Nieuwe Goesche Courant,
ns
l ij k - h i s tor is c h blad voor Zeeland.
Donderdag 1 December.
BINNENLAND.
11181.
A°. 83o.
Verschijnt eiken Maandag, Woensdag en Vrijdag
avond ten 8 ure, behalve op Christelijke feestdagen
Prijs pe** drie maanden franCOf 1,50.
Enkele nominers- 0,05.
UITGAVE VAN
P. G. WIJT SAX, le lliddelbuig
en
Wed. A. C. DE J9SGB, (e Goes.
TaMKchen twee dagen. Er rijn zoo enkele
dingen, die men op het juiste oogenblik zeggen moet»
en vroeger of later zoo niet zeggen kan.
De dag der stemming is voorbijgegaan de dag
der opening van de stembus is nog niet aange
broken.
Nu geen schaduw van droefenis, geen straal van
blijdschap een eigenaardige tint aan onze woorden
geven kan, moeten wij een woordje ia 't midden
brengen over hetgeen niet enkel door De Standaard
inaar ook door anderen is gezegd.
Wij hebben een tot dusvsr niet algemeen bekend
mau candidaat gesteld.
Voor wie gelooft dat het kiezen van een oandidaat
eene zaak des gebeds is, kan dit geen verwondering
Wekken.
Er bestaat eeue heele lijst lokale en universeele
candidaten.
Toch heeft de Hser ons daarbuiten geleid.
Het overleg moet te voren geschieden.
Waar de patijen zoo scherp geteekend zijn, als in
ons district, kan inen het overleg niet aan de massa
der kiezers overlaten.
Het overleg is de zaak der kiesrereenigingen.
Wat in de vergaderingen dier vereenigingen over
personen gezegd wordt, behoeft niet publiek gemaakt
te worden.
Elk hseft aanvankelijk zijn man, dien hij voorstaat.
Bij het nader en nader tot eenheid komeu moet
menigeen zijne persoonlijke voorliefde ten offer brengen.
Waar gebeden wordt gebeurt het dat iemand op
den voorgrond komt, wiens duizend het kleinste is
in Manasse, die de .geringste is in zijns vaders huis
iemand, niet uit Juda noch uit Efraïm, maar uit
den kleinsten stam, en geroepen van tusschen de vaten.
iemand, naar wien pas gevraagd wordt, als de jon
gelingen alle op één na waren geroepen.
Het senigzius spijtige „de hser Mr. 't Hooft is
nu de anti-revolutionaire candidaat voor Middelburg,"
het laten flikkeren van het zwaard der critiek bij de
betuiging, dat de Zeeuwen volkomen vrij waren in
hunne zelfstandige keuze, brengt ons tot de vraag: of
Jonathan dan niets doen mag tegen de Filistijnen
«onder het zijn vader te kennen te geven.
Maar we danken De Standaard voor de hulde aan
onzen afgetreden afgevaardigde de Jonge gebracht, en
voor de aanbeveling van onzen candidaat 't Hooft.
*t Gebeurt wel eens dat een herder kluitjes werpt
naar de schapen, om zo op te doen sehrikken, als ze
op verkeerde plaatsen gaan, om ze op te jagen, als ze
afdwalen of achterblijven. Onder hetgeen Be Standaard
ons op 14 Nov. onder 't opsohrift Valsche Gerustheid
toewierp, waren ook steenen, groot genoeg om door de
tegenpartij te worden opgeraapt met het doel ons
daarmee dood te gooien.
Prijs der Advertentiën:
Per regel 10 ets.; Familie-berichten van 1—8
regels ƒ1,Iedere regel meer 15 cents.
Liefdegaven 6 cents per regel.
Mogen we den herder verzoeken wat voorzichtig
te zijn in de keuze zijner werptuigen
Zoo ooit dan hadden we nu, nu de heer van Lijnden
de portefeuille van financiën heeft aanvaard, gerekend
op afschaffing der Staatsloterij, eene instelling door
zeer weinigen verdedigd.
De Staatsloterij, brengt den lande f 430,000 op en
deze bate zegt de minister van Lijnden, kan de
schatkist niet missen I Niet missen moet dan
deze voor zoovelen verderfelijke instelling ten eeuwigen
dage behouden blijven
Niit missen Be Amsterdamsche Courant
herinnert er aan dat door het overlijden van Prins
Frederik eene meerdere inkomst van f 400.000 minstens
jaarlijks den Staat ten goede komt.
Met eenigen goeden wil zou dus behoefte de op
heffing der Staatsloterij ^piet in den weg staan.
De Eerste Kamer heeft maandag avond hare werk
zaamheden hervat.
Ingekomen zijn de geloofsbrieven der nieuw geko
zen leden, de heeren Bruining voor Friesland en
Muller voor Zuid Holland, welke stukken staande d#
vergaderiug werden onderzocht door eene Commissie,
die tot toelating adviseerde. Nadat dienovereenkomstig
besloten was, hebben geuoemde heeren zitting ge
nomen.
