zegen in ons midden, i9 de bede van den Kerkeraad.
Namens dezelve
H. Gay Scriba.
Werkendam 26 April 1993.
Inwendige Zending en Bijbelcolportage in
Noord'Brabant en Limburg.
Ten gevolge van zijn aanstaand vertrek uit Noord-
Brabant verzoekt ondergeteekende alle gaven en bij
dragen voor den arbeid der inwendige Zending en
Bijbelcolp. niet meer hem te zenden, maar aan het
adres van
I)s. J. VAN HAERINGEN, te Werkendam.
die in zijn plaats benoemd werd tot Penningmeester.
Dat onzen geliefden broeder de gaven rijkelijk toe-
vloeieu Worde de Commissie steeds meer verblijd
door den haar oumi3baren steun der Kerken en ver-
eenigingen, van vele broeders en zusters, van
alle vrienden eu begunstigers van een arbeid, zóó
noodig cn zoo kennelijk van den Heere gezegend
als de arbeid der inwendige Zending in het arme
Brabant is
Namens de Commissie
Bosch, 17 April 93. Js. van der Linden.
Veritiitwoorüiiiü: van liefdegaven.
In de Collecte 23 April door den boekh. der K.
Kas in dank ontvangen. Van eene dienstbode voor de
Kerk; 1' 0,50. Idem t' 2,50. Idem f 2,50. Voor het te Kort
f 1,00. Idem t* 3,00. Een pakje voor de armen f 2,50.
Voor de K. Kas f2,50 Eben-haëzer.
i. de Wolf?.
Door gecommitteerden voor de Zending in dank
ontvangen van Q Ö69 gebruikte postzegels.
A. Krijger Penningmeester.
Vlissingen B. Ontvangen: Voor de hulpbehoevende
krankzinnigen, idioten en doofstommen f0,50.
Namens den Kerkeraad
P. G. Laerkoes Jr. Scriba.
ORGELFONDS.
Contributie April '93.
Van Mej. P. C. Tazelaar f 4,20.
r m M. Daman 5,50.
t J. C. Boutens 11,40.
Driemaandelijksche Contr.
m J. C. Boutens 1,00.
f 22,107
Onze ijverige vcrzamelaarsters klagen er over, dat
sommige contribuanten nu reeds hunne bijdragen be
ginnen in te houden, terwijl de schuld nog niet ge
heel vereffend is.
Op de laatst gehouden jaarvergadering van de ver-
eeniging #de kerkelijke kas" werd door den boekhou
der medegedeeld, dat nog een bedrag van ruim f90
voor 't Orgelfonds moest inkomen. Als de contribution
dus nog volgehouden worden gedurende een maand
ot vier kunnen al de rekeningen betaald worden, en
is het fraaie en doelmatige Orgel ons onbezwaard
eigendom.
Vriendelijk worden dus de contribuanten verzocht
no<* eeen poosje aan te houden en wie voor deze
zaak nog niets heeft geofferd, haastte zich nog een
laatste steentje bij te brengen.
Indien gij dan met Christus opgewekt zijt,
zoo zoekt de dingen, die boven zijn, daar Chris
tus is zittende aan de rechterhand Gods.
Bedenkt de dingen die boven zijn, niet die
op de aarde zijn.
Want gij zijt gestorven, en uw leven is met
Christus verborgen in God.
Wanneer nu Christus zal geopenbaard zijn,
die ons leven is, dan zult ook gij met Hem
geopenbaard worden in heerlijkheid.
Doodt dan uwe leden, die op de aarde zijn.
Coloss. 3 15.
Het deel hebben aan Christus dood en op
standing is eene zaak van rijke beteekenis.
Zoowel de rechtvaardigmaking als de heilig
making ligt daarin opgesloten. Hier wordt
het oog gevestigd op de toekomstige heer
lijkheid van den geloovige, als met Christus
opgewekt, en zijne roeping tot heiligmaking.
Waarop slaat het woordje indienwaar
mede de apostel hier aanvangt Gij vindt
het antwoord, hst. II13. En Hij heeft u,
als gij dood waart in de misdadenen in de
voorhuid uws vleesrhesmede levend gemaakt
met Hemal uwe misdaden u vergevende.
In de geestelijke vereeniging met Christus
door het genadewerk Gods aan de ziele door
den H. Geest hebben de geloovigen verkre
gen: vergeving der misdaden en zijn zij op
gewekt tot een nieuw leven in den dienst en
tot eere Gods. Uit dit laatste vloeien nu
bijzonder de vermaningen voort, waarmede
de apostel hier tot de geloovigen komt. Chris
tus is gezeten aan de rechterhand Gods, daar
boven in den hemel.
