fierii, School ïiï .^itdtfic. GEMENGDE BERICHTEN. BUITENLAND Zeeuwsclie Brieveu. Eenige belanghebbenden te Yerseke bij de oesterteelt iebben zich tot de regeering gewend om de volgend# ïeden Hun is namelijk ter oore gekomen, dat door den Minister bij de aanstaande verpachtingen Tan oesterbnnken in de pachtvoorwaarden zou worden opgeuomen de bepaling, dat elke pachter zijn pannen gedurende den winter van zijn perceel zou verwijderd houden. Tevens vernamen zij uit deselfde bron, dat den Minister mededeeling is gedaan, als zouden de zoogenaamde panneputten aan de naastgelegen perceelen groote schade berokkenen. Zij verzoeken hem mitsdien lo. dat het hem moge behagen, bij een eventueels verandering in de pachtvoorwaarden. deze te beperken tot het voorschrift, dat 's winters pannen zullen mogen blijven liggen op de plaatsen, welke op een bijgevoeg de kaart zijn aangegeven, dewijl die pannen daar aan geen enkel kweek-of zaaiperceel schade kunnen toe brengen en 2o. dat hij den p?achters de verplichting oplegge, om genoemde panneputten met hun dammen te plaatsen op minstens 10 M. afstand binnenwaarts van de grenslijn van hun perceel. Panneputten zijn putten, door dammetjes omgeven, die op het laagste gedeelte van een perceel aangelegd worden, om daardoor zoolang mogelijk water te be houden. In den zomer worden in die putten bakken met pannen bewaard. Daar de dammetjes gemaakt worden vau schelpen, steenen en andere zaken, die op de perceelen zelf niet thuis hooren, worden deze alzoo gereinigd. Het voordeel dier pulten en dammetjes is dus voor den eigenaar groot. Maar dewijl ze op het laagste gedeelte van een perceel, tegen het eigendom van een ander worden gelegd, belemmeren zij vaak de passageen daar er bij elke verhevenheid in zee overstorting en bezinking plaats heeft, doea ze vaak schade aan de pannen van het aangrenzende gedeelte. Dit kan natuurlijk worden voorkomen, door ze te leggen op eenigen afstand van de grenslijn, op 10 M. br. zooals adressanten verzoeken. Tot candidaat der anti-revolutionairen in het kies district Zutfen voor de verkiezing op 13 December is geproclameerd mr. T. J. baron Mackay, burgemeester van Winterswijk. De liberalen zijn nog verdeeld tusschen mr. baron van ïieeckeren van Keil, oud-miuisier van buiten- landsche zaken in het kabinet Kappeyne en mr. de Ranitz, vroeger officier vau justitie te Zutphen. Het hoofdcomité tot. behartiging van de belangen der Trausvaalsche Boeren (comité Harting) heeft zich dezer dageu tot den Minister van buitenlandsche zaken gewend met het verzoek in de Transvaalsche Republiek een consul san te stellen. De Standaard heeft de laatste lijst van ingekomen giften der August us-collecte geplaatst. Het totaal bedrag ontvangen door 610 locale comite's is f 95,851,19. Een der passagiers van de Kaning der Nederlanden gered met de sloep van kaptein Brijns vertelt van zijn wedervaren bet volgende „Reeds onmiddelijk na het vertrek van boord had de commandant de noodige maatregelen genomen om met dc meegenomen proviand gernimen tijd te kunnen rondkomen. Dagelijks gedurende de eerste vier dagen werd een blik vleesch of andere kost geopend en onder de 39 personen verdeeld, waarbij dan tevens een stukje scheepsbeschuit werd gevoegd. Doch na den vierden dag was de scheepsbeschuit zoo door weekt door den regen en zoo onsmakelijk geworden, dat slechts noode de kleine bete werd verorberd. Na den elfden dag was de voorraad beschuit geheel uit geput, en was het onder de velen vedeelde blik vleesch de eenige voeding. Driemaal per dag werd een half mokje water aan ieder der opvarenden uitgedeeld, en 't is dan ook niet te verwonderen dat, hoe koud regen en Wind hen ook maakten, toch die regen als een weldaad door hen werd begroet; hij gaf altijd toch eenigdrin ken meer. Wanneer het regende en gedurende eenige dagen viel do regen als het ware in stroomen neer Werd dit regenwater opgevangen in de zeilen en ecne .paraplu en weer bij de voorraad in de vaten gevoegd. Wat er van de zeilen afdrupte, werd met brandende lippen opgevangen, iedere druppel was een weldaad, 't Moge hier voor de merkwaardigheid bijgevoegd wor- dan, dat twee soldaten gedurende de geheele reis, be halve linn gewoon rantsoen water, voortdurend zee water dronken, zonder daarvan eenige nadeelige ge volgen te ondervinden. u t Was een treurige reis. Iedere morgen werd vol hoop verbeid, iedere nacht was een eeuw gelijk. En er kwam maar geen hulp. Eenmaal meende de com mandant een licht aan de kim te zien, hoop daalde weer in ieders hart, 't was nu of alles geleden zou zijn maar die hoop bleek ijdel. die verwachting werd teleur gesteld Yenus klom kooger en hooger en schit terde voort, alsof ze geen ongelukkigen teleurgesteld had. „Maar eindelijk, eindelijk zou er toch hulp dagen, 't Was de veertiende dag na het zinken van het schip dat 'b morgens de kapitein vreugde over allen bracht door liet zoolang gewenschte„Ik zie ze!