heeft, niet zelf behoeft te herstellen, wees hij op de stoombootmaatschappij Nederland en op de Rotter- damsche Llyod, die samen vijf en twintig groote stoom schepen in de vaart hebben, en op de Nederlandsch- AmerikaanscheStoomvaartmaatschappij te Rotterdam, welke noch hier te lande noch in Indie eigen werk plaatsen hebben om hunne booten te herstellen, tenzij men als zoodanig mocht beschouweneene betrekkelijk kleine fabriek van de Amsterdamsche Di oogdok-maat schappij, die de stoomschepen der maatschappij Neder land zou herstel'en. Blijkens het Verslag der Eerste Kamer hadden de daar door den heer Stork ont wikkelde denkbeelden in twee afdeelingen veel bijval gevonden. »Men achtte de werven van aanbouw onnoodig. Op die werven wordt alleen de romp van het schip gebouwd, de andere deelen (bij de discussie van heden heette het de edele deelen) als machinerie enz. worden toch van elders aange voerd. De verkregen resultaten op de rijkswerven zijn ook zeer ongunstig, terwijl in den laatsten tijd de particuliere werven in gehalte zijn vooruit gegaan, zoodat zij zeer goed in alle behoeften der Marine zullen kunnen voorzi n." Het bleek bij de beraadslagingen genoegzaam dat een aantal leden het met den heer Stork eens waren, en dat de verdediging des ministers niet krachtig genoeg was om deze leden te overtuigen. De heer Stork stolde eene motie voor luidende; „de Kamer, van oordeel, dat nadere overweging bij de regeering over het voortbestaan der rijkswerf van aanbouw te Amsterdam wenschelijk is, gaat over tot de orde van den dag." De Kamer behandelde deze motie voorloopig niet, ze bleef voor later bewaard. Het behoeft nauwelijks gezegd d it aanneming van deze motie van beteekenis zou kunnen zijn voor de buitengewoon klimmende marine-uitgaven. Bij de verkiezing van een lid dei- Tweede Ka mer in het hoofdkiesdistrict Maastricht zijn uitge bracht 1237 geldige stemmen. Gekozen is de heer L. F. H C. RUL AND, burgemeester van Vaals, met 742 stemmen. Op den heer Kleuters waren 344. op den beer Schrienemacher 97 stemmen uit gebracht. Men leest in de Bode der Heldringgestichten van 15 Januari 1886; «De commissie voor het Be waarschool-examen, waarin een vacature was ontstaan door het overlijden van den Heer H. P. Milze te Amsterdam, is door het bestuur der Opleidings huizen aangevuld met den Heer J. Snoep, hoofd onderwijzer op Talitha Kümi. De commissie onlangs vergaderd, heeft bepaald dat het examen zal worden gehouden te Utrecht, te beginnen met Dinsdag 11 Mei. Tevens is bepaald, dat de leeftijd van 20 jaren wordt vereischt om tot het examen te worden toe gelaten. Zij, die zich voor dit examen willen aan bieden, moeten zich uiterlijk 1 Maart 1886 aanmelden bij den Voorzitter Ds. H. Pierson te Zetten, met opgave bij vvien men zich informeeren kan aangaande haar persoon, haar gedrag en haar bekwaamheden. De informaties worden als een deel van het examen beschouwd. De vereischten voor het examen zijn in de Bode van 15 Aug. 1885 geplaatst en zijn op franco aanvrage te verkrijgen bij Mej. J. M C. Ledeboer te Zetten.» Sedert het inwerkingtreden der R ij k s p o s t- s paar bank is er nooit in eenige maand zooveel ingelegd als gedurende Januari jl. Niettegenstaande er, in totaal een belangrijke som is terugbetaald (vermoedelijk wel 3l/a ton), bleef er nog een saldo over van circa f290,000. VERG A DERI i\ G E N. Werk lieden vereeniging „Luctor et Emergo. Vergadering 15 Febr des avonds te 8 uren, lokaal E 6!) Span jaards! raat. Onderwerp: De arbeiderskwestie. VRIJE TOEGANG. Clir. Jongel. Vereen. Spr. 23 23a. Woensdag 17 Febr. des avonds te 8 uren Jaarvergadering. "KÏfflkNÏröwsT oirJW» v».w»-r». e ü£-v zeer duidelijk de juridische zijde der kwestie behandeld. Zie hier het historisch verloop der zaak, meteen de rechtvaardiging van het veelbesproken art. 41. In 1810 is de vrije eigendom en het onafhankelijk beheer tier kerkelijke goederen te Amsterdam, op last van den toenmaligen koning, overgedragen aan de Gemeente die in ditzelfde jaar, door den kerkeraad, een