Het deelgenootschap aan Christus in zijnen
dood, brengt mede het deelhebben aan zijne
opstanding. Maar hierin is ook het deel heb
ben van den geloovige aan den Heere Jezus
niet geëindigd, hij heelt ook deel aan zijne
Hemelvaart. En lieejt ons mede opgewekten
heeft ons mede gezet in den hemel in Christus
Jezus. Efeze II6. En zoo heet het dan
Zoekt de dingen, die boven zijndaar Christus
iszittende aan de rechterhand Gods. De din
gen, die boven zijn, dat zijnde eeuwige ge
lukzaligheid en heerlijkheid, de heilgoederen
en de geestelijke gaven tot de zaligheid noodig.
Ziet, dit moet het zoeken, het jagen van
Gods volk zijn. Hieraan zullen zij gekend
worden. Begeerig en verlangend moeten zij
zijn naar de zaligheid en heerlijkheid, die
Christus voor hen verworven heeft, en zorg
vuldig in het onderzoek, of zij de geestelijke
gaven bij aanvang en toeneming bezittendie
tot het beërven dier zaligheid en heerlijkheid
leiden, namelijk de kenmerken van het ware
geloofsleven.
Dit zoeken wordt nog nader bepaald door
hetgeen volgt. Bedenkt de dingendie boven
zijn. Het ware zoeken volgt uit de overleg
ging des harten. De ware bekeering is eene
bekeering des harten. Het denken en over
leggen des harten, vernieuwd door den H.
Geest, moet zijn een bedenken van de din
gen, die boven zijn. Daartoe moet Godsvolk
wel gedurig worden opgewekt, maar het kan
niet worden opgewekt, als het niet in begin
sel door den H. Geest aanwezig is. En bij
tegenstelling wordt er nog aan toegevoegd
nietdie op de aarde zijn. Hiermede wordt
natuurlijk niet bedoeld, dat men niet getrouw
zou moeten zijn in zijn dagelijksch bedrijf,
maar dat de zonde, en de wereld en de ij del
heid en de wereldsche overleggingen het hart
van Gods kind niet mogen vervullen. Inte
gendeel, zij moeten worden uitgebannen, zij
moeten worden gedood. Hiertoe moet de
goede strijd des geloofs gestreden worden.
De oude mensch moet ten doode toe be
streden worden. Doodt dan uwe leden die
op de aarde zijn. Want gij zijt g storven,
namelijk der zonde en der wereld. Verderop
den levensweg vorderende zal hun dit steeds
duidelijker worden, dat zij in Christus der
zonde en der wereld zijn gestorven. Maar
daarom moet hun dit ook voortdurend wor
den voorgehouden, opdat zij der zonden alle
heerschappij in de «mogendheid des Heeren
steeds krachtiger betwisten.
Tot aanmoediging om in de dooding van
de werkingen des vleesches te volharden, maar
ook tot aanvuring der zalige, christelijke hoop,
luidt nu de goddelijke vertroosting Uw leven
is met Christus verborgen in God. Uw eigen
lijke. ware leven, het leven, dat uit Christus,
dat uit God is, dat leven is verborgen. Het
is nu nog alleen een inwendig leven, gelijk
de bloem in den knop. Het is nog niet geo
penbaard en dus niet openbaar. Openbaar is
nu de ij dele heerlijkheid der wereld. De
Kerk, het kind Gods, zij zijn nog in de ver
nederde gestalte. Het is nu nog een strijden,
een afsterven van wereld en zonde, een ver
loochenen, vaarwel zeggen, opofferen, een ver
achtelijk zijn voor het oog der menschen.
Uw leven, gelijk het zich eenmaal in heer
lijkheid, zaligheid en eeuwige onbepaalde
vreugde zal openbaren, is nu nog verborgen,
gelijk ook Christus verborgen is voor het
oog der wereld, maar verborgen daar, van
waar Hij zich gewisselijk eenmaal in heer
lijkheid zal openbaren. Uw leven is met Chris
tus verborgen in God. Ziedaar de zekerheid
der hoop. In gemeenschap met Christus
wordt de aanstaande heerlijkheid bewaard bij
inGod. Zoo zeker als Christus in heer
lijkheid zal verschijnen, zoo zeker verwacht
ook Gods nu vernederd kind, de eeuwige
heerlijkheid. Wanneer nu Christus zal geopen
baard zijn (in zijne wederkomst ten jongsten
dage) die ons leven isdan zult ook gij met
Hem geopenbaard worden in heerlijkheid.
