Uit Kerk en School. tenaren de lust om op te treden by den voorganger niet bijster groot was, zal zegt genoemde courant niemand bevreem den. Op verzoek van den koster verliet de schare dan ook den tempel en gingen dominé eu koster by een nabijwonend diaken koffiedrinken." Consequent Leervrijheid, eerst opgevat als vrijheid van de leer der Kerk, wordt ten slotte vrijheid van de leer ook zelfs der leer- vrije predikanten. Dan gaat het Kerkhouden onder in een koffievisite. Wèl bezien, geen verandering van soortmaar alleen maar van plaats. Allergezelligst en allerverlichtst en allervryst Maar krimpt u bet hart niet van deernis over deze schapen, wien men het rechte voedsel onthoudt, al walgen zij blijkbaar van het verderfelijk surrogaat, dat men er voor in de plaats schuift Arme schapen, die geen herder hebt, en aan deze huurlingen wordt prijsgegeven, krachtens de Reglementen en Besluiten der hooggeloofde Haagsche Synode" Och, dat Uw opzieners dezen ban braken Of des noods dat Gij U aan hun goed bedoelde, maar te zwakke, leiding onttrokt Mochten de enkele teekenen van beweging in de laatste tijden dit desnoods" nog eens onnoodig maken »'t Was een moderne Dominé" schreef als vergoêlykend een bevriende hand naast het courantenbericht. Voorzeker, dan verloren de drie hoorderessen niet veelbij deze veran dering van Kerkbeurt zonder Christus in koffievisite. Maar, vrienden van het Genoot schap, dat ook deze Kerk in zijn verstikkende omhelzing geklemd houdt, is niet juist dit de jammer, dat Kerken, waar eenige zwakke vonken overbleven, of opnieuw eenige gloed ontvonkte, met geweld in het ongeloof wor den ingedreven krachtens deze Reglementen en Besturen, totdat de samenkomst der Ge meente overgaat van zes lustelooze Kerkgan gers in drie opgewekte koffiedrinkers »Wat rekenschap zullen eens die onge- loofspredikers hebben af te leggen Zeker, mijn Broeder, maar gij, die de Reglementen duldt, zonder welke hun macht verdwenen ware, hoe groot zal uwe mede verantwoordelijkheid zijn Zedelijkheid en opvoeding. »Ook, wie zich slap aanstelt in zyn werk, is een broeder van een doorbrenger" zegt Spreuken 18:9. Wordt dit woord Gods niet maar al te veel vergeten Zyn niet vele Ge reformeerden (niet om maar ondanks hun beginsel) maar al te slap in hun dage- lyksch beroep Het is soms, alsof een Ge reformeerd winkelier niet de beste winkelier, een Gereformeerd landbouwer niet de beste landman, een Gereformeerd onderwijzer niet de beste onderwijzer behoorde te zijn »Ge- reformeerd" schijnt soms als supplement te moeten dienst doen als aanvulling, om wat gebrekkig is in orde te brengen. En toch is het juist de goede wortel, waaruit het beste leven opwassen moet en kan Vooral in de opvoeding worde hierop ge let. Zoowel te huis als in de school. De tijdgeest breekt de kracht der opvoeding in de ongereformeerde gezinnen. En dit kwaad, dat tegenwoordig >in de lucht zit", dringt als met elke ademhaling ook in onze gezin nen binnen. Brenge dan de Reformatie der Kerken meer en meer een opleven in de Gereformeerde gezinnen, en een breken met het »zich slap aanstellen", dat in de onge reformeerde op den duur onvermijdelijk is De oppervlakkige en wufte levenstoon der wereld sloop reeds zoo in De losheid van zeden brak reeds zoo doorHet niet vreezen van zedelijke onreinheid en zedelijke besmet ting droeg reeds zoo droeve vruchten De hooggeloofde onschuld der plattelandsbevol king is reeds