craat, een woelwater als de heer Janssen hem afkeurt. Juist een man als de heer Schorer, iemand die jaren lang in stilte werkzaam was, om, waar hij kon, het kromme recht te maken, hebben we noo- dig in den gemeenteraad. Juist in dezen tijd van sociaal-democratische woe lingen moet er een man in den Raad zijn, die de armen en de noodlijdenden kent. Wij denken dat er ook velen zullen zijn, die an ders altoos met de «liberalen» medestemden, maar nu toch den immers slechts door de «liberalen» uit het «beginsel» van lidmaatschap hunner kies- vereeniging verworpen heer Schorer zullen kiezen. Er moet hier niet gekozen worden voor een be ginsel, er moet een man gekozen worden, een geschikt man. De «liberalen», die den heer Schorer het eerst noemden, hebben dat ingezien. Niet ten onrechte wordt vaak de klacht geuit, dat de politieke kwesties zoozeer de aandacht trekken en zoo zeer hoofden en harten in beweging houden, dat vele zaken, die niet minder, ja wellicht nog veel meer met de welvaart van ons land in het nauwste verband staan, daardoor aan het oog ont snappen. Een bewijs daarvoor levert ons de kwestie aangaande de drooglegging der Zuiderzee. Met het volste recht kan deze eene kwestie genoemd wor den, waarbij niet alleen het noordelijk deel onzes lands, maar ook het overige deel het grootste belang heeft. En toch, hoe weinig belangstelling heeft het plan, door sommigen daaromtrent gekoesterd en uilgesproken, nog gewekt. Jarenlang reeds heeft die drooglegging de aandacht gevraagd, enkele arti kelen in de pers zijn er over verschenendoch alles bleef bij het oude. Men zag wel het hooge belang er van in, dat een twaalfde provincie bij ons land werd gevoegd, ook dat de uitvoering van het plan verscheidene jaren aan vele handen gewenschten arbeid zou verschaften, doch, hetzij uit zucht tot het conservatieve, hetzij omdat de Regeering bleek zich er volstrekt niet aan gelegen te laten liggen men bleef er over spreken en ook nu en dan eens schrij-. ven en de Zuiderzee bleef nog maar steeds de kust van vijf onzer provinciën bespoelen. Thans echter schijnt het tot een begin van uitvoering te zullen komen. Deze week (Maandag) werd te Amsterdam eene vergadering gehouden, waar vertegenwoordigers zich bevonden van verschillende Provinciale-Gemeente en Waterschapsbesturen, welke er het naaste belang bij hebben, ten einde te besluiten tot de oprichting eener Vereeniging met het doel die 500,000 H. A. grond, die nu onder het water bedolven zijn aan de baren te «ontwoekeien». Uit alles blijkt, dat. men de zaak nu met kracht zal ter hand nemen. Voorloopige peilingen en onderzoekingen van den bodem hebben reeds plaats gehad en hetgeen men daaruit is te weten gekomen, is een prikkel geweest om de zaak wat meer in de belangstelling van de verschillende besturen te doen deelen, omdat men nu met zekerheid weet, dat de bodem der tegen woordige Zuiderzee, eene verbazende uitgestrektheid uitnemend goed bouwland zou opleveren. Het spreekt van zelf, dat verscheidene jaren noodig zul len zijn, eer de landman er den ploeg doorheen drijven zal, vooral ook, omdat men nog op verre na niet aan het eind der onderzoekingen is maar toch men zal dan nu de al zij het dan ook voorloopige werkzaamhedou ernstig ter hand nemen. Ongetwijfeld zal het ook niet aan bezwaren ontbreken, wanneer men eenmaal het water heeft verwijderd. Verscheidene plaatsen, die nu, door hunne ligging aan de Zuiderzee hun bestaan vinden in eenige scheepvaart en vischvangst, zullen die bron hunner inkomsten verstopt zien daar staat tegen over dat, aangezien zij dan midden in een landbouw streek komen te leggen, zij zich op het bebouwen van den grond kunnen toeleggen. Niet het minst zal het verkeer tusschen de verschillende Zuiderzee- provinciën er bij winnen, als de lastige overtocht over de Zuiderzee van thans zal hebben plaats ge maakt voor het vervoer per spoortrein. Het is te hopen, nu men eenmaal een begin van uitvoering aan de zaak gegeven heeft dat men met kracht en voortvarendheid hoewel niet met over ijling (daar bestaat echter niet zooveel vrees voor) zal voortgaan. De woorden door de ontwerpers van het plan, de heeren Buma en van Diggelen op bovengenoemde vergadering gesproken, geven wel waarborg dat men flink de handen aan het werk wil slaan, maar of de betrekkelijk weinige sympathie die zij tot hiertoe bij