Uit Kerk eu Schooi.
poort van Jezus ruim en zalig paleis moest
hangen: >Mijn kind geef mij uw hart."
Zoo hangt nu boven den biechtstoel van
Rome (en dus geheel misplaatsthet Woord
dat boven de tuindeur van des Heeren lusthof
gesteld was: »Wees welgemoed, Uwe zonden
zijn u vergeven."
Moet dit zoo blijven, lezers
Zoo hangt nu de regel»Die spaarzamelijk
zaait, zal spaarzamelijk maaien maar de ze
genende ziel zal vet gemaakt worden" boven
de deuren van staat, huisgezin, en maatschappij.
Dies hebben wij een ontwrichte maatschappij,
een te gronde gaan der huisgezinnen en een
dure en schadelijke Staats-huishouding.
Zoo hangt het opschrift Alles is het Uwe"
abusievelijk boven de herberg en oproer
kraaiers venten er dus hun volksmisleidingen
uit tot bittere ellende der arme bedrogenen,
die hun schoone (maar, gelijk zij zeer goed
weten, onvervulbare) beloften gelooven.
En omgekeerd, is het bord »Zet de tering
naar de nering" voor de deuren van Kerk
en Zending gehangen en achter deze deuren
met versperring van den rechten weg
een weg geopend om arm te worden.
Veel uitgeven voor genot der wereld en
uitzuinigen op de armenzorg en voor Gerefor
meerde ziekenverzorging geen plaats.
Veel besteden om »zijn stand op te hou
den" en dan bekrimpen bij het Christelijk
onderwijs.
Veel geld voor behoorlijke" kleeding;
en dan natuurlijk wat minder voor den
Kerkedienst.
Veel voor binnenlandsche weelde en dan
gebrek voor buitenlandsche zending.
Maar dan óók gebrek aan zegen des Heeren.
En dan óók het harde [maar door Liefde tot
nog tijdige waarschuwing gesproken] woord
des Heeren in Haggai 1 46»Is het
voor ulieden wel de tijd, dat gij woont in
uwe gewelfde huizen, en zal dit huis woest
zijn Nu dan, alzoo zegt de Heere der heir-
scharen Stelt uw hart op uwe wegen. Gij
zaait veel, en gij brengt weinig in gij eet,
maar niet tot verzadiginggij kleedt u, maar
niet tot uwe verwarmingen wie loon ont
vangt, die ontvangt dien loon in een doorge-
boorden buidel."
De Heere heeft ergens geschrevenBrengt
al de tienden in mijn schatkist." De duivel
heeft dit listiglijk van zijn plaats genomen
en het van des Heeren huis in een donkeren
nacht, terwijl de Kerk sliep, weggedragen
om het boven zijn eigen huisdeur te hangen.
En nu wil hij des noods u wel als rent
meesters laten aanblijven, lezers; mits het
maar naar zijn Schathuis ga.
In de Reformatie zijn wij begonnen deze
verkeerd geplaatste borden wêer te verhangen,
't Is soms zwaar werk gebleken. Soms moest
er zelfs heel wat voor gebroken worden. Zou
den wij er nu toch maar niet mede voortgaan
Gij helpt immers mede
Dan komt het heerlijke opschrift »Zet de
tering naar de nering" wêer boven onze
maatschappelijke deuren. Het past er juist.
De andere borden waren er veel te groot en
hebben ruiten gebroken en kozijnen, venster
banken, pilasters, enz. ergerlijk beschadigd.
En Kerk en Diakonie (in ruimen zin) en
School en Zending oudervinden, dat ook het
groote bord weer op zijn plaats staat en het
opschrift weer gelezen wordt: Brengt al de
tienden in Mijn [namelijk des Heeren] schat
huis."
En gijzelf zult het mede ervarenwant
»die in zegeningen zaait, zal ook in zegenin
gen maaien."
Sluit Schiedam
Toen de Kerk de Zending verzuimde ging
het Mohammedanisme propaganda maken. En
nu is de arbeid der in deze eindelijk ontwa
kende Kerken tienvoudig verzwaard.