Wie zijn ze, die met Christus zullen geo
penbaard worden in heerlijkheid Gods uit
verkorenen. Maar waaraan zullen zij zich
zeiven en elkander kennen Christus is hun
leven, de fontein en oorzaak van hun geeste
lijk leven. Zijt gij nog in den dood, o wordt
toch behoeftig en begeerig naar dit ware
leven Is Christus uw leven Bedenkt dan
de dingen, die boven zijn, niet die op de aarde
zijn. En vertroost u in alle smart van wege
uwe inwoning in het vleesch Uw leven is
met Christus verborgen in God!
Hulsebos.
Bijbeluitgaven
Dr. Schot schrijft onder dit opschrift in
de Kerkbode voor Overijssel en Drenthe het
volgende
De gereformeerde Zondagschool vereeniging
te Kampen vroeg ons oordeel, daar zij in eenige
verlegenheid was gekomen door het gebruik
eener zekere Bijbeluitgave. Vroeger beloonde
zij altijd de kinderen harer scholen met
bijbeltjes van de uitgave van het Britsch en
buitenlandsch bijbelgenootschap. Dat bijbel
genootschap trok zich evenwel uit ons land
terug en de exemplaren harer uitgaven zijn
nu moeilijker en tot hoogeren prijs te beko
men. Natuurlijk is dit een groot bezwaar
voor velen en ook voor de genoemde zondag-
schoolvereeniging. Nu het Nederlandsch bij
belgenootschap eene nieuwe uitgave van den
bijbel gaf, voor zeer lagen prijs, meende
daarom de vereeniging, wijl zij in deze laatste
uitgave niets kan vinden dat bezwaar kon
opleveren, zich die bijbeltjes te kunnen aan
schaffen. De ouders der kinderen zijn er
evenwel niets mede ingenomen, en brengen
de vereeniging in eeoige ongelegenheid. YVat
moet zij doen, is nu haar vraag."
Wij kunnen dit alles volkomen begrijpen.
Het Nederlandsch bijbelgenootschap heeft
jarenlang al zijn best gedaan om zich het
wantrouwen der gemeente op den hals te
halen, en wij voelen er dan ook bitter weinig
voor. Zeer zouden wij wenschen, dat een uit
gever der gereformeerden den Staten tekst
eens in handig formaat ging uitgeven, zoo
dat wij het Ned. Bijbelgenootschap konden
missen. Voorloopig gaat dit evenwel nog niet.
De uitgave van den Statentekst in onze te
genwoordige spreekwijze en spelling, door Dr.
A. Kuyper, Dr. Bavinck, en Dr. Rutgers
ondernomen is nog niet gereed. Eerst als
deze gereed is ken men tot zulke edities
komen. Voorshands moeten wij evenwel bij
beltjes hebben, en nu dunkt het ons dat
men niet kan afkeuren wat de Zondagschool-
vereeniging te Kampen deed. De vroegere
uitgaven van het Nederlandsch bijbelgenoot
schap gaven niet de Statenvertaling. Dat
was zeer af te keuren en terecht wilde ons
volk daarvan niets weten. Het Britsch
bijbelgenootschap gaf wel den Statentekst.
Toch waren in de uitgaven van het laatst
genoemde genootschap nog wel fouten. In
dit opzicht heeft het Nederlandsch bijbelge
nootschap zich evenwel verbeterd men gaf
in de laatste editie ook den Statentekst, en
als daartoe nu de bijbeltjes behooren die
men zich te Kampen aanschafte behoeven
de ouders der kinderen hierover werkelijk
niet ongerust te wezen.
Naar ons oordeel kunnen wij, al staat dat
Bijbelgenootschap bij ons in nog zoo kwaden
reuk, van zijne uitgaven waartegen wij geen
gegrond bezwaar kunnen inbrengen gerust
gebruik maken. Een christen weet aithans
dat hij geen slaaf mag wezen van een voor
oordeel."
Met hartelijke instemming brengen wij
dit woord voor het Oostel k deel onzer Ker
ken ook over tot de Kerken van het Zuiden.
En voor Kerkeraden, èn voor Zondagscholen
èn catechisatiën rijst hier natuurlijk dezelfde
vraag. Vooral ook voor de Inwendige Zen
ding en Bijbelcolportage" in Noord-Brabant
en Limburg. In het Jaarboekje der Geref.
Kerken heeft Ds. Biesterveld toegestemd (door
een drukfout staat onder die aanteekening F.
voor B dat de laatste uitgave van het Ne
derlandsch genootschap betrouwbaar is. Ook
schrijver dezes die genoemd genootschap steeds
gewantrouwd en bestreden heeft, heeft tegen
genoemde uitgave geen bedenking. Een zorg
vuldig onderzoek door deputaten voor boven
genoemde colportage heelt deze gunstige be
oordeeling niet doen wijken.