het publiek hebben ontvangen dien •vaarborg verstrekt is aan rechtmatigen twijfel on- ierhevig. Eenige vragen over Werkverschaffiv g. rwmt werkeloozen te weten. Vergis ik mij niet, dan liep dit om ende bij de tweehonderd. Doch na dien tijd is er niets vernomen. Is Patrimonium van het groote aantal afgeschrikt, of weet ze geen geschikt werk voor al die mannen? Wil Patr. het nog doen, dan doe ze het spoedig. Eigenlijk gezegd, had ze er al vroeger bij moeten zijn, want de kortste dagen zijn meest voorbij en blijft het weder open, dan zal h< t niet heel lang duren of er komt werk op het veld. Of zouden we het gerucht moeten gelooven, hetwelk in de stad zich onder de arbeiders heelt verspreid: dat n. 1. eenige groote heeren de zorg voor werkverschaffing lieeft niet meer in handen van Patrimonium zien en daarom zelf de zaak zullen aanvattendat verder het dagelijksch bestuur hpn zou helpen door de werkeloozen een paar gemeen tewerken te doen verrichten en wel bepaald, het uitdiepen van de vest en het voeien van puin naar de Koepoort ter verkrijging van landhoofden voor eene (de zoozeer gewenschte) brug Is dit waar, dan spijt het ons eenerzijds voor Patrimonium omdat zij reeds eenige ervaring in de zaak van werkverschaffing he ft; ~ok omdat zij naar veler getui genis onpartijdig heeft gehandeld en bovendien omdat zij getoond heeft, dat de anti-revolutionairen op practisch gebied wel degelijk hunne handen uit de mouw kunnen steken. (Het tegendeel hiervan werd onlangs beweerd.) Anderzijds zou het ons verblijden, omdat eene brug aan de Koepoort, zoowel voor binnen- als buitenwoners der stad gewenscht en noodzakelijk is. Kan Patrimonium ons daaromtrent eenig licht verschaffen. Grijpskerke, 26 December 1885. Heden middag vergaderden wij met de zondagschoolkinderen om kerstleest te vieren, bijna in vollen getale waren eij opgekomen. Nadat de President der afdeeling »Jachin" de samenkomst met gebed en eene korte toespraak had geopend, werd door een der onder wijzers een boeijend kerstgedicht den kinderen voorgedragen. Vervolgens werden door een ander onderwijzer eenige vragen uit de onderwerpen van het afgeloopen jaar aan de kinderen gedaan, en vele werden flink beantwoord. Ten slotte werd door het hoofd der gemeente nog een kort woord gespro ken en met dankgebed geëindigd. In de pauzen kregen de kinderen eenige versna peringen te genieten en nadat zij elk een scheurka lender of een boekje en een kleedingstuk hadden ontvangen, keerden zij verblijd huiswaarts. KiRKMiiüWS. Het classikaal bestuur van Amsterdam heeft Maandag j. 1. de leden van den kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente te Amsterdam in hunne functien als predikanten, ouderlingen en diakenen geschorst, voor zoover deze namelijk geweigerd hebben de ge vraagde attesten van zedelijk gedrag af te geven aan de leerlingen der moderne predikanten die daartoe verzoek hadden gedaan. Het classikaal bestuur, thans doende wat des kerkeraads was, heeft door President en Scriba, de heeren predikanten WesthofT en Aalders doen bekend maken dat een commissie uit zijn midden tot afgifte der gevraagde attesten Donderdag zitting houden zal. De gewone kerkeraadsvergadering van Maandag avond schijnt, desgevorderd, roet den sterken arm onmogelijk gemaakt te zijn, daar politie in het ge wone vergaderlokaal aanwezig was. Onder de ge schorste ouderlingen merken we op de namen van de heeren Kuyper, Rutgers, de Hartog, Fabius en Hovy. De geschorste predikanten zijn de heeren van Son, van Schelven, van Loon, Karssen en de Gaay Fortman. Buitenland. De politieke rust duurde ook weder ditmaal in Frankrijk maar kort. Nog voor het Kerstfeest nam de Kamer van Afgevaardigden het crediet voor Ton- king aan en redde daarvoor het ministerieele leven van het tegenwoordige kabinet. Maar de aanne ming geschiedde met slechts 4 stemmen meerder heid. Intusschen werd aller oog van deze twijfel achtige overwinning gericht op de Presidentskeuze die weder voor zeven jaren plaats hebben moest. Grevy, de meer dan tachtigjarige, die reeds een zeven jarigen dienst heeft volbracht, is opnieuw tot president gekozen, en de eerste boodschap die hij na zijne herkiezing kreeg was dat het kabinet de overwinning met zoo klein aantal stemmen als een zedelijke nederlaag beschouwende, wenschte heen te gaan. Grevy riep de Freycinet, een man die