Toen de Kerk de verpleging der kranken en
der verminkten naliet, ging de wereld met
van haar verleden afgeziene nabootsing phi-
lantropie drijven. En de Kerken lieten zich
dit aanleunen en beginnen eerst in 1893 te
vragen of zij toch inderdaad verkeerd deden
met als Priester" en Leviet" maar door te
loopen op den weg naar Jericho zonder deer
nis te toonen. En nu smaadt de waereld (is
't geheel onverdiend haar onbarmhartigheid!
Zal nu de Kerk ook nog door het Socia
lisme beschaamd moeten worden Ook nog
de schande moeten ondergaan, eerst door het
Socialisme te worden wakker geroepen tot
veroordeeling en bestrijding van den sterken
drank Fkringa.
Zending sj eest.
Voor zoover wij oordeelen kunnen, was op
het dertigste »nationale" Zendingsfeest, on
langs te Velzen gevierd, niet één spreker
uit de Gereformeerde Kerken.
Of geen der Gereformeerde predikanten
uitgenoodigd werd, weten wij niet. Wij ver
moeden echter, dat niemand uitgenoodigd
werd.
Het was ons een reden tot blijdschap, dat
op dit »feest" onze Geref. Kerken door geen
sprekers vertegenwoordigd waren.
Het komt ons toch voor, dat het geen
tijd is om Zendings/mtew te vieren en op
Zendingsfeesten hoog te gaan jubelen.
Het leidt alles maar tot zelfsverheffing,
terwijl wij schaamrood neer moesten zitten.
Duizenden stroomen op zulke dagen van
alle kanten saam. Men zou* denken als men
al deze menschen in feestelijke stemming
saam ziet, als men zoovele sprekers hooren
kan, dat er door ons volk al heel wat voor
de zending onder de heidenen gedaan wordt,
dat wij hier te doen hebben met eene zaak
waarin schier iedereen inleeft en waarvoor
allen offeren
Maar de werkelijkheid
Ongeveer 17 millioen wordt in Europa
jaarlijks voor de Zending bijeengebracht.
Engeland alleen brengt daarvan ongeveer 15
millioen saam.
De rest wordt door het overig Europa
aangebracht. Die rest is ongeveer 2 millioen.
En van die 2 millioen brengt Nederland
nu ook een klein gedeelte bijeen.
Is er dan oorzaak in Nederland om Zen
dingsfeesten te organiseeren
Zestig millioen wordt jaarlijks in ons va
derland alleen aan sterken drank uitgegeven.
En twee millioen in geheel Europa, Enge
land er buiten gelaten, jaarlijks voor de Zen-
ding.
Is het dan wel tijd om aan Zendings feesten
te denken
Waarlijk het was ons een reden tot blijd
schap, dat geen der Gereformeerde predikanten
dit jaar op het Zendings/eesi gesproken hefcft.
Laten de Gereformeerde Kerken het vieren
van Zendings/eeste7i aan de methodistische
Synodale vrienden overlaten, maar laten zij
zelve den arbeid der Zending, zoolang, ten
minste door een deel van haar, schandelijk
verwaarloosd, krachtig ter hand nemen.
Sta dit ten minste voor haar vast, dat
zoolang de 60 millioen uitgegeven aan ster
ken drank, staan naast de enkele honderd dui
zendenals het nog zooveel is, uitgegeven
voor de Zending, van het vieren van Zen-
ddngsfeesten voor ons volk geen sprake moest
zijn.
Zie onze schoone koloniën eens aan zie
alleen Java eens aan laat ds Lion Cachet
u eens zeggen, hoe het er daar uitziet. Ver
baas er over, dat deze landen zoolang
onze bezittingen waren en dat het er nu zóó
ellendig uitziet en gij zult niet licht meer
zijn onder hen, die optrekken om Zendings-
feesten te vieren.
Uit het Genootschap.
In Arnhem leggen heeren kerkvoogden
van het Genootschap, het toe op de beurzen
der Gereformeerden. De billetten voor hoof-
delijken omslag worden gereed gemaakt voor
menschen, die sinds jaar en dag met het
Genootschap niets meer te doen wilden hebben.
