Uit Kerk en School.
nooit lezen, die het zelfs niet kennen als zij
het zien."
Ons is gevraagd of dit niet te reel gezegd
was of dat honderdduizenden niet aanmer
kelijk moest ingekrompen en dus deze circu
laire niet als te overspannen moest aange
merkt worden
Ons antwoord kan kort zijn
In genoemde circulaires is niet overdreven.
Integendeel is er zelfbeheersching begeerd en
betoond. De ontzettende nood dezer gewesten
zou nog geheel anders te teekenen zijn, in
dien niet de meest mogelijke soberheid ten
deze ware betracht.
Maar die honderdduizenden dan Welnu
Joden en Belydenisloozen nu eens buiten re
kening latend, willen wij (ook op de onge-
loovige naamprotestanten eens niet achtend
noch de Roomsche van Rome afwijkenden)
alleen eens de cijfers der laatste volkstelling
ten aanzien der Roomschen in aanmerking
nemen. Dan zijn er
in Limburg 255721 Roomschen
en in Noord-Brabant 509628
te zamen alzoo 765349 zielen.
Is dan 7 a 8 maal honderdduizend zielen
te hoog berekend
En indien niet te hoog, is dit dan geen
ernstige roepstem voor de Gereformeerde be
lijders
Een vraag.
Naar wij vernemen, bestaat er gevaar, dat
de naam gereformeerd" voor onze militairen
misverstand zal bewerken. Ons is gezegd,
dat ook de leden van het Genootschap onder
dien naam (hoe zeer dan ook abusievelijk)
bekend staan. Wie licht ons eens in Is
inderdaad verkieslijk, dat onze militairen niet
opgeven »gereformeerd", maar: >behoorende
tot de Gereformeerde Kerken F.
Samensmelting.
Hoe hebben wij God te danken, waar wij
zoo telkens mogen hooren, dat hier of daar
wederom twee Gereformeerde Kerken zijn
saamgesmolten en er zoo weer eene plaats
meer is, waar A en B als teekenen van ker
kelijke onderscheiding niet meer behoeven ge
noemd te worden.
Op die plaatsen is dan de Yereeniging eerst
geheel voldongen.
Eéne kerk onder éénen kerkeraad. Zóó be
hoort het te zijn en alle Gereformeerden heb
ben het zóó te zoeken.
Het verwonderde ons dan ook wel eens,
dat de zaak der samensmelting in onze groo-
tere steden niet meer opschoot. Het kwam
ons voor, dat in die grootere kerken waar
men al de predikanten zoo hoog noodig heeft,
ja, waar men op den duur veel meer predi
kanten zal moeten hebben, dan de gezamen
lijke predikanten der twee Gereformeerde
kerken, zal de> Gemeente ooit goed bediend
worden, dat aan de samensmelting maar
weinig in den weg kan staan.
Maar die op dorpen wonen, kunnen de toe
standen in groote steden wel eens niet goed
kennen en het vermoeden dat in groote ker
ken eigenaardige bezwaren zijn, die het werk
een weinig ophouden, doet ons ten slotte
rustig wachten. Temeer als wij zien hoe toch,
zooals bijv. in 's Gravenhage, met kracht de
samensmelting wordt gezocht.
Ontegenzeggelijk zal het komen tot ineen-
smelting het moeilijkst zijn op die kleinere
dorpen waar bij de twee Gereformeerde ker
ken twee predikanten zij a en waar men het
ten slotte toch met één predikant af zou
kunnen.
Maar als nu eens op zulke plaatsen een
der beide predikanten heengaat naar elders
is dan de zaak niet klaar
Nog niet altijd.
Het kan toch voorkomen, zooals te Zaam-
slag, dat wanneer de predikant van A heen
gaat, de kerkeraad meent op nieuw te moe
ten beroepenen zulks natuurlijk in het be
sef, dat het belang der kerk het eischt.
Het kan voorkomen, zooals te Serooskerke,
dat wanneer de predikant van B heengaat,
de kerkeraad zal meenen op nieuw te moe
ten beroepenen ook hier om dezelfde reden
als te Zaamslag.