zoo ver te zoeken En zoo menige diepe, gevaarlijke, en voor de «ere Gods smadelijke, val was reeds het gevolg van ondoordacht met vuur spelen en van slappelijk teugelsvoeren Zal de Reformatie der Kerken niet, ali Josia's Reformatie, het laatste opflikkeren eener uitgaande vlam zyn, dan zullen heeren en vrouwen beter toezicht moeten houden op en meer medeleven met hun dienst baren dan zullen schuldige Zeeuwsche en Brabantsche gewoonten moeten bestreden wordendan zullen de ouders moeten op houden zich »slap aan te stellen" in de op voeding. Feringa. Artikel 56 der Dordsche Kerken-ordening. Nog altijd zijn er vele ouders, zelfs onder de leden van Kerkeraden, die meenen dat het er weinig op aankomt of de kinderen der gemeente na vier dagen of na vier we ken ten doop gepresenteerd worden. Zij vinden in dat spoedig doopen zelfs iets wat aan Rome doet denken. Zy meenen, het lijkt er op, alsof wy Gereformeerden evenals de Roomschen van oordeel zijn, dat ongedoopte kinderen niet tot de zaligheid kunnen komen, en er is een sterke twijfel bij hen of onze vaderen met dat spoedig doopen nu juist wel zooveel hebben op gehad. Eigenlijk houden zij dat spoedig doopen voor eene uitvinding van den laatsten tijd. Voor een tiental jaren geleden toch hoorde men van deze zaak bijna nooit iets. Gelukkig dat wij alle twijfelenden duidelijk kunnen aantoonen hoe onze vaderen op dat stuk gedacht hebben. Wij schrijven daartoe maar over art. 56 van onze Dordsche Kerken-ordening. Art. 56 luidt aldushet Verbond Gods zal aan de kinderen der Christenen met den Doop zoo haast als men de bediening des zei ven hebben kan, verzegeld worden, en dat in de openbare vergadering, wanneer Gods Woord gepredikt wordt. Doch ter plaatse, waar niet zoovele predi- catiën gedaan worden, zal men een en zekeren dag in de week verordenen om den Doop extra-ordinaarlyk te bedienen, zoo nogtans, dat 't zelve zonder predicatie niet geschiede. En omdat niet weinigen meenen dat het ten doop presenteeren der kinderen door de vaders toch zeker iets is, waarvan by onze vaderen geen sprake is geweest, schrijven wij hier ook een gedeelte van art. 57 uit Het luidt aldus de Dienaars zullen hun best doen en daartoe arbeiden, dat de vader zyn kind ten Doop presenteere. Deze beide artikelen zijn uit de Kerken ordening van 1618, eene Kerken-ordening bij welke de Gereformeerde Kerken in ons vaderland ook nu weer leven. En hadden de Geref. Kerken der 17de eeuw zich aan deze Kerken-ordening te hou den, ook wy hebben dat te doen zoo goed als zij. Het is dus bijzonder ook de roeping der Kerkeraden om op dit punt de Gemeente bij de Kerkenordening te doen leven. Niet een ieder leve in de Geref. Kerken op dit stuk, zooals het hem zelf goed dunkt. Maar ons aller kerkelijk leven zy ook hier naar den regel, welken onze eigene Kerken ordening ons uit Gods Woord voorhoudt. Voortgang der reformatie. Steeds meer Kerken komen vrij. Nu onlangs weer de Kerk van Rijswijk. Straks volgen nog andere. Moedgevend teeken. En niet rusten mogen wy voordat de laat ste Kerk is losgemaakt van het haar in 1816 opgelegde Genootschap. Zijn er ook in Zeeland geen Kerken meer, waar in denaaste toekomst hoop op refor matie is Ritthem op Walcheren, gaf reeds geruimen tijd geleden goede hoop tloe is het daar nu Denke men toch niet te spoedighet kan niet. Dat dacht men van Souburg ook, van Oost-Kapelle ook. En zie, Souburg krijgt straks een eigen