Vergadering van Deputaten der Gereformeerde Kerken in Nederland tot de Zending onder 1' eidenen en mohammedanen, op 15 en 16 Augustus 1834 te Leiden en op 18 en 19 September 1894 te Arnhem. Art. 1. In de zitting te Leiden zijn aanwezig de Deputaten Van Minnen, Lion Cachet, Van der Valk, Feringa, Sypkens, Noordewier, Gispen, Lindeboom, Wagenaar, ilovy, Van Haeriugen, de Zendingsdirector en de Penningmeester. Ds. Seegers is verhinderd door ziekteDs. Hessels is buitenslands, Zonder kennisgeving, ontbreken Ds. Buuma en Ds. de Gaay Fortman. Art. 2, De vergadering wordt door den Voorzit ter Ds. Van Minnen, geopend met gebed en met voorlezing van een deel der Heilige Schrilt, Daarna leest de Scriba, Ds. Feringa. de notulen der buiten gewone vergadering van 19 April te Utrecht, die goedgekeurd worden. Art. 3. Ds. Feringa leest nu het Rapport voor van het Moderamen in zake het verrichte in zijn tien vergaderingen sedert dc samenkomst van Deputaten op 27 Februari te Zwolle. Aan dit Rapport sluit zich aan, de opheldering, waarom Deputaten niet eer der zijn samengeroepen, De oorzaak daarvan ligt in de Curatoren vergadering te Kampen en in het tel kens, door niet te verwachten stoornissen, verhinderd zij der samenkomst te Arnhem en te Zutplien. Voorts gaat het Rapport vergezeld van een agendum voor deze vergadering, van een mededeeling der onderlinge regeling van arbeid in het Moderamen, van een aan tal brieven en afschriften en van eeuige voorstellen. Een en ander betreffende De overnalne van het Zendinggebied en den arbeid der Nederlandsche Ge reformeerde Zendingsvereenigingde onderzoeking, aanneming, leiding en voorgenomen uitzending van Ds. Adriaanse; de verhouding tot den heer llorts- man, het jaarfeest der Nederlandsche Zendingvereeni ging verschillende aanbiedingen tot den dienst der Zending; den arbeid der B,B. Bolwijn, Scheurer, Huijsing, De Bruijn, Pos en Zuidemade uitnoodi- ging tot medewei king in het Comité voor Neder landsche Zending-Conferentiën de stukken in zake den gewezen Zendeling Van Alphen; het schrijven over eu aan eenige helpers, de regelingen in zake archieven, correspondentie enz. verschillende iinancieele belangen en concipicering van gecontinu eerde of gewijzigde iustructiëii voor de Zendelingen, alsmede Concept-Circulaires aan de Bedienaren des Woords. en aan de Kerkeraden. Dit veelomvattend Rapport wordt na ernstige eil levendige discussiën goedgekeurd, waarmede de vergadering tevens hare goedkeuring hecht aan de wijze, waarop het Mode ramen de gegeven opdrachten uitgevoerd en de nieuwe samenkomst voorbereid heett. Het zeer groote agen dum (dat zelf* in vier vergaderingen niet kon afge handeld worden) wordt nu in dier voege aanvaard, dat daaruit meest spoedeischend geachte punten het eerst in behandeling komen. Art. 4, Zoo komt nu in de eerste plaats aan de orde de te Zwolle aangehouden, aanbieding van een Bedienaar des Woords voor den dienst der Zending. In den loop der besprekingen, verbindt zich hieraan een geheèle discussie over den toestand der Zending en de methode van arbeiden. Dientengevolge wordt de eerste zitting met dankgebed gesloten door den Zendingdireetor, zonder dat het alsnog tot eenige be slissing isgekomen. Art. 5, De tweede zitting wordt met gebed ge opend door Ds. Lion Cachet. De in Art. 4 genoemde aanbieding en de daaraan verbonden vragen worden verder overwogen, maar ten slotte nog niet rijg geacht voor beslissing, eer andere punten overwogen zijn. Art. 6. Aan de orde komt nu de zaak der over name van arbeidsveld en arbeiders der Nederlandsche Gereformeerde Zendingvereeniging. Het Moderamen deelt nu meer in bizonderheden mede, hoe het inge volge lastgeving, aanwijzingen, en volmacht der ver gaderingen te Zwolle en te Utrecht heeft gehandeld, Het heeft het schrijven, waartoe. 