Commissie voor dit beheer ingesteld en dit beheer bij Reglement- geregeld heeft. Op 21 April '1859 is dit reglement nader herzien en alstoen in het slotartikel bepaald: dat y>de Algemcene Kerketaad zich voorbehield in dit Regle ment zoodanige veranderingën en bijvoegselen te makenals hijna de Commissie gehoord te hebben zou noodig achtenterwijl »aan deze Commissie de vrijheid verbleef,om voordrachten tot Wetsherziening in te dienen Op 17 Maart 1869 zijn de stemgerechtigden opgeroepen om te voorzien in de heerscheloosheid, die door kon. besluit van 1 April 1866 'ook voor de kerk van Amsterdam dreigde. Aan stemgerechtigden is toen gevraagd: Verlangt gij het behoud van de tegenwoordige wijze van Beheeren dat wel onder uitdrukkelijk vermelding van het zóoeven meegedeelde slotartikel Deze vraag is door 3941 tegen 498 leden met Ja beantwoord en alzoo niet alleen aan de Commissie haar «rechtsgeldig standpunt verzekerd, maar ook aan den Kerkeraad uitdrukkelijk het recht toege kend. om het bestaande reglement later in zulk een zin, als hij noodig zou achten, te wijzigen. Gebruik makende van dit recht heeft de kerke raad dan ook op 12 April 1875 o. a. in deze slot bepaling een wijziging aangebracht, door alsnu te bepalen «dat hij zich voorbehoudt in het tegenwoor dige reglement zoodanige Veranderingen en bijvoeg- J selen te maken, als hij, na de goedkeuring der Commissie hierop verkregen te hebben, zal noodicr achten, terwijl deze de vrijheid heeft, voordrachten tot wetswijziging in te dienen.» Tot dusver wie-d de commissie slechts gehoord thans hond de kerkeraad zich vrijwillig aan haar goedkeuring. En tegelijk wierd, voor het mwal dat deze goedkeuring uitbleef, bij nieuwe zinsnede bepaald: «Wetsveranderingen, waarover geen een stemmigheid tusschen den kerkeraad en de kerkelijke commissie verkregen kan worden, moeten aan de be slissing van stemgerechtigden worden onderworpen Sinds bleef het hierbij De commissie maakte dus op 24 November jl. slechts gebruik van een haar uitdrukkelijk toegekend recht, toen ze eene «voordracht tot wetswijziging» bij den kerkeraad indiende. De kerkeraad °bleef geheel binnen de perken zijner bevoegdheid, toen hij op 14 December 11. aan deze «voordracht» zijn zegel hechtte. En overmits er alzoo eenstemmig heid tusschen den kerkeraad en de kerkelijke com missie verkregen was, ontbrak voor een beslissing van stemgerechtigden», blijkens de zoo even aange haalde wetsbepaling, alle oorzaak. Vier rechtsgeleerden, de heeren wijlen mr. G. van Nierop, mr. A. J. Hovy, mr. W. Heineken en prof. uir. B. J. L. baron de Geer van .lutphaas, ver klaarden dan ook op 6/18 Januari 1873, ten genoe gen van den kerkeraad dit: «Acht de algemeene kerkeraad het noodig het beheer over de kerkelijke goederen te onttrekken aan den zijdelingschen invloed der hnogere kerkelijke besturen, hij kan, als eenig bevoegd wetgever, mits de bepalingen van bovengemeld artikel (dat over de wetswijziging) in acht nemende, het beheer op zoodanige basis stellen als hij voor de onafhankelijkheid van het beheer wenschelijk acht.» Er kan dus geen sprake van zijn, dat de kerke raad de gemeente had behooren op te roepen. In 1875 vormde hij hier het plan toe, maar, op raad juist van zijn rechtsgeleerden bijstand, liet hij het, als eer bedenkelijk dan noodzakelijk, varen. Over de formeele bevoegdheid van den kerkeraad zweeft alzoo geen wolkje van twijfel. En slechts in zooverre zou die bevoegdheid zakelijk kunnen be twist. worden, als men oordeelen mocht, dat door het geincrimeerde artikel geweld was gepleegd aan den last, op 17 Maart 1869 door, de gemeente op den kerkeraad verstrekt. Doch stel nu, dit ware zoo, waartoe u dan on gerust te maken Want immers dan zal de bur gerlijke rechter dit c. q. tegen ons uitwijzen. Maar wacht dan in elk geval tot men vroeg of spa dit artikel mocht gaan toepassen. Voor dien tijd leidt uw verzet tot niets MIDDELBURG. Ds. C. B. Oorthuijs te Harder wijk heeft voor het beroep naar hier bedankt. 