Mededeeling werd gedaan van een schrijven van den
heer Duijmaer van Twist, waarbij hij, onder dankbe
tuiging voor de steeds ondervonden welwillendheid,
van de Kamer afscheid neemt. De voorzitter herhaalde
de bewoordingen, waarmede de missive van den heer
Van Twist reeds was beantwoord, die door de verga
dering werden toegejuicht
De ontwerpen, laatst door de Tweede Kamer aan
genomen, waaronder die betreffende de Indische
begrooting voor 1882, werden verzonden naar de
afdeelingen.
De Tweede Kamer maakte gisteren een aanvang met
de behandeling der Staatsbegrooting en vatte al dadelijk
de algeraeene beschouwingen breed op.
De heeren van Baar en van der Hoop spraken over
den ongezonden politieken toestand, die zich ken
merkt, door de onmacht tot regeeren van de meerder
heid.
De heeren Heydenrijck en Vermeulen spraken over
het zoo ongelukkig geregelde kiesrecht, de heer Patijn
over de magere kas.
De heer Donner drong aan op het spoedig indisnen
van een Zondagswet.
Met 1 Januari a. is, tengevolge van het instellen
van ten provincialen waterstaat, eervol ontslag ver
leend aan de buitengewone opzichters van den rijks
waterstaat in het arrondissement Walcheren W. P.
Dijkgraaf, J. J. Foudraine, G. A. Horsten en P. W.
Waltman.
Met de tegen den 1 Mei 1882 plaats hebbende
garnizoensveranderingen zal het 2e battaljon van het
3e regement infanterie thans te Bergen op Zoom, te
Middelburg in garnizoen komen en het 5e battaljon
thars te Middelburg, naar Bergen op Zoom worden
verplaatst.
Op voorstel van deu heer de Bruijn Kops zal de
gemeente Vlissingen slechts tot 1884 gemaalbelasting
mogen heffen.
Bij de behandeling der uitzonderingswet, Maandag
jl. werd vooral op Harlingen gewezen.
Heeft Vlissingen 10,334 zielen, Harlingen had er
10,834; dit verschilde weinig. Hief Vlissingen bijkans
f 5000 aan opcenten op het personeel, Harlingen
hief niet veel meerook de opcenten op de grondbe
lasting 9tonden genoegzaam gelijk. Maar terwijl
Harlingen f 21,356 genoot wegens uitkeering van het
4/s personeel, erlangde Vlissingen bijkans f 2000
meer, en terwijl Vlissingen volgens de gemeente-
begrootiog van 1881 f 228,760 schuld had, bedroeg
de schuld van Harlingen f 399,355.
Was het nu niet eene^'n 't oogvallende tegenstrijdig
heid, Vlissingen met voortdurende accijns-heffing te
begunstigen, terwijl die aan Harlingen was ontzegd
In dien geest spraken vooral de heeren Van Eysinga'
en Lieftinck waar gene beweerde, dat de gemaalbe
lastingen, die Vlissiügen hief, zeer verminderd konden
worden, betoogde deze, dat de belasting-regeling
zooah zij thans te Vlissingen zou worden bestendigd,
een noodeloozen druk legde op den minderen stand,
terwijl de hoogere standen te weinig waren belast.
Was Vlissingen. met zijn beroemde havenwerken „die
niet aan het doel beantwoorden en tengevolge van de
wijsheid der ingenieurs reeds dertig duizend gulden
aas uitbaggering hebben gekost" met de heilrijke
toekomst, welke aan die gemeente als brandpunt van
handel en scheepvaart was voorspeld, inderdaad zóó
hulpbehoevend, als de Minister dit voorgaf?
De Minister van binnenlandsche zaken en de heer
Van Eek beantwoordden die vraag volmondig toestem
mend. Vlissingen verkeerde werkelijk in bijzondere
omstandigheden. De belangrijke havenwerken waren
aanwezig, maar de belangrijke voordeelen ontbraken.
De bevolking bestond voor het grootste gedeelte uit
onvermogende lieden en wordt door de bestaande
heffingen van hoofdelijken omslag en opcenten op de
personeele en grondbelastingen reeds zwaar gedrukt.
Bijna 10 pet. van den hoofdelijken omslag moest als
oninbaar worden afgeschreven. De vruchten der haven
werken zouden wel komen. Bij het stilzitten van liet
rijk herinnerde de heer Van Eek was de
particuliere veerkracht ontwaakt. Een betere tijd zou
voor Vlissiugen dagen. Thans echter sombere
voorstellingen gaven de heeren Six en Van Eek van
Vlissingen 's „armoede". Niet alleen dat Vlissingen
reeds bij de behandeling der vorige uitzonderings wet
armoedig was maar sedert was de armoede vermeer
derd.
Het schijnt niet gemakkelijk roor de liberalen ia