En wanneer nu de Kerkeraad van zulk
eene dorpskerk de zaak goed heeft overwo
gen en meent, dat samensmelting op dit
oogenblik nog niet kandan is, naar wij het
inzien, niets in te brengen tegen het opnieuw
beroepen. Mits maar nooit de samensmelting
uit het oog worde verloren en zij de begeerde
zaak blijft, niet voor eene verre toekomst,
maar zoo maar eenigszins mogelijk, voor de
naaste toekomst.
Mag nu op zulk eene plaats, wanneer eene
der beide Kerken het noodig oordeelt eerst
wederom een eigen Bedienaar des Woords te
hebben om daarna de samensmelting te
zoeken, de andere Kerk zich hierover gevoe
lig betoonen, als zou deze beroeping een niet
achten zijn van haar of haar ambtsdragers
of een ingewikkelde verklaring, dat de sa
mensmelting eigenlijk niet begeerd wordt
Ons komt het voor, dat dit nooit mag.
Zóó toch zou de eene Kerk de andere in
hare vrijheid belemmeren.
Samensmelting moet gezocht worden. Dit
staat vast. Maar als de eene Kerk zegt: het
kan nu en de andere zegt: het kan nu nog
nietdan mag de eerste zich niet de gekrenkte
gevoelen, als de tweede bij haar meening
blijft staan en naar die meening handelt.
Laten wij toch goed bedenken, dat samen
smelting eene zaak is, waarover beide Kerken
hebben te beslissen en niet de eene alleen.
Alleen dit moet vaststaan, dat geen Kerke
raad de zaak der samensmelting mag uitstel
len zonder wel overtuigd te zijn dat het be
lang der Kerk op het oogenblik dat uitstel
eischt.
En inmiddels houde men de corresponden
tie te beter aan, waar het met de samensmel
ting nog niet kan.
Alles kan nu eenmaal niet in eens komen.
Er zal geduld moeten geoefend worden. Maar
in getrouwheid blijve men elkaar zoeken
elkaar steunen elkaar dienen.
Is het dan nu de tijd nog niet, de tijd zal
ons van onzen God op zulke plaatsen ook
nog eenmaal gegeven worden.
En dan zal het gemakkelijk loopen. Mits
men zich nu niet gekrenkt betoone, waar
zulks niet mag. Mits men eikaars vrijheid
niet aanrande. Mits men elkaar blijve zoeken
en dienen.
Alleen in dezen weg, komt hét ons voor,
dat men de samensmelting in de toekomst
uiet voor lange jaren onmogelijk zal maken.
En de samensmelting voor de toekomst
niet te bemoeilijken, is ook een eisch van de
dit jaar tot stand gekomen vereeniging der
Gereformeerde Kerken.
Uit het Genootschap.
Bij de Genootschapsafdeeling te Apeldoorn
staan twee predikanten, die een zestal jaren
geleden, in de dagen van het bekende con
flict te Amsterdam, naar de hoofdstad des
lands optrokken om voor het verdrukte volk
op te treden.
Aan de geschorste broeders baden zij kracht
toe om pal te staan tegen de onheilige ver
menging, welke de Besturen wilden door
dry ven, door de inschrijving te gelasten van
jongelieden, die den Christus verloochenden.
Die dagen waren goede dagen voor die
predikanten.
Ja die dagen waren goede dagen voor velen.
Honderden van Kerken zonden brieven met
betuigingen van sympathie aan den verdruk
ten Kerkeraad en eiken Zondag werd in de
samenkomsten dier Kerken om kracht ge
smeekt voor de broeders, die het Woord
handhaafden tegen de Besturen en de wereld
buiten de Kerk zochten te houden.
Ds. Malcomesius trok op om in de localen
de vervolgde broeders te gaan troosten. Ds.
Kraayenbelt klaagde een bittere klacht tegen
de vervolgers der broederen. Ds. Dijkstra van
Hoogeveen gordde zich aan om in de Hoo-
geveensche courant dien geduchten kerkvorst
dr. Vos te weerstaan.