reeds tweemalen in vier jaren een kabinet had ge vormd, tot zich, en binnen enkele dagei kabinet dat de republiek verslijt. De politieke strijd in Frankrijk onderscheidt zich door totaal gemis aan beginselen. Het is steeds wisseling van personen, meer niets. Het Kabinet i of een der leden begaat een fout en gaat heen om plaats te maken voor zijn opvolger die hetzelfde) doet en gelijk loon ontvangt. Zoo gaat die onver kwikkelijke strijd rusteloos voort. In het Oosten blijft het haspelen. Nu eens licht, dan donkerheid nu eens hoop en dan vrees.' Alles te zamen genomen is de toestand aldaar wei nig benijdbaar. Niemand, ook de verstziende diplo matie kunnen zeggen wat de dag van morgen bren gen zal. Pruisens Koning en Duitschlands Keizer vierde op 2 Januari zijn 25 jarig regeeringsjubilé. Dat het volk met hartelijkheid deelnam aan dej feestvreugde van zijn heldenkoning, laat zich denken.l Wilhelm, Bismarck en Molkte zijn drie personen irf de geschiedenis van Duitse.dand, die van beteekenil zijn, en ook de wereldgeschiedenis zal deze drie w(j niet vergeten. Gemengd Nieuws. Uit Zuid-Afrika zijn in ons land aangekomen! drie Transvaalsche jongelieden, en wel J. en A. Koek en J. Watermeijer, die in Nederland hunne verdere opleiding zullen genieten, twee hunner uit de studiebeurzen door het bestuur der Doetinchem- sche stichtingen gevestigd. Zij begeven zich allen naar het gymnasium te Doetinchem. Zeeuwsclie Brieven. 1 Geachte Redacteur Bij den aanvang van een nieuw jaar is het de1 loffelijke gewoonte elkander heil te wenschen. Ge meend of alleen welstaanshalve: daar spreken we nu niet over. 'tls eenmaal het gebruik, en dit heeft reeds zulk een officieel karakter gekregen dat N. B. de nieuwjaars-visitie bij wijlen keizer Napoleon den derden een thermometer was voor den politieken toestand in Europa. Zóó v r drijven we het onder ons nietmaar toch, dit valt niet te ontkennen, wordt het opzettelijk nalaten van een gewoon bezoek op dien dag als voorbode van min gunstige verhouding beschouwd. Daarentegen is het evenmin zeldzaam dat een be zoek, een handdruk, een heilgroet op den In Januari aan veel wat «er zati> een bevredigend einde maakD Hoewel een vijand van vormen, met name vormrfl die het wezen niet raken, ga ik in deze met den algemeenen stroom mede, en begin mijn eerste schrijven van dit jaar met U en al uwen lezers, M. d. R,een gezegend nieuwjaar toe te wenschen. Waarin die zegen zal moeten bestaan, zie dat beken ik gaarne niet te weten. Dengenen die God lief hebben moeten alle dingen medewerken ten goede. De Heere onze God weet het zooveel te beter, ja Hij is de eenige die het weet,want Hij is de alleen wijze God. Hij doe in Christus Zijn aanschijn in gunst over U lichten! Al het andere is bijzaak. En wat uw blad betreft M. d. R. het vinde hoe langer hoe meer lezers. Niet zoozeer of althans niet in de eerste plaats om uw financieel voordeel te ver- grooten, hetwelk eveneens onder de bovenbedoelde bijzaken behoort. Maar veeleer om de door u ver dedigde beginselen in ruimeren kring bekend te maken en ingang te bezorgen. Kan ik u hierin behulpzaam zijn met mijne Brieven, dan ben ik bereid om, zoo de Heere wil, ook dit jaar weer ny en dan de pen op te vatten, tot het bespreken va; voorkomende feiten uit de geschiedenis van den dag. Wie zulk werk onderneemt kan onmogelijk iedei behagen. Dit wist Schiller in zijn tijd reeds, er. ik begin het hoe langer hoe beter ook te begrijpen. Daa| om streef ik er naar om alleen zaken te besprek» zonder daarbij personen op het oog te hebben of I bedoelen. Dit moest, M. d R.wat meer in hl oog worden gehouden. Wanneer ik in uw Blad iets schrijf, dan va" mijne maatschappelijke betrekking daar geheel bui ten. Die doet er niets toe; al ware ik ook koste_ of wat ook van beroep. Als ik in het Zuiden schrij dan schrijf ik in de Courantvan daag over dit morgen over iets anders. Is mijn oordeel in eenii couranten-geschrijf onjuist, zelfs cnbillijk, men ween legge het op goede gronden, maar late er pei sooen buiten. Voor de behandeling van persoonlijk kwesties is eene courant volstrekt de plaats niet Tegen dezen regel is in een ingezonden uw vorig nummer weer gezondigd, blad van 21 November de Sinteyjj en duidelijk doen uitkomt wijzers zich naar mü. - 1 behoorde

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1886 | | pagina 2