19 April was beslo ten, verzonden, en heeft ten slotte 31 Mei dezes jaars eerst des middags en daarna des avonds vergaderd met het daartoe gevolmachtigd Hoofdbestuur der Nederlandsche Gereformeerde" Zendingvereeniging. waarbij toen de overname definitief tot stand geko men is en de octe gepasseerd, medegedeeld in Het Kerkblad No. 26 voor 29 Juni 1894. Uit de nadere toelichting in den loop der discussiën blijkt, dat deze overname volledig is, en het (met het oog op de quaestie der rechtspersoonlijkheid) formeel voortbe staan der Vereeniging gepaard gaat met zoodanige wijziging harer Statuten, dat de last van Deputaten in deze vervuld is. liet komt voortaan vrijwel over een met de positie der Vereenigingen //de Kerkelijke Kas" op zulke plaatsen, waar na ineensinelting van A en B het beheer aan den Kerkeraad is gekomen. De krachtens gegeven opdracht door het Moderamen voorloopig genomen maatregelen worden later be sproken. Art: 7- Vele uren worden nu gewijd aan de zaak van den heer Horstman. Aangaande hem was in de avondvergadering van 31 Mei aan het Moderamen van Deputaten mededeeling gedaan van de volgende resolutie: "Het Hoofdbestuur, met leedwezen vernomen hebbende, dat Broeder Horstman geen schuld er kent, terzake dat hij, zonder daartoe toestemming verkregen te hebben van liet Hoofdbestunr, Java verlaten heelt om zijn kinderen naar Europa te brengen Van oordeel, dat een Zendeling, die eigenmach tig zijn arbeidsveld verlaat, de facto, zichzelf ont slaat uit den dienst der Zending; g Voor de inoeieLjuheid staande, dat op heden het werk der Vereeniging zal worden overgegeven aan de Gereformeerde Kerken, en aan het Hoofdbe stuur dies geen gelegenheid gelaten wordt, verder in deze te handelen gBesluit,om Deputaten Synodi der Gereformeerde Kerken in Nederland tot de Zending onder Heide nen en Mohammedanen hiermede in kennis te stellen, het aan deze overlaten verder in deze te doen, wat hun in het belang der Zending zal goed schijnen. Het Moderamen nu heeft genoemden Broeder gele genheid gegeven, in zijn midden zich over deze zaak te verdedigen, en hein daartoe te Scheveningen vier uren lang gehoor verleend. Vervolgens hein uitge- noodigd om indien hij zulks mocht begeeren schriftelijk nogmaals de gronden uiteen te zetten en toe te lichten, waardoor hij zijn vertrek van Java gerechtvaardigd acht. En tevens zorg gedragen bij het ontvangen dezer lijvige memorie, datookdenoo- dige bescheiden der toeliehting anderzijds ter tafel zijn. Met de lezing en bespreking van de memorie gaat nu deze tweede zttting ten einde. Zij wordt met gebed gesloten door Dr. Wagenaar. Art. 8. De derde zitting wordt met gebed geopend door Ds. Feringa. Daarin wordt allereerst besproken de gerapporteerde arbeidsverdeeling van het Mode ramen. Deze regeling is als volgt: liet Binneulandsch archief berust bij den Scriba. Ds. Van der Valk. De gewone werkzaamheden van het Seri baat verdeel