gevoelen, wanneer Hij zegt als ze oud ge
worden zijn, zullen zij daarvan niet afwijken.
Voor afwijking, verbastering en het zacht-
aan verloren gaan voor de waarheid en de
Kerk, moeten de ouders bang en steeds op hunne
hoede zijn. De kinderen toch zijn het erf
deel des Heeren, het dierbaarst kleinood
daarom moet de teerste en meeste zorg aan
hen besteed worden. God wil dat zij van
kinds af zullen bearbeid, in de waarheid en
in Zijne vreeze zullen onderwezen en opge
voed worden. En tusschen zaaien en maaien
heeft de Heere een onafscheidelijk verband
gelegd. Daaraan gedachtig, mogen wij niet
vergeten, dat zij ons reeds in de jeugd kun
nen ontnomen worden, en ook mogen wij niet
-vergeten, dat ze groot geworden zijnde, onze
plaatsen moeten innemen in het huisgezin,
de Kerk en de maatschappij.
De school nu is liet verlengstuk van het
huisgezin. De onderwijzer doet, wat de va
der eigenlijk doen moet, maar tegenwoordig
niet in alles doen kan. Hij is 's vaders plaatsver
vanger doch zoo, dat de vader in de eerste
plaats de verantwoordelijke persoon blijft voor
God, voor de Kerk, voor de maatschappij en
ook voor het kind zelf. Hij heeft een be
paald schuldigen plicht te vervullen. En niet
alleen hij, maar ook de moeder. Zijn de ou
ders gestorven, dan gaat die heilige plicht
op de voogden over.
Eerst en meest spreekt de Heilige Schrift
in dezen tot den Vaderdaarna, soms zelfs
afzonderlijk tot de Moederzeer dikwijls tot
de oudersook eene enkele maal tot de voog
den. Geheel dienovereenkomstig staat het
ook in de verschillende Kerkenordeningen
der Gereformeerde Kerken beschreven. Daarin
wordt ook eerst en meest van den vader
doch ook dikwerf van de ouders gesproken.
Ook dan wanneer er sprake is van het ten
doop presenteeren en van het onderwijzen
«n opvoeden in de vreeze des Heeren.
De ouders zijn gehouden om hetgeen in de
plechtige ure des doops beloofd wordt, be
loofd wordt aan God en aan zijne Kerk na te
komen. Zij nu beloven dat ze deze, hunne
kinderen in de leer, die in en door de Ker
ken geleerd wordt, zullen onderwjjzen en
doen onderwijzen. Wij, Gereformeerden dus
in de leer neergelegd en uitgesproken in de
belijdenisschriften der Gereformeerde Kerken.
De kinderen der Gereformeerde moeten alzoo
overeenkomstig de heilige en plechtige be
lofte bij den doop gedaan en ook naar de
belijdenis, die zij de hunne noemen, onder
wijs en opvoeding ontvangen in Scholen, die
inderdaad het verlengstuk van de huisgezinnen
der Gereformeerden zijn.
In scholen moeten zij dus onderwezen en
opgevoed worden waarin niet misschien, maar
zeker en gewis onderwijs gegeven wordt,
naar de leer, die alhier", dat is, in de Ge
reformeerde Kerken, geleerd en in onze be
lijdenisschriften door ons beleden wordt.
Hiermee het minder stipt te nemen is ge
vaarlijk en daarom niet te verantwoorden.
Dat is het zeker niet, wanneer wij door
's Heeren trouwe zorge scholen hebben, waar
in overeenkomstig onze belofte bij den doop
en volgens onze belijdenis het onderwijs ge
geven wordt. Evenmin is het te verantwoor
den, wanneer wij wel in de gelegenheid zijn
om met elkander zoodanige scholen in het
leven te roepen. Hoogst verblijdend is het
alzoo te mogen vernemen dat de ouders te
Grypskerke (in Walcheren) dit ingezien en
begrepen hebben. Door de ineensmelting
kwam er een kerkgebouw leeg een kerk
gebouw dat met zeer weinig kosten voor eene
school kan worden ingerichten de ouders
verbonden zich door vrij willige inschrijving
jaarlijks ongeveer f 600.te zullen geven.
Eene door de Overheid erkende vereeniging
voor gereformeerd onderwijs was er al sinds
eenigen tijd. En naar wij vernamen zal het
bestuur weldra overgaan tot het benoemen
van een hoofd- en een hulponderwijzer.
Op de Staatsschool gaan ruim 90 kinderen,
en met ongeveer 70 kinderen zal de Chris
telijke school wel kunnen geopend worden.
