Uit Kerk en School.
houden, geheel naar de oude methode te han
delen.
Schrijver dezes heelt dit zeer betreurd. Wa
re hij niet plotseling telegraphisch weggeroe
pen geweest, hij zou voorzeker deze vraag in
de vereenigde zitting in opzettelijke behande
ling hebben doen komen dewijl hij Art. 89
der Acta van de Voorloopige Synode genotu-
tuleerd had, en dus zijn aandacht meer dan
die van iemand anders op het slot er van
(»deze zaak wordt verwezen naar de vereenigde
zitting",) gevestigd was. Nu dit echter, helaas,
niet was gescnied. bleef niet anders over dan
gelijk nu gedaan wordt zich zorgvuldig te
houden aan het anders gewenschte maar na
tuurlijk nu niet meer te veranderen mandaat.
*Gepr kkeld:"
Dr. Schot verbaast zich in No. 11 van zijn
Kerkbode, dat iemand, dien men telkens prikt,
«geprikkeld" kan worden. Ons smart zijn op
treden tegen den Redactenr der Heidenbode
en gewezen deputaat op Midden-Java. Waarom
heeft zij door velen zoo dringend er toe
aangezocht niet gesproken, toen hét de
rechte tijd en plaats was, nl. ter voorloopige
Synode van Amsterdam? Waarom later niet
schriftelijk of persoonlijk overleg gepleegd in
de vrij kiesche vragen in quaestie? Beter dan
fraaie, maar aanvankelijk onuitvoerbare,
voorslagen over nieuwen arbeid op Sumatra,
ware, den (door schrijver dezes zoomin als
misschien door hein begeerden maar door
Gods Bestuur nu eenmaal op onze Kerken
geladen) arbeid op Java en Soemba niet door
goedbedoelde onvoorzichtigheden te schaden.
Onze Broeder neme zich toch voor «geprik-
kelheid" meer in acht! Dit is toch gewis de
rechte weg niet om het werk des Heeren te
doen en sympathie te kweeken voor de heilige
zaak der Zending!
Rekenschap aan de Kerken'.
Wanneer wij soms in de Gereformeerde
Kerken van «handopening" en dergelijke
zaken hooren spreken, komt de verbaasde
vraag bij ons op, of wij nog in het Genoot
schap van 1816 zijn; en zoo niet, sints wanneer
zulke collegialistische en hiërarchieke ver
loochening van Art. 81 der Kerk en ordening
toch Gereformeerd geworden mag zijn?
Maar aan den anderen kant is het gevaar
niet denkbeeldig, dat wij uit anti-Collegialisme
in een of andere Independentistische strooming
zouden vervallen. Vooral ten aanzien van
Deputaten tot de Zending! Immers telkens
wordt hun kwalijk genomen, dat zij geen
rekenschap afleggen, of van hen geëischtdat
zij dit wel zullen doen aan «de Kerken hunne
zenders"!
Dit klinktongetwijfeld, verbazend Gerefor
meerd. Maar is het dit ook? Zijn Deputaten
de dienaren van 's Gravenhage, op zichzelve
en Voorburg op zichzelveen Oudshoorn op
zichzelveen Amsterdam op zichzelve? Wie
geeft een dezer Kerken het recht, in dezen
zin de Deputaten hare Deputaten te noemen?
De plaatselijke Kerken in Si/node samen
gekomen hebben Deputaten benoemd. Cumu
latief gezagoefenend: 's Gravenhage m ts in
verbinding met al de zusterkerken: Hoe ware
anders te beschikken over Ds. van Minnen?
Voorburg mits in verbinding met al de
zusterkerken: Hoe anders Voorburgs Depu
taat Ds. Lion Cachet? Amsterdam mits met
allen samen: Hoe zou anders Ds. van der
Valk Amsterdams Deputaat kunnen zijn?
Oudshoorn mits met alle (ook de Brabandsche)
zusterkerken: Natuurlijk anders liet schrijver
dezes niet over zich beschikken.
