Nieuwe Goesche Courant,
Christelijk-historisch blad voor Zeeland
Donderdag- 28 December.
N\ 999.
BEZUINIGING
BINNENLAND.
HET ZUIDEN,
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen.
Prijs pe*- drie maanden francof 1,50.
Enkele nommers- 0,05.
UITGAVE VAN
P. G. WIJTMAN, te Middelhuig
en
Wed. A. C. DE JONGE, te Goes.
Prijs der Advertentiën:
PerregeJ 10 ets.; Familie-berichten van 16
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
Bij de beoordeeling der begrooting van den
Minister van Binnenlandsche Zaken in de Tweede
hebben de heeren Bichon van IJsselmonde,
ie Savornin Lohman, T. Mackay en van Asch
Wijck, allen leden der anti-revolutionaire partij,
wijzigingen voorgesteld ter vermin
op verschillende posten ten behoeve van
iet onderwijs.
Met tact zijn door hen deze wijzigingen tegenover
len Minister en de liberalisten verdedigd.
Zij, die niet ten onrechte klagen over de steeds
lasten, en in de ongehoorde weelde, die
heerscht in de verschillende takken van onder
voor een niet gering' deel de oorzaak zien en
van het steeds hooger cijfer op hun belas-
ingbiljet, zijn aan die heeren dank schuldig.
Zij deden ter beteugeling dier onzinnige weelde
tij vernieuwing wat zij konden.
De anti-revolutionairen,roomschen en degesmaldeel-
le conservatieve partij wilden,gelijk uit de stemmingen
de voorgestelde wijzigingen bleek, de daad bij
woord, bij het woord: -^bezuiniging" voegen.
De liberalistische partij die, in navolging der
partijen, den laatsten tijd den mond
)ok vol had van bezuinigen kan er blijkbaar nog
liet toekomen om de daad bij het woord te
roegen.
Als een eenig man stemde deze partij voor ver-
subsidiën.
Wat zij dus ook zeggenals het er op aan-
stemmen zij vooralsnog voor gedurig
in plaats van voor minder, minder.
De heer Mackay deed bij gelegenheid der toe-
ichting van één der voorgestelde wijzigingen een
machtige poging om ook haar tot bezuiniging te
lewegen. Hij zeide
L »Het zal niemand bevreemden, dat op het
artikel, waar zulke groote sommen zijn uitgetrok
ken ten behoeve van het middelbaar onderwijs,
ook een amendement is voorgesteld tot vermin-
i dering van dien post. Alleen zal men zich
eenigzins kunnen verwonderen, dat de voorstellers
van het amendement gemeend hebben zich tot
zulk eene kleine vermindering, zoo bescheiden,
ik zou haast zeggen te bescheiden, te bepalen.
Het kan echter zijn voordeel hebben, omdat dan
wellicht ook eenige leden van de overzijde ge
neigd zullen zijn om het amendement te steunen,
'ij hebben van den geachten afgevaardigde uit
'inschoten gehoord, dat hij gaarne wil mede
werken tot bezuiniging, en hoewel wij gisteren
daarvan nog niet veel gezien hebben, willen wij
hem toch in staat stellen om zijne zucht tot
izuiniging te bevredigen.
Ook van de overzijde wordt erkend, dat de
ichtingen van het middelbaar onderwijs niet
zijn zoo als zij behooren en dringend her
en herziening eischen. En nu geloof ik dat
wij op dit oogenblik wijs doen door niet meer
dan het strikt noodzakelijke voor die inrichtingen
uit te geven. Wij hebben zelfs van den heer
Borgesius gehoord, dat werkelijk die inrichtingen
van het middelbaar onderwijs niet aan de ver
wachting voldoen en de wet op het middel
baar onderwijs dringend herziening eischt. Ten
onrechte stelde hij zich daarbij op één lijn met
hen, die aan deze zijde gezeten zijn, toen hij er
zich op beroemde, dat ook hij tot die erkenning
was gekomen, maar dan toch ter elfder ure,
nu veel en soms onherstelbaar nadeel is toege
bracht, maar hij vergat, dat wij van deze zijde
reeds bijna 20 jaar lang hebben aangetoond,
dat die wet groote gebreken heeft, en dringend
herziening en herstel eischte. Hij die den put
wil dempen als het kalf verdronken is, verdient
voorzeker dezelfde eer niet als hij, die er zooveel
mogelijk heeft tegen willen waken, dat de put
gegraven werd. De geneesheer die van den be
ginne af aan de ziekteverschijnselen bij een
patient heeft herkend en onmiddellijk denoodige
middelen voorschrijft, verdient voorzeker lof en
vertrouwen, doch hij, die bij den patient komende
telkens zegt, gij mankeert niets, het is alles met
u in orde en dan eindelijk, als de patient op
sterven ligt zegtik ben het met mijn collega
eens dat die patient werkelijk iets schijnt te
mankeren, dien zal men hetzelfde vertrouwefT niet
schenken."