Inderdaad niet aangenaam voor het hoofd
der eerstgenoemde School. Maar wij ver
trouwen dat deze begrijpen zal, dat onze
belijdenis eischt wat onze vrienden al
daar gaan doen. Zij kunnen en mogen niet
anders. Want eene school, waar de Christus
Godsde Christus der Schriftenbij de wet
uitgesloten is, mag en kan de onze niet
zijn. Daar, waar bij het onderwijs en de
opvoeding Jezus, de Middelaar des verbonds,
de Heiland en Zaligmaker onzer kinderen
is buitengesloten, mogen onze kinderen niet
binnentreden. Het gaat hier om de eer des
Heeren, het heil der kinderen en de vervul
ling der doopsbelofte. Wij zijn het verschul
digd aan onzen Heere Jezus Christus, aan
Zijnen God en Vader, en ook aan den Heiligen
Geest (immers waar Jezus is buitengesloten
kan Hij niet werken)wij zijn het verschul
digd aan onze geliefde kinderen, aan ons
zei ven, aan de Kerk, aan de maatschappij
en ook aan de Overheid.
Grijpslcerke doet, wat het doen moet. Het
gaat het meest naburige dorp, dat veel groo-
ter is, voor. En dat komt, omdat men daar
niet begint, zooals Grypskerke begonnen
is, namelijkmet de ineensmelting. Zoo
ergens, dan is het daar, dadelijke eisch der
behoefte. Eene Kerk en eene pastorie kreeg
men dan ter beschikking. Daarenboven zou
den drie naburige Kerken daardoor versterkt
en gebouwd worden en naar het den onder -
geteekende voorkomt, twee er van tot het
beroepen van een leeraar kunnen overgaan.
Dewijl er zooveel voor do zaak des Heeien
achterligt, is de verantwoordelijkheid groot,
die men door al maar uit te stellen op zich
neemt. Dat de waarheid, die naar de god
zaligheid is, allerwege zegeviere in hart en
huis en School en KerkLittooij.
Beroepen: te Harlingen J. D. v. d. Velden
te Middelburg. Te 's Gravenmoer C. J. I.
Engelbregt te Andel. Te Nijmegen J. Kok
te Jutrijp Hommerts. Te Woerden (B) S.
Oudkerk te Zaik. Te Valtherinond J. C. v.
Mantgem te Borger. Te Enschedé H. Buiten
huis te Sleeuwyk. Te Breukelen C. B. Ba-
vinck te Hazerswoude. Te Poortvliet K. Stel-
ma te Strijen. Te Haarlemmermeer (Hoofdd.)
A. Brouwer te Amsterdam. Te Echten en
Oosterzee E. Vonk te Haulerwyk.
Aangenomennaar Oude Mirdum c. a. door
J. Wijnia te Zevenhoven, Naar Holten door
R. W. de Jong te Marrum. Naar Ommen
door L. A. Smilde te Leerdam A. Naar Leer
dam B door W. Raman te Oosterbeek. Naar
Englewood (N. Am.) door L. v. Dellen te
Nieuwe Pekela.
Bedanktvoor Schiedam door G. de Braai
te Kralingen. Voor Serooskerke (B) door F.
W. Sluijter te Heeg. Voor Roseland III. N.
Am. door A. de Geus te Wolvega. Voor
Monnikendam door P. J. Wyminga te Zaan
dam. Voor Steenwijk A. door F. G. Petersen
te Mildam. Voor Groningen door A. M. Don-
ner te Assen. Voor Maassluis B. door W.
H. Oosten te Middelburg. Voor Woerden
door S. Oudkerk te Zalk. Voor Nieuwdorp
door O. D. Eerdmans te Ierseke. Voor Sprang
door P. Zijlmans te Rozenburg.
EÜDOKIA.
Verblijdend was het voor B.B. diakenen
een paar weken geleden ook een gift voor
onze Stichting te ontvangen van eene Jonge-
lings-Vereeniging uit den Haag.
Dit geeft wederom bewijs, dat hoe langs
zoo meer de liefde voor Eudokia toeneemt.
Vooral Jongelings- en Jongedochters-Vereeni-
gingen kunnen op hun eigenaardig terrein
zulke uitnemende diensten bewijzen voor eene
inrichting, waar zoovele hulpbehoevenden
naar het lichaam verpleegd worden. Het is
toch zulk een onwaardeerbaar voorrecht reeds
op jeugdigen leeftijd verwaardigd te worden,
om tot heil en hulp van den naaste werkzaam
te mogen zijn.
Mocht onder Gods zegen dan het goede
voorbeeld uit den Haag bij andere vereeni-
gingen navolging vinden. Eudokia heeft zoo
veel en velerlei behoeftenals dan een ieder
doet wat de hand vindt om te doen, dan
wordt zeker voor diakenen den arbeid ge
makkelijk gemaakt ook in het nakomen van
hare finantieele verplichtingen.
BOERBEOOUDEELINt».