en Ds. Van der Valk en Ds. Feringa onder zich naar goedvinden. Het ontvangen van stukken uit Midden- Java, het opstellen van een Concept van antwoord der waarts, en het bewaren van het archief dienaangaande is opgedragen aan Ds. Lion Cachet. Inzake Batavia, Soerabaia, en Soeinba geldt hetzelfde Ds. Donner. Van alle uitgaande stukken moet de minute door al de leden van het Moderamen geteekend in het archief berusten. Het afschrift daarvan, door een der Scriba ter verzending gemaakt, moet wederom, nadat het Concept is gelezen, beoordeeld, en al of niet ge wijzigd vastgesteld, door al de leden van het Mo deramen geteekend zijn. (Voor brieven aan Inland- sehe helpers is onderteekening van den Praeses en den opsteller voldoende.) Stukken, waarop deze liand- teekeningen niet allen voorkwamen, zouden van gee- ner waarde zijn. Een voorstel om al de Correspon dentie in de hand van den Scribae of van den Zen dingsdirector te brengen, wordt ten slotte weder in getrokken, en de regeling van het Moderamen goed gekeurd dewijl op deze wijze alle leden daarvan ia eik der zaken inlevenen dewijl zoo naar buiten blijkt, dat Depniaten homogeen zijn. Art. 9. Het woord is nu aan den Rapporteur voor de toelichtingen en bijlagen tot de missive-Horstman. Na een zeer lange en uitvoerige toelichting met me dedeeling en overlegging van vele offieieele beschei den, waarvan sommige zelis de handteekening van dezen Broeder dragen, komt nu de alzoo van beide zijden gehoorde zaak in beoordeeling. Br. Horstmans verdediging van zijn zonder verlof heengaan, eerst naar een geheel anderen werkkring dan hem door zijn Hoofdbestuur was aangewezen, en vervolgens naar Europa zonder verlof gevraagd te hebben, oin zijne kinderen (voor ,wie allerlei andere gelegenhe den hadden opengestaan) zelf tc brengen, is door hem voornamelijk verdedigd op grond van de nood zakelijkheid dezen anderen arbeidskring onverwijld te bezetten, de onmogelijkheid de kinderen bij zich tc houden, de onmogelijkheid hen met anderen mede te geven, de noodzakelijkheid in Nederland de be langen der Zending in verband met verschillende bedenkingen tegen het Hoofdbestuur persoonlijk te komen bespreken, en de weuschelijkheia om dit juist nu te doen, nu de arbeid der Vereeniging aan de Kerken zou overgaan. Deze deels elkander wedersprekende, deels onjuist gemotiveerde, deels bij kalmer nadenken niet met de werkelijkheid overeenkomende, beweringen komen. Deputaten niet afdoende voor. Zij bewijzen bovendien in geen geval, dat hij niet vooraf had moeten ver lof vragen. Zoo wordt de vraag, of men met dezen Broeder in nader overleg kan treden, een vraag, die ernstige overweging verkrijgt. Eindelijk (nadat een voorstel van Ds. Feringa, om geen schuldbelijdenis voor het verleden te vergen maar wèl waarborg voor het vervolg, is afgestemd) wordt met groote meer derheid van stemmen het volgende voorstel van Ds. Van Minnen aangenomen (nadat eerst een half uur pauze is gehouden, en daarna gerapporteerd, dat door den gewezen Zendeling Van Alphen de gezonden gelden zijn ontvangen, en de hem voorgelegde qui- tantie is geteekend)^Deputaten besluiten dat, eer zij zich met Br. Horstman in euiitact kunnen stel len, door hem eerst een vrijwillige erkenning van schuld worde afgelegd over zijn vertrek van Java." Art. 10. Juist na het vallen van dit besluit komt Br. Horstman ter