Doch wat de heeren 4der overzijde ook hebben
gezegd, nu het er op aankwam, wilden zij van in
krimping der uitgaven niet weten.
Verlichting en beschaving komt de heeren ves
tigden er nogmaals de aandacht op door het on
derwijs.
Dat men aan de gevangenissen het steeds hoo
ger bedrag uitwinnen zou, dat voor het onderwijs
wordt uitgegeven, voegden zij er thans niet bij.
Dat het neutrale, voor het meerendeel moderne
onderwijs, verlicht en beschaaft door het ondermijnen
en wegcijferen van het positief christelijk geloof,
zeiden zij evenmin.
Ze zullen dit, vertrouwen we, gedacht hebben.
Eéne zaak kwam nog uit het was de heer Van
Kerkwijk, de afgevaardigde uit Zierikzee, die het
verklapte namelijk, dat zelfs het Ministerie tot het
oprichten van hoogere burgerscholen aanspoort.
»Gaarne, zoo sprak hij,
»Gaarne wensch ik te antwoorden op de be
schouwingen van den geachten afgevaardigde uit
Amersfoort, den heer Mackay.
In de eerste plaats is die geachte afgevaardig
de opgekomen tegen een subsidie aan de gemeen
te Zierikzee.
Ik herinner er aan, dat toen door de regeering
aan die gemeente gevraagd werd, of zij eene hoo
gere burgerschool wilde oprichten, deze vroeg
hoeveel dit jaarlijks zou kosten.
De Minister van Binnenlandsche Zaken gaf
die kosten op, maar afgescheiden van de kosten
voor gebouwen als anderzints, zijn de jaarlijksche
kosten voor de tractementen f 2200 hooger dan
indertijd werd opgegeven.
Als nu de voorgestelde verhooging van subsi
die ad f 1500, namelijk om het subsidie te bren
gen vati f 7000 op f 8500, aangenomen wordt,
moet de gemeente toch nog altijd f 700 uitgeven
boven de oorspronkelijke raming bij de oprichting
der school."
De heer de Savornin Lohman, door den heer
van Kerkwijk het denkend hoofd der anti-revolutio-
naire partij genoemd, liet niet na op deze onthul
ling de aandacht te vestigen, in de volgende be
woordingen
»Ik wensch het punt te bespreken dat zoo even
door den geachten spreker uit Zierikzee ten be
hoeve van de stad, die hem afvaardigt, is in het
midden gebracht. Ik wensch dat niet te doen als
het denkend hoofd van de anti-revolutionaire
partij, omdat ik niet het hoofd ben van die partij.
Ik laat ook in het midden of aan déze zijde der
Kamer al dan met gedacht wordt. Maar wan.
neer de overzijde begint in te zien dat hier ook
denkende menschen zijn, dan ware het wensehe-
lijk meer over te nemen van hetgeen van der
zijde gezegd wordt.
De rede van den geachten spreker uit Zierik-
zee vind ik zoo leerzaam, dat ik niet kan nalaten
de Vergadering op twee punten te wijzen.
In de eerste plaats heeft hij ons medegedeeld
dat het subsidie aan Zierikzee verleend wordt op
initiatief van de Regeering. Dit vind ik een
merkwaardige ontdekking, indien het feit waar is
en ik kan mij niet voorstellen dat de geachte
afgevaardigde mededeelingen zou doen, die niet
op juiste gegevens steunen. Hij zeide: de Re-
geering heeft aan Zierikzee gevraagd eene school
op te richten. Toen heeft Zierikzee gezegd hoe
veel zal dat kosten? Is dit zoo gebeurd, dan
kan de Kamer leeren waartoe het subsidiestelsel
ons voertwant het is de Regeering, die als cen
traal bestuur scholen oprichtmet welk doel laat
ik in het midden. Zijn die scholen eenmaal op
gericht, dan heeft men de zedelijke verplichting
op zich genomen die scholen, indien het noodig
blijkt, te subsidieeren. Dit is voor mij eene reden
te meer om tegen die subsidien op te komen."
We hopen, dat na Juni 1883, dat als de be
grooting weer aan de orde zal zijn, bezuinigingen
op het hooggeloofde neutrale onderwijs zullen
mogelijk zijn.
De Standaard zegt. van de Zaterdag jl. in de
Tweede Kamer geëindigde behandeling der Staats-
begrooting
»Op het Binnenhof zijn schooner dagen dan in
lang doorleefd.
Er was kalmte, er was ernst, er was gang
debat. En juist, omdat niet een enkel miil^
ganj^jJ^
miiH