0 ut" "n' o «ueu. TZiU'c „r A Orirï 'Mn uit de classis Sneek. Nog werd, onder protest van 6 leden, met een meerderheid van 11 stemmen besloten om een adres van sympathie te zenden aan de geschorste kerke- raadsleden te Amsterdam. De gemeente der N. H. Kerk van Kootwijk en VoorthuizeJ hebben aan.de Synode der N. H. Kerk de gehoorzaamheid opgezegd en aan Z. M. be richt gezonden naar welke regelen zij voortaan .f wenschen te handelen. Intusschen is Zondag j. 1. de heer Houtzagers, de eerste candidaat van de Vrije Universiteit te Kootwijk als predikant bevestigd door den heer d-, van Lingen, directeur van het gymna- sium van Zetten en cis. Vlug van Nijkerk. Onder voorzitterschap van dr. J. K. Koch, predikant te 's-Hertogenbosch, is in een der lokalen, van de Willemskerk te 's-Hage de aangekondigde vergadering geopend van de Algemeene Synode der Ned. Her., kerk, saamgeroepen naar aanleiding' van het bekende kerkelijke geschil te Amsterdam. Het moderamen was verder saamgesteld uit de heeren J. C. Verhoef, predikant te Utrecht, vice-pre-^ sident, en L. Overman, te 's-Gravenhuge, secretaris. De werkzaamheden, aangevangen met 22 leden, zijn 11 Februari voortgezet. De Synode is saamgesteld als volgt: Afgevaardigden van de prov. kerkbesturen en de vooiloopige commissie: Gelderland: C. H. ten Harm- sen van der Beek, pred. te Valburg, H. Buys, oud. te Nijmegen; Zuid-Holland: E. César Segers, pred. te Leiden, nil*. J. Bredius, oud-ouderl. te Leiden Noord-Holland: G. van Duyl pred. te Broek in Waterland, dr. C. G. von Reeken, oud-ouderl. te Haarlem; Zeeland: C. F. Zeeman, pred. te Zonnemaire; Utrecht; J. C. Verhoef^ pred, te Utrecht, vice-president; Friesland: L. Tinholt, pred. ij te Kou-1 urn, dr. A. van der Flier, pred. te Harlin- gen OverijselG. Bruna, pred. te Hasselt, R. H. Ebbink, oud-ouderling te Kampen; Groningen: J. Douwes, pred. te Leens, dr. A. Boon, pred. te j Oude-Pekela; Noord-Brabant en Limburg: dr. J K. Koch, pred. te 's Hertogenbosch, president, F. U A. Holleman, ouderl. te Oisterwijk; Drenthe: W. M. Houwiug, pred., D. Kramer, ouderl. te Havelte; president commissie: M. A. Perk, pred. te Am sterdam prae-adviseerende ledendr. J. Oiïerhaus kerkelijk hoogl, te Deiden, dr. J. Cannegieter, kerk, hoogl. te Utrecht, L. Overman, te 's-Gravenhage. secretaris'. Ingezonden. SPILL ENAAR. Zending in Egypte. Reeds sedert eenige maanden hebben ondergetee- I kenden, wetende hoe moeielijk de positie van den Zendeling Spillenaar, vooral door het overlijden van j den geachten Ds. Witteveen, in Egypte geworden j was, pogingen aangewend tot het vormen van ee^ voorloopig Comité, dat zich ten doel stelt de Egypte» zending voor Nederland te bewaren. Hierin geslaagd zijnde, zooals blijkt uit in di) L blad voorkomende advertentie, hebben zij zich tü den Zendingraad van de Ermeloosche Zendingge meente gewend, met het verzoek oiu den Zendelingj Spillenaar en zijn arbeidsveld te Calioub aan het-: zelve af te staan, op welk verzoek genoemde Raaqn bij schrijven van 25 Januari 1886 gunstig heef beschikt. Het Comité heeft daarmede een zware verantwoor delijkheid en met het.oo* op een gewer.schte uit breiding van den arbeid, een hoogst moei»waar> op zich genomen. Maar sten- c|ar Belofte van den Heer der i-sj lnjJV v I zijn Rijk zich uitbreiden zal io- cation ..„/'den d aarde, heeft het zich dooj- den drang der omstandi heden geroepen gevoeld, Br. Spillenaar als hun Ze^ deling over te nemen, in het vertrouwen, dat allï die eten Heere Jezus lief hebben, en tot hiertoe hund gaven ten behoeve der Egypte-zending naar Ermef- opzonden, die, totdat een definitief Bestuur zal ;l j kozen zijn, aan den heer J. Boersma Dz. te We" zullen doen toekomen. i Aangezien er zeer groote behoefte is aan geldel; ondersteuning, wordt de dringende bede tot vrienden van het Godsrijk gericht: Steunt ons spoedige toezending uwer gaven, en helpt ons "j in de vervulling eener taak, die wy in den gQT,5| op ons genomen hebben. Ds. C. W. POHLMAN]^ J. BOERSMA Dz. Mijnheer cL*

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1886 | | pagina 2