vergadering. De Praese3, Ds. Van Minnen, deelt hem het besluit der vergadering mede. Hij, Dr. Wagenaar, Ds. Van der Valk en anderen Broeders dringen ten zeerste, met hartelijke en ern stige woorden, op zoodanige bekentenis aan, Einde lijk wordt hem nog tot de volgende zittingen, die over eenige weken moeten komen, bedenktijd ge geven. Art. 11. Ds. Adriaanse komt ter vergadering. Be sloten wordt, dat het noodige suppletoir onderzoek hem in de volgende zit ingen zal worden afgenomen, eil ixjj zoo mogelijk nog in November zal wor den uitgezonden. Het Moderamen neme de noodige, voorbereidende maatregelen. Art. 12. De volgende zittingen moeten zijn te Arn hem op 18 en 19 September. In de ure des gebeds den avond te voren zullen D. V., als sprekers optre den de BB. Donner, Van Minnen en Gispen. Art. 13. Ds. Feringa leest voor de Concept-Circu laire aan de Bedienaren des Woords in onze Kerken. Deze wordt goedgekeurd behoudens een enkele, door het Moderamen aan te brengen, wijziging. Art. 14 Ds. Lion Cachet vangt de lezing aan der Concept-Circulaire aan de kerkeraden. De behande ling hiervan wordt wegens tijdgebrek uitgesteld. No<* wordt even kennis genomen van een kort schrijven van Dr. Scheurer, en daarna de derde zit ting, na een woord van dank aan de Kerken van Leiden, met gebed gesloten door Ds. Van Minnen. Art. 15. In de vierde zitting (ure des gebeds) tre den op de BB. Donner, Wagenaar cn Gispen. Art. 16. De zesde zitting wordt op 18 September te Arnhem geopend door den Voorzitter, Ds. Van Minnen, met gebed en met voorlezing van Filip- pensen 2 111. Den vorigen avond is de vijfde zit ting fde ure des gebeds) gehouden, waarbij zijn op getreden Ds, Donner en Ds. Gispen, terwijl Ds. Van Minnen toen door ongesteldheid verhinderd was. Ge durende de zittingen te Arnhem zijn aanwezig de Deputaten Gispen, Noordewier, Sypkens., Wagenaar, Van Haeringen. Lindeboom, Lion Cachet, Van Min nen, Van der Valk, Feringa, Hovy, Bouma, Hessels, de Zendingsdirector en de Penningmeester. Afwezig met kennisgeving om ziekte is Ds. Seegers. Afwezig zonder kennisgeving is Ds. de Gaay Fortman. Art. 17. vq Scriba, Ds. Van der Valk, leest de notulen van de zittingen te Leiden. Na de arrestee- ring daarvan, geschieden enkele kleinere besprekin gen. Art. 18. Door Ds. Feringa is bij den Voorzitter ingediend het schriftelijk antwoord van Br. Horst man, op den hem gestelden eisch in Artt. 9 en 10 wordt met stel van Br. ing zal be- mits tevens at de be- jr haar ter volgenden pen wordt, uitrent het vermeld. Na vrij langdurige discussie groote meerderheid van stemmen op voo, Van Haeringen besloten, dat de vergade' rusten in de belijdenis, die is ingezonden de Praeses Br. Hortsman aankondige, schuldigingen in zijn memorie vervat, d zijde zijn gelegd. Waarna hij tegen de dag telegraphisoü ter vergadering opgeri Art. 19. Mededeeling w ordt gedaan voorloopig onderzoek van Ds. Adriaanse, en voor zijn suppletoir-examen de noodige regeling vastge steld dewijl deze Broeder reeds sinds jaren in het ambt gezet en dus alleen het suppletoir-onderzoek noodig is. Art. 20. Aan de orde komen nu weer de aanbie ding en de theoretische vragen, in art. 5 genoemd, Na zeer ernstige, en vrij lange, gedachtewisseling wordt besloten, deze vragen opnieuw aan de orde te stellen, wanneer de vraag der verkrijging van Zendelingen door opleiding aan de orde komt. Den betrokken Broeder zal hiervan kennis gegeven worden. Art. 21. De zesde zitting wordt met gebed gesloten door Br. Hovy. Art. 22. De zevende zitting wordt met gebed ge opend door Ds. Lindeboom, waarna Ds. Lion Cachet mededeeling doet van het overlijden van Raden Mas Tengkoe Nata Atmoko op 20 Juli 1. 