predikant en in Oost-Kapelle zien er voort durend meer in, dat afscheiding van de tot reformatie gekomen Kerk ingaat tegen Gods Woord. Doortasten zij dan de leus. Niet altijd zich bedenken. Niet voor elke kleinigheid terug schrikken. Vergeten wij niet, dat de Kerken in Juni '92 plechtig overeengekomen zijn om te trachten in alle plaatsen dezes lands, waar nog geen Kerk zich bij ons aansloot, eene Kerkformatie, die zich met ons*, onder de Dortsche Kerkenordening schaart, tot stand te doen komen. Samensmelting. Ook van samensmelting in altijd meer plaatsen lezen wij. Iu den laatsten tijd kwam het tot samen smelting bij de Geref. Kerken van Klundert, Alkmaar, Bodegraven, Doesburg. In andere Kerken vordert de zaak goed en zal het weldra ook zyn ééne Geref. Kérk onder éénen Kerkeraad. Al dient volgens de Synode in dit werk groote omzichtigheid gebezigd te worden al zal het ontegenzeggelijk op de eene plaats langer moeten duren dan op de andere, voor dat de samensmelting er is, samensmelting moet het toch zijn, waarop aangestuurd worde. Eerst dan zal de Vereeniginq ten volle be slag hebben erlangdzoo ook de ineensmelting der plaatselijke Kerken tot stand is gekomen. Dit is het wat de gezamenlijke Kerken te Amsterdam hebben uitgesproken. Groote Kerk. Bedenke men toch wel, dat er vóór 1816 in ons land niet geweest is ééne groote Ge reformeerde of Hervormde Landskerk. Voor 1816 waren er niet dan plaatselijke Gereformeerde Kerken. Na 1816 was er ook niet ééne groote Kerk, maar een groot Genootschap, waarin alle Gereformeerde Kerken waren opgesloten. Nu weer, als vóór 1816 Gereformeerde Kerken, ontkomen aan dat Genootschap, in het bezit van haren ouden naam en levende by haar oude nooit afgeschafte Kerkenorde ning. Maar nu zoo min als ooit in deze eeuw, is dat Genootschap de Groote Kerk. Gebruikt dien naam dan niet meer, waar gij spreekt van het Hervormde Kerkgenoot schap. Zoo min als Rome is de Catholieke d. i. Algemeene Kerk, zoo min is het Genootschap van 1816 de Groote Kerk. Het is in 't geheel geen Kerk. Het is een Genootschap voor godsdienstige doeleinden. Wolf. Beroepen te Leeuwarden J. Hania Pz. te Oosterbierum. Te Amersfoort (B) E. Eisma te Bennekom. Te Leerdam (B) H. Cramer te Waarde c. a. Te Scheveningen (B) E. Eisma te Bennekom. Te Oostwold Oldambt J. Bruin te Balfloo. Te Veen woudster wal L. G. Goris te Eminen. Te Brouwershaven G. Dalhuizen te Heinkenszand. Te Utrecht (B) Ds. Douma te Rotterdam. Bij de 3e Holl. Chr. Geref. Gem. te Muskegon (Mich. U. S.) Ds. H. Beuker te Leiden. Aangenomen naar 's Gravenhage (A) door Js. v. d. Linden te 's'Hertogenbosch. Bedanktvoor Veenendaal (B) door R. Lo- man te Herwijnen. Voor Hoogeveen (B) door W. Ringnalda Gz. te Groningen. Voor Aal den door J. Veenbaas te Koornhorn. Voor Putten op de Veluwe door W. Sieders te Vlaardingen. Voor Scheemda door H. J. Beijer te de Krim. Zondag 19 Febr. herdacht Ds. A. J. Abels te Zuidwolde (Dr.) den dag, waarop hij vóór 50 jaar de bediening des Woords in de Geref. Kerk aanvaarde. Z.Eerw. sprak voor eene talrijke schare naar aanleiding van Ps. 71 vs. 17 en 18, en toonde aan, dat het van zijne jeugd af aan de lust en keuze geweest was, den Heere te dienen, en wenschte nog met lnst en ijver voort te gaan in het werk des Heeren. Ds. Abels is thans de oudste dienstdoende predikant in de Geref. Kerken in Nederland.

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1893 | | pagina 3