Aan de gezamelijke Kerken nu is noch
rekenschap geweigerd noch gegevendewijl
dit eenvoudig onmogelijk is. Zij zijn nog
niet weêr te samen geweest. Zoodra zij (D.V.
in Augustus) samen zijn, zal natuurlijk de
rekenschap worden gegeven. Maar het recht
van eiken prediker, schrijver, of kerkeraad
om afzonderlijk rekenschap te eischen, mag
eerst wel eens bewezen worden. Aan onbe
voegden staat niemand huiszoeking toe.
Geen mandaat dan in punt 9 der vereeni-
gingsvoorwaarden
Deputaten voor de Zending hebben be
wezen een geheel ander mandaat te hebben.
Maar, gesteld eens, bovengenoemde bewering
ware juist. hoe ongerijmd zou dan het
besluit der Synode geweest zijn!
Men leze de 5 Artikelen van dit pant 9
maar eens na: Deputaten zouden dan alle
gelden moeten innen, en alleen voor den ar
beid op Midden-Java gelden uitkeeren. De
Broeders op Soemba en die te Batavia en
Soerabya, alsmede de Broeders llekkert en
Scheurer, zouden dan een jaar lang leven en
werken moeten zonder eten en geld!
Tot welke ongerijmdheden kan toch onna
denkend veroordeelen knappe lieden vervoeren.
Gelukkig, dat zij verkeerd gelezen hebben
Eerlijk
Tot ons diep leedwezen slaat de Zuid-Holland-
sche Kerkbode een toon aan, die het broeder-
hart krenkt. Mogen wij onzen broeder Sik
kel, dien wij hoogachten en liefhebben, ver
zoeken deze beleedigingen teiug te nemen en
weg te laten
Het gaat niet aan, Deputaten tot de Zen
ding zwart te maken als postjesbejagers, die
men zoet houdt met het vooruitzicht van
herkozen te worden en bang maakt met een
dreiging van ontslag. Het gaat niet aan, te
verklaren, dat geen man der zake kundig hun
recht van handelen zal toestemmen, waar» De
Heraut" en menig der zake niet onkundig
man met Deputaten dit recht erkent.
En het gaat niet aan, bij een duidelijk,
onwederlegbaar, en afdoend bewijsstuk, op
een uit het verband gerukte uitdrukking at
te gaan, en van een verschuilen" achter de
oude Christ. Geret. practijk te spreken. Ds.
Sikkel weet, dat bijv. schrijver dezes bij
zijn aanhoudend tegenwerken van gevreesd
loslaten der doleantie-beginselen zich nooit
verschuilen" ging; maar steeds onomwonden
heelt uitgesproken geheel de vereeniging der
kerken te betreuren en tegen te staan, indien
zij daartoe zou moeten leiden.
Nu echter deze vereeniging eenmaal is ge
troffen eischt de eerlijkheid de gesloten con
tracten getrouw na te leven. Heeft onze
Broeder dit niet uit het oog verloren
Hij neme dan zijn, vele Broederen zonder
oorzaak krenkende beleediging terug. De
Broederband zal dan om dezen kleinen twist
straks te hechter zijn
Fbrinoa,
Uitzending dr. Scheurer.
Nu de deputaten tot de zending getoond heb
ben in de overtuiging te staan, da*t ook het
uitzenden van Zendelingen op hun weg ligt
j a, dat zij namens de Kerken dr. Scheurer
moeten uitzenden, is onze raad, dat niemand
van deze zaak een twistappel m.ike, maar
dat alle Kerken nu spo-dig voor de uitzen
ding van dr Scheurer collecteeren en de op
brengst van haar collecten terstond aan de
deputaten doen toekomen.
Geen Kerk weigere mee te dragen in de
kosten van deze uitzending, omdat in deze
zaak nu juist niet naar haar beginsel is ge
handeld.
Tegen de uitzending, zooals die nu geschiedt,
zijn groote bezwaren. Wij ook z ij u bang
voor Commissies, die het werk der Kerken
gaan doen.
Maar bedenke men, dat wij in een tijd
yan overgang leven en dat men in zulk een
t ij d in sommige zaken de 1 ij n niet te strak
moet aantrekken. Bedenke men, dat de Ker
ken in 't vervolg niet gebonden zijn door wat
door deze deputaten is gedaan. Bedenke men
dat op de a. s. Synode de zaak der zending
ook weer aan de orde komt en dat de Ker
ken dan zelve zullen uitmaken, hoe het werk
der zending onder de heidenen behoort te
geschieden.
