Nieuwe Goesche Courant,
Mr. C. Lucasse,
W 1*182.
Christel ijk -historisch blad voor Zeeland
Dinsdag 215 April.
BINNENLAND.
I\a. 89o.
HET ZUIDEN,
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs pe^ drie maanden francof 1,50.
Enkele nommers- 0,05.
UITGAVE VAN
P. G. WIJTMAN, te Middelbuig
en
Wed. A. C. DE JONGE, te Goes.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.Familie-berichten van 1—6
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
Agent voor Dordrecht en Omstreken: de heer Jtï.
Wij herinneren onze kiesbevoegde le
zers in het distriet Goes aan de herstem
ming voor een lid der Provinciale Staten
op Woensdag a. s. tussclien 9 en 4 ure,
Wij bevelen daartoe dringend aan
een man die de beginselen deelt van de
meerderheid der kiezers, en wiens be
kwaamheid en kennis van de belangen
van het district slechts door partijbelang
kunnen ontkend worden.
In de Zaterdag 29 April te Goes te houden
vergadering der Vereeniging van burgemeesters
secretarissen in Zuid- en Noord-Beveland zullen o. a.
de volgende ondenverpen behandeld worden: Hóe
kan de fout hersteld worden, dat eene strafveror
dening niet met het bij de wet bepaalde formulier
is afgekondigd? Welke formaliteiten moet, kan
en mag de ambtenaar van den burgerlijken stand
vervullen bij de voltrekking van een huwelijk
Welke bedoeling moet gehecht worden aan
art. 1505 en de derde alinea van art. 1506
ten opzichte van de gemeentebesturen? Kan
het landbouwverslag, zooals het model nu is
aangegeven, naar waarheid door de gemeen
tebesturen worden opgemaakt Zijn de ver
slagen der gemeentebesturen betrouwbare bronnen
voor het landbouwverslag van Nederland Behooren
de gemeentebesturen met de samenstelling belast
te blijven
Bij de Vrijdag en Zaterdag gehouden examens
zijn 12 aspiranten, 1 vrouwelijke en 11 mannelijke
geëxamineerd. Toegelaten werden mej. M. J. Mar-
tijn en de beer A. Haringx te Middelburg, voorts
de tbeerenM. Petri, P. van de Velde, teZierikzee,
M. L. van Vessem, te Axel, P. J. Vinck, Ovezande,
C. P. Visser, te Kapelle, E. J. van Wezemaad, te
Hengstdijk, en A. A. J. Weijens, te Vlissingen.
Eene zeer uitvoerige nota van inlichtingen des
Ministers van koloniën op bet adres van luitenant-
generaal Van der Heyden is thans aan de Kamer
ingezonden. Daarin stelt de Minister de gedragslijn
der Indische regeering tegenover den generaal Van
der Heyden zoowel in het algemeen als meer
bijzonder bij bet zoogenaamde incident-Der Kinderen
in bet licht, om te trachten de overtuiging te ves
tigen of te bevestigen, dat de landvoogd, die ge
durende zes jaar met volkomen toewijding de
Indische gewesten bestuurde, ook te dezer zake alleen
handelde met het oog op bet algemeen belang en
daarbij zelfs met meer dan gewone consideratie en
elwillendbeid beeft gehandeld. Uitvoerig wordt
J. koebrugge.
uiteengezet dat de Gouverneur-Generaal den generaal
Van der Heyden niet geschikt achtte om het bur
gerlijk bestuur op Atjeh in te richten, met bet oog
op gedane ervaring ten aanzien van bet burgerlijk
beleid des generaals, mens militabe verdiensten
door den Gouverneur-Generaal ten zeerste werden
gewaardeerd.
Betreffende de mishandeling van dwangarbeiders
deelt de Minister o. a. bet volgende mede:
De Gouverneur-Generaal ontving rechtstreeks van
den secretaris van het goevernement Atjeh en on-
derhoorigheden, den heer H. Groencveldt een verzoek
schrift dd. 19 October 1880. waarin hem werd te ken
nen gegeven
„dat op last e& met medeweten van den gouverneur
van Atjeh en onderliooriglieden meermalen onwettige
handelingen zijn gepleegd, tengevolge waarvan personen
zware geldelijke verliezen hebben geleden, zelfs enkele
zijn gestorven
,dat adressant in dergelijke zaken zoo min mogelijk
de behulpzame hand heeft willen leenen en hij over
die handelingen een afkeurend oorueel heeft uitgesproken
„dat hij daaraan de slechte verhouding moet toe
schrijven, die thans tussclien den gouverneur voornoemd
en adressant bestaat en als een gevolg van dien, adres
sant buiten zaken gehouden wordt, die wel degelijk
in zijn hoedanigheid van chef, van het gewestelijk
bureau, tot zijne attributen behooren
„redenen waarom Uwe Exellentie door adiessant
eerbiedig het verzoek wordt gedaan
„hem door overplaatsing of door het veriaenen van
binnenlandsch verlof in de gelegenheid te stellen Atjeh
te kunnen verlaten-*
Dit request werd gevolgd door eeu particulier schrij
ven van den heer Groeneveld onder dagteekening van
24 October 1880 tot den Gouverneur-Generaal gericht.
In de jaren 1879 en 1880, zoo vermeldde daarin de
schrijver, zijn te Atjeh onschuldige inlanders naar el
ders verbannen personen die niets misdreven in de
gevangenis gezet en daarin gestorvengelden en goe
deren geconfisqueerd van personen die misdrijf noch
overtreding gepleegd hadden; veroordeelden op eene
gruwelijke wijze mishandeld, en de wetten met voeten
getreden. Uit vrees voor den Generaal Van der Heyden
zoo luidde het verder, durft niemand over gemelde
handelingen te spreken. Waren die handelingen in het
algemeen belang noodig geweest, bijv. om den oorlog
spoediger te beëindigen ol' om andere redenen men zou
den ze als een noodzakelijk kwaad beschouwd
hebben. Het tegenovergestelde is echter het geval.
Het wanbestuur hier heeft de Atjehers zeer tegen ons
ingenomenhun vertrouwen in ons is geschokt. Als
secretaris van het gewest, zoo vervolgt de schrijver,
moet ik bij herhaling medewerken om gemelde onwet
tige handelingen te volvoeren, en meen ik daarom Uwe
Exellentie niet langer onkundig te mogen en te moeten
laten van hetgeen hier gebeurt en gebeurd is. Ik vrees
dat langer zwijgen hier mis laad fs.
De Minister besluit zijne nota van inrichtingen
met de volgende woorden
»De ondergeteekende veroorlooft zicb aan het slot
dezer inlichtingen nog een enkel woord. Met leed
gevoel en zelfs met tegenzin beeft bij stukken
moeten openbaar maken, die in het licht stellen
dat de generaal Van der Heyden, boe bekwaam
ook in het voeren en leiden van den krijg, de
noodige eigenschappen miste om als bestuurder van
een door de wapenen onderworpen gewest te fun-
geeren. Maar, evenals de Gouverneur-Generaal zulks
nagelaten heeft, meent de ondergeteekende uit de
tegen den gouverneur ingebrachte klachten geene
conclusie te moeten trekken. Met nadruk er
op wijzende dat de openbaarmaking van bezwa
rende bescheiden tegen den wenscb en geheel buiten
de schuld der regeering is uitgelokt door den gene
raal zeiven en door anderen die hem miskend
achtten, niettegenstaande de onderscheidingen waar
mede bij van regeeringswege als overstelpt ge
worden is, meent de ondergeteekende, de verdacht
makingen en insinunatien waartoe de generaal zicb
jegens hem heeft laten vervoeren daarlatende, de ver
wachting te mogen uitspreken, dat de berinnering aan
diens tekortkomingen als gewestelijk bestuurder zal
verloren gaan, en dat generaal Van der Heyden
in bet aandenken van bet dankbare Nederlandsche
volk alleen zal voortleven als de ervaren veldheer,
wiens krijgsbeleid een gevaarlijken vijand heeft be
dwongen, en die door de onderwerping van Atjeh
zicb in de hoogste mate beeft verdienstelijk gemaakt
jegens zijn Koning en zijn Vaderland.
De Nederlandsche Vereeniging tot bevordering
van Zondagsrust zal baar eerste vergadering
houden op Vrijdag 28 April e. k., 's-namiddags
ten een ure, in bet Gebouw voor Kunsten en We
tenschappen, te Utrecht.
De Commissie tot oprichting van deze Vereeni
ging beeft de volgende bepalingen als haar grond
slag vastgesteld
1. De Nederlandsche Vereeniging tot bevordering
van Zondagsrust stelt zicb ten doela. de volks
overtuiging te versterken aangaande bet hoog be
lang van Zondagsrust voor ieder in bet bijzonder,
voor het buisgezin en voor de maatschappij b. te
bewerken, dat de Zondag voor zoorelen mogelijk
een rustdag kan zijn.
2. De Vereeniging tracht haar doel te bereiken,
door a. bet uitgeven van geschriftenb. bet doen
houden van voordrachtenc. alle andere wettige
middelen, die aan baar doel bevorderbjk kunnen zijn.
In bovengenoemde bijeenkomst zal de heer C.
P. Hofstede de Groot, hoogleeraar te Groningen,
als spreker optreden; vervolgens zullen aan de
beoordeeling der Vergadering eenige bepalingen
onderworpen worden, die met de bovenstaande bet
reglement der Vereeniging zullen vormendaarna
zal een Hoofdbestuur gekozen worden.
Tot het bijwonen van deze Vergadering noodigt
de Commissie allen uit, die in deze zaak belang
stellen.
Een ergerlijk staaltje ter kenschetsing van den
geest, waarvan bet openbaar middelbaar onderwijs
meer en meer raakt doortrokken, is medegedeeld
in een schrijven opgenomen door de Standaard
van Zaterdag.