Tegelijkertijd worden in diezelfde stad, bij
hetzelfde Gennootschap, armen die hunne
kinderen bij eenen Gereformeerden predikant
ter catechisatie doen gaan, met onthouding
van brood gestraft.
Het is zooals in de Geldersche Kerkbode
geschreven staat
Arme lidmaten worden weggezonden met
ledige handen, omdat zij voor zich en de
hunnen geestelijk voedsel zoeken in de Oos-
terkerk, want och, zij behooren immers niet
meer bij de gemeente
Rijke lidmaten worden aangeslagen, hoewel
zij precies hetzelfde doen als de armen,
want zij behooren immers nog wel terdege
bij de gemeente.
Als dit nu geen meten is met tweeërlei
schale, wat is het dan
Terwijl men in Arnhem deze dingen doet,
wordt naar geschreven wordt, in het Genoot
schap te Elburg, op de stichting voor ouden
van dagen 't Feithenhof, de barbaarste wreed
heid begaan, dat door heeren bestuurders
menschen van 70 en 80 jaar gestraft worden
met geheele onthouding van brood en schoon
linnengoedomdat zij niet in het Genootschap
kerken wilden, maar spijs voor hun zielen
zochten onder gereformeerde prediking.
Welk een "treurige geest wordt toch uit
het Genootschap van 1816 door deze dingen
openbaar
En zoo is het nu overal. Om het even
of ge komt in het Zuiden of in het Noorden,
op Walcheren of op de Veluwe het is altijd
zie voor uwe kerkelijke huishouding ook te
krijgen uit den zak van anderenmaar straft
inmiddels armenzwakken en ouden met ont
houding van brood en kleedals zij maar even
durven toonen dat zij van de vaderlandsche
kerkniet gediend zijn.
Zoo snijdt het Synodale mes naar twee
kanten. Van den eenen kant komt het geld
in. Van den anderen kant gaat het niet
meer uit.
Dat bedoelde men nu wel niet in de eerste
plaats. Neen gereformeerde menschen eens
te krijgen, te duwen, te plagen, dat is altijd
nummer èén. Maar 't is toch ook geen kwade
zaak van den eenen kant te ontvangen en
van den anderen kant niet uit te geven. Zoo
raakt de kas vol. Zoo neemt het aardsche
goed toe.
En gij weet, onder de dingen, die bij *t
Genootschap heel vooraan staan, zijn ook
altijd geld en goederen.
Drijven.
Men kan in deze dagen bijna niet spreken
over rechtvaardigmaking van eeuwigheid,
over wedergeboorte als verondersteld bij den
Doop en over nog eenige andere zaken of
sommigen zijn er aanstonds bij om u een
drijver te noemen.
Het schijnt, dat zij meenen, dat alles al
tijd maar bij het oude moest blijven dat we
nooit eens tot een klaarder inzicht der din
gen moesten komenen dat, wat eenmaal
in hun kring vaststaat, nu ook altijd maar
vast moest blijven staan.
Dit moet echter niemand verhinderen toch
over deze zaken te spreken, en niemand
terughouden van het zoeken om in deze
zaken tot steeds meerdere klaarheid te komen.
En wordt er door sommigen over hen, wier
arbeid tot het verstaan van Schrift, Belijdenis,
en Liturgie voor ons tot grooten zegen was,
op weinig waardeerenden toon gesproken,
dit weerhoude ons nooit tot hun arbeid in
te gaan, door dien arbeid ons te laten voor
lichten, en wat zij ons leerden ook wederom
aan anderen te leeren.
Liever moet het ons zijn door sommigen
voor drijvers gehouden te worden, dan altijd
te dry ven in het sop, dat zij voor het eenige
ware vaarwater believen te houden.
Wolf.
Gaarne verleenen wij aan onderstaand Stuk
een plaatsje. Het is toch een opwekkend woord
ten gunste van Gereformeerd Schoolonderwijs,
dat ook voor anderen gemeenten tot zegen
kan zijn.