringen en op elk terrein van het leven moeten
wy daartegen getuigen, den strijd aanbinden
en de beginselen, die God ons gaf, eeren en
belijden.
Het zou dwaasheid zijn, aan hen ons te
storen die ons bij gelegenheid der verkiezingen
vermanen en die uit partijbelang zoo gaarne
zagen, dat wij zwegen en ons aan dezen strijd
onttrokken.
Zoolang onze principieele tegenstanders dit
zoo vurig wenschen, ligt daarin voor ons een
wenk, dat de tijd nog niet gekomen is om
dat te doen.
Het heeft ons verheugd dat de belijders van
den Christus Gods, althans in Zuid-Beveland,
in het 5e district en in Walcheren, op hun
post gevonden werden, en dat in Walcheren
eene zoodanige overwinning werd behaald, dat
dientengevolge de Staten om gingen.
Hadden wy mannen gehad van hoogeren
stand en erkende bekwaamheid, wij zouden
reeds vroeger zoover hebben kunnen zijn, dies
dit hebben kunnen beleven.
Het heeft heel wat gekost om het beginsel
zóó op den voorgrond te krijgen, dat daarmee
in de eerste plaats gerekend en dientengevolge
daarnaar gestemd werd. Wel wat laat; maar
dat is dan toch meer en meer en nü, kunnen
wij zeggen, volkomen gelukt. Het beginsel
besliste; want de kansen stonden anders vol
strekt niet gelijk; daar immers het liberalisme
met mannen van hoog aanzien, grooten invloed
en onmiskenbare bekwaamheid voor den dag
kwamen en in het strijdperk traden. Alleen
omdat naar het beginsel gestemd is, heeft het
liberalisme het desalniettemin moeten ver
liezen.
In Walcheren zijn wij zooveel vooruit gegaan,
dat de kiezersgroep, waarop wij rekenen kun
nen, nu even groot is als die van het libera
lisme. Wij wegen, naar de stemming en her
stemming ons leerde, tegen elkander op.
De kleinste groep, de Roomsch-Katholieken,
die hier nauwlijks 200 stemmen kunnen uit
brengen, hebben hoewel niet ten behoeve
van zich zeiven, maar alleen in betrekking
tot de anti-revolutionairen en liberalisten de
macht in handen. Zy kunnen, m. a. w., den
evenaar niet in hun huisje zetten, maar wel
naar eene der even genoemde partyen doen
overgaan.