1. .Vervolgens wordt een schrijven van den Zendeling:Arts voorge lezen, en door DD. Van der Valk en Feringa eenige toelichting gegeven. Art. 23. Hierop vangt het suppletoir examen van Ds. Adriaanse aan, waarna de zevende zitting om het vergevorderd avonduur met dankzegging gesloten wordt door Ds. Gispen. 1 Art. 24. De achtste zitting wordt meé gebed geo pend door Ds. Noordewier. Daarin wordt allereerst het onderzoek van Ds. Adriaanse ten einde gebracht. De vergadering oordeelt ten slotte, met het oog op het buitengewoon gebrek aan arbeiders, hein reeds nu te moeten uitzenden, hoewel men hem anders gaarne nog een langeren tijd voor zijn studiën in Europa gegund had. D. V* moet hij 29 November a. s. uit Genua vertrekken. De noodige geldsommen, hiertoe door het Moderamen aangevraagd, worden toegestaan, en alle in deze verder noodige finantiëele regelingen getroffen, of aan het Moderamen opgedragen. Over eenkomstig een verzoek der Kerk van Zeist, B, wordt bepaald, dat zijn uitzending en afvaardiging in de Üosterkerk aldaar zal geschieden. Als tijd is bepaald Donderdag 8 November des avonds om 5 uur. De putaten vergaderen dien dag en den volgenden in Zeist. Art. 25. In een ernstig smeekgebed worden, eer Ds. Adriaanse de vergadering verlaat, zijn belangen den Heere der Zending opgedragen. Art. 26. Nn wordt overwogen, hoe met Br. Horst man moet gesproken worden. Het over zijn memo rie 'oeslotene en het antwoord op zijn schrijven worde hem medegedeeld zijne beschouwing over eenige belangrijke punten vernomen; en ter zijner kennis gebracht, waaraan hij zich zal te houden hebben, zoo hij Zendeling onzer Kerk zal wezen, Hierna komt Br- Horsintan ter vergadering, met wien vol gens bovengemeld besluit wordt gesproken. Einde lijk wordt het maken eener concept-instructie voor zijn eventueele weder-uitzending aan det Moderamen opgedragen, welke hem op de Vergadering te Zeist zal worden voorgelegd. Art. 27. De negende zitting wordt met gebed ge opend door Ds. Lion Cachet, waarna hij het aan Br. Zuidema gezonden schrijven van het Moderamen, naar aanleiding der overname van het werk op Mid- den-Java, voorleest. Tevens komt hierbij het schrij ven aan den 2fendeling-Arts, de brieven aan de in- landsche helpers, en het Concept-uniform-schrijven aan de andere Zendelingen in bespreking. In deze wordt het volgende voorstel-Fcringa aangenomen *De vergadering drage aan het Moderamen op, een algemeene instructie voor al de Zendelingen benevens voor eiken Zendeling een naar omstandigheden gewij zigde aan vallingsinstructie, te concipieeren. Art. 28. De Concept-Circulaire aan de Bedienaren des Woords is volgens aanwijzing gewijzigd. De Con cept-Circulaire aan de Kerkeraden wordt nu voorge lezen door Ds. Lion Cachet. Zij wordt bij gedeelten behandeld, en soms eenigermate gewijzigd. Daaraan verbindt men tevens het verzoek om een Biduur, en een extra-collecte op 4 November, voor de uitzending van Ds. Adriaanse als Zendeling naar Midden-Java.

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1894 | | pagina 2