Er was een algemeen besef, dat de onhei
lige vermenging moest worden gestuitdat
de Kerk Kerk moest zijn en de wereld in
haar niet mocht heerschen. En maakte dan
de wereld zich op om door de Besturen de
getrouwe broeders te vervolgen,.dan zou men
met die broeders optrekken, hen steunen en,
moest het, straks ook hun lijden deelen.
Zoo was het zes jaar geleden.
En nu
Waar zijn toch zoovele van de Kerken,
die toen sympathie betuigden Ach haar
stem wordt nooit meer gehoord om te ge
tuigen tegen de ellende, waaronder zij gebo
gen liggen.
Waar is ds. Kraayenbelt Terecht geko
men by de afdeeling van hot Genootschap
te Rotterdam.
Waar is ds. Malcomesius In het gezel
schap van dr. Hoedemaker strijdende tegen
de Gereformeerde Kerken, in dienst van een
nevelachtig, onbegrepen en onbegrijpelijke
methode van reformatie.
Waar is ds. Dijkstra? Op de paden der
antinomianen, uren ver weg van hen, die
voor de Kerk naast eene gereformeerde be
lijdenis ook om een gereformeerd leven vragen.
En de beide predikanten te Apeldoorn
Onlangs werd het nieuwe kerkgebouw van de
Genootschapsafdeeling te Apeldoorn inge-
wijd".
Onder de genoodigden tot die plechtigheid
was ook het Bestuur van den Protestanten
bond.
Dat wil zeggen, het Bestuur eener Ver
eeniging, die zich ten doel stelt het geloof
in den Christus uit de harten van het volk
uit te roeien, door het doen optreden van
predikanten, die den Christus loochenen.
Dit bestuur werd uitgenoodigd door den
Kerkeraad, waarin bedoelde twee gerefor
meerde predikanten zitting hebben.
Onder protest dier predikanten
Wie kan het gelooven
Alzoo publieke gemeenschap met hen, die
den Christus verwerpen en die op kerkelijk
terrein niet te zeer kunnen worden weerstaan.
Snelle afloop
In 1836 roepen broeders staat palwilt
de gemeenschap met de ongeloovigen nooit.
In 1893, eene officieele uitnoodiging aan
het bestuur eener afdeeling van den Protes
tantenbond om als bestuur van die afdeeling
den dienst des Woords bij te wonen.
Zóó bereiden gereformeerde predikanten den
dag voor, waarop wij straks de afdeelingen
van het Genootschap en de Hervormde Ver-
eenigingen der toekomst arm in arm zien
wandelen. W.
Beroepen te Oostwolde E. Zwiers te An-
jum. Te Vreeswijk Z. Hoek, cand. te Rot
terdam. Te Giessen Nieuwkerk H. Buitenhuis
te Sleeuwyk. Te Berlicum W. H. Oosten te
Middelburg. Te Alblasserdam J. M. Mulder
te Aalten.
Aangenomen naar Biezelinge door I. Con
tant te Alkmaar.
Bedanktvoor Franeker door W. Renkema
te Rijnsburg. Voor Harlingen (B) door H. J.
Reuijl te Overtoom N.Amstel. Voor Meliskerke
door H. Buitenhuis te Sleeuwijk. Voor Ber
licum door W. H. Oosten te Middelburg.
Viertal te Serooskerke op Walcheren (B)
G. H. van Kasteel te 's Gravenhage, J. C.
van Schelven te Dieren, P. Segboer te Zwart
sluis en D. C. P. Sluijter te Vianen.
Het Militair tehuis te Kampen.
Aan het einde van het jaar is het voor ons
Tehuis meestal noodig, den Christenen in den
lande even te herinneren, dat wij er zijn en
hunne hulp behoeven. Dit moest nu wel niet
noodig zijn, doch het is niet anders. Voor
een Tehuis dat eigenlijk voor het gansche
land dienst doet, mogen wij wel wat steun
hebben. Nu, wij kregen dien tot hiertoe wel,
als wij er slecht om vroegen, en daarom
komen wij weder tot U, met goede hope.