fïisMs UnA Si
Nieuwe Goesche Courant,
Christelijk-historisch blad voor Zeeland.
«82.
Zaterdag 23 September.
BINNENLAND.
N°. 939.
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs pe1* drie maanden francof 1,50.
Enkele nommers- 0,05.
UITGAVE VAN
P. G. WIJTMAN, te Middelbaig
EN
iled. A. C. DE JONGE, te Goes.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 16
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
In ons vorig noramer hebben we getracht het
der oppositie over de troonrede in een paar
aanhalingen uit de pers weder te geven.
De liberale pers wijdt het grootste deel van hare
aan de zinsnede Grondwetsherzie-
in de toekomst voorstellende.
Dit is da weg, zegt de N. R. C. dien het op moest,
wij nog kortelings hebben aangewezen.Het besef,
de Grondwet, om voor de toekomst te blijven wat
ij voor het verledene geweest is' op vele punten
rijziging behoeft, is ontwaakt en dringt al verder
Maar op welke punten, en welke wijzigingen,
zijn de meeningen nog verre van bepaald,
foor den een ligt hier, voor den ander ginds het
de hinderpaal, de leemte. De een wil dit
de ander dat herzien. Anderen, waaron-
met den heer De Kanter wij ons rangschikken,
vitlen met dit of dat hoofdstuk maar de gekeele
herzien hebben* En hoe loopen dan nog
meeningen uiteen over wat er voor de vervallen-
le artikelen in de plaats moet komen
Het eenige middel om aan de gedachten een
richting te geven en de openbare meening te
eiden, scheen ons ecne Staatscommissie, die het
verk in zijn vollen omvang ter hand nemen, en
rapport uitbrengen zou, waarin al de vraag
die bij een herziening zich voordoen, met
wetenschappelijken en door de praktijk
zin veelzijdig werden toegelicht. In zulk
rapport met het ontwerp eener herziene grond
zal de stof gegeven zijn, waaruit zich eene
tpenbare meening vormt.
Het Handelsblad, hoewel niet tegen Grondwether-
gekant, oordeelt echter, o. i. te recht
de indirecte wijze waarop thans door deze
Regeering de noodzakelijkheid ervan erkend wordt
de manier wasrop dit aan den lande wordt mede-
uiterst zonderling mag heeten, en niet, van
egenspraak valt vrij te pleiten.
Wonderlijke loop van zaken roept het uit
Het ministerie, dat nog een jaar geleden grond-
wel niet geheel van de hand wees,
naar toch geenszins onder zijn plannen opnam,
die hervorming thans in zijn vaandel
Is dit wellicht het geheim van »nieuwe kabinets
ormatie" welke gelijk men weet neerkwam
>pde optreding van een anderen minister van Ko-
.oniën Heeft het kabinet als de slangen enkel
huid gewisseld, om met fatsoen een ander
programma te kunnen aanbieden?
Dat programma is echter zonderling genoeg. De
'ondwetsherziening wordt nog niet vooropgesteld
wordt in de Troonrede van gesproken als van
n vrij onbelangrijke zaak, althans een die eerst
de laatste plaats vermelding verdient,
at de Regeering van plan is, tijdens het onder-
de voorbereiding der herziening, de wetge-
jht niet werkeloos te laten blijven, is zeer
begrijpelijk en verstandig, en het aankondigen van
verschillende wetsontwerpen kan dan ook geen ver
wondering baren. Maar wel is het vreemd, dat het
voornemen omtrent de herziening van de Grondwet
als bijzaak wordt behandeld en niet op den voor
grond is gesteld.
Vooral is dit van gewicht voor het kiesrecht.
Ieder erkent, dat in de eerste plaats voor een goede
regeling der kiesbevoegdheid, de Grondwet wijzi
ging behoeft. En toch kondigt de Regeerifig weldra
in te dienen voorstellen betreffende d^t kiesrecht
aan, dus nog onder de bestaande bepalingen der
Grondwet. Acht zij dan den arbeid der herziening
zoo tijdroovend, dat de verbetering der kieswet niet
op den afloop wachten kan
Zoolang de Regeering zich tegen grondwetsher
ziening verklaarde en velen met haar die ontijdig
beschouwden achtten ook wij het wenschelijk,
dat men althans binnen de perken der Grondwet
het kiesrecht zou uitbreiden maar nu de slagboom
zal worden opgeheven, klinkt het plan om dergelijk
halfwerk toch te verrichten, wel wat heel vreemd.
De beschouwing van het Dagblad van Z.-H. ken
merkt zich vooral door een bijna onbepaald ver
trouwen in het tegenwoordig ministerie en door een
optimisme, dat bij dit conservatieve orgaan niet
vreerad heeten kan, kunnen deelen.