# „ik zie ze!' uit te roepen. Daar lag een laag, doch sterk begroeid eiland vooruit, vlak zuid. Toen kwam dc zon weer door, het geluk kwam taruger moet wel een dank gebed van welken aard dan ookeen heilig dank gebed opgestegen ziju uit de sloep, nu het einde van het lijden zoo nabij was. De riemen werden aangehaald met nieuwen moed, er kwam weer kracht terug in de verzwakte armen nu er hoop in de harten was neer gedaald. Tegen den avond, pl. in, 4 uur kwam de sloep bij liet eiland, doch er kon niet geland worden, daar de branding op de kust zoo sterk stond, dat de boot ongetwijfeld bij te dichte nadering stuk geslagen zou zijn. De dreg werd uitgeworpen, en zoo werd de nacht doorgebracht in afwachting van wat de morgen bren gen zou. Twee matrozen, die zwemmende den wal had den bereikt brachten de tijding terug, dat het eiland onbewoond bleek te zijn, doch nu en dan bezocht moest worden, daar er een hutje met balei, een mes en een waterput gevonden werd. De heer D. Dooner te Leiden zond ont ter aan kondiging een folks-almanak voor Nederlandse/ie Christenen. Op den omslag staat 6de jaargang. Deze uitgave blijkt daardoor geweid te zijn. We vonden in dit met zorg uitgegevene boekje eene volledige statistiek der Chr. Geref. Kerk en voorts bijdragen uitsluitend van auteurs die bekend zijn als behoorende tot de Chr. Gerf, Kerk. De zorg aan de uitgave gewijd is als we die van den heer Douner gewoon zijn. Ds. B. vaD Schelven, predikant te Haarlem, heeft voor het b9roep bij de Ned. Hervormde gemeente te Amsterdam bedankt. De plaats van dr. Acquoy, afgetreden kerkelijk hoogieeraar aan de Universiteit te Leiden» zal waar schijnlijk worden ingenomen door dr. A. W. Brons veld» predikant te Utrecht, redacteur van de Stemmen voor Waarheid e>i Vredebekeud strijder tegen de Vrije Universiteit. Men schijnt hier en daar bij de openbare midde len Tan vervoer weder aan het doorzoeken der St. Nicolaas pakketten geweest te zijn. Een pak per Van Gend en Loos verzonden van Middelburg naar Alk maar toonde althans sporen van inbraak. Een vijfjarig kind van een werkman in de Nedsrstraat te Middelburg is gisteren overleden ten gevolge van brandwonden, bekomen door het spelen met lucifers in de afwezigheid harer ouders. Gisteren strandde in het kanaal bij Middelburg de Spaansche bark Axigustina. Dit schip eerst bij Bor- sele ge?trand is verkocht eu nadat de lading gebor gen was afgebraoht. Op de reis van Borsele naar het droge dok te Middelburg veroorzaakte een nieuw lek een nieuwe schipbreuk. Het schip zit met de voorste ven in de steeuglooiing, het achterschip is vrij, Twee revolutionairen te 's Heerarendskerke die vechtende zichzelf tegen de politie wilden verdedigen zullen daarvoor, ter plaatse waar meu niet gaarne komt, zich te verantwoorden hebben. Dezer dagen is op de waag te Haarlem gewogen een varken van 758 pond (379 kilo). Men heeft in de dagen van Garfields lijden en dood vrij algemeen gemeend dat Guiteau met zijn schot op den President tevens den nekslag had gegeven aan de Grant-Conckling partij. Dat is die gevaarlijke partij in Amerika die den Staat beschouwt als een bureau van weldadigheid voor partijgenooten,vrienden en neven. Alles duidt echter aan dat dc kracht dier partij geenszins gebroken is, maar onder president Arthur waarschijnlijk met nieuwe kracht herleven zal. Het gelukte haar deze week een der leden van hare partij tot president van den Seuaat te benoemen. Dit is haar eerste overwinning die waarschijnlijk: spoedig door anderen zal gevolgd worden. Aan haar goeden wil zal het althans niet haperen. Terwijl de revolutie in Ierland de bevolking thans niet zoezeer verontrust gaan de misdaden van eenigen in Engeland alle perken te