Dit maal moet men weten te dragen, ook
al vindt men de gronden waarop de depu
taten zich voor de uitzending van dr. Scheurer
beroepen, nog zoo zwak.
Mogen alle Kerken aan dezen zendeling den
weg naar Midden Java door haar bijdragen
mogelijk maken.
Vergezelle aller bede hem op zijnen weg.
Tractementen.
Onlangs lazen wij in het verslag eener
classicale vergadering, dat door eene der
Kerken het voorstel was gedaan, dat voortaan
de predikanten de zoogenaamde vacatuurgel-
den zouden storten in de Kas van hun eigen
Kerk.
Deze Kerk wilde dus, dat ook de vacante
Kerken zouden bijdragen tot de instandhou
ding van haar kerkelijke huishouding.
Niet zij zelve zou haar eigen zaken drij
ven, maar voor een deel zouden de vacante
Kerken dat doen.
Die Kerk sloeg, al zag zij het niet in, met
dit voorstel zich zelve toch wel een weinig
in het aangezicht.
Of werd zij hierin misschien door waak
zaamheid over de predikanten gedreven
Ook dit toch komt voor.
Nu, het komt ons voor, dat er vooreerst
nog geen bezorgdheid behoeft te wezen, voor
te groote tractementen der dienaren. Het zal
de vraag zijn of alle dienaren zonder zorg
kunnen leven van het Evangelie.
En toch behoorde het zoo te zijn.
Het zal de vraag zijn of alle Kerken wel
rekening houden met de wassende behoeften
der dienaren, voortkomende uit het zich uit
breidend gezin. En toch dit moest.
Er zijn Kerken, die in deze zaak doen wat
zy kunnen. Ja, met dank aan den Heere mag
dit beleden worden.
Maar, zijn er ook niet Kerken, die bij het
verminderen der lasten voor haar zelve, en
bij de vermeerdering van de behoeften des
dienaars alles laten, zooaJs het voor tien en
twintig jaar geleden was.
Wy beschuldigen geen enkele kerk, maar
vragen slechts.
Ook hier hebben de Kerken zich voor des
Heeren aangezicht te stellen en te onderzoeken
of zij doen, wat zy doen moeten.
Hooren wij eens wat Voetius over dit stuk
zegt:
K. Mogen de bedienaren des Woords wel be
zoldiging ontvangen voor hun onderhoud
A. Ja en het is hun zelfs niet alleen geoorloofd
maar zij hebben er ook hel hoogste recht toe.
V. Bewijs dat
A. Matheus 10 10 want de arbeider is
zijn voedsel waardig; en l Cor. 9 7, 9, 10,
13 en 14.
V. Maar zou een herder en leer aar, ter
wille van zijn huisgezinzich wel met wereld
lijke zakenmet ambachten of koopmanschappen,
met staatsbediening of- betrekkingenmet kun
sten of handwerken mogen afqeven
A. Neenaltijd onder bedingdal hem ge
noeg tractement wordt verschajtom zich geheel
aan zijn ambt te kunnen wijden.
V. Bewijs dat.
A. 2 Tim. 2 4 Niemanddie in den
krijtj dientwordt ingewikkeld in de handelingen
des leeftochts.
V, Maet een leeraar zich met het hem toe
gelegde tractement tevreden stellen
A. Ja.
V. Maar hoe moet de bezolliging van een
leeraar dan ook zijn?
A. Zoodat bj zijn persoon en gezin er
van onderhouden kan.
Overdenken de Kerken eens wat Voetius
schreef. Wolf.
Dr. Wagenaar die zeer veel belangstelling
toont in onze Gereformeerde Jongelingsveree-
nigingen schreef onlangs het volgende in de
Geldersche Kerkbode
Een spoor van Christelijke Jongollugs
Vereenlgingen in den oudeu tijd.
In 1757 werd er te Alkmaar een Synode
gehouden.
Deze behandelde een vraagpunt van de
Alkmaarsche Classis, dat aldus luide