1. Blijde dagen voor onze kinderen. Ver
jaar-, Nieuwjaar- en f eestgedichtjes, 86 blz.
15 ct.
2. Korenbloempjes. Christelijke gedichten
bijeenverzameld, 96 blz. f 0,50.
3. Paarlen uit Gods Woord. Gereformeerde
Scheurkalender 1894. f 0,30.
Uitgaven van T. SLAGTER te Kollum.
Dit een en ander is ten dienste van onze
eenvoudige christelijke huisgezinnen.
No. 1 is voor onze kinderen van 8, 10 en
12 jaar. Zij schrijven zoo gaarne een vers
op vaders of moeders verjaardag of met
Nieuwjaar. Hierin komt dit boekje hun uit
nemend te pas. Onze knapen en meisjes, die
het hebben, willen het niet graag missen.
No. 2 is een werkje voor jongelingen en
jongedochters. Er is veel schoons in by
eenverzameld uit christelijke dichters. Het
is niet te misprijzen, wanneer onze jonge
menschen eens gaarne een vers lezen, als het
maar goed is, en zeer is het aan te bevelen,
om een schoon gedicht b. v. van Da Costa
of Bilderdyk, die wij hier ook vinden, van
buiten te leeren en voor te dragen.
No. 3 behoort aan den wand in de huiska
mer, de christelijko scheurkalender. Er zijir
vele goede scheurkalenders, deze mag daar
onder gerekend worden. Hij is keurig uit
gevoerd en bevat nu en dan tot afwisseling
een psalmvers met noten er boven, als in het
psalmboek, op de voorzijde. Hij is zeer goed
koop en daarom almede zeer geschikt ter
verspreiding. Hulsebos.
Almanak de Nationale Christen-geheel-ont
houders-Vereeniging Anno 1894. Leiden T. J.
KOUSBROEK. Prijs 10 cent.
Op den titel van dit boekje is zeer eigen
aardig het oude met het nieuwe vereenigd.
Let op dat Anno. Maar dit daargelaten, als
mede het standpunt, waarop deze Vereeniging
staat, en dat het onze niet is de strijd, die ook
van deze zijde tegen de ontzettende drank-
zonde in ons Vaderland wordt aangebonden,
mag ons niet onverschillig zijn. Integendeel,
het is goed er kennis van te nemen. De Al
manak stelt er ons uitnemend toe in staat
en bevat menige boeiende bladzijde. Aan
het goede, dat in dit streven niet ontbreekt,
verbinde de Heere nog een rijken zegen.
Hulsebos.
Het idiotengesticht ,,'S HEEREN L00"
te ERMEL00
Artsenij voor arme rijken.
Daar is een soort kranken, wier toestand deernis
waardig is. Symptomen. Klagen over slechte tijden,
over achteruitgang van zaken en dergelijke uitvluch
ten, als zij aangesproken worden iets voor de zaak
des Heeren te offeren doch bij dit alles een welge-
vulden buidel. Diagnose. Mammonziekte. Prognose.
Een doodelijken afloop, als God het niet verhoedt.
(1 Tim. 6 9.) Medicatie. Soms zeer forsche midde
len: ^verkoop alle3 wat hij hebt en geef het den
armen" (Luk. 2S 22Andere heilzame medicamen
ten (Hagg. 2 9.) M ijne is het zilver en mijne ia
het goud, spreekt de Heere der lleirscharen." (Ilagg.
2 1920.) jrStelt er toch uw hart op van dezen dag
en opwaartsvan den 24en dag der negende maand
*af, van den dag af, als het fondament aan den tem-
»pel des Heeren is gelegd geworden, stelt er uw
#nart op. Is er nog zaad in de schuur?zelfs
den olijfboom, die niet gedragen heeft, die zal ik van
dezen dag af zegenen." (Maliachi 3 10, #Brengt al
de tienden in het schathuis opdat er spijze zij in Mijn
*Huisen beproeft Mij nu daariD, zegt de Heere der
*Heirscharen of ik u dan niet opendoen zal de ven-
asters des hemels en u zegen afgieten, zoodat er
f eene schuren genoeg wezen zullen. Voor alles echter
ij den Heere onzen Heelmeester zij er genezing van
deze plage des har'en te zoeken.
Ds. J. C. van Schelven, Voorz. Dieren
F. Koutlang l.Ezn., Directeur, Ermelo.
Sedert de vorige opgaaf met hartelijken dank ont
vangen: door Ds. W. T. van Dijk te Tholea, van de
meisjes vereen, f 1,50, Corresp. dhr. P. v. Dam te
Moerdijk, contrib. f4.,dhr. J. K. Verhulst te Gapin-
ge, van de Diac. Geref. Kerk. f9. Voor het Nieuwe
I