buiten. De moordenaar op den spoorweg Brighton-Londeu was nog niet terechtgesteld of het dipmantendiefstal in een der Loüdensche postkantoren had plaats, en nog is schijn op schaduw van de daders te ontdekken. Deze week werd de akelige diefstal van het lijk van een, voor ruim een jaar overleden Schotsch edelman, bekend, waar schijnlijk bedreven om de familie een losprijs af te persen, en nauwelijks is men tol nu toe te ver geefs aan het zoeken vau dezen misdadiger of reeds wordt een nieuwe diamanten-diefstal van aanzienlijk bedrag bekend op een van de kasteden in Wales. Telegraaf en spoorweg zijn, in het hart- van een dicht bevolkt land, en op de hoogte van alle kennii en beschaving nog onmachtig geweest, niet alleen zulke misdaden te voorkomen, maar zelfs de misda digers te ontdekken. Amice Naar ik van betrouwbare zijde vernomen heb, moeten het de zoogenaamde liberale Kamerleden zijn eens geworden over het indienen en aannemen van eene motie inzake de eedsquaestie. Ben ik goed inge licht, of liever blijven bedoelde Kamerleden bij hun plan, heeft de rede van den heer van Nispen den heer Gleichman, hun voorman, niet afgeschrikt, dan is die motie binnen eenige dagen te verwachten. „En de inhoud der motie?* Zij zal het voorstel bevatten om uiet slechts den Mennonieten, maar ook allen, die tot geen der erkend® gezindten behooren, voortaan de vrijheid te geven in plaats van een eed eene belofte af te leggen. Men kan dan, al is het twee dagen voor men een ambt aanvaarden zal of voor den rechter verschijnen moet, bij deurwaarders exploit zijn lidmaatschap bij de gemeente en alzoo bij de Kerk, waarbij men be hoort, opzeggen, teneinde van den eed ontslagen te zijn. Zie, om staatsambten geven die heeren veel, maar om de Kerk ach ja, dat weteu we wel, zoo weinig mogelijk. Zoo als het nu staat, en de Minister Modderman het met en na zijue rede gelaten heeft, zouden de liberale heeren, indien zij in hei bestaan van God ni®t gelooveu en daarom geen eed wenschen af te leggen, van al die ambten, waarbij den eed gevorderd wordt, zijn uitgesloten en dat zij dat niet willen begrijpt gij. De heer Viruly liet het de verledene week den Minister nog gevoelen, dat de Staatsbetrekkingan aan liberalen behooren gegeven en door hen moeten beklsed worden. De twintig stemmen, die de heer Bool meer gekregen heeft dan de heer 't Hooft, zeide hij, maakt dat zoo duidelijk als de dag. Dank zij de districtsverknipping, het verwijderen van het land van Hulst, na den val van Tak van Poortvliet en de zegenpraal ven de Jonge, zei hij er natuurlijk niet bij. Triumfantelijk riep hij uithet U bij de stemmiog weer bewezen, dat de grondtoon van het land vrijzinnig is. Dat er echter zelfs onder den kleinen groep vsn kiezers 38000 tégen de vrijzinnig» heid der liberalislen zijn en slechts 30000 voor zag hij doodeenvoudig over het hoofd. En wat zou het baten, hem te herinneren aan die districts' verknipping en hun slechts 30,000wijl hij in dat geval den dooddoener uitgalmen zou maar wij zijn het denkend deel der Natie l" Maar laat ik terug komen op hun motie. Als zij i«, zoo als zij, naar mij gezegd is, zijn zal, dan blijkt het duidelijk, dat de liberaiisteu het onder elkander zijn eens geworden, dcor tegenover elkander wat water in den wijn te doen, door m. a. w. aan elkander wat toe te geven. Gij herinnert u, Amice! dat de heer de Meyier met zoo veel paihos (aandoenelijkheid) gezegd heeft, dat het niet aaugiug bel lidmaatschap op te zeggen bij eene kerk, waarin men geboren en gedoopt is en waarbij ons voor» geslacht behoorde en de familie nog gerekend wordt, teneinde een nieuw genootschap, een genootschap van ongeloovigen te stichten. De heeren nu di® als dezen heer, dachten hebben blijk baar wat toegegeven terwijl anderen, die deD eed in elk geval, afgedacht van het lidmaatschap van deze of gene kerk, wenschten opgeheven te zien al thans voor hen, die zulks verlangden, ook wat. van hunnen eisch hebben laten vallen. Mogelijk heb ben zij wel gezegdtf't is waar ook, wat geven wij om de kerk, ze is toch niets de staat is het al, dat de kerk verdwijne ze is de oorzaak van veel ellende. En weet gij, dan kunnen zij die volstrekt bij haar willen blijven, den eed afleggen. Voor dat niet

Krantenbank Zeeland

Het Zuiden, Christelijk-historisch blad | 1881 | | pagina 2