Maar dit willen wij, zegt het, in elk geval wel
nu reeds als onze meening uitspreken, dat, de be-
zadigheid waarmeê de regeering, blijkens de zinsnede
in de troonrede, op dit punt bezield schijnt te zijn,
voor velen tot geruststelling kan strekken. Grondwet
herziening is een woord, dat'spoedig is uitgesproken
en het formuleeren van voorstellen, waardoor ge-
wenschte verbeteringen zouden zijn aan te brengen,
is een arbeid, waartegen bekwame mannen als thans
aan het hoofd van 's Lands bestuur staan, wel ge
acht kunnen worden te zijn opgewassen. Maar
voorstellen op dit ingrijpend punt kunnen niet ge
rechtvaardigd geacht worden, voordat de stellige
overtuiging bestaat, dat de meerderheid der natie
ze, op goede gronden, noodig oordeeltniet voordat
te berekenen valt in welke richting de nationale
wenschen daarromtrent zich bewegen en hoever zij
gaan. De minste onberadenheid, daarbij gepleegd,
kon wel eens sluizen openen, die allicht niet meer
te sluiten zouden zijn op een oogenblik wanneer dit
nochtans dringend noodig mocht blijken. Dat de
regeering zich alzoo blijkbaar nog niet het hoofd
heett warm laten maken door een aandrang, ten
deele komende van onbevoegden tot oordeelen,
anderdeels van drijvers wien elke beroering welkom
is, voor een klein deel van personen, die hun aan
dacht uitsluitend door één dierbaar geworden verlan
gen laten overheersehen, dat is een bewijs, dat haar
de hoedanigheid van de vereischte kalmte te kunnen
bewaren, mag worden toegeschreven. Maar zij doet
daarbij verstandig, zelve de vraag, in de troonrede
aan de orde gesteld, niet, hetzij in bevestigende of
wel in ontkennenden zin te willen beantwoorden,
In een onderzoek naar de raadzaamheid, wil zij den
grond vinden, waarop een vaste overtuiging zal te
vestigen zijn. Wie zal het wraken
De Eerste Kamer is ditmaal eenigszins afgeweken
van hare gewoonte, om in haar adres van antwoord
een zuiveren weerklank op de troonrede te geven*
De volgende zinsneden trekken de aandacht:
Tn de smart, die het vergaan van den monitor
Adder met zijn bemanning bij geheel de natie verwekte,
wordt door ons ten volle gedeeld. Met spanning ver
beiden wij hetgeen omtrent de oorzaken van dit be
treurenswaardig verlies aan het licht zal worden ge
bracht.
Wij beamen de zienswijze van Uwe Majesteit, vol
gens welke de toestand in Atjeh nog te wenschen
overlaat. Zal aldaar het gezag worden bevestigd en
de veiligheid verzekerd, dan dient op den eteun van
de zee- en landmacht bij voortduring te worden ge
rekend.
Dringend dunkt ons de behoefte aan hervorming
van het samenstel onzer belastingen. Het door Uwe
Majesteit aangekondigde voorstel, strekkende om met
die hervorming een aanvang te maken, zien wij ver
langend te gemoet. Tot betere regeling der plaatselijke
belastingen in verband met de herziening van 's Rijks
belastingstelsel zullen wij gaarne medewerken.
Afgescheiden van deze verschillende maatregelen
rekenen wij het plicht op beperking van uitgaven be
dacht te zijn.
Mocht, desniettemin vermeerdering van 's Rijks in
komsten noodig blijken, dan zullen wij voorstellen
daartoe rijpelijk overwegen.
L0, De mededeeling van Uwe Majesteit, dat voorstel
len betrekkelijk het kiesrecht weldra de Vertegen
woordiging zullen bereiken, en niet minder de
mededeeling, dat het Haar voornemen is tevens een
onderzoek te doen instellen omtrent de vraag, van
welke bepaling der Grondwet herziening raadzaam is,
trok in hooge mate onze belangstellende aandacht.
Bij de algemeene beschouwingen over dit adres
van antwoord, dat onveranderd aangenomen is,
vroeg de heer Borsius inlichtingen omtrent den loop
der crisis.
De minister van Lijnden deed hierop mededee
ling, verklarende den duur der crisis wegens
lo. den volhardenden wensch van het Kabinet om
te worden ontslagen; 2o. de tusschentijdsche op
roeping der Kamers, uit begeerte van den minister
om de zaken af te doen3o. dc onderhandelingen,
plaats gehad hebbende buiten het Kabinet en den
minister 4o. de tweede opdracht aan de nminister,
met spoedig gevolg bekroond.
De minister verklaarde dat het regeeringsprogram
van September 1879 werd gehandhaafd, waarin
reeds van kieswetwijziging en grondwetsherziening
sprake was, zonder de afdoening van nog andere
dringende zaken, bijv. belastinghervorming, te ver
schuiven. Wat tusschen de afwijzing der eerste en
de tweede opdracht tot reconstructie, aan den
minister gegeven, is geschied, geschiedde buiten de
regeering, doch de minister neemt de verantwoor
delijkheid op zich voor hetgeen voorviel naar
aanleiding van het binnen dien tijd gebeurde,
namelijk de opdracht aan een ander staatsman
De minister heeft zich vergewist dn* dipna nnm'nm».